jeugd. ZATERDAG 19 OCTOBER 189.?. ZESTIENDE JAARGANG. No. 42- Deze Courant verschijnt iederen Zaterdag. Abonnementsprijs per kwartaal. voor Ven rat 50 c. franco per post 65 c. voor het buitenland 85 c. afzonderlijke nummors 6 c. Uitgever: L. A. SASSEN. Prijs der Advertentién: ran 15 regels 30 e. olke regel meer G e. groote letters cn vignetten naar plaatsruimte. Adverteutiën, Smaal geplaatst, worden 2maal berekend. M dvartentien of Ingezonden fjft. Stukken gelieve men *s Vrij- tföaÊajags vóór 2 uur 's middags te bezorgen aan hot Bureau van »Pael en Maas" te Venray. Zijn er menschen, die niet van kinderen houden? Men beweert het: wij kunnen het nauwelijks gelooven. 't Is zoo, niet alle kinderen zijn aan valüg, aantrekkelijk, beminnelijk; daar zijn er, die schuw of stuursch, elke poging tot toenadering en ver trouwelijkheid verijdelen, al meent men hel daarmee nog zoo goeddaar zijn cr ook, wier lichamelijke hoeda nigheden geenszins tot kennismaking uitlokken. Dat kunnen zij gewoonlijk niet helpen, de slumperds; in het veronachtzaamde en vervuilde uiterlijk van menig kind is een geheele lijdens geschiedenis te lezen, en juist die kleinen, aan wie de noodwtinligsle verzorging wordt cntJieuden.,. hebben zoon dringende behoefte aan een wei- n:g liefde! Maar de groote meerderheid der kinderen vormt een heerlijke groep. Het is haast niet mogelijk te zeggen, wat ons in hen zoo bekoorlijk toe schijnt: de onschuldige dartelheid, sprekende uit tintelende oogjes; hel naïeve egoïsmö, waarmede zij een liefkozing aannemen als een hun toe komend rechtde gulheid, met welke zij een liefdebewijs beantwoorden; de vrije ongedwongen omgang met allen Eeuilleton. De gelukkige ongeluksvogel. Dus tot Zondagavond zeven uur. In de kous van uw stukken laat ik u geheel vrij, maai ik zou gaarne zien dal u de fantaisie, die u ine zooevon hebt voorgespeeld, daaronder ook zoudl willen opnemen, want ik ben zeker dat ge daarmede overal bijval zult verwer ven." Met deze woorden luid gravin Barlcl- 8lein, voor wie hij zijn proef had afgelegd, hem laten gaan, en uitgelaten van vreugd ijlde hij naar Herlha heen, om haar deelgenoot van het bigde nieuws te maken. Nu volgde er met moeder en dochter een beraadslaging over de kleodmg waarin hij op deu concert avond zou opliodcn. Wille handschoenen en ceu witte ilas waren nog in zijn bezit cn Bertha zeide dat de vlekken er met wat benzine best uit te krijgen waren. Maar hij iiud geen rok, en dat kleodingsiuk was toch volstrekt nouJig Klaas wist daar echter raad op. Zgn vader had zich nog kort vóór zijn dood een nieuwen rok laten maken. Scnroel' hij nu daJelgk. aan zijn moeder urn dien over lo sturen, dan kou hij hem nog vroeg genoog hebben om hem, en dat zou wel noodig wezen, to lutoii veranderen Zoo gezegd, zoo gedaan, cn do rok kwam spoedig daarna. De rok paste, maar de mouwen waren to lang. Er moest drie vingerbreedte afgenomen worden. Nu. dat was zoo erg niet en moeder Mijnhard zou er wel voor zorgen, dat het ge daan werd. Klaas haalde ziju viool weder te voorschijn en ging studeoren. Maar do gedachte aan de veranderingen, die de rok moest ondergaan, liet hem geen rust. Op kleermaker en sclioon- wien het gelukt, en veel kunst is daar niet voor noodig met hen op vertrouwelijken voet te komen. En toch zijn er, zegt men. lieden die niet van kinderen hwuden? Misschien wel van katten of papegaaien? Och, er zijn vreemde smaken bij de bewoners van ons wereldje! Een optimistisch wijsgeer heeft eens gezegd: Iloe meer ik de menschen leer kennen, des te meer voel ik mij gedrongen hen lief te hebben. Die verklaring klinkt sommigen wellicht eenigszius wonderspreukig. Dezen toch hebben van den omgang het ge- sehikste middel tot kennismaking, met Liau natunrgenooten niet zulke opwekkende iudiuicken verkregen; zij ontdekken in de roerselen hunner handelingen zooveel kwalijk verborgen zelfzucht, aardig, niet waar, dat we dat zoo gauw bespeuren bij an deren! dat wat er aan liefde aan wezig was, eer verminderde dan toe nam. Gelukkig wie, des ondanks, zijn hart open, zijn ziel warm, zijn hand uitgestoken, inuchs houden-!» II ij. zal,, als zijn lijd van heengaan is gekomen, niül wegzinken als een steen, in hel water geworpen, even een kringeije op do oppervlakte achterlatende, daarna niets meer! IIij zal niet, reeds vóór zijn verdwijning, dood zijn, dood voor zich zichzelven cn voor de we reld, en koud als een ijsblok. Wie menscheiiliefdo rijk is, die moet vau kinderen houden. Kinderen zijn kleine menschen, wezens gelijk wij, maar in hun eersten onlwikke- liügstoéstand. Steeds door die kleiuen maker is gewoonlijk wéinig te rekenen, en hot zou toch verschrikkelijk onaangenaam wezen, als hij om dien rok in ongelegenheid zou komen. l).i:>.-ora ging hg zelf mei deu rok naar ecu kleederinnker, die ju:st op dat ogen blik niets te doen had. Klaas kou erop wach ten, en binnen een uur hing de vermaakte rok weder iu de kast. Eli toén ging bij een Wan deling iu de omstreken der stad doen. l'.is was hij weg, toen Bertha thuis kwam. Ook haar had do rok niet dc te lange mouwen geen rust geluten. .Zo ging naar zijn kamer. Daar hing de rok 111 dc kast. Kon zo zelf dal werkje niet opknappen? Dat haalde deu jongen kunstenaar do kosten uit van deu kleermaker en zg kon het evengoed als zoo'n snijder. Zoo gezegd, zoo gedaan, dio vingerbreed er afge nomen, ingeslagen, omgenauid- mei het strijk ijzer er «veil over been en met een big ge zicht hing Berth* deu rok weer op. Maar toon haar moeder thuiskwam, was ook haar eeisto zorg da rok van liuar huurder. Ze bracht hein zcif naar den kleermaker van haar overloden man. Üczo bekeek do mouwen en vroeg over zijn bril kijkende aan de oude jullrouw, of liet heerschap dat dezen rok dra gen moest, niet van een ongewone gestalte was. De ha>dliouiige oude juffiouvv begreep, dat de snijder het had over 'i ongewone talent van den jongen muzikaal en knikte toestem mend. Do kleermaker lugde nogmaals zijn maat op de mouwen, bromde nog iels van ongemeen kou en trok aan hel werk. Binnen oen half uur waren du mouwen nog eens diie vingers korter geworden. Met een hart popelend van verwachting en hoop studeerde de jongo kunstenaar telkens opnieuw de stukken in, die hij voordragen zou, om eindelijk zijn speeltuig »n dc vioolkist te sluiten, onbewust van de ingrijpende wij ziging welke zijn deftige galuklecduig onder gaan had. omringd te zijn, is öf het heerlijkste öf het vervelendste wat men bedunken kan. Wat van de twee, dat hangt niet van hen af. En toch, hoezeer geneigd dat kleine volk aardig en prettig te vinden wan neer men het slechts nu en dan ziet en voor het overige er zich weinig medo inlaat, krijgt gij een heel anderen kijk op den aard en het we zen der kinderen, als de omstandig heden er u toe brengen hen met nauwkeurigheid waar te nemen. Dan blijkt spoedig, dat deze zon ook niet zonder vlekken is. II t engelachtige, waar scntimcntcelc moedertjes van ge wagen, is niet geheel afwezig, maar het is niet onvermengd. De kiem van veel onedels is reeds fnerkbaar, eu dikwijls reeds tot een spruitje uitge wassen. Het beminnelijke is niet zou- der seluiduw. Maar juist daarom te! meer hebben wij de kinderen lief. Zj hebben be hoefte aan zooveel, dat slechts wij hun geven kunnen. Van ,011s, ouders, nabestaanden, vriendep,'onderwijzers hangt W. w;\i.- ^^^naal ziji; zullen. Dio slaat van hulpbehoevend heid is een zwijgend doelt welsprekend beroep op onze sympathie; hot klimop valt als een dorrende massa ter aarde, als het onzen steun mist, en wij ver heugen ons, dien steun te kunnen geven. Door vermeerderde kennis van hel kind wordt onze liefde tot het kind verhoogd, versterkt; wij krijgen dan het gevoel van een onafwijsbare ver ant woordelijkheid. We zien vóór ons een onmetelijk veld van arbeid zich De tijd was iutusschen voortgegaan, en het was zeven uur geworden. Alle genoodigden waren reeds bij de gravin, behalve óên, dien men juist met spanning verwachtte name lijk Klaas Sukkel. De gravin had gesproken van een nieuw talent, dat ze had ontdekt op het gebied der toonkunst en do verwachting van hare gasten omtrent zijn zeldzame be gaafdheid sterk gespannen. Maar hel jonge mensch liet zich maar steeds wachten, en op de belangstellende vraag van de gaston aan de gravin, waar toch wel haar beschermeling bleef, kon zo geen antwoord geven. Dat hij nog met verschenen was, was haat' zelf oen ongelo-lelijk raadsel, want dat iemand door haar uitgeuoodigd, niet ter bestemder tijd aanwezig was, cn dat nog wol iemand dien zo daardoor de gelegenheid wil le geven, om zijn gaven te laton hooien en zoodoende vooruit lo komen, dat was zoo iets ongehoords, dat er geen verklaring voor te vindon was men zou het tot de onmogelijkticden getekend heb ben. Maar het was toch 7.0a. Klaas was er niet, en kwam maarniet. Er moest zeker een on geluk gebeurd zijn, dit was de eenige ver- klitl in*. [ie wanhoop te beschrijven van het slacht offer der driemaal ingekorte roksmouwen toen hij op 'l laatste oogeublik in een keurig ge streken overhemd mot zijn witten das nvljes aangedaan, zijn rok hud aangeschoten, is on mogelijk. De tranen stonden hem in de oogen toen hij met. de mouwen, die even over de ellebogen reikten, zich aan Bertha en haar moeder ver toonde. Wat te doen De opheldering hoe zicii alles had toegedragen, was spoedig genoeg gegeven doelt de stukken waren va» de mouwen al lij wilde de gravin een boodschap sturen dat hij ziek was geworden, doch daarvan wilde uilbreiden; al die kleinen, in wier hart God het edelste heeft nederge- legd wat Zijn hand kon schenken, op dat het door onze toewijding tot vollen wasdom zal komen, zij vormen met elkander de stof voor de verhevenste taak, waarmede ooit menschen zijn be last. En als het waar is, dat geen arbeid, inzonderheid op het gebied des geestes, kan slagen, indien hij uiet mot liefde wordt verricht, dan zal dit wel in de eeiste plaats gelden van het schoonste menschen werk, de opvoeding van het geslacht, dat bestemd is met en na ons voort te bouwen aan de stichting dor eeuwen, de menschelijke volmaking. Slot volgt. Ventilatie. Ventilatie is die noodzakelijke lucht- wisseling, welke in eene gesloten ruimte plaats grijpt bij eene snelheid die ons als vol komen windstille voorkomt. D.o snel heid bedraagt niet meer dan 1/2 M. per seconde, of ongeveer 30 M. pet- mi nuut. Niet alleen voor menschelijke wo ningen is de ventilatie noodzakelijk, ook voor verblijfplaatsen van het vee is zij noodig. Nu wordt er in den regel wel zorg gedragen voor lucht vel versching van kamers, keuken en kelder; wat de stallen betreft, deze moeten zich in zake luchtroiuiging maar zelven zien te redden. Gelukkig Bertha niets weten. Dan maar liever recht door zee gaan en alles vertellen. Do gravin zon er in den goeden zin van 't woord in ha. r goedheid wel een mouw aan weien Ie passou. Hij moest 1 och maar gaan Zij zou meegaan en de giavin eerst alles aan '1 verstand bren gen. De gelegenheid was te mooi om die nu te laten voorbijgaan en met vrouwelijko over redingskracht wist zij hem over te halen mede te gaan en toch de kans te wagen, hoe pot sierlijk hij er dan ook uitzag. En eindelijk volgde hij den raad van het schrandere ding, en begaf ztch mot haar do def igo woning. Nadat gastvrouw en gasten zoo nog een pons in onaangename spanning verkoeld had den, kwam een knecht do gravin de tijding brengen dat Bertha Mijnhard beneden was met het dringend verzoek om de gravin even te mogen spieleen. I)e gravin ging omniddelijk naar tiaar toe en vroeg haar, voor ze nog een woord had kitunen uitbrengen -In 's hemels naam, waar blijft onze violist »IIij is wel met me meegekomen, of schoon niet zondei moeit 3," liet cam Bertha, «maar hij dui ft niet -liij durft niet" liep de gravin ver baasd uit -en dut waarom niet?" »Um zijn rok. Maar ik heb heit dodelijk gezegd dat dat niéts zou hinderen, want dat hij hier om zijn spel, niet oin zg» rok moest komen." - Wat is dat dan met dien rok -De mouwen zijn per ongeluk driemaal ingekort geworden, en dat bobben wa eerst op het laatste oogeublik genieikt, (oen hij hem wilde aantrekken cn zich kleeden, om naar u toe te gaan." -Driemaal ingekort? Maar lieve Bertha ik begrijp er nog altijd niets van, zeg me nu toch sens duidelijk, wat is er gebeurd doen zij dit, geholpen door de natuur al is het dan ook niet in voldoende mate. Toch diende de mensch en vooral de veefokker de natuur bij dit werk wat meer de behulpzame hand te bieden, want reine lucht is voedsel doch voedsel, dat nietfc kost en dat in en mot de organische stoffen, die door de dieren veibruikt worden, een machtige medewerkster is, tot in standhouding van het samenstel ven dierlijke organismen, die wij lichaam noemen. Wij hebben reeds opgemerkt, dat do natuur in zake lnchtverversching zich zelven helpt. Immers, door alle openingen en reten, hoe klein ook, ja door de onzichtbare poriën vau den muur, dringt de lucht elk ver blijf binnen. Van de grondstof, waar uit de muren zijn opgetrokken, hangt het evenwel af, of do luchlwisseling binnen de gesloten ruimte in genoeg zame mate plaats vindt. Volgens Marker heeft een koe, on danks hare meerdere grootte, slechts half zooveel ademhalingslucht noodig als een mensch. Terwijl deze laatste in zijn woning óiigè'veé* GO uul». M. pc. uur verbruikt, bedraagt dit getal voor een koo slechts 30 kttb. M. Deze 30 Ma. per uur en per stuk vee, moeten van huiten aangevoerd worden. Zij kunnen in dien lijd geleverd wordtn door: 10,6 vierk. M. baksteenmuur, 8,2 vierk. M. kalktufmuur en 5,9 vierk. M. leemmuur, Uit deze cijfers blijkt, dal een stal met leemen muren een grooter aantal dieren kan bergen, dan een even groote uit baksteen of kalktuf opgetrokken, En nu vertelde Bertha, welk ongeluk Klaas met zijn rok had gehad, hoe wanhopig hij was toen hij merkte dat zijn ai men ver uit de mou wen van zijn rok staken, cn hoe nu op eens al zijn hoop vervlogen was. want dat hij toch niet zóó voor de gravin en haar gasten koa verschijnen. Toen Bertha dit vorteld had. kon de gravin zich niet weerhouden om hartelijk te lachen. -Roep je beschermeling maar hier," zetde ze. -Iu zal mijn gastei) de ongelukkige geschiede nis van den rok meededen, en niemand zal aan do korte mouwen aanstoot nomen, als hij zijn kunst maar goed verslaat." Het gezelschap Jacht© natuui lijk even har- lelijk als de gravin, toen liet, de geschiedenis van den rok vernam, maar belangstelling toonde zich op iede.-s gelaat toen hij met 'zijn ongelukkig klcedingsiuk binnenkwam, en ner gens zag hij een spottend gezicht, wat hij zoo zeer gevieesd had. Dit zette hem weder op zijn gemak, en bemoedigd begon hij zijn spel. Wél zilen een paar vroolijke jonge nufjes hoel geheimzinnig acht er haar waaiers, en snoven een paar jongelieden bij zijn optreden op vreemdsooi lig© wijze in den zijden zakdoek doch hot gezelschap was kiesch genoeg om het slachtoffer van de al te ver uitgestrekte inkor ting overigens niets te laten bemerken. En toen hg eenmaal de eerste vioolstreken gedaan had, werd &llcs veigeten door zijn heerlijke lotion. Met gespannen r.andach» luisterde men naar zijn spel en een goedkeurend hoofdknikken der aanwezigen deed duidelijk genoeg blijkan, dat hetgeen hij ten gehoor© bracht, voldeed aan do verwachtingen die de gravin, had op gewekt. Vervolgens toen hij. nadat alle ver legenheid van hem geweken was op een wenk van do vrouw des huizes, het stuk begon voor te dragen, dat nis proef haar hooge goedkeu ring in zoo mime mate had verworven, ge-

Peel en Maas | 1895 | | pagina 1