WW Bericht voor onze Lezers! Lezen en Lectuur.. Hei gouden Bidsnoer. ZATERDAG 7 OCTOBER 1893 VEERTIENDE JAARGANG. No. 41. Abonnementsprijs per kwartaal. omstreken voor VenraY franco por post voor hol buitenland afzonderlijke nummers 50 c. 65 c. 85 c. 6 c. ■JvSTTj£~~M.11 NT 1 r.li Aï Uitgever L. _A_. SAKSEN. Deze Courant verschijnt icderen Zaterdag. Prijs der Advertentiën: van 15 regels 30 c. elke regel meer 6 e. gVoote letters en vignetten naar plaatsruimte. Advertentiën. Smaal geplaatst, worden 2ma»l berekend. dvertentien of Ingezonden Stukken gelieve men "s Vrij- ■dags vóór 2 uur 's middags te bezorgen aan bet Bureau van »Peel en Maas" te Venray. In den loop van de-ze maand zal in ons Geïllustreerd Zondagsblad een aan vang worden gemaakt met een boeicn- den roman van een gevierden Engel- schen Schrijver, getiteld Het testament van ill i Messen DOOR RIDER HAGARD. £7* Versierd met talrijke fraaie il lustraties, zal dezo roman zeer zeker de aandacht trokken. J» (^'e z'c^ 30. cents (4»^ per 3 niaanden ol 371/2 ct. fr. por post op óns Geïllustreerd Zon dagsblad wenschcü te ahoitnecren, go- Jiêvtt het InteokonbUiot» -hrtv.ölji.Jj'j ónze Courant is gevoegd, gctcekend te zenden aan den UITGEVER. (Do Tijd.) Te Lausanno is onlangs ccn inter nationaal congres tegen de zedelooze lectuur geëindigd. De daar vereenig- de mannen wilden, buiten alle verschil len van politieke en godsdienstige gevoelens om, maatregelen beramen Eeuilleton. Oorspronkelijke ISTo volle. 21. "I)it voorval had de bedienden zeer kwaad gestemd, duar de schijn op hen vieldoch Constance, zonder haar broeder openlijk te willen beschuldigen, gaf hun do verzekering, dat zij geen van allen verdacht en liet geheel aan eene toevallige omstandigheid te wijten was. Na haar vader bezocht te hebben, keerde zij in hare kamer terug, en toen den rozen krans weer hartelijk kussende, wierp zij zicli op haar bijbank en begon daaraan te bidden. -Remold Flenking zat tegen twaalf uren dien avond geheel .-Heen op zijn kantoor, en zijne boeken eens napluizende, wreef hij zich vergenoegd de handen, bij de ontdekking, dat zijne zaken steeds vooruitgingen 011 hij een zeer voordeelig jaar had gehad. Hij was recht tevielen over de positie, die lnj in de maat schappij had ingenomen, en w ij JJe aan God daarvoor zijn dank. «Eene anders in die wijk en in dat nachte lijk uur ongewone beweging stoorde hem in zijne aangename bezigheid. Het oord, waar zijne fabriek stond, kon zich niet beroemen des avonds veel bezocht te zijn, en nu hooide hij onophoudelijk voetstappen van v 00 ib ij gan gers en een druk gepraat. Hij was met to veel aandacht bezig, om zoo dadelijk onder zoek mar de oorzaak te doen, en bleef nog een gemimen tijd aan den arbeid, toen hij geheel onverwacht daarin op onaangename wij/o werd gestoord. De stom van twee voor- ftygiuigors, uic dicht langs zijn raam gingen tegen de vreeselijko verspreiding van zedeloosheid door boeken en bladen, waarbij zij de wenschelijkheid uitspra ken van een gezamelijk optreden door alle Regeeringen. Het verwondert ons waarlijk niet, dat men naar heilmid delen zoekt tegen die maatschappelijke pest. Van katholieke zijde wordt or zoo dikwijls op gewezen en tegen gewaarschuwd. Geen geduchter vijand dan een slecht bock. in menig opzicht gevaarlijker dan een slechte vriend. Lezen is voor veel menschen zoo verleidelijk, dat hut een ware hartstocht wordt, waar bij zij geheel opgaan in het gclezene. Wanneer nu de ondeugd in schooneu bocienden vorm lot in de fijnste trek ken wordt geschilderd, en daarbij dikwijls vergoelijkt, zoo al niet ver heerlijkt; wanneer de verbeelding en het zinnelijk gevoel des lezers worden opgezweept, dan laat hel boek in den geest een indruk achter, die vaak onuiiwischbaar is en noodlottig moet werken voor zijn zedelijkheid. - F.ViViv.eii'.V'?(".j,.:::;,'i!;aar -Is de liiVibed Van boeken, geschriften en bladen, die, nu eens op een toon van onver schilligheid, soms zelfs op een toon van eerbiod geschreven, het op de ondermijning van den godsdienst aan leggen. Iemand, die zijn geest altijd met dergelijke producten voedt, menig maal zonder eenig tegengift te nemen, zal op den duur bezwijken. Onfeilbaar wordt zijn geloof al zwakker en zwak ker. Een ongeloovige en zedelooze pers tracht haar giftige voortbrengselen overal biunen te smokkelen, en daarin bracht hem liet woord «brand" ter ooren, en juist wilde bij zich naar de straatdeur bege ven, toen de klepperman opsloeg en het ake lige geluid van de brandklok iu zijne ooren klonk. Op straat komende, had hij spoedig do verzekering van het onheil gekregen, en 11a zich iu huis bo'goven en zich van eene war mere kleeding te hebben voorzien, liep hij met den stroom van menschen mee in de richting waar men de ramp verwachtte te aan schouwen. «I-Iet was dien avond in de «Gekroonde Posthoorn", die ik juist twee jaren te voren had overgenomen, zeer stil. Mijne vrouw zat, evenals nu. in het buffet, en ik had haar, om dat het oudejaarsavond was, des morgens ecnige versnapering meegebracht, waaraan zij in dat oogenblik alle eer bewees. Mijn ennige bezoeker was Ko Klintermnn, de tol gaarder, die nu ook at ter ziele is; een goede beste kerel, zooals de meeste van de lieercn weten. Wij hadden reeds drie uren onder een glaasje grog zitten smousjassen, toen Ko tegen 1110 zei«Jasper, wat is er een loven en beweging hij den weg, zou er wat to doen wezen?" Hij schudde juist de kaarten door, om te geven, cn wij zouden een nieuw spel beginnen, toen Bertha zich op straat begaf, om te zier. wat daar gebeurde. Zij kwam bleek als een doode terug, zoodat wij beiden verschrikten, en opspringende, vroegen: «Mensell, wat is er gebeurd wat is je over komen «Jasper," riep zij, naar den adem hij gende, «geef me gauw een glaasje water, ik ben zoo geschrikt er is brand Nu was ze toen en nog altijd als voor den dood bang voor brand. Ik voldeed aan haar vei langen, zacht haar zooveel mogelijk gel-ust Ic stelten, en toen zij een weinig bedaarde, besloot ik met Flinterman te gaan zien waar de brand was uitgebroken: Zij had daar uiet slaagt zij, helaas, voel tc veel: nooit liceft zij meer slachtoffers gemaakt dan tegenwoordig. Daartegen wordt niet genoeg gewaarschuwd. Veel schrij vers stellen zich met volle bewustheid ten doel, door het lezen het volk, vooral de jeugd, itt het verderf tc storten. Anderen speculeeren op den bedorven smaak en den ongejaagden hartstocht, om goede zaken te doen. Wat er van don godsdienst en de ze den van hun lezers terechtkomt, daar over bekreunen zij bicli niet, mits hun beurs maar gevuld vorde. liet is de oude geschiedenis van den cyniker, die aan zijn zoon don raad gaf: rem, si possis rede, si noeequocunqüe modo, rem! (Zorg geld te 'ïaken, mijn zoon; als het kan op eeuijke wijze, maar zoo niet, in elk geval toch geld!) Op het congres v 11 Lausanne werd vooral Frankrijk beschuldigd- van de meeste zedelooze g schriften te ver spreiden. Zeker l.c-f: in dat Land de godddeöze en .M.jooze pers een ontzelteRdi5^oog r<---!!B-.ilit en telt zij ii&ar-•'slu'ciïcü.iórs".in éWè" staiicreu der"- maatschappij Iwj duizenden. En dat schijnt daar te in^gcn. Een boek moet al zeer slecht ziju, om er verboden te worden. Doch wat allertreurigst is, juist dat brandmerk, aan een boek gegeven, prikkelt do nieuwsgierigheid en maakt de lezers graag. In België heeft men voor slechte boeken reclame gemaakt door bij .de aankondiging ie voegen: «Dik werk is in Frankrijk verboden." Dat was een van do'pró-' baatste middelen 01» koopeisTc lokken. Toen voor eenigi? jaren de-belgische n""'S^CI' 'eoreboom legen op tegen, mits wij 1 mi' beloofden, dat wij spoedig zouden terug] omen, 0111 haar te be richten, of er voor f s al dan geen gevaar, was. Nauwelijks war wij buiten do deur gekomen, 0FK0 Flints man zei «Nou, die is ruikt dat's 'n brandje dat aankomt!" terwijl hij' épzag naar do lucht, welke die akelig blooiljoode flikkering ver toonde, zelden eenigo twijfeling overlatende omtrent hetgeen er plaats vindt. Het gezicht van die akelig rood^j weerkaatsingen in de lucht heeft altijd mijae sertuwen aangegrepen, en ik héb mij nooit kutijen begrijpen, dat de meeste lieden er een plei(iei tje van maken om naar een brand tc gaan kijken, en met een ongevoelig hart voor dVongelukken, die er bij kunnen gebeuren, uiten antwoord geven, wan neer gy liet verscmkkeüjk noemt: «maar 0, 't was zoo'11 mcói gezicht «Je weet liet, Dirk en Peter, ik ben anders voor geen klein ueLtje vervaard, eu ik zou ine, jgeloof ik. I j eene overstrooming of bij ecu aanval op den pi bl ie keu weg dapper weren en verdedigen, mrar brand maakt mij altijd zenuwachtig- 'c (lebeurt dan tpeli ook niet zelden, dat er menfljlieulevens bij to be treuren zijn, en olschocu nu de liefhebbers van dat zoogenaamde -nooie gezicht" nooit vrees hebben voor finamieele schade, daar zij altijd roepen -oei, het is immers ge- assuiTeord", ik vind liet Jan al zeer onmede lijdend, om niet aan zijnlevenineiisch te den ken, en het zachtste w-Ord. wat ik er voor vinden kan, is «onnodenkftidheid." «Ko Flmtemaiï keek hiaat* onophoudelijk naar de lucht, en dwing mij nu en dan ook op te zien. Allo fnensciiln, die met ons mee liepen, koken omhoog, joodai er velen met huu neus tegen een booé liepen en er één in oeno brecde sloot viel, d A Wfij; met moeite er uithaalden. «Mijne lucren, j^jkuui jo.'gcen begiip 1 ■- - de verspreiding van zedelooze ge schriften in België krachtig optrad, werden zijn maatregelen, die voor de zedelijke gezondheid van het volk hoogst noodzakelijk waren, door de li berale bladen scherp gelaakt, als eer. aanval op de rechten der pers. Van den Peereboom heeft er een weldaad d oor bewezen aan zijn Land. (Slot volgt.j Eenïge werkzaamheden, in het kort medegedeeld, welke in de maand October door landman en oolt- Iclcr, door bloemkweeker en houtteler verricht moet worden. Wij beginnen met den akker. Het begin dezer maand is dc lijd va:i het zaaien van vinter-gerst, waarvoor men ongeveer 1.8 tot 2 II. L. per H. A. ge bruikt. Voor wintertarwe gebruikt men dezelfde hoeveelheid zaad. De zaaitijd is hiervoor van half September tot hall' October. W" in ter-rogge, die men kan uitstrooien van half September tot half 'Jümiai 1 Oil wtfffï-vaii-niiiu 2r—-U IJ.L. por Ii.A. moet gebruiken, komt voor deze maand dus ook op de lijst. Men deuke er vooral om, dalde rogge in het bijzon der een goed doorwerkten grond vraagt. Te oogsten valt er nog: veeuboekv cit en in den loop dezer maand gaat uien voort met het rooien van aardappelen, wat de vorige maand reeds is begonnen, liet regenachtig wéér is voor dit alles niet zeer gunstig. Verder zorgc men er voor, voor 1 November, zooveel doen lijk, de wortelgewassen geoogst te heb ben. Verder moet het land in deze en '1 begin der volgende maand gereed ge maakt worden voor den voorjaarsbouw. Den meesten arbeid geeft evenwel de moestuin. Ton le is hel de oogstmaand voor do winiervruchten en ten 2e kan men in deze maand reeds vele voorberei dende werkzaamheden voor het volgen de voorjaar verrichten. De volgende maanden zijn, wat het weer betreft, zoo onzeker, dat men in October alle gunsti ge dagen goed moet gebruiken. In dezo maand kan men nog koolsoorten en winter-salade aanplanten, doch dit moet geschieden op droge bedden, die eenigs- zins in de luwte liggen. Men zet ze echter fn cenigszins diepe voren, opdat men later de aarde, om de planten kan ophoopen. Uil den grond worden genomen, om :n don kelder overgebracht te wordeu: gele wortelen, winterradijs, peterselie- wortcls, paslinaken en selderie, de drit^ laatste evenwel in 't laatst dezer maand. Men sla echter niet te veel in den kelder op, maar brenge liever een groot deel op een droge plaats in den tuin in een. groeve, waaruit meit cenjge malen iu - !.-•!! winter, -fo.ifetöewjg&gcn,- den-- voorraad in den kelder lean aanvullen. De verschillende koolsoorten kunnen tot hot einde dezer maand blijven staan, met uitzondering van boerenkool, die men, zoo mogelijk, in deri:grond laat, tot men ze gebruikt. Dc andere soorten brengt men op een droge, plaats in den tuin en werpt aan beide zijden van do opslagen groenten een aarden wal op van ongeveer 35 c.M. hoogte. Deze aardwallen dienen, om ér in koude win ters, zonder sneeuw, latten overheen te leggen, waarop men dan een beschut tend dak van stroo aanbrengt. vormen, wat een leven en bedrijvigheid het hier in de buurt was. Ik vergat dat wij zeiven zoo hard lic-pea cn sprak ontevreden lol den tolgaarder «Wat Ioopen die menschen toch allemaal hard, 't is of er geld te halen is! Ik kan iiot maar niet velen,, dat 111011 er een proije van maakt." -Kijk crcfs," riep Flinterman «'t wordt waarachtig nog erger, zie je wel, de lucht is nog rooier geworden; zie je dat flikkeren wel? Wil je wel goloovcn, datje hier op de straat uit een hoek je avondgebeden zoudt kunnen lezen?" -Ik geloof liet wel," antwoordde ik, -maar ik bid ze toc'u lieicr op mijn gemak tc huis. Ko, ik kan je met zeggen hoe akelig ik brand vind." «Ik ook," zei Ko, «nvuir 't is nu een maal zoo, en 't is immers ook niet hij jou of mij. Jo moet je die zaken niet zoo erg aan trekken. Geloof me, waarlijk, ik zie liever dat een ander zijn hals breekt dau ik mijn pink." «Do eigenliefde," zeide ik, «die ieder mensch van nature aangeboren is, doet ons uilen, ik houd hot:ér vnor, zoo deuken maar Ko, neem me met kwalijk, het is niet pieizie- rig om zoo iels ie hooreu." «Nou stel je tevreden," sprak de tol gaarder, die zich bitter weinig aantrok, -ik 'zal mijn leven belerenik zat hol voortaan nel als jjj alleen maar denken." -Ik heb je nog niet gezegd, dat ik er 7,00 over denk," gat ik hem ten anlwooid. «Neen, beste Jongen, we zullen 't cr maar voor houdenje zult toch wol not zoo goed als ieder ander -hoe noem je dat uiuoic woord ook weer"? eigenliefde i bezitten. Je bout wel een goeij.-- vent, een bra\c eerlijke kerel, rnnar neem me niet kwa lijk, je wordt Iceh oólc liever rijk, dan datje 't een ander ziet worden, terwijl jij arm blijft." «Er viel tegen die redeneering niet veel in te brengen, en ik vond liet maar het best, daarover te zwijgen. Onder dit gesprek kwa men wij do plaats van het onheil al meer en meer nabij, en toen wij ons nog zoo wat tien minuten daar vandaan bevonden, vroegen wij aan een boer, die ons hollende w ilde voorbij- loopen, daar wij op onze vragen aan anderen geene voldoende verklaring hadden gekregen «Vrind, weet je ook waar het is?" «liet kasteel -Doehlcnburg" staat in brand!" gaf hij ten antwoord en zette zich daarna weer 111 den draf. «Mijne lieer an, ik kan je niet zeggen, hoe ik schrikte. Dat oude kastéél, waarop ik zoo veel jaren als bediende had doorgebracht cn mijne goedo vrouw had loeren kennenI)o tranen kwamen mij in do ongeil, toen ik aan den ouden jonker en zijne dochter dacht, cn met een zucht ontsnapten de woorden aan mijn mond -God zij hen genadig en behoede hun leven «Och, ben je mal, kerel, wat denk je nou, dat zulke menschen verbranden sprak Ivo; -wees verzekerd, die hebben al lang de plaat gepoetst. Je moet je alles nie: zoo na: - trekken. Mijn hemel I als ik dat gedaan had, Jasper, dan was ik al lang dood. H01T je be daard. 't zal beter gaan dan je denkt. 't Kasteel -Uoc-b'ènburg" brandt af, in de vol gende week bouwen zc het weer op. en dan gaan de j -uker mei. freule Constance cr weer inw onen of er niets gebeurd is." Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1893 | | pagina 1