Buitenland.
Frankrijk
Duitschland
Italië
Nederland
Gemengde Berichten
Hij ging heen en gelieel liet Katho
lieke Duitscliland treurt over liet verlies
dat het leed, en de Kalholieko Kerk
treurt met Duitscliland. Want een van
hare beste zonen is haar ontvallen, een
getrouwe lot iu den dood, een gemoed
zoo rein en blank, dat liet zelfs zijn
tegenstanders haast ontwapende en er
van alle kanten niets als sympathie en
lof wordt vernomen. Dezeeoreloveren,
deze palmen des vredes heeft hij in het
strijdperk der staatkunde geplukt, waar
de hartstochten toch hoog genoeg gaan
en waarheid en recht zoo dikv ijls ge
vaar loopen.
Dit is ile zachte glans die uHstraalt
van de parel van Meppen, dat hij, schit
terend en machtig partijleider nis hij
was, de liefde als de grootste heeft er
kend en zich van al zijne tegenstanders
lofredenaars gemaakt.
Zoo ging hij tot zijne vergelding, een
diepen, diepen rouw achterlatend in het
hart van zijn katholiek volk. Maarzoo
er ooit eene nagedachtenis in zegening
bleef, dan is het de zijne!
Omtrent den toestand van prins Jérorae
Napoleon, die tot nog toe hardnekkig allen
geestelijken bijstand weigerde, werd Maandag
uit Rorue gemeld
Jérome Napoleon ligt in een heftig delirium.
Zijn geschreeuw is op do straat hoorbaar.
Vier man moesten hem in hot bed vasthouden.
Wederom is uit Parijs een bankier met
de noorderzon vertrokken. De man heet Cou
vert woonde in de rue de la Banque en be
loofde het maar al te liclitgeloovige publiek
een hoogen interest per maand. De justitie
vond in de brandkast van den vluchteling de
kapitale som van 3 francs 15 centimes
De Köln. Volksztg. wijdt de volgende re
gelen aan de nagedachtenis van Ludwig
WindthorstEen der grootste staatslieden
van het Duitsche rijk is Zaterdag morgen
overleden.
«Of ik nogmaals een Congres zal kunnen
bijwonen, ligt in Gods hand. Mocht het mij
echtoi' niet vergund zijn &an beveel ik mij in
uw vriendelijk aandenken en hoop ik stellig
dat minstens uwe gebeden mij volgen als ik
niet meer zijn zal."
Met deze woorden sloot de beroemde man,
die Zaterdag overleed, zijne laatste rede op liet
•Congres van Katholieken verleden jaar te
Koblenz gehouden en deze bede was hem sinds
jaren reeds tot eene gewoonte geworden, wan
neer hij van de duizenden toehoorders op zulk
oen Congres afscheid nam.
Deze woorden kenschetsen den oprechten
katholiek en Christen staatsman, die van zijne
jeugd af de ware beginselen dapper voorstond
en met onverzwakte kracht tot in zijn hoogon
ouderdom, men mag zeggen tot op zyn sterf
bed, heeft verdedigd. Die beginselen waren
den boerenzoon uit KalUenhof op het gymna
sium te Osnabrück ingeprent en hij is er in
alle omstandigheden aan getrouw gebleven.
Hetgeen bij als leider van de Pruisische en
in het algemeen van de Duitsche katholieken,
als steeds zedepralend voorvechter van de vrij
heid der Kerk in zeer bange tijden gedaan
heeft, met inspanning van al zijne krachten,
zonder te jagen naar persoonlijke eer of voor
deden, met onverstoorbare volharding en 011-
verbleekt schitterend beleid terwijl bij toch
ook nooit de ware verdraagzaamheid jegens
andersdenkenden uit het oog verloor, heeft
hem de dankbaarheid verzekerd van de Kerk
en hare bedienaren, ja van al hare zonen.
Geen zijner tijdgenooten heeft zicii, als hij zoo
verdienstelijk weten te maken jegens Kerk en
Vaderland.
Naast de politiek hield in de laatste jaren
de nieuwe Onze Lieve Vrouwekerk te Han
nover voortdurend zijne gedachten bezig en het
was met dat kerkgebouw en met de groote
vraag der toekomst in Pruisen, het volkson
derwijs dat de groote man nog op zijn steif-
bed bezig was.
Als minister in het koninkrijk Hannover en
bij zijn eerste optreden in den Duitschen Rijks
dag, stond hij meer als bekwaam en berekend
staatsman te boek dan als de aangewezen lei
der der katholieken in alle raoeielijke vraag
stukken. Doch van het oogenblik af dat «de
parel van Meppen" zooals Mallinckrodt hem
noemde, in het Duitsche Centrum zijn plaats
had gevonden en hij de volheid van zijn poli
tiek genie kon wijden aan een grootseh idee,
is hij de, r.iot alleen in Duitschland beroemde,
maar wereldvermaarde Staatsman geworden,
op wiens doen en laten Europa het belang
stellend cog gericht hield.
Ludwig Windthorst was op de eerste plaats
een man van zijn woord. Iedereen van welke
partij ook durfde hem vertrouwen. Zoo is het i
geschied, dat zoo wel Bismarck als Caprivi
met hem onderhandeld hebben, terwijl hij de
raadsman bleef van den ouden koning van
Hannover en den hertog van Cumberland, dat,
toen hij zijn 80e levensjaar inging, geheel het
vaderland, oude veeten en partijstrijd verge
tende, do Kleine Excellentie hartelyk kwam
foliciteeren en de jonge keizer van Duitschland
als 't ware aan zijn sterfbed waakte.
Op hem hadden vleierij, listen der diploma
tie, drukkende zorgen en glansrijke over
winningen geen vat; hij was en bleef dezelfde
in nederlaag als in victorie geprezen, of fel
bestreden. Hij is niets geworden in deze we
reld dan de leider van het Centrum en wat
hem geschonken werd, schonk hij weder weg.
Dat zulk een man blindelings gevolgd werd,
zooals bleek, toen zijne ééno redevoering te
Keulen de crisis van het Septennaat oploste,
is geen wonder. Zijne partij verliet zich op
hem, li ij verliet zich op zijne partij en zoo kou
hij parlementaire veldslagen winnen.
Ludwig Windthorst was als staatsman een
man van de daad, van gezond verstand; zijne
scherpzinnigheid, zijne wonderlijke gevatheid
by de meest verrassende wendingen van het
lot en zijn stalen geheugen maakten zijne
kracht als politicus uit. Toch was deze kleine
onoogelijke man met zijne stroeve gelaats
trekken, iemand die hartelijk lachen kon,
wiens humor gehecle vergaderingen electri-
seerdo en wiens goed hart, niet alleen in den
huiselijkcn kring en jegens zijn intieme vrien
den, maar tegenover iedereen bleek, wanneer
hij een scherp woord weder trachtte goed te
maken, wanneer hij offervaardig en zich zelf
verloochenend steeds tot bijstand gereed was.
Vrijdag begon de ontsteking over te slaan
op de linker long; daarop volgde een onrustige
nacht en begonnen de krachten snel af te
nomen. Van middernacht af bleef zijne dochter
met den geneesheer en eene liefdezuster bij
het ziekbed waken.
Zijne laatste oogenblikken waren zeer tref
fend. Nadat tegen middernacht geconstateerd
was, dat ook do linker loog aangetast was,
begon de patient weldra te ijlen. Hij wilde
herhaaldelijk spreken, maar kou slechts on
samenhangende woorden duisteren. Plotse
ling, omstreeks zes uur in den morgen ver
helderde zijn gelaatstrekken. Met luide,
scherpe stem, die doordrong tot op tamelijk
grooton afstand van zijn stervenssponde, be
gon hij eene redevoering te houden. Hij meen
de in den Rijksdag te zijn, en sprak ten gunste
van de afschaffing der Jesuïten-wet
Daarop trad eene poos van kalmte in; de
liefdezuster begon nu de gebeden der sterven
den te bidden, welke de lijder op helderen,
voor bile iu de Hamer'aaiiwózigen verstaan-
baren toon herhaalde. Aan de woorden ge
komen »In uwe handen beveel ik mijn geest"
bleef zijne stem steken. Hij had den laatsten
adem uitgeblazen.
In den loop vuil den voormiddag kwamen
bijna allo leden van hot Centrum in den Rijks
dag en het Huis van afgevaardigden hunne
opwachting in de sterfkamer maken.
liet lijk is Zondag vroegtijdig naar de Iled-
wigs-kerk overgebracht, waar het tentoonge
steld werd. Maandag is daar de plechtige Uit
vaart gecelebreerd door den prins bisschop
mgr, Kopp. Vervolgens werd het stoffelijk
overschot naar Hannover overgebracht en in
de O. L. V. kork bijgezet.
Ir. de sterfkamer rustte de doode in een
eenvoudig geel ledikant, met een zwarten ro-
zekrans in de gevouwen handen. De bedsprei
was niet bloemen bestrooid, aan liet voeten
einde lag een door de keizerin gezonden krans
van violen. Aan liet hoofdeinde was eene met
een wit kleed bedekte tafel geplaatst, waarop
een crucifix stond tusschen twee brandende
kaarsen.
Des middags werd door den beeldhouwer
Pohlmann een masker van het lijk genomen.
Vrijdag werd van Z. H. Paus Leo XIII nog
een vleiende brief mei het grootkrus der Gre-
gorius orde ontvangen, eene benoeming waar
toe reeds lang besloten was.
Prins \apolc»n.
Prins Napoleon is Dinsdag-avond te 71/2 uur
overleden, 11a door kardinaal Pujol voorzien
te zijn van de heilige Sacramenten. De prins
was volkomen bij kennis naar gemeld wordt.
Of er nog eene verzoening met prins Victor
plaats he.eft gehad, blijkt niet uit de berichten.
Den 9den Set.tember 1822 te Triest als de
zoon van een onttroond koning (Jéróme Bona
parte) geboren, heeft deze Fransche kioon-
pretendent, in de wandeling vaak -prins PJon-
PI011" genoemd, na G9 levensjaren van intri
ges, samenzweringen en verzet ook zijn laats
ten adem op Italiaansch grondgebied uitge
blazen. In verbanning zag hij het levenslicht
en in verbanning stierf hij.
I)e jeugd van den overledene, die, naar de
Siècle dezer dagen schreef, een kop en een
temperament was, een brutale kracht, op een
onbewaakt oogenblik het leven ingeslingerd,
een charge van het Napoleontisch genie, een
Bonaparte van grootschen en waren stempel,
maar met ec-n draai naar het kleingeestige en
middelmatige door de abnormale ontwikkeling
zijner hêrsëns de jeugd van den overledene
ging voorbij in een zee van genietingen. Van
natuie met schitterende hoedanigheden be
gaafd, intelligent en geestig, werd hij door
zijn levensomstandigheden een twijfelaar.
Hieruit vloeide voort, dat hij tot het laatst
van zijn leven eer. vijand der geestelijken bleef.
I)it bleek nog dezer dagen, toen zijne echtge-
noote, prinses Clotilje, hem mgr. Angino wilde
doen ontvangen. De prins stemde toe, maar
riep Angino, terwijl deze het ziekenvertrek
binnentrad, toe: *Sona lieto di vedervima
come êpnico«Ik ben blij u te zieD, doch
als vriend I"
Toch was hij geen scepticus, zooals de
Temps opmerkt, maar eeu rövoltê.
Na den val van dc Juli monarchie, in 1818,
verklaarde prins Napoleon zich plechtig ten
gunste der republiek. Bij de verkiezingen voor
de constituante liet hij zich iu Corsica op een
revolutionnair programma verkiezen. Op het
oogenblik van den coup déiai zetelde hij op
de banken der uiterste linkerzijde. Hij verge
noegde zich met er tegen te protesteeren en
zich ter zijde te houden. Een jaar later echter
nam hij uit handen van het keizerrijk den
titel van prince /rangais, een fauteuil, in den
Senaat en den Raad van State, het grootkruis
van het Legioen van Eer eiï'de insignes van
divisie-generaal aan.
Naarmate het keizerrijk vaster wortel
schoot,liet de prins er zich de voordeden
beter ^an welgevallen. Aan het leven van
genot en dwaasheid uit dien tijd maakte de
Krim-oorlog een einde. Prins Napoleon aan
vaardde een bevel, maar keerde kort daarop
plotseling uit de Krim terug. Deze daad kan,
evenals het verlaten van zijn ambassadeurspost
te Madrid iu 1819, slechts hierdoor verklaard
worden, dat de daad prins Napoleon steeds
afschrikte. Hij bezat een ruimen blik. een
zeldzame scheipzinuigheid, maar wanneer het
op doen aankwam deinsde hij terug; alle
moeilijkheden schenen hem onoverkomelijk en
daarbij voegde zicli een gevoel van onuitspre
kelijke verveling. Indien deze hem overviel,
dan ontvluchtte hij zijn post; niets en niemand
kon hem terughouden.
Uit dezen karaktertrek heeft men ook zijn
weigering om met den hertog van Aumale te
duelleeren, toen deze hem uitdaagde, zoeken
af to leiden. Anileren echter zagen hierin een
gebrek aan raoedi een lafhartigheid, welke
hem den schimpnaam van «prins Pion-Pion"
op den hals haalde.
Ten slotte reikte prins Napoleon de hand
aan het boulangismehij kon mot anders,
want samenzweien zat hem in het bloed. De
avontuurlijke plannen van den brav'general"
lokten hem aan cn hij verbond zich met den
ontrouwen soldaat tegen Frankrijk. De aan
slag mislukte - e" 4* trok zieh in
zijn kasteel te Pi angins, in Zwitserland, terug,
totdat de winter hem te Rome terugvoerde,
waar een hevigo longontsteking, gepaard met
pleuris, zijn levensdraad zou afsnijdeu.
VENRAY, 21 Maart 1801.
Niettegenstaande het buiige weer, verza
melde Donderdag-morgen zich de leden der
H. Familie alhier, om in processiesgewijze
den H. Joseph te Smakt te gaan veieeren.
Voorafgeguan door een banier, naderde de
vrome schaar al biddende en zingende het
Heiligdom. Aldaar binnen zijnde begon het H.
Misoffer, opgedragen door onzen Eerw. Herder
voor liet weizijn van de parochie Venray. Hot
koor, onder directie yau den Eerw. lieer Git-
mans, voerde, een muziokmis uit. Na hot
Evangelie beklom de Eerw. pater Pasiücus
den kansel, schetste met redenaarB talent de lof
van den H. Joseph. Na de H. Mis keerde men
weder op dezelfde stichtende wijze huiswaarts.
Z. D. H. Mgr. Bocrmaus bisschop van
Roermond, hoeft benoemd tot pastoor te Echt
den WelEerw. heer J. F. Herben, tot dusver
re p.istoor te Lutterade, eu tot kapelaan te
Susicren den WelEerw. Zeergel. fleer G. H.
J, Bemelmans, professor aan hot Bisscli. Col
lege te Roermond. Tot pastoor te Lutterade,
den eerw, lieer H. Linssen, thans kapelaan bij
de O; L. Vr. kerk te Maastricht; tot pastoor
te Slenaken, thans pastoor te Echterbosch;
tot pastoor te Echterbosch den eerw. heer J.
Goessens, thans kapelaan te Gronsveld; tot
der nieuwe opgerichte parochie America,
gemeente Horst, den weieerw. lieer J. Jkuken
thans rector te Gasten ray- V en raytot rector
te Casten ray, den eerw. heer P. Gooien, thans
kapelaan te Wessem; tot kapelaan bij de O.
L. Vr. kerk te Maastricht, den eerw. lieer J
N. Janssen, thans kapeluan te Oirsbeek.
De uitslag der provinciale keuring van
springstieren was als vo!gt:
Te Sevenum, 16 Maart. Aangeboden 22
stieren, afgekeurd 4, alzoo goedgekourt 18.
Ie premie II. Korsten te Helden, 2e pr. J.
Holtmans te Helden. 3e II. Thijssen te Meyel.
Te Meerlo, 17 Maart. AangeboJen 31 stie
ren, afgekeurd 7, alzoo goedgekeurd 24. Ie
premie A. Hanckx te Wanssurn. 2o pr. B. van
Meijel te Merseloo- Yenray. 3e pr. D. Nab te
Meerlo,
Het wedspel van kwartelen met steek
garen of vliegnetten mag in Limburg weder
worden uitgeoefend van 4 Mei tot en met 27
Juli e, k.
Tot het verkrijgen der akte, bedoeld by
art. 50a der wet op het lager orderwijs, heb
ben zich in Limburg aangemeld 54 mannelijke
cn 24 vrouwelijke candidaten.
I)e spoorwegraad te Crefeld heeft zich
tot den pruiSischen minister gewend met het
verzoek, om de postticinen Berlijn-Wesel
Londen niet meer over Venlo, maar evenals
vroeger weder GochWeselBokstel te
laten loopen. Do Kamer van koophandel al
daar verzocht echter het tegendeel en kreeg
van den heer von Maybach den 13n dezer tot
antwoord, dat in de loop der treinen geen
verandering mag gebracht worden volgens be
sluit der algemeene spoorwegconferentie op
den 14 en 15 Januari jl, De treinenloop over
Venlo blijft dus bestaan.
De schatgraver van Yenlo
Niettegenstaande er herhaaldo malen in de
couranten op gewezen is, geen geloof te slaan
op brieven, komende van Madrid, wier in
houd bestaat uit de mededeeling van verbor
gen schatten, heeft weer een lichtgeloovig
persoon op den Knldenkirchener weg te Ven
lo deze nog vertrouwd. Een paar weken ge
leden ontving deze persoon een brief aan zijn
adres uit Madrid, behelzende de opgave, dat
in de onmiddelijke nabijheid van zyn huis in
den grond een schal, groot f 1.750.000, ver
borgen zat, dien hy by opgraving zeker zoude
vinden en waarvan hy voor f 500.000 eige
naar zoude blijven, doch waarvan de rest later
zoude afgehaald worden door den schrijver.
Op dezen brief volgde een tweede, houdende
opgave dier plaats, waar de schat begraven
was.
De lichfgeloovige gaat onmiddellijk over
tot het doen van opmetingen en opgravingen
werd tevens hoe langer hoe zenuwachtiger,
tot ten laatste eeu buurman, bang goworden,
dat de man nog gekker zou worden dan hij
reeds was, hem na veel moeite aan het ver
stand bracht, dat beide blieven afkomstig
waren van eenige in Venlo wonende heeren,
die deze aan hem hadden doen toekomen door
een bekende uit Madrid, met het plan zich
eens hartelijk ten zijnen koste te vermaken.
De man staakte nu onmiddelijk het werk.
De justitie van Venlo vestigt er de aan
dacht op, dat valsche bankbiljetten van 100
gulden, dragende den datum 29 Nov. 1880
en zijnde genummerd BL 1935 in omloop zijn.
Zij wordeu waarschijnlijk in Duitschland na
gemaakt en in Nederland iu circulatie ge
bracht. Deze waarschuwing blijkt niet ijdel te
zijn geweest, want te Vonlo is reeds een der
gelijk valsch biljet in beslag genomen. Ook
zijn daar valsche 2 mark stukken in omloop,
van het jaartal 1876.
Als vermoedelyke dader is aldaar in arrest
genomen de daar gevestigdo, duitsche lierber-
gior J. B. Dc duitsche Regeering heeft reeds
zyne uillevering verzocht.
In eene buitengewone strafzitting van
Donderdag werd als volgt uitspraak gedaan in
zake de gebroeders Maessen;
Oplichting, aanvrage 9 maanden, vrijge
sproken. Bedriegelijke bankbreuk: eisch 4
jaar en 2 jaar, voor het niet houden der boe
ken vrijgesproken; voor hot niet in ongeschon
den staat voorbrengen van brievencopiebook
vrijgesproken, doch voor bet niet verant
woord hebben van den post van t 29,000
veroordeeld tot 1 jaar gevangenisstraf ieder,
met vermindering van het voorarrest.
Of van de zijde van liet Openbaar Ministerie
of der beklaagden appél wordt aangeteokend
is nog onbekend.
Voor «enigen tijd kwam in het «Lirab.
Nieuwsblad" het bericht voor, dat te Maas
tricht twee lupus-Iijders genezen waren. Op
grond van goede informaties konden wij dat
bericht ten stelligste tegenspreken.
Thans komt liet L. N. hierop terug, en be
vestigt haar eerste bericht, waarop wij na
verdere informatie uit de beste bron verne
men, dat geen genezing van lupus te Maas
tricht heeft plaats gehad.
De Kamer van koophandel to Maastricht
heeft zich bij adres tot den minister van Wa
terstaat gewend met liet verzoek eene gema-
tigdo verhooging van inkomende rechten aan
de wetgevende macht te willen voorstellen.
De Kamer is van oordeel, dat thans, nu de
handelstractaten door de meeste staten wor
den opgezegd, waardoor reciprociteit onmo
gelijk wordt gemaakt, alleen eene tariefsher
ziening onzen handel tegen ongelijkmatige
concurrentie van het builenland kan bescher
men.
I)e beruchte Leunissen zal eert-tdaagg
naar Breda worden ovorgebracht om voor de
rechtbank aldaar terecht te staan wegens
diefstal en het misdrijf, bedoeld by art. 242
van het wetboek van strafrecht, waartegen 12
jaien gevangenisstraf is bedreigd.
Den 15 treedt bij de Hollandsche IJze-
ren-Spoorweg-Maatschappij een nieuw tarief
in werking voor reis-abonneraenton, waarbij
ook de 2e en 3c klasse zijn opgenomen.
Te Breda ontstond Dinsdagavond onge
veer 7 uur een hevige brand in de chocolade-
fabiiek «KwaÜa" van den heer Embden. Do
gelieele fabriek met aangrenzende gebouwen
is tot den grond afgebrand. Zondagnacht werd
wei d nog in dezelfde fabriek inbraak gepleegd
zonder dat echter rets ran waarde vermist
werd.
Door de politie te Delft is in beslag ge
nomen een valsch 1 gulden sluk, dragende de
bceltonis van Koning Willem III, en het jaar
tal 1865. Het rondschrift «God zij met ons"
ontbreekt.
Den 22en Februari 11.- zette zfch te Kat
wijk aan zee een kip te broeden. In den nacht
vau den lOen Maart werden de eieren onder
de sneeuw bedolven en bleven daaronder tot
s namiddags 4 ore, toen men ze terugvond.
De kip zette zich opnieuw op het nest en bleef
daar rustig zitten tot den 15en Maart, fÖBti 9
kuikens voor den dag kwamen.
Naar de N. R. Ct. verneemt, heeft de
Boud yan beetwortel-suikerfabrikanton in
Nederland, na de aanneming van de wet op
den suikeraccijns in de Tweede Kamer, beslo
ten don inkoopprijs der bieten dit jaar te be
palen op f9.50 per 1000 kilo's, in plaats van
f 11.00, zooals in 1890, ofschoon de suiker
markt op dit oogenblik nog zooveel hooger
staat dan het voorige jaar om dezen tijd, dat
er in verhouding wel ruim f 1.00 meer, dus f
12.00 zou kunnen besteed worden.
Voor vele landbouwers zou dit verschil in
ontvangst de volle pacht vertegenwoordigen.
WegeDs vervalsching van een postwis
sel is D. B. te Amsterdam tot vier maanden
gevangenisstraf veroordeeld.
Naar men uit de Betuwe meldt, werden
dezer dagen in die streek honderden HA.
weiland in het openbaar verpacht. De pacht
prijzen verschillen weinig van die van verle
den jaar. Voor puike uiterwaarden werd be
steed van f 90 tot f 100, voor binuenveldsche
weilanden van f 60 tot f 70 per HA.
De rechtbank te Assen heeft bij vonnis
verklaard, dat de wed. G. W. Gaaikema-
Ilellinga, die wegens vergiftiging harer 20
jarige dochter Grietje tot levenslange gevan
genisstraf is veroordeeld geen voordeel kan
genieten uit het door haar dochter Grietje te
haren behoeve gemaakt testament, zoomede
dat zij onwaardig is om als erfgenaam bij ver
sterf uit de nalatenschap barer dochter voor*
meld iets te genieten.
Door deze beschikking komt nu de nalaten
schap van Grielje Hillinga aan haar broeder
Popke en haar halfzuster Tietske Hillinga.
Een heer in de lieerestraat, te Gronin
gen, was Zondag naar de kerk. Hij had zijn
gouden horlogo met kotting op de kamer la-,
ten liggen. Het was wel bewaard onder do
hoede van eene dienstbode. Deze echter moest
even uit om eene courant aan een der buren
ie brengen, en van hare afwezigheid werd
door een dief gebruik gemaakt, en het hor
loge weggenomen. De bestolene ontving kort
daarop eene briefkaart van deu volgenden in
houd:
WelEHeer.
Ik heb de eer, ter uwer gerustelling koud
te doen, het door UE. reeds lang genoeg be
zetene hoiiogie in betere handen i6 overge
gaan (artikel een van onze sociale toestanden)
troost u dan met de herinneringen aan het
verleden aangenaam bezit.
Een vriend van algemeen bezit.
Het was in het jaar, dat de Franschen
op hun zegetocht door Europa, in Filoit halt
hielden. De halve wereld sidderde voor Na
poleons macht. Alles boog voor hem in 't stof
en overal, waar hij verscheen, begroette men
hem als overwinnaar. Gedurende den korten
wapenstilstand, dien hij met Pruisen sloot,
kreeg hij het op zekeren dag in het hoofd, zijn
tegenstanders te Filoit bij zich aan het ont
bijt te noodigen. Slechts twee hadden den
moed aan deze uitnoodiging gevolg te geven
de koning van Pruisen en de keizer van Rus
land. Zij kwamen, door een sterk escorte be
geleid, bij den keizer der Franscben, die hen
in zijn gewonen grijzen rok en met zijn vier
kanten steek ontving. De tafel was gedekt in
«ene kamer der vijfde etage van het slot, om
dat men van daar uit een vergezicht had op de
omgeving, waar de troepen gelegerd waren.
Het gesprek aan lafel was zoo als men denken
kan, niet zeer levendig en gedwongen; het
liep hoofdzakelijk over het leger en ieder prees
het zijne om het zeerst. Opeens stelde een der
drie vorsten welke der drie is onljekend
de vraag, wie van hen het meest op de
trouw zijner mansohappen zou kunnen reke
nen.
«Mijne soldaten gehoorzamen mij blinde
lings", riep keizer Alexander uit.
«En de mijne riep Napoleon uit zijn
ieder oogenblik bereid voor my te sterven}*
«Laten we daarvan eens een proef nemen'"
stelde de koning van Pruisen voor.
Daarop wenkte Napoleon eeu lakei en be
val hem een zijner gardes, Mar<*u, te roepen,