Buitenland. Frankrijk Duitschland Italië Nederland Gemengde Berichten Hij ging heen en gelieel liet Katho lieke Duitscliland treurt over liet verlies dat het leed, en de Kalholieko Kerk treurt met Duitscliland. Want een van hare beste zonen is haar ontvallen, een getrouwe lot iu den dood, een gemoed zoo rein en blank, dat liet zelfs zijn tegenstanders haast ontwapende en er van alle kanten niets als sympathie en lof wordt vernomen. Dezeeoreloveren, deze palmen des vredes heeft hij in het strijdperk der staatkunde geplukt, waar de hartstochten toch hoog genoeg gaan en waarheid en recht zoo dikv ijls ge vaar loopen. Dit is ile zachte glans die uHstraalt van de parel van Meppen, dat hij, schit terend en machtig partijleider nis hij was, de liefde als de grootste heeft er kend en zich van al zijne tegenstanders lofredenaars gemaakt. Zoo ging hij tot zijne vergelding, een diepen, diepen rouw achterlatend in het hart van zijn katholiek volk. Maarzoo er ooit eene nagedachtenis in zegening bleef, dan is het de zijne! Omtrent den toestand van prins Jérorae Napoleon, die tot nog toe hardnekkig allen geestelijken bijstand weigerde, werd Maandag uit Rorue gemeld Jérome Napoleon ligt in een heftig delirium. Zijn geschreeuw is op do straat hoorbaar. Vier man moesten hem in hot bed vasthouden. Wederom is uit Parijs een bankier met de noorderzon vertrokken. De man heet Cou vert woonde in de rue de la Banque en be loofde het maar al te liclitgeloovige publiek een hoogen interest per maand. De justitie vond in de brandkast van den vluchteling de kapitale som van 3 francs 15 centimes De Köln. Volksztg. wijdt de volgende re gelen aan de nagedachtenis van Ludwig WindthorstEen der grootste staatslieden van het Duitsche rijk is Zaterdag morgen overleden. «Of ik nogmaals een Congres zal kunnen bijwonen, ligt in Gods hand. Mocht het mij echtoi' niet vergund zijn &an beveel ik mij in uw vriendelijk aandenken en hoop ik stellig dat minstens uwe gebeden mij volgen als ik niet meer zijn zal." Met deze woorden sloot de beroemde man, die Zaterdag overleed, zijne laatste rede op liet •Congres van Katholieken verleden jaar te Koblenz gehouden en deze bede was hem sinds jaren reeds tot eene gewoonte geworden, wan neer hij van de duizenden toehoorders op zulk oen Congres afscheid nam. Deze woorden kenschetsen den oprechten katholiek en Christen staatsman, die van zijne jeugd af de ware beginselen dapper voorstond en met onverzwakte kracht tot in zijn hoogon ouderdom, men mag zeggen tot op zyn sterf bed, heeft verdedigd. Die beginselen waren den boerenzoon uit KalUenhof op het gymna sium te Osnabrück ingeprent en hij is er in alle omstandigheden aan getrouw gebleven. Hetgeen bij als leider van de Pruisische en in het algemeen van de Duitsche katholieken, als steeds zedepralend voorvechter van de vrij heid der Kerk in zeer bange tijden gedaan heeft, met inspanning van al zijne krachten, zonder te jagen naar persoonlijke eer of voor deden, met onverstoorbare volharding en 011- verbleekt schitterend beleid terwijl bij toch ook nooit de ware verdraagzaamheid jegens andersdenkenden uit het oog verloor, heeft hem de dankbaarheid verzekerd van de Kerk en hare bedienaren, ja van al hare zonen. Geen zijner tijdgenooten heeft zicii, als hij zoo verdienstelijk weten te maken jegens Kerk en Vaderland. Naast de politiek hield in de laatste jaren de nieuwe Onze Lieve Vrouwekerk te Han nover voortdurend zijne gedachten bezig en het was met dat kerkgebouw en met de groote vraag der toekomst in Pruisen, het volkson derwijs dat de groote man nog op zijn steif- bed bezig was. Als minister in het koninkrijk Hannover en bij zijn eerste optreden in den Duitschen Rijks dag, stond hij meer als bekwaam en berekend staatsman te boek dan als de aangewezen lei der der katholieken in alle raoeielijke vraag stukken. Doch van het oogenblik af dat «de parel van Meppen" zooals Mallinckrodt hem noemde, in het Duitsche Centrum zijn plaats had gevonden en hij de volheid van zijn poli tiek genie kon wijden aan een grootseh idee, is hij de, r.iot alleen in Duitschland beroemde, maar wereldvermaarde Staatsman geworden, op wiens doen en laten Europa het belang stellend cog gericht hield. Ludwig Windthorst was op de eerste plaats een man van zijn woord. Iedereen van welke partij ook durfde hem vertrouwen. Zoo is het i geschied, dat zoo wel Bismarck als Caprivi met hem onderhandeld hebben, terwijl hij de raadsman bleef van den ouden koning van Hannover en den hertog van Cumberland, dat, toen hij zijn 80e levensjaar inging, geheel het vaderland, oude veeten en partijstrijd verge tende, do Kleine Excellentie hartelyk kwam foliciteeren en de jonge keizer van Duitschland als 't ware aan zijn sterfbed waakte. Op hem hadden vleierij, listen der diploma tie, drukkende zorgen en glansrijke over winningen geen vat; hij was en bleef dezelfde in nederlaag als in victorie geprezen, of fel bestreden. Hij is niets geworden in deze we reld dan de leider van het Centrum en wat hem geschonken werd, schonk hij weder weg. Dat zulk een man blindelings gevolgd werd, zooals bleek, toen zijne ééno redevoering te Keulen de crisis van het Septennaat oploste, is geen wonder. Zijne partij verliet zich op hem, li ij verliet zich op zijne partij en zoo kou hij parlementaire veldslagen winnen. Ludwig Windthorst was als staatsman een man van de daad, van gezond verstand; zijne scherpzinnigheid, zijne wonderlijke gevatheid by de meest verrassende wendingen van het lot en zijn stalen geheugen maakten zijne kracht als politicus uit. Toch was deze kleine onoogelijke man met zijne stroeve gelaats trekken, iemand die hartelijk lachen kon, wiens humor gehecle vergaderingen electri- seerdo en wiens goed hart, niet alleen in den huiselijkcn kring en jegens zijn intieme vrien den, maar tegenover iedereen bleek, wanneer hij een scherp woord weder trachtte goed te maken, wanneer hij offervaardig en zich zelf verloochenend steeds tot bijstand gereed was. Vrijdag begon de ontsteking over te slaan op de linker long; daarop volgde een onrustige nacht en begonnen de krachten snel af te nomen. Van middernacht af bleef zijne dochter met den geneesheer en eene liefdezuster bij het ziekbed waken. Zijne laatste oogenblikken waren zeer tref fend. Nadat tegen middernacht geconstateerd was, dat ook do linker loog aangetast was, begon de patient weldra te ijlen. Hij wilde herhaaldelijk spreken, maar kou slechts on samenhangende woorden duisteren. Plotse ling, omstreeks zes uur in den morgen ver helderde zijn gelaatstrekken. Met luide, scherpe stem, die doordrong tot op tamelijk grooton afstand van zijn stervenssponde, be gon hij eene redevoering te houden. Hij meen de in den Rijksdag te zijn, en sprak ten gunste van de afschaffing der Jesuïten-wet Daarop trad eene poos van kalmte in; de liefdezuster begon nu de gebeden der sterven den te bidden, welke de lijder op helderen, voor bile iu de Hamer'aaiiwózigen verstaan- baren toon herhaalde. Aan de woorden ge komen »In uwe handen beveel ik mijn geest" bleef zijne stem steken. Hij had den laatsten adem uitgeblazen. In den loop vuil den voormiddag kwamen bijna allo leden van hot Centrum in den Rijks dag en het Huis van afgevaardigden hunne opwachting in de sterfkamer maken. liet lijk is Zondag vroegtijdig naar de Iled- wigs-kerk overgebracht, waar het tentoonge steld werd. Maandag is daar de plechtige Uit vaart gecelebreerd door den prins bisschop mgr, Kopp. Vervolgens werd het stoffelijk overschot naar Hannover overgebracht en in de O. L. V. kork bijgezet. Ir. de sterfkamer rustte de doode in een eenvoudig geel ledikant, met een zwarten ro- zekrans in de gevouwen handen. De bedsprei was niet bloemen bestrooid, aan liet voeten einde lag een door de keizerin gezonden krans van violen. Aan liet hoofdeinde was eene met een wit kleed bedekte tafel geplaatst, waarop een crucifix stond tusschen twee brandende kaarsen. Des middags werd door den beeldhouwer Pohlmann een masker van het lijk genomen. Vrijdag werd van Z. H. Paus Leo XIII nog een vleiende brief mei het grootkrus der Gre- gorius orde ontvangen, eene benoeming waar toe reeds lang besloten was. Prins \apolc»n. Prins Napoleon is Dinsdag-avond te 71/2 uur overleden, 11a door kardinaal Pujol voorzien te zijn van de heilige Sacramenten. De prins was volkomen bij kennis naar gemeld wordt. Of er nog eene verzoening met prins Victor plaats he.eft gehad, blijkt niet uit de berichten. Den 9den Set.tember 1822 te Triest als de zoon van een onttroond koning (Jéróme Bona parte) geboren, heeft deze Fransche kioon- pretendent, in de wandeling vaak -prins PJon- PI011" genoemd, na G9 levensjaren van intri ges, samenzweringen en verzet ook zijn laats ten adem op Italiaansch grondgebied uitge blazen. In verbanning zag hij het levenslicht en in verbanning stierf hij. I)e jeugd van den overledene, die, naar de Siècle dezer dagen schreef, een kop en een temperament was, een brutale kracht, op een onbewaakt oogenblik het leven ingeslingerd, een charge van het Napoleontisch genie, een Bonaparte van grootschen en waren stempel, maar met ec-n draai naar het kleingeestige en middelmatige door de abnormale ontwikkeling zijner hêrsëns de jeugd van den overledene ging voorbij in een zee van genietingen. Van natuie met schitterende hoedanigheden be gaafd, intelligent en geestig, werd hij door zijn levensomstandigheden een twijfelaar. Hieruit vloeide voort, dat hij tot het laatst van zijn leven eer. vijand der geestelijken bleef. I)it bleek nog dezer dagen, toen zijne echtge- noote, prinses Clotilje, hem mgr. Angino wilde doen ontvangen. De prins stemde toe, maar riep Angino, terwijl deze het ziekenvertrek binnentrad, toe: *Sona lieto di vedervima come êpnico«Ik ben blij u te zieD, doch als vriend I" Toch was hij geen scepticus, zooals de Temps opmerkt, maar eeu rövoltê. Na den val van dc Juli monarchie, in 1818, verklaarde prins Napoleon zich plechtig ten gunste der republiek. Bij de verkiezingen voor de constituante liet hij zich iu Corsica op een revolutionnair programma verkiezen. Op het oogenblik van den coup déiai zetelde hij op de banken der uiterste linkerzijde. Hij verge noegde zich met er tegen te protesteeren en zich ter zijde te houden. Een jaar later echter nam hij uit handen van het keizerrijk den titel van prince /rangais, een fauteuil, in den Senaat en den Raad van State, het grootkruis van het Legioen van Eer eiï'de insignes van divisie-generaal aan. Naarmate het keizerrijk vaster wortel schoot,liet de prins er zich de voordeden beter ^an welgevallen. Aan het leven van genot en dwaasheid uit dien tijd maakte de Krim-oorlog een einde. Prins Napoleon aan vaardde een bevel, maar keerde kort daarop plotseling uit de Krim terug. Deze daad kan, evenals het verlaten van zijn ambassadeurspost te Madrid iu 1819, slechts hierdoor verklaard worden, dat de daad prins Napoleon steeds afschrikte. Hij bezat een ruimen blik. een zeldzame scheipzinuigheid, maar wanneer het op doen aankwam deinsde hij terug; alle moeilijkheden schenen hem onoverkomelijk en daarbij voegde zicli een gevoel van onuitspre kelijke verveling. Indien deze hem overviel, dan ontvluchtte hij zijn post; niets en niemand kon hem terughouden. Uit dezen karaktertrek heeft men ook zijn weigering om met den hertog van Aumale te duelleeren, toen deze hem uitdaagde, zoeken af to leiden. Anileren echter zagen hierin een gebrek aan raoedi een lafhartigheid, welke hem den schimpnaam van «prins Pion-Pion" op den hals haalde. Ten slotte reikte prins Napoleon de hand aan het boulangismehij kon mot anders, want samenzweien zat hem in het bloed. De avontuurlijke plannen van den brav'general" lokten hem aan cn hij verbond zich met den ontrouwen soldaat tegen Frankrijk. De aan slag mislukte - e" 4* trok zieh in zijn kasteel te Pi angins, in Zwitserland, terug, totdat de winter hem te Rome terugvoerde, waar een hevigo longontsteking, gepaard met pleuris, zijn levensdraad zou afsnijdeu. VENRAY, 21 Maart 1801. Niettegenstaande het buiige weer, verza melde Donderdag-morgen zich de leden der H. Familie alhier, om in processiesgewijze den H. Joseph te Smakt te gaan veieeren. Voorafgeguan door een banier, naderde de vrome schaar al biddende en zingende het Heiligdom. Aldaar binnen zijnde begon het H. Misoffer, opgedragen door onzen Eerw. Herder voor liet weizijn van de parochie Venray. Hot koor, onder directie yau den Eerw. lieer Git- mans, voerde, een muziokmis uit. Na hot Evangelie beklom de Eerw. pater Pasiücus den kansel, schetste met redenaarB talent de lof van den H. Joseph. Na de H. Mis keerde men weder op dezelfde stichtende wijze huiswaarts. Z. D. H. Mgr. Bocrmaus bisschop van Roermond, hoeft benoemd tot pastoor te Echt den WelEerw. heer J. F. Herben, tot dusver re p.istoor te Lutterade, eu tot kapelaan te Susicren den WelEerw. Zeergel. fleer G. H. J, Bemelmans, professor aan hot Bisscli. Col lege te Roermond. Tot pastoor te Lutterade, den eerw, lieer H. Linssen, thans kapelaan bij de O; L. Vr. kerk te Maastricht; tot pastoor te Slenaken, thans pastoor te Echterbosch; tot pastoor te Echterbosch den eerw. heer J. Goessens, thans kapelaan te Gronsveld; tot der nieuwe opgerichte parochie America, gemeente Horst, den weieerw. lieer J. Jkuken thans rector te Gasten ray- V en raytot rector te Casten ray, den eerw. heer P. Gooien, thans kapelaan te Wessem; tot kapelaan bij de O. L. Vr. kerk te Maastricht, den eerw. lieer J N. Janssen, thans kapeluan te Oirsbeek. De uitslag der provinciale keuring van springstieren was als vo!gt: Te Sevenum, 16 Maart. Aangeboden 22 stieren, afgekeurd 4, alzoo goedgekourt 18. Ie premie II. Korsten te Helden, 2e pr. J. Holtmans te Helden. 3e II. Thijssen te Meyel. Te Meerlo, 17 Maart. AangeboJen 31 stie ren, afgekeurd 7, alzoo goedgekeurd 24. Ie premie A. Hanckx te Wanssurn. 2o pr. B. van Meijel te Merseloo- Yenray. 3e pr. D. Nab te Meerlo, Het wedspel van kwartelen met steek garen of vliegnetten mag in Limburg weder worden uitgeoefend van 4 Mei tot en met 27 Juli e, k. Tot het verkrijgen der akte, bedoeld by art. 50a der wet op het lager orderwijs, heb ben zich in Limburg aangemeld 54 mannelijke cn 24 vrouwelijke candidaten. I)e spoorwegraad te Crefeld heeft zich tot den pruiSischen minister gewend met het verzoek, om de postticinen Berlijn-Wesel Londen niet meer over Venlo, maar evenals vroeger weder GochWeselBokstel te laten loopen. Do Kamer van koophandel al daar verzocht echter het tegendeel en kreeg van den heer von Maybach den 13n dezer tot antwoord, dat in de loop der treinen geen verandering mag gebracht worden volgens be sluit der algemeene spoorwegconferentie op den 14 en 15 Januari jl, De treinenloop over Venlo blijft dus bestaan. De schatgraver van Yenlo Niettegenstaande er herhaaldo malen in de couranten op gewezen is, geen geloof te slaan op brieven, komende van Madrid, wier in houd bestaat uit de mededeeling van verbor gen schatten, heeft weer een lichtgeloovig persoon op den Knldenkirchener weg te Ven lo deze nog vertrouwd. Een paar weken ge leden ontving deze persoon een brief aan zijn adres uit Madrid, behelzende de opgave, dat in de onmiddelijke nabijheid van zyn huis in den grond een schal, groot f 1.750.000, ver borgen zat, dien hy by opgraving zeker zoude vinden en waarvan hy voor f 500.000 eige naar zoude blijven, doch waarvan de rest later zoude afgehaald worden door den schrijver. Op dezen brief volgde een tweede, houdende opgave dier plaats, waar de schat begraven was. De lichfgeloovige gaat onmiddellijk over tot het doen van opmetingen en opgravingen werd tevens hoe langer hoe zenuwachtiger, tot ten laatste eeu buurman, bang goworden, dat de man nog gekker zou worden dan hij reeds was, hem na veel moeite aan het ver stand bracht, dat beide blieven afkomstig waren van eenige in Venlo wonende heeren, die deze aan hem hadden doen toekomen door een bekende uit Madrid, met het plan zich eens hartelijk ten zijnen koste te vermaken. De man staakte nu onmiddelijk het werk. De justitie van Venlo vestigt er de aan dacht op, dat valsche bankbiljetten van 100 gulden, dragende den datum 29 Nov. 1880 en zijnde genummerd BL 1935 in omloop zijn. Zij wordeu waarschijnlijk in Duitschland na gemaakt en in Nederland iu circulatie ge bracht. Deze waarschuwing blijkt niet ijdel te zijn geweest, want te Vonlo is reeds een der gelijk valsch biljet in beslag genomen. Ook zijn daar valsche 2 mark stukken in omloop, van het jaartal 1876. Als vermoedelyke dader is aldaar in arrest genomen de daar gevestigdo, duitsche lierber- gior J. B. Dc duitsche Regeering heeft reeds zyne uillevering verzocht. In eene buitengewone strafzitting van Donderdag werd als volgt uitspraak gedaan in zake de gebroeders Maessen; Oplichting, aanvrage 9 maanden, vrijge sproken. Bedriegelijke bankbreuk: eisch 4 jaar en 2 jaar, voor het niet houden der boe ken vrijgesproken; voor hot niet in ongeschon den staat voorbrengen van brievencopiebook vrijgesproken, doch voor bet niet verant woord hebben van den post van t 29,000 veroordeeld tot 1 jaar gevangenisstraf ieder, met vermindering van het voorarrest. Of van de zijde van liet Openbaar Ministerie of der beklaagden appél wordt aangeteokend is nog onbekend. Voor «enigen tijd kwam in het «Lirab. Nieuwsblad" het bericht voor, dat te Maas tricht twee lupus-Iijders genezen waren. Op grond van goede informaties konden wij dat bericht ten stelligste tegenspreken. Thans komt liet L. N. hierop terug, en be vestigt haar eerste bericht, waarop wij na verdere informatie uit de beste bron verne men, dat geen genezing van lupus te Maas tricht heeft plaats gehad. De Kamer van koophandel to Maastricht heeft zich bij adres tot den minister van Wa terstaat gewend met liet verzoek eene gema- tigdo verhooging van inkomende rechten aan de wetgevende macht te willen voorstellen. De Kamer is van oordeel, dat thans, nu de handelstractaten door de meeste staten wor den opgezegd, waardoor reciprociteit onmo gelijk wordt gemaakt, alleen eene tariefsher ziening onzen handel tegen ongelijkmatige concurrentie van het builenland kan bescher men. I)e beruchte Leunissen zal eert-tdaagg naar Breda worden ovorgebracht om voor de rechtbank aldaar terecht te staan wegens diefstal en het misdrijf, bedoeld by art. 242 van het wetboek van strafrecht, waartegen 12 jaien gevangenisstraf is bedreigd. Den 15 treedt bij de Hollandsche IJze- ren-Spoorweg-Maatschappij een nieuw tarief in werking voor reis-abonneraenton, waarbij ook de 2e en 3c klasse zijn opgenomen. Te Breda ontstond Dinsdagavond onge veer 7 uur een hevige brand in de chocolade- fabiiek «KwaÜa" van den heer Embden. Do gelieele fabriek met aangrenzende gebouwen is tot den grond afgebrand. Zondagnacht werd wei d nog in dezelfde fabriek inbraak gepleegd zonder dat echter rets ran waarde vermist werd. Door de politie te Delft is in beslag ge nomen een valsch 1 gulden sluk, dragende de bceltonis van Koning Willem III, en het jaar tal 1865. Het rondschrift «God zij met ons" ontbreekt. Den 22en Februari 11.- zette zfch te Kat wijk aan zee een kip te broeden. In den nacht vau den lOen Maart werden de eieren onder de sneeuw bedolven en bleven daaronder tot s namiddags 4 ore, toen men ze terugvond. De kip zette zich opnieuw op het nest en bleef daar rustig zitten tot den 15en Maart, fÖBti 9 kuikens voor den dag kwamen. Naar de N. R. Ct. verneemt, heeft de Boud yan beetwortel-suikerfabrikanton in Nederland, na de aanneming van de wet op den suikeraccijns in de Tweede Kamer, beslo ten don inkoopprijs der bieten dit jaar te be palen op f9.50 per 1000 kilo's, in plaats van f 11.00, zooals in 1890, ofschoon de suiker markt op dit oogenblik nog zooveel hooger staat dan het voorige jaar om dezen tijd, dat er in verhouding wel ruim f 1.00 meer, dus f 12.00 zou kunnen besteed worden. Voor vele landbouwers zou dit verschil in ontvangst de volle pacht vertegenwoordigen. WegeDs vervalsching van een postwis sel is D. B. te Amsterdam tot vier maanden gevangenisstraf veroordeeld. Naar men uit de Betuwe meldt, werden dezer dagen in die streek honderden HA. weiland in het openbaar verpacht. De pacht prijzen verschillen weinig van die van verle den jaar. Voor puike uiterwaarden werd be steed van f 90 tot f 100, voor binuenveldsche weilanden van f 60 tot f 70 per HA. De rechtbank te Assen heeft bij vonnis verklaard, dat de wed. G. W. Gaaikema- Ilellinga, die wegens vergiftiging harer 20 jarige dochter Grietje tot levenslange gevan genisstraf is veroordeeld geen voordeel kan genieten uit het door haar dochter Grietje te haren behoeve gemaakt testament, zoomede dat zij onwaardig is om als erfgenaam bij ver sterf uit de nalatenschap barer dochter voor* meld iets te genieten. Door deze beschikking komt nu de nalaten schap van Grielje Hillinga aan haar broeder Popke en haar halfzuster Tietske Hillinga. Een heer in de lieerestraat, te Gronin gen, was Zondag naar de kerk. Hij had zijn gouden horlogo met kotting op de kamer la-, ten liggen. Het was wel bewaard onder do hoede van eene dienstbode. Deze echter moest even uit om eene courant aan een der buren ie brengen, en van hare afwezigheid werd door een dief gebruik gemaakt, en het hor loge weggenomen. De bestolene ontving kort daarop eene briefkaart van deu volgenden in houd: WelEHeer. Ik heb de eer, ter uwer gerustelling koud te doen, het door UE. reeds lang genoeg be zetene hoiiogie in betere handen i6 overge gaan (artikel een van onze sociale toestanden) troost u dan met de herinneringen aan het verleden aangenaam bezit. Een vriend van algemeen bezit. Het was in het jaar, dat de Franschen op hun zegetocht door Europa, in Filoit halt hielden. De halve wereld sidderde voor Na poleons macht. Alles boog voor hem in 't stof en overal, waar hij verscheen, begroette men hem als overwinnaar. Gedurende den korten wapenstilstand, dien hij met Pruisen sloot, kreeg hij het op zekeren dag in het hoofd, zijn tegenstanders te Filoit bij zich aan het ont bijt te noodigen. Slechts twee hadden den moed aan deze uitnoodiging gevolg te geven de koning van Pruisen en de keizer van Rus land. Zij kwamen, door een sterk escorte be geleid, bij den keizer der Franscben, die hen in zijn gewonen grijzen rok en met zijn vier kanten steek ontving. De tafel was gedekt in «ene kamer der vijfde etage van het slot, om dat men van daar uit een vergezicht had op de omgeving, waar de troepen gelegerd waren. Het gesprek aan lafel was zoo als men denken kan, niet zeer levendig en gedwongen; het liep hoofdzakelijk over het leger en ieder prees het zijne om het zeerst. Opeens stelde een der drie vorsten welke der drie is onljekend de vraag, wie van hen het meest op de trouw zijner mansohappen zou kunnen reke nen. «Mijne soldaten gehoorzamen mij blinde lings", riep keizer Alexander uit. «En de mijne riep Napoleon uit zijn ieder oogenblik bereid voor my te sterven}* «Laten we daarvan eens een proef nemen'" stelde de koning van Pruisen voor. Daarop wenkte Napoleon eeu lakei en be val hem een zijner gardes, Mar<*u, te roepen,

Peel en Maas | 1891 | | pagina 2