ELIGIUS de Organist. Be gebeurtenis Buitenland. ZATERDAG 16 AUGUSTUS 1890. ELFDE JAARGANG No. 33. Uitgever: Deze Courant verschijnt iederen Zaterdag. VEROORDEELEXSWAARDIG. Feuilleton. Stand der ülnan. V.M. 7® Donderdag. L.K. 15® Vrijdag. N.M. 23e Zaterdag. E, K. 30e Zaterdag. Stand der Zon. 5, 10, 10. 22, 28 Aug. op 4.28; 4,36; 4.45; 4,55; 5.5; v/ra.; onder 7.43, 7.33, 7.22, 7,9 0.50; n'n>. Abonnementsprijs per kwartaal. voor Venray franco per post voor het buitenland afzonderlijke nummers 50 c. 65 c. 85 c. 6 c. W. VAN DE\ MUNCKIIOF-Sassen. Prijs der Advertentien ▼an 15 regels 30 c. elke regel meer 0 c. groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Advertentiën, 3maal geplaatst, worden Smaal berekend. Advertentiën of Ingezonden Stukken gelieve men Vrijdag vóór 2 uur 's-middags te be zorgen aan het Bureau »Feel en Maas" te Venray. Wij lezen in De Maasbode onder staand artikel: Veroordeelenswaardig, iu den vol- slen zin van het woord, is liet ont werp, door minister Bergansius inge diend. I. Veroordeelenswaardig, omdat dit ontwerp rechtstreeks in strijd is met den krachtig' uitgesproken wil van een zéér groot gedeelte der natie. liet zijn niet alleen de catholieken, die den persoonlijken dienstplicht verfoeien. Een groot getal liberalen en anti revolutionairen hebben even luid en duidelijk vau hun afkeer bewijs gege ven. II. Veroordeelenswaardig, omdat door dit ontwerp op de meest roeke- looze wijze het bestaan van dit minis terie uit de rechterzijde op liet spel wordt gezet, 't Is immers volstrekt niet zeker, dat deze voordracht door de Tweede en Eerste Kamer wordt aan genomen. III. Veroordeelenswaardig, omdat door dit ontwerp het gevaar geboren -wordt, dat de vrucht van jarenlangen strijd, eene vrucht dietoch al niet groot is, dreigt verloren te gaan. IV. Veroordeelenswaardig, omdat het ontwerp uitgaat van een ministe rie, dat zijn ontstaan en bestaan grootendeels dankt aan de catholieken. 't Is de daad van den ontaarden zoon, die zijne moeder in het aangezicht slaat. 32. Eene enkele verzuchting is immers voldoen de?En toch.... Waarom ben ik niet vrij geweest!.,.. Dat examen heeft al mijn tijd ge roofd!.... Gij hebt u zeiven niets te verwijten, Eli gius gij hebt zelfs meer gedaan dan uw plicht, gij kondet hem immers niet overal volgen en niemand wist, buitendien, waar hij zich ophield. Hoe het ook zij: nu hij zoo ongelukkig om het leven gekomen is, komt het mij voor. dat ik veel meer had moeten doenHij is ter nauwernood dood, ging Eligius met blijkbaren diepen afkeer voort en gij zoiult van mij vergen, dat ik mij terstond met de regeling van zaken inliet, welke hem van zoo nabij betroffen hebben 1 Ik zou in vliegenden haast daar bij mijn oom moeten aankomen, als war© ik bevreesd, dat zijne nalatenschap mij ontgaan zou! als ware Gustanfs dood mij onverschillig, ja, als ware die mij welkom ge weest!.... Ach! welk een foltering! Is het dan niet mogelijk, om daarmede en minste eenige dagen te wachten? Hoor eens, Eligius, ik herhaal het u, gij zult uw oom verbitteren met uw gedurig uitstellen; en indien anderen zich onder die omstandigheden bij hem wisten m te dringen, ?uudt gij.... Maar ik heb u eene vraag te V. Veroordeelenswaardig, omdat geheel onnoodig aan de natie een zeer drukkende last wordt opgelegd. Bloed wet wordt de militiewet geheeten. Waarom de bloedwet verscherpt en uitgebreid? VI. Veroordeelenswaardig, omdat wij, geheel onnoodig ons laten mede- sleepen door den bedorven, panthëis- tischen geest van onze eeuw. Die geest eischt, dat ieder burger soldaat zijdat wil zeggen, dat ieder, met het geweer op den schouder en de hand aan de sabel, in zijn onder houd zal voorzien. Op die wijze zijn eenmaal de muren van Jerusalem gebouwd. Zulks is echter geschied in tijd van nood. Het gevaar was dreigend. En het feit zelf, dat de burgers gewapend de muren der stad opbouwden, staat dan ook als hoogst merkwaardig, als eene uitzondering, in de gewijde boeken opgeteekenu. Thans wil men de uitzondering tot regel verheffen. VII. Veiooidcólenswaardig, omdat door dit ontwerp, ook al wordt het ten uitvoer gebracht, de annexatie van ons land of de schending onzer neutraliteit geene seconde vertraagd zal worden. VIII. Veroordeelenswaardig, omdat dit ontwerp geheel en al in strijd is met ons volkskarakter, onze historie onze zeden en gewoonten. IX. Veroordeelenswaardig, omdat door dit ontwerp een twistappel ge worpen wordt te midden der natie, lie gevolgen der verdeeldheid, die daardoor ontstaan zal, zijn niet te berekenen. X. Veroordeelenswaardig, omdat die wet nimmer uitgevoerd zal worden, gelijk het behoort, De oppositie zal toenemen en sterker worden, naar gelang de hatelijke bepalingen meer in leven treden. Met een groot woord: doen.... Zonder onbescheiden te zijn, wat is uw gevoelen omtrent den uitslag van hei con cours? hebt gij eenige hoop? JS'een niet de minste, Meent gij dat? Ik ben er zeker van, en hetgeen mij nog het meeste spijt, is, dat Camillius evenmin kans heeft; hij heeft zich niet op den door hem den eersten dag ingenomen rang weten staande te houden. BercliJ*ti komt de eorepalm toe: deze heeft, zijn roem waardig gehandhaafd. Dit is dus eene reden te meer, welke u volstrekt gebiedt, om de schenking van uw oom aan te nemen. Haddet gij den zege be haald, dan was u een vast bestaan verzekerd; maar gij hebt uwe zusters ten uwen laste, welke met den besten wil met in haar levens onderhoud kunnen voorziengij zult zeggen, ik ben jong en kan dus werken; maar, ei lieve! een huisvader is gehouden, niet alleen te wer ken, doch ook zijne gezondheid te bewaren. En wanneer uw rusteloos zwoegen, om haar te onderhouden, uwe krachten ondermijnt en u ten grave doet dalen, want gij zijt even sterfelijk als ieder ander, wat moet er dan van haar worden van die arme kinderen, welke aan honger en ellende ten prooi, langs de straten van Parijs zullen zwerven 1.. Gij moet beslissen, begeert gij geene fortuin voor u zei ven, welnu! neem het dan om harentwille aan en ga met mij mede. XXI. Deze laatste redeneering was beslissend. Eligius keerde met- Dasson in de kamer terug, waar zijne zusters met de oude weduwe zatent »de strijd moet uit zijn," zooals er in zake het onderwijs gesproken is, maakt men aan het verbet geen einde. Men spiegele zich aan hetgeen er toen geschied is. XI. Veroordeelenswaardig, omdat door het ontwerp het leger niet ver sterkt maar verzwakt wordt. Het getal doet zeker iets af, maar waarheid is het ook, dat één soldaat, die sol daat is gelijk hij behoort te zijn, meer waard is dan honderd manschap pen, die de uniform verfoeien of ten minste met weerzin dragen. Hier voor al geldt het woord »ün homme en vaut mille." In geen geval kan de kracht van het leger verhoogd wor den door toevoeging van slechte be- standdeelen. Vergeten wij niet, dat die miliciens tegen hun zin en wil een krachtigcn steun vinden bij hunne ouders en familie. XII. Veroordeelenswaardig, omdat het geheel ongepast is» dat de Mi nister zijne meening geheel in strijd met dc herhaalt 1-,'^k uitgespro ken overtuiging van de meest emi nente personen, minstens even bekwaam als hij, tot wet tracht te verheffen. XIII. Veroordeelenswaardig, omdat dit ontwerp in strijd is met de stof felijke belangen van het minder gefor tuneerde deel der natie. Daar worden er gevonden, welke door het geld, dat zij als plaatsvervanger verkregen en bespaard hebben, er in geslaagd zijn, een fatsoenlijk, burgerlijk bestaan te verkrijgen, XIV. Veroordeelenswaardig, omdat dit ontwerp in strijd is met de Grond wet, die voorschrijft, dat het leger in de eerste plaats bestaan zal uit vrijwilligers. XV. Veroordeelenswaardig, omdat dit ontwerp in strijd is met de belofte van onzen eersten Koning. XVI. Veroordeelenswaardig, omdat drukte haar tot afscheid de hand met een blik, welke scheen te willeu zeggen: gij weet niet, welke opoffering ik om uwentwille ga doen, eu gingen toen naar Eligius oom. - Goeden avond! goeden avondriep de bankier hun met blijkbare opgeruimdheid bij hun binnentreden toe! Dubois, ging hij voort, zich tot zijn kamerdienaar wendende, ga uit de kamer en kom niet binnen, voor ik schel. Dubois ging heen en op een wenk van den bankier schoot Dasson de knippen op de beide deuren, opdat niemand hen in hun-gesprek zou kunnen komen sloren. Eligius! ving de heer Duprëjean, na eenige minuten zwijgens aan, ik heb met u een afzonderlijk mondgesprek willen hebben, teu einde u eene uiterst gewichtige raededee- ling te doen. Eligius. ik heb u niet vau.nabij gekend in de eerste maanden van uw verblijf te Parijs; destijds was ik alleen inet hart en ziel bij mijne zaken maar sedert mijne ziekte mij aan mijne sponde geketend houdt, hebben uwe liefderijke zorgen voor mij en uwe trouwe bezoeken, zoo dikwerf uwe bezigheden u zulks veroorloofden, mij veel genegenheid voor u doen opvatten.... sedert lang was ik voorne mens u daarvoor te beloonen.... Hier hield hij. zichtbaar afgemat, even op. Dasson haastte zich een op den schoorsteen rand staand kopje te halen, was den zieke be hulpzaam om overeind te gaan zitten en bracht daarop het drinken aan zijne lippen. Eligius zat met nedergebogen hoofde, als een misda diger, die zijne veroordeeling verwacht, voor het bed en verfrommelde de versleten randen van zijn hoed zoodanig tusschen zijne viDgercn, dat zij vol deuken werden. er gevaar bestaat, dat door dit ont werp een groot nationaal belang: her- Vorming van liet leger, A. door vorbe tering van liet kazerneleven, B. ander remplacanten-stelsel, C. toezicht op het zedelijk gedrag van den soldaat, geheel en al op den achtergrond zal geraken. van den dag is de overdracht van Helgoland aan Duitschland, welke Zaterdag 11. des namiddags te half vier heeft plaats gehad. Nadat de minister Von Bülticher, o. a. vergezeld door den geheimraad Lindau, te ruim 3 uur geland en verwelkomd was door den Engelschen admiraal en de autoritei ten van het eiland, begaf men zich onder het gebulder der kanonnen naar de gouverneurswoning, waar eene Eugelsche ccrewacht het geweer pre senteerde en de overeenkomst betref fende de overdracht door den Engel- j scjien gouvenmuj- werd voorgelezen, waarna de Duitschë vlag geheschen werd en de heei Von Bülticher liet eiland namens zijne regeering overnam. Op het gewichtig oogenbiik klonk een levendig hoerageroep, dat gevolgd werd door de tonen van het bekende «Deutschland, Deulsckland iiber alles. Op koningin Victoria cn keizer Wil helm werd over en weer een Iloch uitgebracht. Zoodra de eigenlijke plechtigheid afgeloopen was werden de Eugelsche troepen ingescheept en zette admiraal Hollmann, met de oorlogsbodems »Mars" en Victoria" van Willemshaven gekomen, een bataljon infanterie aan land. De Eugelsche gouverneur, dc lieer Barclay, scheepte zich later in aan boord van het jacht "Enchantress" Op het oogenbiik, dat dit vaartuig zich in beweging stelde, werden 17 kanonschoten gelost. -Ik wilde, ging dc zieke voort, ik wilde mijne uiterste wilsbeschikkingen ten uwen gunste veranderen; en als dat st.uk niet reeds zes weken geleden opgemaakt is, hebt gij zulks aan uw vriend den doctor te wijten, die mij voortdurend verzekerd heeft, dat het u meer bedroeven don verheugen zou, wanneer gij de nalatenschap, welke ik aan een ander be loofd hud. in uwe handen zaagt overgaan, met onterving van den anderenIk heb aan zijn raad gehoor gegeven, hoo wel met tegenzin, ilc beken hetwant het zou mij niet gespeten, hebben, dat die dwaas de verandering iu roiju testament voor zijn geweldadigen dood, wel ken bij zich zei ven berokkend heeft, te welen gekomen ware; hij zoiï gezien hebben, dat ik hem verlaat, die mij verlaat, dat ik hem vei led, die mij vergeet, ja, dat mijn vloek.... Ik bid u oom! nop Eligius uit met eene hevigheid welke hij niet matigen kon. vloek hem niet! Laat de dooden in hunne graven rusten Dasson greep Eligius band en drukte die met warmte. -llij is niet meer. ging de beer Duprëjean met meer gematigdheid voort, en daar zijn dood at mijne plannen, van welken aard dan ook, vernietigd, zijt gij en zijne zuster Leon- tine mijne eenige erfgenamen. Maar mijne, nicht is gehuwd met een mail, die meer dan een rnillioen rijk is en wiens vermogen buiten dien dagelijks aangroeitderhalve heb ik baar mijn landgoed vermaakt, hetwelk geene on beduidende bezitting kan genoemd worden; vervolgens heb ik eenig legaten gemaakt, welke gezamenlijk twem&aal honderd vijftig duizend franken bedragen,; wijders is er eene In verecnigileit Engelschen en Duit- schen kring werd de gebeurtenis gevierd rret een diner in het Casino, waaraan veertig personen deelnamen, en dat door don heer Von Bötticher gepresi deerd werd. De Eugelsche vlag Weef tot zonsondergang naast de Duitsche waaien. Blijkens een in den «Reichsanzeiger" verschenen keizerlijk bevel, zal, in af wachting der grondwettelijke regeling van zaken, het bestuur over Helgoland uit 's keizers naam gevoerd worden op den grondslag van de bestaande wet geving, en wel door den rijkskanselier. Kapitein Geissler is belast met het toe zicht over de haven en met alle tech nische zeezaken, met den titel van gouverneur. liet burgelijk bestuur en de rechtspleging zijn opgedragen aan den heer \'on Wermuth, met den titel van rijkscommissaris, terwijl de heer Ditmann met het financieel bestuur is belast. Hei bewind zal naar de op het eiland geldende rechtsgebruiken uitge oefend wv#rdcw. üv«wigons blijft da tegenwoordige samenstelling dor over heden onveranderd. België In de eerste algeraeene vergadering van den -Boekwezendag", te Antwerpen, i-c liet voor stel over een algemeen stelsel tot het bepalen* van boekformaten na langdurige besprekingen teruggezonden naar de afdeelingcn. Een motie betreffende een eenvormig for maat voor alle officieole uitgaven, kamerver slagen, enz. werd aangenomen. Voorts sloot dc vergader ing zich aan bij den» wensch omtrent het tot stand komen van eon« imornatipnaI.cn bond van bockhandclnarsvcr- eenigiugen. Een bijzondere wetgeving tot regeling van de betrekkingen tusschen. schrijvers «mi uitge- som van vijftig duizend franken, welke ik tc.4 een zeker doel wil aanwenden; het overige van. mijne fortuin, dat ongeveer achtmaal honderd duizend franken zal beloopen, vermaak ik aan u, Eligius, want gij zijt mijn erfgenaam. Dierbare oom. sprak Eligius tot weenens toe bewogen, gij overlaadt mij mot goedheden, voor welke ik u mijne.... mijne erkentelijk heid niet in woorden kan betuigen.... Uwe genegenheid evenwel heeft oneindig moer waarde voor mij, dan het vooruitzicht.... Een oogenbiik. Eligius, ik heb nog iets vergeten. Ik ga u over vroeger plaats gehad bobbende betreurenswaardige daadzaken spre ken. welker pijnlijke herinneringen in uwen. geest zullen opwekken maar de noodzakelijk heid dwingt mij daartoe in dit gewichtig uur zooals gij weet, heb ik er tot op den huldigen d ig nimmer een woord van tegen u gerept en hiervoor hebt gij rnij voorzeker uit den grond uws harten gedankt. Luister Eligius, nooit hel*, ik het uwen vader vergeven, dat hij her trouwd is, nooit hel) ik hem den smaad ver weven, welken hij de nagedachtenis mijner zusier, uwe moeder, heeft aangedaan en waar van gij bet eerste slachtoffer geweest zijt, door zoo spoedig en /oo on waardiglijk havo plaats tc doen vervullen. Sedert dien dag heb ik alle gemeenschap met hem afgebroken, ik heb zclls niet eens het aantal zijner kinderen willen weten. Daar ik. desniettegenstaande met zekerheid weet, dat hij er gehad heeft, heb ik hier eene acta in gereedheid doen makeu, welke gij moet* onderteekenen. Wotxtt

Peel en Maas | 1890 | | pagina 1