▼oor HÖEST EERZUCHT» De Doos van den Markies. ZATERDAG 1 JUNI 1895. ZESTIENDE JAARGANG. J No.':22. Abonnementsprijs ;per kwartaal. voor Venray franco per post voor liet buitonland afzonderlijke nummers 50 c. G5 c. 85 c. 6 c. Uitgever: IJ. JA.. SASSEN. Deze Courant verschijnt lederen Zaterdag. Prijs der Advertentiën: van 15 regels 30 c. elke regel meer 6 c. groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Advertentie», Smaal geplaatst, worden 2maai berekend. Advertentien of Ingezonden Stukken gelieve men "s Vrij dags vóór 2 uur *s middags te bezorgen aan bet Bureau van nPeel en Maas'' te Venray. Mag cr eerzucht in ons zijn? Zeer zeker! 't Is alleen maar do vraag, van. welke allooi zo is, want niet alle eerzucht is geoorloofdalles behalve liet doel der eerzucht van de meeste menschen is in hel oog te vallen, bo"C;t allen uit to steken. En vól: door iets anders ie worden of to schijnen dan men is, door anders gekleed to gaan of anders to spreken tian een ander; door aller aandacht te trokken, al is 't maar door een lintje, een medaille, een garneersel, dooi1 ik weet al niet wat. En dat ut al op de schoolbanken, waar men nummer één "wii zijn, on dat gaat het lieele leven zóó door. Maar dat is eigenlijk toch al heel ellendig. Want wat baat 't toch, de eerste le zijn of rijker, of in 'l oog te val len door kleedy of wat anders, als men eigenlijk op zichzelf toch niet veel belcekent? De eerzuchtige» van deze soort of feren dan ook gewoonlijk het wezen op aan den schijn; hoe meer ze zich opblazen, to holler is hun brein, to leeger hun hart. Meestal schamen ze zich over hotgeen zo vroeger waren, Feuilleton. NOVELLE uit den tijd van Maria Tliercsia. 13. Zich tot den markies de la Twur keerend, vroeg hem Maria Tln-scsu «En gij, lieer markies kunt gij op uwe eer als Fransch edelman bezweren, dal gij u gecne kuiperij bewust zijt, waarvan deze mail het slachtoffer is geworden?" Do markies trad tot nuu dc lieden van den troon en zijne van diauianlen fonkelende baud opstekende, sprak hij: "Ik zw.-er liet up mijne liddcreei I" "Nu. dan moge liet God behagen voor ons een licht te ontsteken iu deze duistere zaak riep Maria Tlmresia. -Michael Nadast vervolgde zij. en hare stem klonk diep ont roerd, wij ziil.cn h.st geven deze gelui.»- zinnigo zaak nog eeum .al slipt en nauwgezet to onderzoeken. Moge uwe onsehuid spoedig an let licht komen! Innig zal ik daarvoor bidden, want liet doet mij pijn u.m liet hart u vooreerst het eerekiuis te moeten weigeren, dat ik aan u, als den dappersten mijner krij gers, had toegedacht; doen op den naam eens ridders mijner ordo mag zelfs geen kwaad vermoeden kloven zuiver als een spiegel moot zijn heden on verleden zijn. Ook uit mijn dienst moet ik u ontslaan, hoe leed hel mij ook doet uwen dogen te missen, doch do eer van de oflicieren mijns legers vordert het. Daarentegen zal ii voile soldij worden uitbe taald, en als lasteraar zullen wij beschou wen en straffen wie het wagen durft u met woord cl' blik te krenken, voordat wij zelve hel eind schamen ze zich over bon vroegere armoede of het eenvoudige handwerk, dat ze uitoefenden. Velen willen er niet van weten, waar ze geboren zijn, wilien niet gaarne hooren spreken over hun ouders, omdat 't eenvoudige lieden waren, levend in minderen stand, 't Zijn lafhartige, bekrompen, onmensckelijke karakters. Want is dat nu mensekelijk eerst dan zich gelukkig te achten, wan neer men alle andere beneden zich ziel en voor zich ziet kruipen? Is dat nu menschclijk eerst dan iels te waardeeren, wanneer men 'l alléén bezit? Neen, waarlijk! dat is niet men- schelijk, niet groot, niet edel; dal is niet het doel der ware eerzucht. Z ij gaat uit van de overtuiging, dat dc echte, menschel ij ke grootheid voortvloeit uit den mensch zei ven. Beter, rechtvaardiger, beminnelijker, sterker naar den geest le worden, daarin bestaat alle vooruitgang en dat is 'l waarnaar tnen allereorst moet jageli. Eu die dat goed inziet, die blijft een eenvoudig, nederig mensch. 'L Komt niet in zijn hersenen op om over een ander le willen heerscben of een ander te willen onderdrukken, omdat hij ziet dat dit de beste ma nier is out zichzelven tc verlagen. Hij is er van overtuigd, dat dc echte wetenschap hierin bestaat, dat men wél weet te leven, dat men beoefent *de wèllevCns-kouste", zooals de va deren plachten te zeggen. In welken stand of welke betrek king ook geplaatst, als een goed, oen vonnis over u geveld hebban. Tot dan toe, Michael Nadast, want dezen naam, onder welken gij uwe krijgslauweren verworven hebt, moogt gij ook vorder blijven voeren tot dan toe zij de alwetende en barmhartigo God :net u De keizerin neigde het hoofd als ten af scheidsgroet. Michael boog zich diep en ver liet de zaal. Het hoofd fier omhoog trad hij door de rijou. Geen spier vertrok op zijn ge laat, hij zag noch links noch rechts Als een wandelend marmerbeeld daalde hij de trappen van den keizerlijken hot'burg af. Verwonderd staarden de voorbijgangers op straat hem het kwam hem voor, als hoorde hij achter zich mompelen en sissen«cer- loo'/.e VI. Door de straten der binnenstad reed een open reiswagen naar den kant van den keizer lijken huig: eene jonge dame in zwart rouw gewaad zat op de achterbank en tegenover haar eene oudere vrouw, blijkbaar tot den diensib.nen stand behoorende; het was de zelfde kamenier van het Falkenburgaehe huis. welke niet lang geleden den ritmeester Michnül Nadast gesmeekt had hare meesteres legen eene woeste bende marodeurs te komen ver dedigen. - Wat een prachtige dag! met deze woor den richtte zich de jonge dame lol hare ka menier-, sedert wij liet stoffelijk omhulsel mijner dierbare moeder in de koele aarde leg den, is mijn hart nog niet zoo vroolijk en opgeruimd geweest als uu. Is liet vreugde over het geluk, dat ik heden mijno geliefde vorstin zal wederzien? Of is liet blijdschap, dal ik aan zwaar beproefde zielen eene goede tijding brengen mag?" M-*t ontroering beschouwde dc kamenier het blozende gelaat van .Ludmilla van Puikon- edel mensch te leven, is moeilijk en verdienstelijk. Een schilderij, die ons voorstelt een ganzenhoedster of een bedelaar of een zi«.:e, kan de zelfde kunstwaarde bobbin als een andere, met helzefde laient geschilderd die ons to aanschouwen geeft een ma donna of een bold of eene prachtige, schoono vrouw. Evenzoo kan ook hot edele leren van een houthakker of een straatveger dezelfde zedelijke waarde hebben als dat van een ge leerde of staatsman. 't Komt er weinig op tan, welken rang men bekleed in de maatschappij: een zedelijk, edel, beminnelijk mensch le zijn. dat is 't eerste en voor naamste waar 't op aankomt. De waarde van een ge dstuk is ge legen in het metaal. w:aruit 't ver vaardigd is, zóo hangt ook de meer- dare of mindere waaide van oen mensch eenvoudig .if van de meerdere of mindere waarde, die .zijn zedelijk bestaan vertegenwoordig',. Daar zijn rijken en 'uzicnlijken, die iioode'öiivuudïg 'uïr -v op treden, die noch geiiolziclc, noch hoogmoedig zijn, en daar zjn omge keerd lal van minvermogenden, die van niets anders droomen dan van grootheid en z-mudijk genot en een gemakkelijk leventje. D i t moet de eerzucht van allen zijn, in welken stand ze ook geplaatst zijn, of welke betrekking ze ook bekleeden te zijn en te doen wat zo zijn en doen moeten, do gaven, die ze bczitlcn, te ontwikkelen, de krachten, die ze heb ben, aan het werk te zotten, en onder dat alles maar óóu ding te mijden en te burg;, want deze de lezer heeft het reeds gomden was de jolige dame in rouwgewaad -Hoe goed zijt gij toch! antwoordde hare reisgezellin; boe schoon zijt gij dan vooral als gij troost en balsem storten knul in bediukto harten! Maar vergeet niet, dat het moeilijkste nog komen moetzal de grooto keizerin, die, naar men zegt. even lechtyaardig c."ii streng is als goed. zich genadig toonen -Dat zal zij. mijn hart zegt het mij," lic-p Ludmiliu, cii ik zal ook niet eerder op houden te smeeken, tot.... Maar zie, zoo onderbrak zij eensklaps zich zelve, daar zijn wij juist hij de kapel van O. L. V. aan 't strand. 11c weel niet hoe net mij op eenmaal te moede wordt; eene inwendige s:em roept mij toe niet voorbij te rijden, maar iu liet heiligdom eerst kracht en sterkte af te biddon voor de moeilijke taak, die ik op mij genomen heb. Zij beval den koetsier stil te houden en klom met hare gezellin dc- trappen op naar do aloude kapel der heilige moedermaagd. De heilige stilte welke in de kleine kapel hoersclite, was wel geschikt iedereen, die den drempel overschreed, tot diepe en innige godsvrucht fc stemmen. Zachtkens traden Ludmilla en hare gezellin binnen, zoo zach», dat zij niet werden opgemerkt door den man, die, zich alleen gcloovend, halfluide voor hot altaar, aan do heilige moeder Gods tuegewijd, zijn geprangde» boezem lucht gaf. -O moeder van barmhartigheid, zoo had hij, gij, die door uwe machtige voorspraak bij uwen goddelijke» zoon alles vermoogt., help mij het raadsel oplossen, hoe de doos van den markies de la Tour in den zak is geraakt van den slapendon tuiniersjongen, opdat niot schande en onteering op mijne toekomst klove Met ingehouden adem luisterden Ludmilla cii hare kamenier naar het vurige gebed des halen ooit iels te doen, dat tegen het geweten strijdt, al zou tnen er ook voor moeten lijden of ondergaan. Want waar de platte; alledaagsche, louter zinnelijke mensch zegt: is beier een levende hond dan een doode leeuw te zijn", daar zegt ds geestelijk ontwikkelde, de edele mensch »neen, dat is een verfoeielijke leugen; 't is desnoods beter te zijn een doode leeuw dan een levende hond!" Eiereten der Kippen. Het eten der eieren is een leelijkc gewoonto en moeilijk af te wennen. Als middel er legen tracht men eieren van gips in de nesten te leggen. Deze zijn natuurlijk bestand tegen de vernielingswoede en ten laatste zal do kip er mee ophouden haar snavel aan een dergelijk ei, evenals aan haar eigen eieren to beproeven. De gewoonte komt ongetwijfeld daar vandaan dat dc kip in de gelegenheid j Je iels. v-.»n..den J_nhnud vat» een gebroken ei, of - /en een met zachte schaal te gebruiken Hoi te middel tegen deze gewoonte, die spoe dig door andere kippen wordt nage volgd, zal wel zijn aan de kippen zeer fijngemaakte eierschalen le geven of onder 't voeder te mengen, en cr voor te zorgen, dat ze niet bij de eieren kunnen komen. Dit doel wordt bereikt door do nieuwere legkasijes, of door een donker leghok. De kippen gaan spoedig weg van een donker nest ais ze gelegd hebben, zonder naar het ei om te zien. krachtige» krijgers, die daar lag neergekniel j vreemde herinneringen aan vroeger dagen doken in het geheugen der jonge gravin op. Eensklaps stond Irnar alles helder en duidelijk voor den geest en liet zij een luiden gil hooren welke den biddenden krijgsman verschrikt deed omzien. «Michael Nadast, mijn redder 1" klonk het hem tegemoet. De ritmeester herkende onmiddelyk hars s'.em en naderde Ludmilla met on vasten tred. -Michnül Nadast, zoo tioostio zij hem, nadat de oificier haar in vluchtige trekken den benarden toestand, waarin hij verkeerde, had blootgelegd, uw vertrouwen op Maria heeft u niot bedrogenzij hoeft het gebed van den tuiniersjongen verhoord. Ik acht mij gelukkig dat ik do eerste mag zijn om u dit mee tc doelen. Ik laat u niet weer gaan, voer ik u voor Maiia i'heresia heb gebracht; daar zult gij zien of ik hei nl of niet vermag u de ge looide eer en goeden naam terug te geven Doch volg mij naar mijn reiswagen, want het is hier do plaats niet om ophelderingen tc geven. Twijfelend zag Nadast Ludmilla aan. -Mag ik u geloovon?" vroeg hij zacht. Wat vermoogt gij iu mijne zaak En toch uw oog straalt zoo helder, dat liet de hoop weer iu mijn boezem verlevendigt, O neem dion drukkenden last roods nu va» mij af, zeg mij thans reeds, wat...." -Vertrouw op my en volg mijzeido zij eenvoudig, terwyl zij zijne hand vastgreep. Eon oogenblik nog las men in des lilmcos- lers trekken den hevigen strijd dio in zijn boezem woelde. Doch eindelijk beantwoordde hij haren handdruk on sprak, terwijl een diepe zucht zijn hait ontvlood: -het zij zoo, ik volg u Met snelle treden geleidde de gravin den ritmeester naai hare reiskoets ea in oen vlug Dikwijls helpt ook: een eiervrefeiele kip S of 0 dagen op een donkere plaats op te sluiten. Ook raadt men aan een recht v.iil en stinkend nestei te laten liggen. De kippen zorgen dan dat ze zoo spoedig mogelijk na 't leggen het iifsl verlaten, omdat haar reukzenuwen de lucht van een vuil ei niet kunnen verdragen. Helpt ook dit niet, dan zal het 'fc best zijn, om daar, waar veel kippen, gehouden worden, en 't gevaar van overerving der kwaal groot is, de. boosdoensters in den pot te stoppen. Een goedkoope Weerprofeet. Een veel nauwkeuriger wecrvciof- spe.ller dan alle barometers, die alleen de drukking der lucht aanwijzen, is de bloedzuiger. Bij helder weder ligt hij rustig en opgerold op den bodem van 't glas of zwemt gelijkmatig mot rustige bewe ging door 't water. Is er regen te wachten, dan kruipt hij naar den rand van 't glas en blijft daar tot het weder bestendig is geworden. Voor 't begin, van. on weder, of storm wordt hij onrus tig, vcidcft zich van den bodem en ■maakt, zwemmend, snelle en onregel matige kringen, door zich op verschil-, lende manieren te buigen, of ny bltjjfc waar dat mogelijk is, vele dagen buiten 't water en maakt angstige, kiatnpaoh- lige bewegingen. Bij vorst evenals bij helder zomerweder ligt hij op den bo dem; bij sneeuwbuien zit hij. evenais bij regen, boven aan den rand van 't glas. liet glas dat gebruikt wordt om cen: bloedzuiger te bewaren kan een gewoon halfliterglas zijn, of een flesclije van, gen draf brachten de paarden de dcf'iga. equipage naar do residentie van Maria The- l'csia den keizerlijken hofburg. Vurig en innig had Ilma in eene afgelegene, kapel van de S'efaimskerk de heilige Maag!, haar bedrukt hart geopend en haar oin troost en sterkte gesmeekt. Bijna een uur was ep^ verstreken, zonder dal iemand haar in hare godsvrucht was komen stoten. AVel had zij. Uit de verte majesteusche orgelklanken ver-, nomen, wel waren do heerlijke tonen van hei door een sterk bezet koor uitgevoerde. *Te- Deum" tut haar uor doorgedrongendpfiij. enkel on alben met hare eigene gevoelens bozig, kwam hot niet iu haar op te onderzoo kon, waarom op dezen dag dat grootsehe en heerlijke danklied werd aangeheven en maakte zij zich gereed de kerk te verlaten om naar hare ouders terug te keet-en, die haar onge twijfeld angstig verbeidden Doch verbaasd bleef zij staan, toen zij den uitgang genaderd was. Eene dichte, onoverzienbare inoiig-e golfde als cone zee op het i «iniè plein op en »cor en stuwde zijne baren zelfs mt iu do wijde poi talen van den dom. E?ne rij glan zende rijtuigen wachtte aan den hoofdingang, waaruit, juist toen Ilma naderde, een aantal sierlijk gekleedo ridder», zichtbaar de spiu van eenen grootereu stoet, te voorschijn uw den. «Wat is hier gaande V' vroeg het jonge meisjo, aan een def'.ig burger, die d.cht naast haar sVohd. -Zoo, kind gy komt uit de kerk ei) ^y woel niet wat er is gebeurd V' antwoordt!» tlo burger met een luidon lach waar zij dan ywo oogeu en oorgn geweest?" U"oi di vervolgd.

Peel en Maas | 1895 | | pagina 1