ZAAIEN. De onzichtbare vijand. ZATERDAG 11 OCTOBER ELFDE JAARGANG No. 4f. Uitgever: W. VAX DEN MUNCKUOF-Sassen. Doze Courant verschijnt iederen Zaterdag. Feuilleton. 4= Stand der Maan. L.K. 5® Zondag N.M. 13 Maandag E.K. 21e Dinsdag. V.M. 28' Stand der Zon. 5, 10, 10, 22, 28 Oct. op 6.8; 6,17; 0.26; 0,37; 6.48; v/m.; onder 5.28, 5,17. 5.1, 4.51, 4.30; n'm. Abonnementsprijs per kwartaal. voor Venray 50 c. franco per post 65 c. voor het buitenland 85 c. afzonderlijke nummers 6 c. Prijs der Advertentiën: ▼an lE re^el. 30 c. elke regel meer 6 c» groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Advertentiën, 3rnaai geplaatst, worden Smaal berekend. Advertentiën of Ingezonden Stukken gelieve men Vrijdag vóór 2 uur 's-middags te be zorgen aan het Bureau »Peel en Maas" te Venray. Sedert eenige jaren heeft de ge drukte, ongunstige toestand van de industrie van den groot en kleinhan del, steeds meer en meer de aandacht getrokken. Vooral de neringdoenden en de kleine industriëelen klagen steen en been. Men heeft voor den armen patiënt naar genezende medicijnen gezocht, doch zijne beterschap heeft zich tot dusverre laten wachten. Op tallooze vergaderingen, hebben indu striëelen, neringdoenden en vrienden van den burgerstand schoone rede voeringen gehouden en een aantal middelen zijn allerwege aan de hand gedaan, om de algemeene malaise te verbeteren, duch daarbij is het ook gebleven. Van een zeer geduchten vijand heeft men al te weinig nota genomen en van een strijd tegen dien vijand heeft men niets vernomen. Deze vijand is: het borgen. Het is ongelooflijk hoe veel en hoe lang er bij de winkeliers, de nering doenden en de industrieëlen wordt geborgd en wel door lieden uit alle klassen der samenleving. Sommige borgen uit nalatigheid of onverschil ligheid, velen omdat zij niet betalen kunnen, en anderen wederom omdat zij meenen, dat hunne leveranciers het geld niet voor nieuwjaar willen ontvangen. Eerstgenoemden zouden ongetwij feld betalen, wanneer zij er aan dachten welke groote zorgen zij ver oorzaken en welk groot voordeel zij Episode uit Napoleons oorlogen tegen Spanje. 3. Deze schaar, die bij gelegenheid door mis noegde boeren en smokkelaars versterkt werd, ■was in het algemeen wegens de geringe be- duidens harer daden kenbaar, zoudat men van meening moest zijn, dat hare gewone sterkte slechts twee of drie man bedroeg. Dragonders, die depêches hadden over te brengen, werden nèergeschoten, bedienden van officierën, die de paarden hunner meesters naar liet wed voerden het licht uitgeblazen en schildwachten op hun post vermoord. Zoo iets viel dagelijks voor en soms nog wel iets van meer belang. Twee of drie kleine piqnetten waren tot den laatsten man om liet leven gebracht; afdeelingen van vier of vijf dragonders, die Yan het fourageeren terug keerden, werden door de nooit missende ko gels dor onzichtbare vijanden doodgeschoten. Geërgerd over zulke sluipmoorden had men meermalen troepen uitgezonden, om die ben den te verdrijven; men had ook wel gevan genen gemaakt, doch naar het scheen nooit de rechten, want de daden van don «onzicht- bareo vijand,gelijk de soldaten hem noem den, duurden voort. Het was een. uur na zonsopgang in de,kleine stad Pora; de. reveille was daareven geblazen den leverancier kunnen verschaffen, die hen, uit vrees van een goeden klant te verliezen, r.iet durft te ma nen. Was de winkelier in het bezit van het contante geld, hij zou er den grossier, den koopman mede kunnen betalen van wien liij zijne koopwa ren betrekt, hij zou daardoor goed- kooper kunnen inslaan, want de groothandelaar moet natuurlijk voor renteverlies den prijs zijner artikelen verhoogen. Vele neringdoenden zijn begonnen met hunne kooplieden a contant te betalen en genoten daar door veel voordeel, maar in de meeste gevallen is het bij dc eerste proef gebleven en waarom? Omdat hetnoo- dige geld ontbreekt, vermist hunne begunstigers te laat betalen, te lang borgen. De gebruikelijke betalingstermijn is drie maanden, maar bijna ieder koop man wacht ook wel iets langer. Volgt de betaling echter niet na verloop van vier of vijf maanden, dan komt de wissel, die de winkelier wel zoude k'uiiiicn Lolctieu, kis bij ook nei bedrag van zijne vordering had ontvangen, Maar de eene beeft geen tijd, de an dere heeft op het oogenblik geen geld, een derde komt het ongelegen, den vierde treft hij niet thuis, de vijfde zal het geld wel zenden en de zesde eindelijk betaalt, 't Is dus moeite te vergeefs geweesthet resultaat is on- oeteekend. En wat is nu het treurige gevolg? De wissel wordt geprotes teerd. De acceptant verliest zijn cre- diet en moet bovendien nog aanzien lijke kosten betalen. Het zou inderdaad een zegen zijn als iedereen dan slechts eene bestel ling deed wanneer bij daarvoor het geld had gereed liggen en de winke lier en industrieëlen zouden wijs han delen wanneer zij bij het verleenen van crediet, in 't algemeen met wat en de officieren van het garnizoen wachtten reeds op het ontbijt van rijst en varkens- vleesch, waarmede de koks van de Compagnie juist bezig waren. Aan de deur van een groot huis, dat tot soldatenwoning was ingericht en op liet markt plein lag, stond een groepje soldaten, die, naar hunne heftige gebaren te oordeelen. een onderwerp van groot gewicht behandelden. Met den dolk Ja, met dolksteken vermoord, op zijn post gisteren-avond sprak een hunner tot ant woord op de hem gedane vraag. En dat de knapste kerel van ons geheele bataljon, die op post nooit een oog toe deed. Geen van ons is meer veilig, als dat zoo voort gaat. Die arme Jolibois! Het spijt mij om hem. Ze moesten dien -onzichtbare" opspo ren, riep een ander soldaat, te weten, als hij op te sporen is; maar, bij mijne arme ziel, hij is zeker geen mensch van vleesch en bloed. Niemand heeft hem ooit gezien, althans nie mand, die nog leeft. Hij kwetst nooit iemand, maar doodt terstond. Zijn mes en zijne kogels missen nooit. Op dit oogenblik kwam een jong officier uit een huis aan de andere zijde van het plein, sprak eenige wooiden tot den hem volgenden ordonnans-sergeant en sloeg eene naburige straat in. De sergeant naderde de soldaten. Tiens, tiens! riep een; daar is stellig een order voor ous. Dat hebt gij geraden, jongens, zeide de onderofficier; en liet zal een ding van meer belang worden, dan gij denkt., 25 man, die aan de beurt zijn moeten zich dadelijk klaar. meer voorzichtigheid te werk gingen. Maar ook de kooplieden, de groot handelaren dragen voor een groot gedeelte de schuld aan den neteligen toestand der winkeliers, omdat zij in den regel den neringdoenden te veel goederen opdringen. I)e arme man bezwijkt voor de redeneeringen en aanprijzingen van den welbespraakten handelsreiziger en voor hij het eigen lijk weet, heeft hij het huis vol koop waren. Helaas slechts een gedeelte daarvan kan hij aan den man bren gen, het meeste blijft onverkocht en wordt minder in aanzien en qualiteit. Maar op den bepaalden tijd verschijnt de wissel en betalen moet hij, wil hij zijne eer als solied winkelier niet ophouden. Heeft hij het geld niet, dan moet hij het trachten te leenen, hetgeen hem veel moeite en zorg ver oorzaakt en onvoordeelig is bovendien. Verstandige lieden zullen nimmer onbehoorlijk lang borger en een ver standig leverancier zal .iet gemak kelijk iedereen oredic^w^en, maar er op letten, dat'"hiJVyn gefit*op''tijd ontvangt, ten einde zeil" ook op den vastgestelden termijn te kunnen beta len. Daardoor vermijdt hij niet alleen zorgen en kosten, maar hij doet ook zijne inkoopen op voordeelige wijze en kan gemakkelijker concurreeren. *Borgen maakt zorgen' dikwijls ook voor den kooper, meest altijd voor den leverancier; derhalve mijde men het borgen en de maatschappij zal van een geduchten vijand verlost zijn. In het R. N. lezen -«'ij' het vol gende over het zaaien. De graanboeren hebben op dit oo genblik den zaai hunner wintergranen ouderhanden en in handen, daarbij de maken. Luitenant Larose gaat binnen 10 minuten met u op mai'scli en dus zorgt dat gij bij de hand zijt. Na een kwartier verliet de afdeeling met den genoemden luitenant dc stad. Gedurende een raarsch van 4 uren, in de brandende zon en op zandige paden, verdiepten de soldaten zich in gissingen omtrent het doel der expe ditie, maar kwamen tot gecne zekerheid, en ieder kon er het zijne van denken. Na verloop van dien tijd kwamen zij bij eene kleine kapel, opgericht bij de intrede van een pad, dat naar de diepte eener bergkloof afdaalde. Deze kapel scheen den officier tot wegwijzer te dienen, want hij ging op een maal van den rijweg af en begaf zich dieper in het gebergte. Dit steenachtig en oneffen pad een tijdlang gevolgd hebbende, zagen zij zich rondom door heuvels ingesloten en ver loren de vlakte genoegzaam op hetzelfde oo genblik uit het gezicht, dat zij eene rotsachtige tafelvlakte in het oog kregen, waarop enkele huizen stonden. Bij het eerste van deze huizen, dat grooter dan de overige was en, naar een paar buiten de deur hangende ledige wijnzak ken te oordeelen, op den rang van posade of herberg aanspraak maakte, liet de luitenant halt maken. Terwijl do soldaten uitrusten en naar hunne yeldflesschen grepen, klom de officier eenige houten trappen op en trad in de woonkamer van deze afgelegen kroeg. Vijf personen zaten daar bij elkander, drie boeren of muilezeldrijvers, die met sme rige kaarten op eene in het midden in het ver trek staande tafel speelden en, toen de Franschman binnentrad, hem met juist niet zeer vriendelijke gezichten aankekenverder. factoren, welke den meesten invloed uitoefenen op het resultaat, waarmee zij zich in den nazomer van 1891 zullen moeten tevreden stellen, 't Is daarom zaak nu te doen, wat men redelijker wijs doen kan. Een dezer factoren is: zaaien op ge- pasten tijd over 't algemeen is het zeer te wenschen, dat de rogge en de tarwe krachtig in den winter gaan; doorgaans komt hun dit bij latere wiutergelegen- heden" zeer te pas, en men vergete niet, dat een tijdige zaai groeten invloed heeft op de qualiteit van hcteindproduct; vroegtijdig gezaaid geeft het schoonste graan. Het spreekt van zelf, dat deze stelling in een betrekkelijken zin moet worden opgevat. Er dient rekening ge houden met de variëteit, de geaardheid en de ligging van den bodem, de weers gesteldheid en vooral met de bekwamen toestand van het zaaiveld. Vooral neemt men aan, dat de ondervinding sedert jaren op verschillende plaatsen leerde, waaraan men zich over 't algemeen te houden heeft; toch zijn ons streken be- keha rnrft nagenoeg gei y ksoórci^var dem, waar het van ouds usantie is hiel de rogge voor de tarwe, ginds deze voor de rogge te zaaienzulks kan toch niet geheel onverschillig wezen, maar werd voor zoover wij weten, nooit nader on derzocht. Van meer onmiddelijk belang echter is het er aan te herinneren, dat laat zaaien toch in elk geval verkieslij ker is dan slecht werk verrichtten en daarom is uitstel geraden, wanneer, öl' de weergesteldhied ongunstig of het zaaiveld niet toebereid is, zooals het behoort; de vermoedelijke gevolgen van slecht werk blijven wel eens weg, maar ook dit is een kansje, dat buiten de re kening moet blijven. Een ander belangrijke factor is dc bemesting. Wij stippen daaromtrent slechts aan, dat een voile graanoogst heel wat phosphorzuur noodig heeft, dc waardin, die bij den haard met koken bezig was, en eindelijk een man, die onder den breeden schoorsteenmantel zoo zat weggedo ken, dat de binnenkomenden zijne gelaats trekken onmogelijk onderscheiden konden. De joBgfl krijgsman eischte een glas wijn en, terwijl de waardin dat inschonk, naderde hij al fluitend de tafel, waaraan de boeren zaten te spelen. Het is een heete dag en een slechte weg, zeide de officier met nadruk, bij den stoel van een der spelers stilstaande. Men seheen het niet noodig te achten, hier op te antwoorden, cn een donker gezicht was al, wat de officier tot bescheid ontving. Die stilte duurde een poos lang voort; in het eind vernam men een dof kuchje van den schoor- sieenkant, en de man, die daar gezeten had, sukkelde, leunende op zyn stok, dien zijn mank gaan hem tot steun noodig maakte, de kamer uit. De officier keek hem, toen hij voorby ging, scherp aandoch de ander scheen hoegenaamd geen acht op hem te slaan en verliet het huis. Vijf minuten later begaf ook, het detachement zich weder op weg. Toen zij aan het einde van het dorp geko men waren, riep de officier een man, die daar voor hem uitstrompelde, driftig toe: Hola, kameraad De geroepene was geen ander, dan die de. kroeg verlaten had, na met don officier een blik van vei standhouding te hebben gewisseld, liet was een man van 35 jaar; zijne trekken waren scherp geleek end, zijn haar, tegen de Spaansciie. manier, kort afgesneden, zijne kleeding bestond uit groene stollen meer dan het geraden is. mot slalmes.6 te geven, wil men 't gewas niet aan le geren blootsteilen; in België, Duitsch-, land en Frankrijk wordt dit tegenwoor dig algemeen begrepen; de gewone ma tige hoeveelheid verschc stalmest, of het restant van 't vorige jaar iu den. akker overgebleven, wordt ondersteund door oen phosphaatbemesting mot Tlio- mas-phosphaatmcel en blijkons de er varing der laatste jaren, met succes, zoowel bij de tarwe als bij de rogge, te vens nog met het oog op het volgende gewas. In onze provincie werd dezen herfst ook menige waggonlading als wintergraanmest op 't gebouwde land uitgezaaid; de ondervinding zal hierom*! trent echter nog een en ander loeren, lloe sterk moet de dosis wezen Door gaans bezigt men 8 tot 10 kilogram per are; 'l komt ook niet op een baaltje aan, want deze mestspecie is zeer goedkoop, raakt niet verloren en werkt geruimen tijd na; zooveel staat vast, dat meer phospliaatmest te pas komt op humcuze en stikstofrijke, laaggelegen landrijen of v. aar ruimschoots, met stalincaL wordt gemest ot zware massa's groemnest worden ondergebouwdmet een woord, overal waar men vermoeden mag, dat de halm zich sterk ontwikkelen zal, graan laat rijp zal worden en 't beschot wellicht naar evenredigheid niet zal be vredigen. Op hoog en droog land ge bruikt men minder phosphaat, maar daarbij meer stikstofmest. Kan men in don herfst volstaan met minder fijn ge malen phosphaat, meel met zoogenaamd 2de soort of 50 percents of mot nog goed kooper, zeer fijn gemalen mineraal phosphaat? Zou 't niet in menig geval nuttig of noodig wezen raïnjf en phos phaat samen te bezigen? Wij wagen het met deze laatste vragen beslist ja to beantwoorden; zij geven echter stof tot eenvoudige en recht praktische bemestingsproeven, waarnaar men zich Daar zijn gesprek met den officier niet in het geheim plaats vond, zoo vernamen de sol daten al spoedig, dat zij uitgezonden waren om -den onzichtbare" te vangen. Do Span jaard. die hun tot gids zou dienen, werd door enkelen voor een man, dien men voor een dooi de Fransche generaals gebruikten spion hield, herkend. Nadat zij langer dan oen uur bergop geklommen waren, leide hij hen naar de bed ding van een waterval, die in dit jaargetij droog on door hooge boomen overschaduwd was. Eenige hondord voelen boven deze kloof verhief zich een licyvel van zand en rots, waarover een klein beekje beenstroomde. Deze heuvel moet langs een zich kronkelend pad, dat slechts man voor man daarop voort kon, beklommen worden. Gij brengt ous langs vreemde wegen, zeide Larose tot zijn leidsman, toen zij op eenig«n. afstand van den waterval waren. Zij. die wij zoeken, houden zich niet op het vlakke veld of op den breeden rijweg, was liet amvroord. Zijn wij dezen weg dour, dan ligt het ergste achter den rug. Maar ge moet dan uw volk toch wat rust geven; zo zijn aan zulk klauteren niet gewend. Ru>t hier eon kwartiertje uit; ik wil vooruitgaan en het veld verkennen. Het detachement zette de geweren in rot ten, en de Spanjaard beklom, door zijn mank gaan eonigziii-s bc-lemmcrd, langzaam het rfaar de beek opleidend pad. Boven gekomen stond hij een oogenblik stil, wierp een blik op de beneden wachtenden en verdween toen achter, de hoogc boomen. Wordt v.erco!(/di

Peel en Maas | 1890 | | pagina 1