en l. a. sAsEisr. Vertrouwen, Het gouden Bidsnoer. ZATERDAG 9 SEPTEMBER 1893 VEEBTIÏDE JAARGANG. No. 37. MAA Prijs der Advertentiën: voor Vbnray franco por post voor hot buitenhuid afzonderlijke nummers 30 e. 6 o. Uitgevr: Doze Courant verschilt icdercn Zatcrda van 15 regels elke regel meer proote letters en vignetten naar plaatsruimte. Advertentiën, Smaal geplaatst, u-orden 2rnaal berekend. Advertentien of Ingezonden Stukken gelieve men 's Vrij dags vóór 2 uur *s middags te bezorgen aan bet Bureau van xPeel en Maas" te "Venray. 't Moei al heel slecht met iemand gosteld zijn, als hij alle fierheid lieoft verloren.. De slaaf, over wiens leven een ander naar welgevallen beschikt en die, met oen willoozo gelatenheid berust in de uitoefening van dat ge üsurpeerd recht, kan nog iets hebben overgehouden, dat er naar gelijkt, als een laatste vonk van karakter; maar terwijl de lichamelijke slavernij uit do beschaafde maatschappij is verdwenen ontdekken we niet zelden een dienst baarheid, een onderwerping der ziel, -die allerpijnlijkst aandoet, als volko men onbestaanbaar met cenig begrip van menschelijkc .waardigheid. --Erger dan eau slaaf is hij, bij wien de aandrang tot bosgoede is rmrler- drukT doórToozciTfieigingen, die zich niet weet te verhellen bovon de ver leiding van ziunelijke lusten. Onder alle omstandigheden is het een treurige aanblik menschen te aanschouwen wier zedelijk gevoel hen niet heeft beschermd tegen "den duivel van de hebzucht, van de wraaklust, van do jalouzie, of die, ter wille van lage geniotingeu, hun aanspraak op achting moedwillig prijs gaven. Om den mensch in het goede spoor te houden hem weerstand te doen bieden tegen de aanvechtingen van het kwaad, zijn Feuilleton. Oor^xoroixkelij ko Xo veile. 17. «Ik bob bier niets anders op te antwoor den," sprak Reinold, terwijl hij bom met minachting aanzag, -dan dat gij den hemel rnoogt danken, dat gij er zoo genadig afge komen zyt, en ik u aanraad iu het vervolg mij op mijn weg niet weer te bemoeilijken, want dan zou ik nu; genoodzaakt zien mijno burgerhanden aan uw adellijk kleed vuil to maken, en door het gewaad van den zougo- nnnmdcn edelman tot de huid van den woest- jiard en indeling door te dringen." -Ellendeling wat zegt gij daar ric-p Richard, als buiten zich zelvon van toorn, -gij overlaadt mij met nieuwe beleedigmgcn deze oischen ecne bloedige voldoening." -Zoudt ge dat donken sprak de fabri kant, -woes vorzekerd, dat i(t mij om uwe eischen in 't minst niet zal vovmoeien, ea zo niets eens mijne aanducht waardig keuren. -Nietswaardige -parvenu," riep de woeste Richard, nog meer iu drift ontstoken, -gij waart mij reeds voldoening schuldig, dat ge u hebt vermeten de hand mijner zuster te vragen. Denk voortaan oin ecne dienstmaagd, maar nooit aan een meisje van edele goboerlo!" --Ik lach om die edele goboorto, hot is in mijn oor niets dan een hollo klank ik heb op het zedolijk gedrag van uwe zuster niets al' te dingen, doch lieden als gy maken die edele geboorte tot spot en doen ons zien, dat die zoogenaamde adel een klank is zonder be teek en is." «Gy zult morgen vaD mij hooren," sprak prikkels noodig..De machtigste is het eergevoel, dat niet kunstmatig behoort te worden opgewekt, maar steeds aanwezig is, om te waarschuwen als "«'ij op den kruisweg staande, mis schien gevaar loopen den voet te zet ten op een pad, waar den voordcel belovende slechte handeling ons ver lokt de verkeerde richting te volgen. Wie bij elke aanleiding tot eene af keurenswaardige daad, torstond komt tot het besef, dat hij zich te goed acht om zóó te bandelen, die is sterk als de eik der woude, fier het hoofd omhoog stekende, al loeien de stormen. Diezelfde fierheid is ook een onmis bare waarborg bij onzo onderlinge betrekkingen. In menig opzicht hangen wij af van de goede trouw van ande ren, elke samenwerking wordt onmo gelijk. waaneer we niet vooraf met zekerheid weten, wat we van onze medestanden kunnen verwachten. Niet alle wederzijdsche verhoudingen, waar in we vrijwillig treden, kunnen go- regeld worden bij schriftelijke over eenkomst en/lo- rU 1:0„ ling of met Strafbedreiging ï^c'. contractbreuk; elk oogenblik zijn we verplicht, ons eenvoudig te verlaten op iemands eerlijkheid en goede trouw Maar we doen dat met de meeste gerustheid wetende dat we te doer, hebben met een man van karakter te fier om een laagheid te begaan; we stellen vertrouwen in hem, zonder eenige verzekering te verlangen dan zijn woord. "Engeland vertrouwt, dat heden ieder man zijn plicht zal doen," sprak Nelson in de laatste proclamatie, die [•scli ij c Richard, naar zijn paard stappende om er op te springen. -Het zal de vraag zijn, of ik naar u zal luisteren, en zoo ik dit al wil, of ik er den tijd voor beschikbaar zal hebben," beet do joukrcun hem toe. - -Ik zal u wel weten to vinden, mijnheer de fabrikant, reikhalzende en hunkerende naai de bund van eene adellijke dame," antwoordde jonker Richard. -Ilet is nog altijd de vraag, of u dit zal gelukken, zooals gij het bedoelt, bluffende edelman, afgerost door een burgerkind, dat zich als fabrikant verre boren uw adel ver heven gevoelt," voerde hem Reinold tegemoet. -Wij zullenzicri," vervolgde de jonker, of ik het van mij zal kunnen verkrijgen, mij oodanig te vernederen, om uw vergiftigd proletarisch bleed te doen stroomen." -Het is alweder do vraag, of ik or mij toe beschikbaar zal stellen, en gij er toé in staat zijt," sprak lleinold zeer kalm en be daard. -Jou snoevende fabrikant -Jou laaggezonken, nietswaardige edel man «Ellendige -parvenu -Verdierlijkte jonkheer De jaatst.o sprong, met het schuim der [ramschap op de lippen, te paard, gaf dit de sporen en een blik van de diepste verachting op den fabrikant werpende, die hom met de meeste bedaardheid nastaarde, verdween hij in galop. Den anderen morgen was Reinold op zijn kontoor bozig, toen Chrisiiaan, de huisknecht, het kaartje van eeu bezoeker binnenbracht, die mijnheer verlangde te spreken. •-.Vraag dien heer of hij een halfuur lijd heeft ,om te wachten, want mijne bezigheden laten- het niet toe mij op Uit oogenblik mot hem te onderhouden," sprak Reinold, hij tot zijn scheepsvt; richtte eenige oogenblik ken voor di zeeslag van Prafalger. Een bev< en ook geen verzoek, slechts cenrerinnenng aan een vaststaand feitsDe vlootvoogd rekende op zijn miien, gelijk hij het deed 'op zich zelvn, en de oceaan was er getuige vanjoezeor die ver wachting in vervullin lcwara. Ook in de kleine .wisselvalligfejen des levens moeten wij iets, moail we zelfs als 't kan zeer veel van 4lson hebben, zelf trouw zijn tot in ji uiterste, he:i, die met ons werken, dagen en strij den, van het gevoel dordringen, dat wij onvoorwaardelijk op hen rekenen. Dan zal geen moeielijkhid. hoe groot ook hen afschrikken. 2'i zullen won deren verrichten. Hoe' dkwijls is hel niet gebeurd, dat nog sluimerende krachten tot bewustzijn'kvamen, alleen door een woord in derr jeest van den Britsoheh vlootvoogd Niets is mecrvgesclijkt om dc mon- schcn van elkander tfc verwijderen dan wantrouwen. Zekef, daar zijn er, zen hebben, zwak te zijn. Eeu blind vertrouwen is allerminsteen veilig kompas op de levensreis, \Daar komt nog bij, dat in zaken v&n handel de- te goed geloovige'-Mie kans, heeft-het kind van de rekening te woiöen. In de- stoffelijke dingen is Irct plicht zich van behoorlijke waarborgen fé omringen, om tegen allo vfcprvallen gedekt te zijn; men kan öjfljiers licht het slachtoffer worden va'n iemands gebrek aan nauwgezetheid, of van een noodlottig toeval? Uw beste vriönd -De kuocht vertrok en bracht de boodschap terug, dat mijnheer zou wachten. -Zonder er een oogenblik aan te denkon, wat zijn bezoeker op hot oog had, terwijl deze volgens don naam, dien liet kaartje vertoonde, hem geheel onbokend was. trad Reinold met gefronst voorhoofd, altijd nog ami ziine zaken denkende, het salon biunen, waar de vrootu- deling bom wachtte. -Wodorzijdsche groeten werden gewisseld, en de fabrikant bood zijn bezoeker,-.tflo een lang schraal mensch was, met eeu .dikken knevel en een uilgedroogd en vorloopen ge laat, maar wiens voorkomen, onmisbaar be schaving en opvoeding venied, oen stoel, waarvan hij, naar het scheen, tot nu toe nog geen gebruik had gemaakt. f -Ik dank u.' sprak de lanfcc hecr. -Gij zult mij zoker niet kennen," jervolgde Dij cenigszins weifeleud, zooals ir»n doet, wan neer men, gemakkelijkheidshalve, zou wen- sclien wel bekend tc zwn. -Ik heb die eeifjuet," antwoordde 'Jfêxr uold-uw naam, wëjfceu ik op. bet"kaartje heb gelezen, het spij^ïnij 't iutespclt®t.zeg- geu, is mij even vrcein® in ieder^y'al,. mng ik weten waaraan ik,'iet genoegen van uw bozook te danken heb t'-' -Mijnheer," antwoordde do magere be zoeker. -het is eene zaak van eer, tlie mij tot u drijft. Er schijnen onaangenaamheden tus- schan u cn^jcmker jieilicer te hebben plaats govonden, waaruHv hij mij, als zijli besten vriend, hoe# gekozen oni dic te ftsgeléu. -Dat hij met den-besten vriend'%an jon ker Zoilker te doen had, deed den man met het bleeke en vorloopcii gezicht niet in Rei- wiens eerlijkheid vaststaat als eefi rots, zoodat gij hem een aanzienlijke som gelds zonder ontvangbewijs hebt durven ter hand stellen, kan plotse ling overlijden, voor hij nog gelegen heid heeft gehad in zijn boeken aan te teekeuen ot aan een derde te zeg gen dat hij nu debiteur is geworden, is liet dan niet wenschelijk dit geval te voorkomen? En bovendien als men went dal gij in zaken nogal »goed den bodem gebruikt. Hoe kan 'M een jonge boonl, die iu de plaats van den verdwenen voorganger is gekomen, in zoo'n schrale grond groeien, die arm is aan voedende stoffen, vooral, omdat in den regel bij het planten weinig zorg wordt gebruikt? Hoe dikwijls wordt niet vergeten, den grond volkomen te vernieuwen! In de meeste gevallen stelt men zich tevreden met in een zoo nauw en klein mogelijk plantgat een kar mest niet missen, of velen zullen trachten van die voor hen aanlokkelijk gelegen heid partij te trekken, zoodat een in zijn oorsprong goede eigenschap een aanleiding kan worden niet slechts lot uwe schade maar vooral tot anderer schande. (Slot volgt.) vertrouwen" zijt, dan kan het of compost te brengeu en daarop den 1 boom te planten. Men denkt dan het zijne gedaan te hebben. Groeit nu do boom, tiert hij in den beginne en draagt hij ook enkele vruchten, dan zijn de voedende stoffen in den grond spoedig: erbruikt, de wortels komen in den uit— geraergelden grond, vinden geen voe dende stoffen en groei en vruchtbaarheid houden op. Voor we er om denken, hebben wo in den ouden boomgaard een sukkel meer staan, die aan tal van ziek ten sterft en 't offer der insekten wordt. Wat daartegen te doen? Het beste middel is aldoend te handelenivaardoor de klachten zullen verdwijnen oyer da En daartoe handele men als^olgt: Men neemt oen nieuw stuk grond, gunstig gelegen en goed van bodem en legt daar op een nieuwen boomgaard aan. Ge schiedt die aanleg met de noodigezorg, hoeft men gezonde, krachtige boomen. liefst afkomstig uit de oorspronkelijke streek, waar ze inheemsch zijn en pas send voor liet klimaat, waar ze moeten staan, maakt men dan gaten om ze in te zetten van voldoende grootte (1,50— 2M. in doorsnede, 0,51 M. diep, al naar verhouding van den grond) en geeft Jonge vruchiboomen in oude boomgaarden. liet gebeurt vaak', dat men in oude, veeltijds niet eens goed onderhouden boomgaarden, waar hier en daar een 1of door den storm is omgowftcutt, - jviige Jföómeu up u«- icv-*.- plaatsen plant. Die boompjes kwijnen en willen geen vrucht dragen. Dan klaagt men en zegt; »We kunnen hier geen vruchten meer kweeken, vroeger bad ik overvloed van ooft en nu nauwe lijks genoeg voor mijzelven," enz. »De oude boomen geven nog maar zelden wat goeds en de jonge boomen dragen in 't geheel niet." Hoe komt dit Wel, men verlangt het onmogelijke van den boomgaard. Zestig, honderd en nog meer jaren achtereen hebben de wortels dezer boomen de voedende stoffen uit bij noodig hadden, ora ons hierin behulpzaam te zijn." -Gij hebt den jonker een belcedigotiden slug met zijne karwats toegebracht-, cn gij begrijpt wel, dat oen edelman zulk een hoon niet ongewroken kan laten," sprak de bleeke heer, den bedaarden fibnkant met eene soort van nadenken aanstarende, als wilde hij zog gen -liet is geen bagatel, weet je wel watje gedaan hebt?" -Juist; ik heb den jonker met »zyn eigen" karwats (hoe schoon kliukt dat! een slag toegebracht, nadat hij eerst naar mij go- slagen en mij niet getroffen heeftdit was do kastijding, welke hij verdiende." -Daarop." vervolgdo de bezoeker, -zyn hevige verwijten en beloedigemle uitdrukkin gen van uwe zijde gevolgd, die geen edelman 'straffeloos inag aanhooren." Wanneer hij zo niet had willen aanhoo-- ren, had hij .er- gcene aanleiding toe moeten geven, on hij is mij in dat opzicht niets schul dig gebleven." -'t Zijn aliijd moeilijke en onaangenareo zaken voor eon viiend, mijnheer; maar men mag in eene zaak v an oer zijne vrienden niet in den Steele laten ik gevoel zelf, dat zij niet kan geschikt worden, zonder dat er blued stroorae."' -Reinold glimlachte en zoide: -Och, dat meeut go niet 1" -Wis en waarachtig meen ik hot, mijn heer; gij zult het wel begrepen hebben, gij ziet mij hier voor u als zijn secondant, en ik bon van plan die zaak. zoo net en rechtvaardig mogelijk te behandelen, Rechtvaar-liglietd^efTTlofiréid zijn tvéo goede nold's achting rijzen, en het was op eenigszins eigenschappen, wanneer zy bij andere gelegen strocven toon. dat hy ten antwoord gat" -Ik weet met, wat er aan dtc£?.aak te regelen valt: ik dacht, dat zij was af^eloopon, en zoo niet, dat wij er dan toch geen derde heden worden aangewend maar gij begrijpt tocli wel, dat ik do man er niet naar ben om mij een oogenblik over uie zaak moeilijk t makoiv," zcidc Reinold op sat cast ischen toon -Mijnheer, je moet vechten 1" riep de secondant, driftig wordende. -En ik Zal liet niet niet doen," sprak da fabrikant bedaard, -Hei kan u toch niet onverschillig zijn» voor een eerloozc en lafaard te worden uitge kreten -Ja. wel zeker is my dat geheel en al onverschillig, althans van lieden, dio tot het zelfde soort behoore» als den jonW. Welden kende en verstandige lui zullen mij om mijna weigering achten." -Ik raad u aan den jonker niet tot het uiterste te di ijven do zaak moet haar loop hebben mijn vriend geeft u de keus der wa penen." -Dat is heel beleefd van hem, maar ik zal er geen gebruik vnn maken -Ik raad u het pistool aan. op twintig passen dat eindigt dikwijls meteen gunstige» afloop." -Gij kunt uw raad op een anderen keer houden, tot ik er om vraag; ik zal noch met het pistool, noch met den degen vechten." -Mijnheer Flenking, wees nu niet dwaas," hernam de secondant zeer gemoede lijk, -en diijf niet langer den'spot met mij» want zonder te vechten komt gij er niet af de jonker dorst naar uw bloed." -Mijnheer," antwoordde Retaold, terwyl hij eindelijk zijne bedaardheid'liegon te ver liezen, en tot dicht ouder deoojjen van dei» secondant tiad. -jonker Zoilker, zegt ge. dorst naar mijn blood breng hem do boodschap over., dat mijn bloed nog to veel waarde bezit, om er uu'.telooa eeu druppel vau te dooa ver,-» H'itjy// cn vnigrf.

Peel en Maas | 1893 | | pagina 1