Ontevredenheid.
ZATERDAG 1 AUGUTUS 1891.
TWA A LEDE JA A RG AXG
No. 31.
Uitgever:
W. VAN DE.V MV VCKIIOF-Sassen.
Deze Courant verschijnt lederen Zaterdag.
Over den inmaak en den in-
maakkuil.
Feuilleton.
Eene nog zoo goed als nieuwe
piano voor oud.
Stand der Maan.
N.M. 6e Maandag L.K. 14e Dinsdag V.M. 21 Dinsdag E.K. 28 Dinsdag
Abonnementsprijs
voor Venray
franco per post
voor het buitenland
afzonderlijke nummers
per kwartaal.
50 c.
65
85 c.
6 c.
Stand «lor Zon.
1, 11,21, Juli op 3.50; 3,59; 1.10; v/m.; onder 8.1G; 8.10; 8.1;
Prijs der Advertentiën:
van 15 regels 30 c,
elke regel meer c.
groote letters on vignetten naar plaatsruimte.
Advertentiën, Smaal geplaatst, worden 2maal berekend.
Advertentiën of Ingezonden
Stukken gelieve men Vrijdag
vóór 2 uur 's-middags te be
zorgen aan het Bureau »Peel en
Maas" te Venray.
In den winter roert men liooi, koe
ken en knollen, en wortelen, die men
gaal beschikbaar heeft.
Maar als do gewone voedingsmid
delen beginnen in te korten, als dus
aanstonds de nood aan de man komt
dan spreekt men den inmaak aan en
dan komt men ook altijd met den
voorraad hooi toe.
Men zij er echter op bedacht, dat
wel het goede veel, maar het vele
niet altijd goed is. Gaf men uilslui
tend groenvoer, dan zouden de na-
deelige gevolge daarvan niet uitblij
ven. Uit voeder strekt tot aanvulling
en kome nooit in do eerste plaats in
aanmerking Ooit uien tiet £etï
koeien voor na het melken en niet
daarvoor. liet verspreid een onaan
gename lucht, die natuurlijk den stal
vervult, in de melk trekt en deze
daardoor ongeschikt maakt voor de
bereiding van goede boter of kaas.
Wie dit niet wisten, zijn al meer dan
eens van de boter- of kaasfabriek
naar huis gestuurd met huu melk.
Neemt men bedoelden voorzorgsmaat
regelen in acht, dan blijft de melk
steeds normaal. Wat ingemaakt wordt
is wel een goed voeder, maar er gaat
steeds iets van verloren. Do massa
wordt minder, omdat ze gedeeltelijk
in zichzelf verteert. Maar ook in het
restant treden verliezen op tengevolge
van omzettingen.
NAAR HET ENGELSCH.
I.
Van al do valsche huisgoden, die eigenlijk
geene goden, maar duivelen zijn; van al de
afschuwelijke geraamten, die 111 de hoeken
van vreedzame woningen zitten te druilen en
dnar den schepter voeren, is er geen onver-
dragelijker dan ecne door en door slechte en
nieuwe piano. Een muziekinstrument, welks
toetsen zwaar en hinderlijk in de behandeling
zijn, en alleen door aanwending der grootste
spierkracht in beweging komen, welks snaren
geen enkelen welluidenden toon voortbrengen,
en van haar aanzijn alleen door een nauwe
lijks hoorbaar en kort rinkelend geluid ge
tuigen, dat bijna onmlddelijk na zijn ontstaan
wegsterft, doch welks uiterlijk, zoo het al
niet streng volgens den smaak moge zijn, uit
muntend gepoliist is en er kleurig uitziet, is
niets anders dan een speeltuig der naargeestig-
lieid, en gelijkt veel op den bcdriegèlijkö'n
appel, die aan den oever der Doode Zee groeit.
Het inwendig samenstel van een dergelijk
speeltuig is versleten en door ouderdom als
vergaan, en zijn omkleedsel zoo nieuw, dat de
levenssappen van het hout er ternauwernood
zijn uitgetrokken. Soortgelijke piano's wor
den jaarlijks bij duizendtallen in Engeland
vervaardigd, en, door een netto bewerking
Edoch, wat is beter, een klein of
een totaal verlies?
De gissing moet, om groote ver
liezen te voorkomen, beperkt worden,
en als men denkt, dat zij door de
lucht wordt onderhouden, dan is
daarmee tegelijkertijd gezegd, dat
zooveel mogelijk de lucht bui-
1311 het voer blijve. Iloe goed de
lucht overigens ook moge zijn, tot
den inmaakput mag ze geen toegang
hebben.
Hierin schuilt het groote geheim
van den inmaak. Er zijn er, die
slechts uitkomsten verkregen bij bet
bereiden zuurvoer en die met geen
mogelijkheid toi. het nemen eener
nieuwe proeve waren te bewegen.
De inhoud van den kuil was gedeel
telijk verrot en het vee kreeg ei* gewel
digen doorloop van; maar 't is posi
tief zeker dat hier niet goed is in
gemaakt. Doorgaans neemt men het
met zulke karweitjes niet heel nauw
cn geloof men nauwelijks dat de
lucht iets kwaads zon daA» ""lM
scheve uitkómst krijgt dan cle zaak
do schuld en niet de verwaarloozing
van voorgeschreven maatregelen. De
put is gemetseld of niet; de eerste
is beter dan de laatste, maar ook
duurder. De kanten moeten loodrecht
opgetrokken of afgestoken zijn, de
hoeken make men gebogen, niet
recht. Van grond water mag geen
sprake zijn en evenmin rnoct regen
water het voeder kunnen bereiken.
Bij liet vullen van den kuil
staan er een paar man in: één is
te weinig. De massa wordt duchtig
ineen getrapt, vooral aan do zijden
en ronde hoeken; immers, de lucht
moet uit het voer weg. Is de slee-
nen put vol hij is I a 1 en een
halve meter diep dan doet men
van de kast, mot tamelijk goed succes-ver
kocht. Zij worden altijd aangekondigd als
koopjes door bijzondere omstandigheden, en
er worden steeds koopers gevonden, die zicli
door dusdanige aanprijzing om den tuin laten
leiden. Ik heb dat ook altijd niet geweten.
Den dag te voren nog had ik op dio wijze eene
piano gekocht, welke sinds dien tijd, ik mag
dat mot voldoening zeggen, met nut is ge
bruikt als een aan recht tafel bij het middag
maal. liet verhaal mijner ervaring moge tot
waarrschuwing dienen voor hen, die het geld
en hei verlangen bezitten om, evenals ik, eene
piano te knopen, en die vroeger oven te goe
der trouw waren als met mij het geval was,
doch zulks nimmermeer hopen te zijn.
Do eerste piano, waarnaar ik uitzag, werd
in de advertentie kolommen van het voor
naamste dagblad beschreven, als: "een wel
luidend en sierlijk speeltuig, onberispelijk van
vorm, gemakkelijk in do bespeling, naar de
laatste eisehen der kunst vervaardigd, en de
eigendom eener dame, die naar Sierra Leone
vertrekt."
Zij was te bezichtigen in een logement, ge
legen in een tamelijk vervallen buurt, en ik
stond verwonderd over het contrast tusschcn
het schitterend uiterlijk van de piano en i.et
doffe voorkomen der meer dan versleten meu
belen, welke zich in de kamer bevonden.
"Gij hebt ze nog niet lang gehad, me
vrouw?" zeide ik rot de dame, die op het
punt was van- naar Sierro Leoue te ver
trekken.
"Neen, mijnheer," antwoordde zij, "en
daar zit juist de knoop, Zon mijn dokter mij
niet bevolen had -naar Sirrv Leony te gaan.
ufcn inhoud boven ,do muren rijzen,
met dien verstande dat hij er latei-
kan inzakken en daarbij niet door
liet metselwerk gehinderd wordt. Mtn
mag hem af en toe vullen, als er
maar voor een goede afsluiting' ge
zorgd wordt. Is alles aangebracht
wat men beschikbaar had, dan 1 eg
ge men een planken vloer op de
bovenste laag en belaste dien met
minstens öOO Ivo. per A12. vooral
niet minder. De planken moeten in
den bak kunnen zinken en niet op
de muren blijven rusten. Ligt de
voorraad in den grond, dan geschiedt
de sluiting met aarde, die men ter
dikte van 34 a 1 meter annbrengt,
Verloonen zich er scheuren in, dan
moeten deze worden dichtgemaakt.
Wie tevreden is, is 1 jkZooluidt een
onzer menigvuldige ...spreekwoorden.
Geenszins willen wü v waarheid, die
m -t''r i -z: -
gen, betwisten, doen KVA zij ons slechts
geoorloofd de opmerking te maken, dat
liet ten eoncnmalo verkeerd is «altijd en
-in alles" tevreden te zijn. Die bedaarde
die kalme stemming, dat lijdelijk be
rusten in de dingen, zooals ze nu een
maal zijn, die steeds voortdurende te
vredenheid met ons lot, voert tot ver
slapping, verlamming onzer krachten,
tot uitdooving van alle energie, in één
woord is verderfelijk. Tevreden zijn, is
goed, en met weinig tevreden zijn, is
eene deugd. Reeds in de grijze oudheid
in liet eenmaal beroemde Griekenland
leerde Socrates dat -het geluk niet be
staat in overvloed en wellustmaar
niets noodig te hebben, is goddelijk en
hij, die het minste noodig heofc, komt
der godheid hot meeste nabij." Een an-
om mijnor gezondheids wil Ie, zoude ik haar,
nu twee maanden geleden, niet gekocht
hebben."
«Dat is al eene zeer vreemdsoortige
plaats, mevrouw, om die iemand ter bevorde
ring of tot herstel zijner gezondheid aan te
raden," zeide ik; «men kan voor Europeanen
op den ganschen aardbol geen verderfelijker
oord uitzoeken."
«Dat laat ik aan mijn dokter over," ant
woordde zij dadelijk, «die kent mijn gestel
het best. Zal ik u de piano maar tegen vijftig
pond thuis zenden?"
«Ik dank u," hernam ik, «ik zal or met
mijne dochter eerst over spreken, doch ik zal
het u zoo spoedig mogelijk laten weten."
„Er zijn nog twee personen, die haar
ook willen koopen," antwoordde zij. terwijl
ze my naar de deur geleidde en, «als liet kan,
laat het mij dan nog vandaag welen."
„O. bepaald," zcide ik, «ge kunt cr stel
lig op rekenen."
Ik besloot niet om dat onberispelijk en in
de behandeling gemakkelijke epeel uig te ko»-
pen, en ik geloof, dat zijne zoogenaamde ei
genares niet naar Sierra Leono ia vertrokken,
daar dezelfde advertertie van tijd tot tijd,
verscheidene maanden na mijn onderhoud met
de dame, werd herhaald.
De tweede piano, welke ik ging bezichtigen,
was er ecne, in nagenoeg gelijke bewoordin-
dingen beschreven, met uitzondering, dat zij
aan eene in behoeftige omstandigheden ver-
keerende huismoeder behoorde. Kinderen
moeten sterven en piano's verkocht worden,
cn daar 'net publick ter bezichtiging word uit-
genoodigd, overwon ik het natuurlijk kiesch-
iler wijsgeer der oudheid, Diogenes, een
tijdgenoot van Alexander den Groote
stond bekend als iemand, die met zeer
weinig tevreden was; zijn woning be
stond uit een eenvoudig vat, zijn huis
raad uit een houten nap, die als drink
beker dienst deed.
Wanneer liet zaken betreft, waaraan
de mcnsch met inspanning van alle mo
gelijke krachten niets kan veranderen;
waar kennis, weienschap, vernuft en
wat dies meer zij, den loop der dingen
niet kunnen wijzigen, daar past
ons stille berusting en gelatenheid.
Doch betrekkelijk andere zaken, min
ol meer van onze bekwaamheid, wil ol
kracht afhankelijk, moet die gelaten
heid hare grenzen hebben, opdat men
niet vervallc in matte onverschilligheid
en werkeloosheid. Ons verstand, onze
rede moet ons beheerschen, zij moet
ons steeds tot gids verstrekken ter aan
wijzing van den te bewandelen weg.
Het zij verre van ons, ontevredenheid te
willen prediken; integendeel wij won
der ontevrerfeil^;;.:. ectfe lichtzijde
wij hier echter bij, dat wij hier een
goede soort van ontevredenheid op het
oog hebben, ecne ontevredenheid na
melijk met ons zeiven in onze onvol
maakte toestanden, eene ontevreden
heid die voortvloeit uit onze eigene on
volmaaktheden, eene ontevredenheid die
een prikkel is tot verandering, tof. ver
betering, tot volmaking van ons zeiven
en van de maatschappij waarin we leven
Zulk ecne ontevredenheid leidt ten goe
de. 't Is helaas eene waarheid, dat te
genwoordig de ontevredenheid in onze
maatschappij vrij algemeen is. Welke
staatkundige partij b. v. is tevreden met
al onze licdcndaagsche toestanden? Tal
loos zijn de klachten die gehoord wor
den over den tegenwoordige» tijd van
hoidsgevoel, dat zich er tegen verzot, om. bij
overlijden, liet geheiligd gebied van een anders
huiselijk leed te betreden.
Ook nu had ik mij te vervoegen aan een
logement in dezelfde buurt van vroeger; in
zijne meubelen cn in het speeltuig vond ik
veel overeenkomst met het eerstgemelde
en wel zooveel met dat laatste, dat het zeer
goed hetzelfde kon geweest zijn, dat ik tanige
weken te voren had gezien. Eene meid ver
gezelde mij by mijn onderzoek.
«De juffrouw," zeide het meisje, terwijl
zij mij een stuk beschreven papier gaf, -hoeft
den prijs 7.00 laag mogelijk gesteld, en zoo
dat bedrag u te hoog is, zoudt gij misschien,
zegt zij, een bod doen."
«Is uwe juffrouw dan niet thuis?" vroeg ik.
"Wel. zeker," hernam het meisje, «zij
komt nooit in deze kamer, en zal dat ook niet
doen, zoo lang er piano's uitgebracht worden."
-Zoo," antwoordde ik.
«Neon, mijnheer," ging het meisje voort,
«omdat ze, begrijpt u, toebehoorde aan de
jongejuffrouw Maria, die haar lieveling was."
«Zij ziet er nog zoo nieuw uil," ant
woordde ik. «alsof het kind er niet veel ge
bruik van heeft gemaakt."
-God zegene u. mijuheer." hernam het
meisje, «juffrouw Maria moest bijna iedere
week eene nieuwe piano hebben, en de werk
lui maakten de trappen altijd zoo smerig met
het in en uitbrengen van piano's."
-Is juffiouw Maria, zooals ge haar
boemt, het kind, dat dood is vroeg ik.
-Ja, mijnheer," antwoordde zij, «ik ge
loof het wel."
Ik ging onmiddelijk heen, zonder verder
gedruktheid, sterke concurrentie, over
bevolking malaise. Eindeloos zijn de
klachten over onze maatschappelijke of
sociale verhoudingen. De werkman is
ontevreden, zijn werktijd is te lang, hij
haakt naar een normalen arbeidsdag en
zijn loon is te karig; in het leger is on
tevredenheid: teleurstelling omtrent de
de verwachte bevordering is de oorzaak
van misnoegen, onze militiewetten deu
gen niet en moeten verbeterd worden
het land is niet te verdedigenop Tiet
gebeid van den landbouw wordt menige
klacht gehoord, daar de sterke concur
rentie met het buitenland steeds sterker
wordt; de handel is gedrukt; ons belas-
stingstolsel deugt niet en moet veran
derd worden; vele plattelandsgemeen
ten verarmen meer en meer; de accijn
zen op de noodzakelijkste levensbehoef
ten kunnen geen genade meer vinden
de patent belasting moet verbeterd of
afgeschaft worden; het kiesrecht moet
uitgebreid worden. Ziedaar eene
reeks van klachten over den staat van
zaken ir, cai/.my tiid. Eu h
Deze verbetering nu is juist een gevolg
van onze ontevredenheid. Het is gemak
kelijk te begrijpen, dat wij. indien wij
met onze tegenwoordige toestanden,
tevreden waren, in zekeren zin vol
maakt stil zouden staan; wij zouden
geene verbeteringen aanbrengen, waar
die mogelijk zijn; wij zouden geene uit
vindingen doen, die zooveel nut aan
brengen, zooals b. v. de toepassing van
den stoom voor handel en verkeer, wij
zouden geen oog voor do toekomst heb
ben; ja zelfs de spaarzaamheid zou eene
deugd worden, die schaars te vinden
was, sparen toch geschiedt met hot oog
op een loekomsügen tijd. Aan de onte
vredenheid hebben wij het to danken,
dat de trekschuit voor goed tot het ver-
iels te zeggen en toen de deur achter mij ge
sloten werd, vermeende ik een spijtig gesprek
in den gang te hooren tusschen het meisje en
eene andere vrouwelijke stem, wellicht die
der onzichtbare juffrouw.
Hoe ongunstig de iudiuk ook ware mijner
twee laatste bezoeken, besloot ik evenwel in
mijne opsporing te volharden; en do eerste
advertentie, welke mijne aandacht trok, was
die, waarin een afgeleefd man zijn wensch to
kennen gaf, om aan do piano vóór zijn dood
een thuis te bezorgen.
«Gij hebt ze in een uitmuntenden staat
gehouden," zeide ik tot don eigenaar die er
zeer eerbiedwaardig uitzag; want zij scheen
mij even nieuw en sierlijk als de twee vorigo
tc zijn, welke ik mij dc moeite had gegeven
to onderzoeken.
«Dat heb ik," hernam hij, -en ik zo 11 do
haar aan niemand willen overdoen, als die ze
niet -even goed zoude behandelen als ik heb
gedaan; zij is sinds jaren mijne levensgezel lm
geweest en ik heb cr achting voor."
-Een zcor juist geplaatst gevoelant
woordde ik, «en ik aarzel om u een bod to
doen waarvoor gij my dio levensgezellin zoudt
afstaan."
-Dat behoeft gij niet mijn hoer," ant
woordde bij aanstonds, «Jat behoeft gij ni»t
daar ik met mijn oenen voet in het graf sin.
zou hot mij niet passen met. den anderen
eene piano to staan. Ik hob in het geheel
geene vrienden of betrekkingen; voor vijftig
pond is het stuk het uwe."
U W? verroljd.