ZATERDAG 30 JANUARI 1904
VIJF EN TWINTIGSTE JAARGANG
v. A. van den Munckhof, Venr
Mengelwerk
anga.
Abonnementsprijs per kwartaal
voor Venray 50 c.
franco per post 65 c.
voor het buitenland bij vooruitbetaling 85 c.
afzonderlijke nummers
untie^I/RAT;
van leugen neer i.-Xen vallen in dal Maar aai
jeugdig gemoed. Ja nu »l
De les, die hel
kort samengevat deze;
Lief kind, je mi
behalve wanneer je
brengt
Lode wijk XI, koning van Frankrijk,
placht le zeggen: Ik heb aan mijn hof
VVOl vlucu Vctll rtllCO, iJllll»-. -U.I..V
ééne zaak gebrek.
Wanneer men hem dan vroeg, waar
aan hij gebrek had, dan antwoordde
li ij: aan de waarheid.
Hel is helaas maar al te waar, dat de
meeste vorsten door oogendienaars om
ringd zijn, en door menschen, die er
slechts naar streven, met fraai klinken
de vleijerij steeds voor eigen belangen
le spreken.
IN een, man en vrcjaw moeten wezen
Niet alleen omdal en doordat ze
elkander eeuwige liefde hebben ge
zworen, maar het familieleven moet
door waarheid, door oprechtheid be-
heerscht worden, wanneer men het
gelukkig wil zien.
Of hebben die twee niet één kruis en
een lijden te lorschen
Of gaan ze niet, moeten ze althans
niet samengaan denzelfden, dikwijls
moeielijkeu weg
Maar laat ze dan ook niets voor
elkander verbergen, vrij elkander in de
oogen zien, vrij alles zeggen ook al zou
dit minder prettig klinken, minder aan
genaam aandoen.
^.eti anuer vooroeeld:
Daar komt visite aangew andeld, die
niet welkom is. Fluks zich zelf terug
getrokken en als de huisbel overgaat,
dan «'eet de kleine nog juist dat hij
moet zeggen: vader en moeder is niet
thuis.
-Maat' dat is een kleinigheid!" werpt
men op.
Neen, dat is geen kleinigheid: leugen
blijft leugen.
j Zij houden stil bij het logement - Het witte
Paard" bij den kastelein Totebas. Na het
l&vondeten gebruikt te hebben, leggen zij zich
ter ruste.
De logementhouder geleidt hen in eigen
persoon naar de kamer, die hij voor hen
bestemd heeft. Hy gaat hen vooruit met een
kandelaar in de band.
Het walmende schynsel der vetkaars ver-
licht flauw de lage gang, aan welker beide
kanten zich verscheidene deuren bevinden.
Wel te rusten, luidjes 1 zegt de kaste-
lein en voegt er vriendelijk aan toe: 't Is
vroeg dag in dezen tyd van het jaar, ik zal
dus raijn licht maar meenemen 1 Kleed je
maar uit voor je bed, dan kunt ge niet mis
stappen: gelukkig doen jelui niet zooals die
snoeshanen van handelsreizigers, die op hun
bed blijven liggen lezen. Geen kaats dus
Goeden nacht. Ik zal de deur op het nachtslot
doen en er den sleutel afdoen, uit vrees voor
zakkenrollers en kermislui, die ik in myn
logement heb; morgen vroeg kom ik je
wekken en zelf de deur openmaken.
Guedeu nacht, TetebiiS riepen de twee
1 ketellappers te gelyk.
Bij het sluiten van do deur en het uittrek
ken van den sleutel lacht de kastelein stil
vergenoegd en vertoont zich een ondeugende
trek om zijn mond. Wal die uitdrukking op
zijn gelaat wel beduiden mag.
Grappenmaker van natuur, is Totebas op
een inval gekomen en heeft een plan beraamd.!
Hij heeft de ketellappers opgesloten in eee
donkere kamer, zonder luik of venster,
waarin onmogelijk eenig licht kan doer-
driugen.
Mooi 1 Verduiveld mooi 1 prevelt de
snaaksche kastelein, terwijl hy de trap afdaalt
en de gelagkamer binnentreedt. Neg dagen
en winteravonden lang zullen zich de dorpe
lingen vermaken met deze onbetaalbare grap.
Maar wij behoeven zoo hoog niet te
klimmen, wij behoeven de treden van
den troon niet op te gaan, om het ge
brek aan waarheid te ontdekken,
Dat vinden we evengoed in de lagere
kringen, even goed zelfs onder de een
voudigste standen.
Hoe zou het anders
Van jongs af wordt het ingeprent in
het jonge gemoed der jeugd, tecder als
was, dat do waarheid, wanneer het op
eigen belang aankomt, zoo even terzijde
dient te worden geschoven.
Hebt ge het zelf nooit bijgewoond
van een vriend of vriendin, w anneer gij
naar den leeftijd van dien donkeren
krullenbol vroegt, van dat lieve blonde
meisje
«Tien jaar Maar op het spoor is hij
pas negen. Is 't niet
Rn met, wat men meent, ouderen-
trots, woidt er neergezien op den
kleine, die wezenlijk al zoo slim is,
dat hij den conducteur, gewoonweg
niet de waarheid zou zeggen.
Arme, blinde ouders
Maar meer nog: arme betreurens
waardige kinderen
Ja, bet is zoo, dikwijls loopt bet goed
af, dat het kind opgroeit tot waarheid
lievend, oprecht mensch.
Maar dan behoeven de ouders zich|
daarvan de verdiensten werkelijk niet
aan te matigen.
Dan heeft het van nature lot waar
heid geneigd hart, dan heeft de meester
op de school en de pastoor of kapelaan
in den catechismus, den kleine voor hei
verderf bewaard.
Zoo zal de waarheid en oprechtheid,
die het kind in zijn jeugd heeft geleerd,
hem ook later krachtvol en gelukkig
makend ter zijde staan, heel het leven
door als een steunende engel van geluk
door den God der waai heid aan den
mensch gegeven.
S Omdat hun wil goed was, verviolen zij
opnieuw in een zwaren, gezonden slaap, die
hen tot nachts toe doof en stom hield,
terwijl zich het geheele dorp ton hunnen kosie
vermaakte.
Voor de deur van het logement verdrongen
zich de boeren en vertelden elkaar lucoeud
honderd keer do zeldzame grap, ongeduldig
tiaar het eind verlangend en allerlei dwaze
ontknoopingen bedenkingen bedenkend.
Wnt vulde kastelein Totebas een tul van
glazen voor de dorstige gemeente.
Eeu paar handelsreizigers, die vertrekken
zouden, waren nog gebleven. om het eind van
Je grap bij le wonen., Zy verleerden nog heel
wnt dien dag.. -
Midden in den nacht werden evenwel de
;wee gezellen opnieuw wakker, rekten zich
uit en-slaakten de-verzuchting:
Wat is de nacht lang, eindeloos lang I
Ja zoo'n langen nacht heb ik n >g nooit
beleefd
En toch is het midden in den zomer
Dat is een spi ekend trekje niet aar?
van de hedendaagsche opvoeding met
betrekking tot de waarheid.
Als je jokt, zoo w ordt het den kin
deren dag aan dag voorgehouden, dan
komt er een L op je voorhoofd: dal
beteekent: leugenaar.
Maar op het spoor dat is heel
wat anders; het reizen is zoo duur. de
maatschappij heeft er geen schade van,
enz. enz.
Doch 't doet er niet toe: leugen blijft
leugen.