Het gouden Bidsnoer.
ZATERDAG 1 JüLT laoq
VEERTIENDE JAARGANG.
No. 27.
voor Vknray
franco per post
voor het buitenland
afzonderlijke nummers
Uitgever:
L. A. SASSEN.
Deze Courant verschijnt iederen Zaterdag.
Prijs der /kdvertentiën:
van 15 regels 30 c.
elke regol meer 6 c.
groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Adrertentien, 3maal geplaatst, worden 2maal berekend.
- --y
In 1S91 is aan meubelen ingevoerd
voor een waarden van f1,329,969
en aan kleedingstukken voor een som
van f4,114,561, waarbij gerust kan
gevoegd worden, 30 pCt.afgetrok
ken bij den invoer, dus f 1,633,359.
Dat maakt samen f 7,077,879, zegge
ruim zeven millioen gulden!
Wat een rijkdom zouden die mii-
lioenen onzen haudwerks- en ambachts
lui aangebracht hebben, als al dat
comptant geld in het vaderland ver
werkt was; indien de bemiddelde inge
zetenen genoopt waren geworden, dat
geld, zonder een cent te verliezen, op
weldadige wijze te besleden tot on
dersteuning, instandhouding en uitbrei
ding van den nationalen arbeid, den
nationalen rijkdom, dal is de rijkdom
van allen.
Maar daar vraagt onze handelspo
litiek niet naar. 'Zij schijnt het er op
gezet te hébben, alle werkzaamheid bij
het volk le dooden. Zoo zag men vroe
ger gedurende de lange avonden bij
heeren en buigors overal liet spinnen-
wiel snorren; maar onze handelspolitiek
heeft er voor gezorgd, dat dit niet meer
nöCciT^iSr7--
Volgens de statistiek der Regeering
is er in 1891 voor niet minder dan 30
millioen aan manufacturen, gebreide en
gewe\en kloedingslukken en modewa
ren ingevoerd.
Stel dat daarvan, tengevolge van doel
matige bescherming, maar de helft in
Nederland gefabriceerd was, hoeveel
duizenden handen hadden daardoor
werk kunnen vinden, wat een arbeids
vermogen, welk een vermeerdering van
den nationalen rijkdom zou er door ont-
Advertentien ef Ingezonden
Stukken gelieve men 's Vrij
dags vóór 2 uur "s middags
te bezorgen aan bet Bureau van
»Peel en Maas" te "Venray.
Curiositeiten over
handelspolitiek.
Onze handelspolitiek is er op bere
kend, weinigen te bcvoordeelen ten
koste van velen. Van vorscliillende
nijverheidspróducten worden inkomen-
do rechten geheven, daarentegen wordt
geen enkel landbouwproduct door een
invoerrecht beschermd. Eén is or be
voorrecht landbouwproduct, dat op de
bescherming onzer Rogeering bogen
fiiag, en dat is de kaas.
Van dezo wordt namelijk 15 percent
geheven. Waarom juist van de kaas
en niet van do boter, die toch ook
voor oen aanmerkelijk bedrag wordt
ingevoerd (2,443,015 kilo in'91)? Ja.
dat is het gehoim onzer .handelspoli
tiek. Datzelfde'stelsel lévert nog meer
curiositeiten van dien aard op. Als in
Nederland "ffrf-slager een koe of kalf
slacht, dan moet hij betalen 10 pCt.
der waarde van de huid, vet, roet en
afval, maar als de groothandel invoert
aan huiden van rundvee 15,493,776
kilo, aan reuzel 18,726,374 kilo, aan
talk, vet en smeer 40,764,065 kilo,
dat is, volgens de ofïicieele statistiek,
voor een waarde van 33,818,S79 gul
den, dan betaalt de groothandel
geen cent 1
.Nog iets. Volgons de statistiek der
Rageering heefi een hectoliter bier een
Eeuilleton.
Öorspronkelijlte jSTovelle.
7.
Wees tocli ook niet kinderachtig, jo weet
immers wel, dat al wat die domme bygeloo-
vige hoer van -Doeblenburg" heeft verteld,
niet anders is geweest dan zijne vei beelding,
die hem in de war hielp hoe kan je zoo iets
gelooven?"
Bertha schudde op treurige wys het boofd,
toen Jasper haar verliet om Pulmnn hel go-
vraagde to brengen: Daarna wendde hij zich,
de pook tor hand nemende, tot de kachel, om
dia nog eens eone lieusch vermaning (e geven,
en zette zich zooveel mogelijk op zijn gemak
terneder, om de door mij gevraagdo modedoc-
lmgen aan te vangen.
III.
Het kasteel Doeblenburg en zijne bewoners.
»\Vaar moot ik het eerst mee beginnen?"
zeiilo Jasper, terwijl hij, vooroverbukkonde,
den ruigen kop- van Sultan streelde, zoo het
scheen deze kleine pauze te baat nemende om
zijne gedachten ecu weinig to regelen.
-Dat zal jo zelf dienen te weten, kaste
lein," riep de heldhaftige wagenmaker, die
zich vermaakte met lungs zijn pokdalige wan
gen te wrijven, alsof hij hoopte zo weder glad
te krygen.
"Begin maar met hel begin," sprak de
angstige boer, om zijn eigen geestigheid la
chende, «of liever, begin maar in 't geheel
niet, want je schudt maar van dio wonderlijke
dingen ïu myn kop wakker, die ik liever ver
geten wou."
gemiddelde waarde van t 6, en daar
deze drank op den invoer belast is
met f3 per hectoliter, geniet hij dus
een bescherming van 50 pCt. der
waarde. Daarvoor verdient de Regee
ring een pluimpje, vooreerst omdat
men van het buitenland alleen bier
soorten ontvangt van fijne qualiteit,
daar de geriuge soorten het hooga
invoerrecht niet dragen kunnen; en ten
tweede omdat in het vaderland, dooi
de weldadige bescherming, voortdu
rend meer leven in de brouwerij komt.
Maar als nu een welgesteld brou
wer vaat- en kuipwerk noodig heeft
en dit uit den vreemde laat komen,
betaalt hij daarvoor geen cent aan de
schatkist, omdat do invoer van vaat-
en kuipwerk is vrijgesteld. Waarom
vrijgesteld? Misschien om den kleinen
kuipers baasjes, die men vroeger overal
aantrof, hun broodwinnig te ontnemen
ton behoeve van rijke brouwers en
branders? Men zou het zoo zeggen:
in elk geval past het volkomen in het
systeem om enkelen te bevoordeelen
ten koste van velen. In 1891 is aan
kuip- en vaalwork, ingevoerd voor een
waarde-van 1 1,265,549,000', vrij van
rechten; dat is zeker geen bagatel.
Al die kleine baasjes als kuipers,
touwslagers, mandenmakers, steenbak
kers, nagelsmeden, klompenmakers,
steenhouwers, houtzagers, schavers,
enz., enz., die men vroeger overal
aantrof en die behoorlijk met vrouw
en kinderen hun brood haddon, zijn
opgeofferd aan onze ongèlukkigo han
delspolitiek. Al -de voortbrengselen
toch van die kleine fabrikantjes of
ambachtslui zijn vrijgesteld van in-
«Ivom, Krelis, wees nu niet kinderach
tig," vermaande Kalp, de hoefsmid, «jo bent
hier immers op hel oogenblik veilig en bij de
wanne kachel; d<<u is liet wel eens aardig
zulke vcrtelselljes aan ie hooren ga anders
J ie ver heen, als het je al te zenuwachtig mocht
maken."
«Wie gaat er dan mot me mee?" vroeg
do bijgeloovigo landman, die het zeer wel
aanstond om te vertrekken, maar dit niet
gaarne deed dan in gezelschap.
«Wie er met je mee gaat?" vroeg Jas
per spottend, -wel, mijne vrouw, wil die je
thuis brengen?"
Dit gezigde scheen den vreesachtigen Kre
lis een weinig tot nadenken te brongen, en
hem in zijne mnnnelijko eer te krenken; hij
vond het denkbeeld, door eene vrouw be
schermd te worden, wel wat kwetsend on
zwoeg bij die bijlende woorden van den anders
goodigen dorpswaard. Hij haalde zijne schou
ders op, als wildo hij zeggen: «nu ik zal mij
aan mijn lot onderworpen, begin in 's hemels
naam. Met een dom gezicht, waarop cenc ze
kere kluchtige gelatenheid te lezen was, sloeg
hy zijn rechterbeen over zijn linker en schikte
zich geneel in de positie van den aandachtigcn
en goduldigen toehoorder.
-Het kasteel -Doeblenburg," begon de
waard, -is u allen bekend, ten minste van
buiten, daar jelui weet ook, dat ik hel sinds
jaren van binnen heb gekend. Ik sleet er een
goed gedeelte van mijne jongelingsjaren, en
do betrekking, welke ik daar als bediende heb
waargenomen, mnakto mij met veel zaken be
leend, waar ik anders niets van had geweten.'
«Dat is iets, wat vanzelf spreekt, anders
hadden we jou niet noodig om ons de bijzon
derheden van het kasteel te vertellen," merkte
de lastige en hoogwijze wagenmaker aan.
-Dirk, hou je stil, val den man nu niet
voerrechlen. 't Is of.liet er in alles
om te doen geweest is, de kleinen te
ruïueeren en de groote te bevoordeelen.
"Wil een deftig hoéj'schap zijn meu
belen uit Pruisen, 13'eluie, Frankrijk
of Engeland laten komen, dan betaalt
hij daarvoor zoo weinig invoerrecht,
dat het liaast de moeite niet waard
is, er op te letten: 30# hoogstons 40
gulden van 1000.
Iu elk geval betaalt hij van. de
meubelen daö toch ie bi}, Maar koopaiï
welgestelde Nederlander^, uit ijdelheid,
hun kleeren buitenlands, dan betalen
zij voor., het maakloon 'feitelijk niets
en voor de stof hoogstens 3 a 4 pCt.
van d'o-waarde. Ze krv;gen dus den
arbeid' van onze kleermakers, naaisters
en modisten vrij van rechten op den
koop toe, van onze kleermakers en
naaisters, die in hot lieve vaderland
kooge belastingen moetim betalen!
Als van het gedisl: leerd een in
voerrecht van 23 pCt. ivordt geheven,
van de kaas 15 pC~t.,.i'van de siga
ren 20 30 pCt., van het bier 404
5Q?4>Ct., waarorn z m van mcu-
bcjW.i" en ""kleedfngstuKltc», die' met
tót-- de gewone fabrikaten behooren,
geen 10 pCt. inogen geheven worden?
Kon de Minister 'daartoe besluileii,
dan zouden de liefhebbers "Van bui
tenlands goed, die nu.JSn de lage
rechten een aanmoediging-jvindeo om
hun geld buiteniautfe/to^esteden^in
plaats van inlandsóiig handwerks- en
ambachtslieden vfjqr.t te 'helpen, zich
wel tweemaal bedonkon eer zij bij de
buitenlandsche prijzen nog 10 pCt, in
voerrecht betaalden.
in de reden," sprak de hoefsmid op vermanen
den toon, anders wordt het vertellen mode
lij k."
-De jonker Zeilker van Doeblenburg,"
vor'olgde Jasper, rustig als ware hy niet ge
stoord, -was sinds jaron gehuwd met eene
dame; als je me nou naar do waarheid vraagt,
dan ben ik haar naain vergeten
«Dat komt er zoo precies niet op aan,"
we schenken je dien naam."
«Zie je, 't doet er ook eigenlijk niets
toe," verklaarde Jasper; -maar ik weet, dat
zij in ieder geval een dame van een zeer oud
adellyk geslacht was, en buitengewoon gods
dienstig terwijl men van haar man wel niet
geheel hot tegendeel kon zeggen, schoot deze
dan toch een boel bij haar te kort. Hij was,
zooals men dat noemt, wereldsgezind; hield
bij voorbeeld veel van bals, concerten, tooneel-
voorstellingun, on kon ook nog al eens eon
goed glas champagne verdragen; bovenal was
hij een liefhebber van jagen en dit bracht hem
dikwerf met lieden in gezelschap, die door
hunne lichtzinnigheid zijn gedrag niet vei bo
terden. Hij ging wel op zijn tijd naar de kerk
en hoorde de Mis, maar liep de kerk toch uiot
plat
-Dat 's net als jy," voorde de waardin
van achter het buffet op vonijnigen toon haar
man te gemoet, terwijl zij in haar drift drio
steken te gelijk van haar breikous liet,wallen.
-Stil, moedor," vermaande de hoefsmid,
die protestant was, weder, «je maakt 't jo
man zoo mooielijk."
»Ën ik zeg toch, dat ik gelijk'heb," riep
vrouw Klink uit, nijdig met haar hoofd knik
kende, als teeken van bevestiging.
«Ik zeg maar," vervolgde Peter Kalp,
zoo onverschillig mogelijk, -'c zit hem in dat
vele kerkgaan ook niet altijd."
-Daar heb je gelijk aan," ging de waard
weder voort, alsof hy do aanmerking van zijne
vrouw in hel geheel niet had gehoord«ik
heb eerbied voor godsdienstige mousshen,
maar een eerste vereischte om godsdienstig te
zijn, is, dat men de verplichtingen van zijn
staat nakomt, en ik ben bang, dat de oude
mevrouw, zonder het zelve te weten, daaraan
wel eens te kort schoot. Had zij wat minder
naar de kerk gegaan en niet zooveel gebeden,
hoo het anders ook le prijzen is, het zou voor
den ouden jonker beter zijn geweest. Deze
bad met dat al zeer weinig aan zijne vrouw.
Ofschoon hij een groot en prachtig kasteel be
woonde, werd zijn -tehuis" liem door zijne
vrouw nooit genoeglijk gemaakt de'goede
dame zat altijd in een godsdionstig boek te
lozen, bad een rozenkrans, zat in vrome be
schouwingen verdiept, maar was voor don
jonker alzoo geen al te begeerlijk gezelschap,
waardoor hij op 't laatst zich gouoodzaakt
vond zijn genoegen buitenshuis te zoeken."
-Dat had ik ook gedaan," sprak Dirk
Pulman den wagenmaker, die het mal zeden
leer en godsdienst zoo nauw niet nam, en zelf
niét wist welk geloof hij beleed, -eene vrouw
moot het haar man thuis uaar den zin maken,
daar zijn zo voor."
«Zoo denk ik er ook over," vervolgde
Jasper, met een veelbeleckenden glimlach,
zich tot zijne vrouw oralteeronde, daar bij met
zijn rug naar haar toe zat. «Toch was de
jonker niet wat men noemt een kwaad menseh
maar in ieder opzicht zeer levenslustig. Zij
hadden twee kinderen; de ouds'.e, een zoon,
heette Richard en tejde ïuim tien jaar.meer
dan zijno zuster Constance. Beide kinderen
vorschilden hemelsbreed van karakterhet
meisje wirn zoor zacht van 'humeur en begon
reeds jong hare moeder in godsdienstzin te
evenaren, terwijl Richard de voetstappen van
zijn vader scheen te willen drukken en zelfs
blijken gaf, dat hij hem in wereldsgezindheid
overtreffen zou.
staan zijn! Al het geld toch, dat door
den arbeider wordt gewonnen, wordt
weer omgezet in allerlei levensbehoefte,
waarop bakker, brouwer, winkelier en
leverancier elk op hun beurt profiteeren
terwijl bovendien een groot gedeelte als
belasting en accijns in de schatkist te
recht komt.
Salomon heeft gezegd: die werkt is
rijk. Maar onze handelspolitiek schijnt
van het tegenovergesteld gevoelen: zij
laat de gereedschappen voor den werk
man uit het buitenland invoeren, opdat
de Nederlandsche werkman die voor
werpen niet behoeft te vervaardigen!
Wil een gefortuneerd man een fabriek
oprichten, dan kan hij alle noodige
werktuigen daartoe vrij van rechten uit
het buitenland laten komen. Maar zoekt
de Nijverheid, dat is de werkman, die
stoomwerktuigen en machinerieën zelf
te vervaardigen, dan kan hij zich onmo
gelijk staande houden, omdat zijn pro
duct geen genade vindt in de oogen der
Regeering. Reeds velenhebben beproefd
op vaderlandsche bodem fabrieken van
stoom- en andere werktuigen op te lich
ten om die voorwerpe.n zelf te Yervtt&fc-
fiigen, ihUur bijna ai&n zijn gdwtfiin-
omdal onze handelspolitiek dat zocf-v&r*.
langt.
Aan gereedschappen en werktuigen
is in 1S91 ingevoerd voor een waard&
van twaalf millioen. Die 12 millioen had
do Nederlandsche werkman kunnen ver
dienen, als onze handelspolitiek hem
niet voor onmondig vorklaard had.
Dank aan dit stelsel is ook onze scheeps
bouw, die vroeger een Europeesche ver
maardheid had. nagenoeg totaal vernie
tigd. Al de stoombooien, die onder
-Toen bij van de kostschool te huia
kwam, was hij juist achttien jaar, en, mijne
heeren, daar begon je me hel lieve lev«u;
nooit heb ik zoo'n wildeman bijgewoond. Te
huis was hij bijna nooit te vinden, en in de
kerk was 't hem te benauwd, ten minste daar
kwam hij zelden, niettegenstaande onze goede,
pastoor hem nog al eens nareed, en hij van
dozen ook meer wilde gezegd wezen dan van
zijn eigen moeder, die in dien tijd al zeer voel
verdriet van hem had. Hij was nog pas drie
weken in liet ouderlyk huis terug en lu£
reeds drie keer in het water gelegen, twee
maal van den hit gevallen en bijna zyn hals
gebroken, en had op de jacht bij vergissing
Castor, een zeer aardigen hond, voor een haas
aangezien en doodgeschoten.
-Die wildheid van het jonge mensch namv
in plaats van lo beteren, toen hij den inaune-
lijlten leeftijd bereikte, eer toe d.in of. Mijne
heeren, je hebt nooit van je leven zoo'n woes-
ten snuiter gezien dat was altijd maar.hollerv
en draven en meen je, wanneer hij aan een
tol kwam. dut men den slagboom voor hem
behoefde te openen? och, neen, hy ginger
met zyn bruinen draver, een mooi Engelseb
paard, altijd manr glad overheen. Een schut
ter was hij met lijf en zielhy schoot op drie
honderd pas afstand van de tien keer, negen
maal in het hart. De jacht was dan ook eene
zijner voornaamste liefhebberijen, en dagelijks
wanneer de tijd daar was, zwierf hy, met zyn
trouwen hond bij zich, en de geladen buks
ovnr den schouder, door het bosch, dat zich
aan de overzij uren in den omtrek uitstrekt.
Biljarten, mijne heeren. dat zou ik gelooven,
ik heb nooit fijner speler gezien, dat was ca
rambole op carambole of hij de ballen aan een
touwtje had.
WortH verwlgd.