en omstreken. ELIGIUS de Organist. ZATFRDAG Uitgever: W. VAN DEX MUMIIOF-Sasscn. Deze Courant verschijnt iedèren Zaterdag. Eigendom in de maatschappelijke O-tt-i-jE. Feuilleton. Arbeids-Conferentie. Stand der $1aan. V.M. 5* Zaterdag. L.K. 12* Zaterdag. N.M. 19e Zaterdag. E, K. 27* Zonda; Stand 5, 10, 10. 22, 28 April op 5 30; 5,18; 5.5; 4,52; Abonnementsprijs voor Venray franco per post voor het buitenland afzonderlijke nummers per kwartaal. 50 c. 65 c. 85 c. V 4.39; v/ra.; onder 0.37, 6.40, 0. 58, 7.7 7.10. n'm Prijs der Advertentiën ran 15 rafels 30 c, elke regel rarer 6 e. groote lettere en vignetten naar plaeteruimte. Advertentren. 3mnal geplaatst, norden 2rannl berekend. dvertentign of Ingezonden Stukken gelieve men Vrijdag 'vóór 2 uur 's-middags te be zorgen aan het Bureau »Peel en Maas" te Venray. Zal die band door de natuur ge neven, tegenstrijdig zijn aan de natuur des menschen? (vervolg van no. 15.) Juist het omgekeerde, hij is daar aan ten vuile beantwoordend, omdat, wijl de mensch van natuur maat schappelijk is, het duidelijk blijkt, dat de band der beurtelingseho nood zakelijke verhoudingen, door den eigendom geknoopt, niet raiuder geleidelijk dan krachtdadig et- toe zal meewerkeu om de menschen tot een maatschappelijk koor te vor men, gelijk God het gewild heeft toen Hij hen van nature maatschappelijk schiep. Van dien aard is het tweede gevolg van den eigendom: hij is een machtige bewerker van de vereeniging der maatschappij. Gelijk de eigendom oorzaak is van een hechte verbinding tusschen de ver schillende klassen der maatschappij, zoo is hij ook de stichter eener andere verbindingen wel die van den grond eigenaar en boerenarbeider met het ■ord waar de bebouwde velden liggen, an den industrieel en den werkman met de plaats waar de fabrieken staan, van den ambachtsman met de plek waar zijn winkel is, en van de uit oefenaars van welken handel of beroep ook met het stuk gronds, waar zij hun bedrijf voeren. Waar toch houdt de grondbezitter, de landbouwer, de fabriekant, de handwerksman, zijn 15. Intusschen had zijn weenen toch dit voor deel, dat hot hem eemge verlichting .schonk en van lieverlede nam do hevigiieid zijner droef heid af en bewogen alleen eenige krampachtige snikken zijne horst; ook zijne overspanning bedaarde langzamerhand, Twintig jaren! riep hij op smartelijke:! toon uit; ik hen t\,i aren ei: sta geheel alleen! geheel alleen in deze afschuwelijke stad, waar ik geen enkel oud vriend bezit! Ach! welk een wreede toestandMijn God. outferra U nnjner! Ik ken niemand, tot wien ik mij wenden kan om raad!Ik ga aan Donatiaan schrijvenhij kent mij door en .door: ik zal hem alles uitvoerig mededeulen. Wat moet ik doen moet ik hier blijven of heengaan? Moet ik do mij gedane schitterende aanbiedingen aannemen of afslaan Ach! wat ben ik ongelukkig!.... wat zal ik aanvangen? welke partij moet ik kiezen! Mijn God, ipijn God! wie zal mij raad geven?.... Iemand, dien gy voorzeker in dit oogop- blik niet verwacht, iemand, die sinds lang weet, dat uw hoofd slecht en uw hart goed is, sprak eeue ernstige stem, wier welbekend ge luid Eiigius met een luiden kreet van verba zing deed opspringen; ongelukkig kjitdin welk een toestand vjnd ik u weder. gedachten steeds op gevestigd? Op de plaats waar de grond ligt die de eene bezit en de andere bebouwt, de op stad op het dorp waar de eene zijne labrieken beheert, de andere er in werkzaam is, waar de ambachts man zijn beroep uitoefent. Wat daar heen de gedachten roept en ze ei- voortdurend op gericht houdt, is de winst die daaruit getrokken wordt; en hier ziet men een ander gevolg te voorschijn treden: de iudeeling der werkplaatsen. Wanneer aldus de werk zaamheid aan een vaste plaats gebon den is, dan ontluikt, als een onge- plante kiem, uit de betrekkingen welke er gevormd worden, eene bij zondere gehechtheid aan de plaats zelve. Dientengevolge wordt het ver blijf steeds bestendiger, de verhuizing altoos zeldzamer. Hieruit ontstaat een groot maatschappelijk gevolg: de ge regelde indeeling der verschillende volken in steden, in dorpen, in ge huchten, van de lachendste landouwen der vlakte af tot aan de steilste Al penruggen, vau de Zuider heete stre ken ai tot aan de Noorder ijsgewes- ten. Want indien het bijzonder belang en de bijzondere genegenheid niet voldoende waren om de maatschappij zoo ordelijk ingedeeld te houden, dan treedt terstond het recht vau eigendom voorop als een onoverschrijdbare slag boom bij de grenzen van ieder veld en ieder gewest; en tot het geweten sprekende legt het elkeen den plicht op, om binnen eigen grondgebied te blijven, en verbiedt dreigende om met overweldigenden voetstap de afgeba kende paien te buiten te gaan. Kn ware er iemand die aan zuik een bevel en zulk een verbod zich niet storende, inbreuk ging maken, hij zou vallen, door den algemeeuen afschuw van het openbaar geweten getroffen, en in naam van het ver trapte recht, veracht worden als dief, als moorder, als gewetenloos en bar- baarsch overweldiger. Wat het uit werksel is dat daaruit vooitkomt, iedereen ziet het in: de geweldadige invaller, worden belet, de bloedige verdedigingen voorkomen, de worste lingen, verdeeldheid dor gemoederen, en alle verwarring of heroering wor den, voor zooverre de menschelijke willekeur geen misbruik maakt van de macht, uit de maatschappij ver wijderd. Het gevolg is derhalve open baar: de eigendom die pp de gemoe deren werkt door de winst, en zedelijk door het recht, verschijnt gelijk hij waarachtig is: ais eea volijverige bevorderaar der maatschappelijke orde. Veronderstellen wij thans twee zaken: den bijzonderen eigendoni en den ge meenschappelijk gemaaktcn eigendom. Welke van die twee zit liet beste verzorgd worden? Het antwoord op zulke vraag ts niet nojidig. Het is duidelijk, dat op het oógenblik des gevaars vooraf de eerste en vervol geus de tweede zal w/rcen gered. Wij hebben ffairvan fe V wijs in het onderscheid dat waar te nemen valt tusschen de weiden en bosschen ir. bijzonderen eigendom en die der gemeenten. Het gevolg van de verdeeling van den grond, bijzonder eigendom geworden, is derhalve een onvergelijkelijk ruimer, vlijtiger, aan houdender bebouwing daarvan. Aan deze is de eigenaar gebonden door de winst die hij er uit haalt, door de gehechtheid die hij er aan heeft als aan eene zaak in zijn bezit, dooi den wedijver met den buur die allengs opschiet; alle redenen die zijne nijver heid, zijue werkzaamheid steeds aan wakkeren. Neem aan dat er zulke verdeeling niet bestond, dan zou, ge neigd als de mensch is om vermoeie nis te ontwijken, de nalatigheid algemeen zijn. (Slot volgt.) Dc Reichsanzeiger publiceerde dezer dagen, den Franschen tekst van het sluitingsprotocol van de internationale conferentie betreffende de arbeiders. Tot aanvulling van vroegere mededee- lingen aangaande de conferentie, ont- leenen wij daaraan het volgende.- Het is wenschelijk, dat kinderen onder de 1-1 jaar niet tot den arbeid in mijnen toegelaten wordenvoor de zui del ij ke landen is de grens gesteld op 12 jaar. Arbeid onder don grond is aan vrouwelijke personen verboden. In dien aan den arbeid in mijnen gevaren verbonden zijn, welke niet weggenomen kunnen worden, moet de duur van den arbeid ingekrompen worden. Aan elk land wordt de regeling hiervan overge laten. De veiligheid der werklieden en de gezondheid worden gewaarborgd door alle middelen, waarover de weten schap beschikt, en geplaatst onder toe zicht van den Staat. De betrekking tus schen de werklieden en de ingenieurs van ng en „id'jit. Da? ,i ml» lil' ngeT4 Ach! mijnheer..., mijn vader, allerbeste vader!..., zuchtte Eiigius zich op de kniën latende nederzinken voor dengenen, die hem eertijds als zijn eigen zoon bemind had. De eerbiedwaardige man, dien de Voorzie nigheid den armen Eiigius in dat hachelijke oogenblik te hulp zond, was de directeur van het instituut, waar hy opgevoed was. Voqr de afdoening eener zaak naar Parijs hebbende I moeien komen, was zijne eerste zorg gevyees.t naar Omieiuau's woonplaats onderzoek te doen en zich derwaarts te laten brengen. Zouijer gedruiscn binnen getreden door de deur, welke de lieer Bernard had opengelaten, wqs hij, zonder dooi- Eiigius opgemerkt te worden, getuige geweest van hei Fats te gedeelte zijner alleenspraak en hij behoefde geen laag onder zoek, om tot op deu bodem der ziei ie lezen, welke hij sinds zoolang kende. Eiigius zou hem de moeite van een onder zoek dan ook wel bespaard hebben, want de rampzalige jongeling, die even schuldeloos van ziel als vurig van hoofd was, begon, na de handen van den abt Vmcentius de Mmef. kussen bedekt, na eene poos zonder een ver staanbaar woord te kunnen uitbrengen, ge snikt 10 hebben, zijn nart voor hem open te leggen met eene overdrijving van oprechtheid, welke den waardiger) geestelijke mee:1 dan eenmaal de tranen in de oogen deod schieten. Deze bekentenis, de vreugde die te kunnen doen aan den man, dien hij op aarde het meeste hoogachtte en beuunde, aan den mail, die hem zoo juist tot in de ontoegankelijkste schuil hoeken zijner ziel wist te treffen en tot zelfs de fijnste schakeringen daarvan wist to onder scheiden, aan den man, in een woord, wiens tegenwoordigheid en toespraak hem verplaats ten in het midden van dat schoolleven dat voor hem zoo vreedzaam, zpo genoeglijk, zoo zorgeloos daar henen gevloden was, onthief zijn hart van een oudragoiijken last en ver anderde geheel en ai den loop zynar denk beelden, en gelijk zulks genjeenlyk met vurige hoofden het geval is, welke met eene verba zende snelheid van het eene verbazende snel heid vaa liet eene uiterste tot het andere over gaan, bezwoer Eiigms, die zich, nog zoo kort ta voren op da vleugelen van het genie met het grootste zelfvertrouwen tot eene duizeling wekkende noogte opstijgende, met roem, lau weren en aanzien overdekt waande, thans berouwvol, verootmoedigd, do handen van den leidsman zijner jeugd met tranen besproei ende, deu eerwaardiger» grijsaard, uit do vol heid zijns harten, voqr hein een andereq $Uat te kiezen en hem tot zelfs het terug denken qan de kunst te verjuadeu, welke hij zoo hartstochtelijk beminde. De abt Vinceulius bal Eiigius tot het einde toe aangehoord, zonder hem lil de rede ta val len, hij bewaarde het stilzwijgen nog ettelijke minuien, nadut de jou&eling opgehouden Uad met spreken. Casteinau, aldus, ving hy eindelyk op laugzanjen en ernsiigin toon aan, meent gij, dat, toen ik u herwaarts zond en gy iu de vreedzame schaduw van dit Huis Gods uwe höogere muzikale studiën vqortzettet, meent pij, zeg ik, dat ik toep, alleen uwe stoffelijke belangen op het ooi nebbende, u de middelen wilde verschaffen op eenmaal in uw levens onderhoud to kunnen voorzien of wel, dat ik slechts de zich zoo onwederstaanbaar in u worden, om den mijnwerker en diens huisgezin te waarborgen tegen de gevol gen van ziekte, ongelukken, ouderdom en dood, en dat de instellingen, die geschikt zijn om het lot van den mijn- wei ker te verbeteren, voortdurend uieer ontwikkeld worden. J)at men zich be- ijvere werkstakingen te voorkomen, teneinde een bestendige productie van kolen te verzekeren. De ouder vinding heelt bewezen, dat het beste preventie ve middel hierin bestaat, dat do werk gevers co de mijnwerkers vrijwillig overeenkomen, tot arbritage over te gaan, wanneer de geschillen niet ter stond uit deu weg kunnen worden ge ruimd. Wat den Zomlagsarbeid aaugaat, I openbarende neiging wilde bevredigen Met ter üedergeslage oogen en purperende wangen stond Eiigius voor zijn rechter en autwoorddo slechts met een diepen zucht. -Alvorens omtrent uwe toekomstige loop baan een besluit te nemen, mijn zoon, hob ik lang met God iu bet gebed geraadpleegd me nigmaal heb ik u voor het altaar aan mijne zijde doen nederkuieleu en den Hemeispheu Vader vurig gesmeekt mijn verstand te ver lichten, opdat ik voor u eene heilzame keuze mocht deen. Ach? mijn w arde Eiigius, indien ik voor God mei myne ziel verantwoordelijk ben voor al die zielen, roet wier vorming Hij mij belust heeft, indien ik hum en. >p verschuldigd ben van de Unuozo j - die gedurende de uiige iqojyt j ik met de bestiering v n pus opv Sticht belast beu, aan m.juu ieiu.nc /.;j. vertrouwd geweest, noeveel moer is ui. u.,?» het geval met een Kind, dat, op zeer vroegen leeftijd in mijn huis gepulst, nuumet* onder eenig ander toezicut dm het luyne gestaan heei't, met een kind, vjur innweik nieu)Hijd de verantwoordelijkheid met mij geduehj heeft Eugius zuchtte nog dieper en een grqotn traan druppelde .lit zyn a ouge-i op do imud de» priesters. •Eligms, ging de geestelijke nu een kopie pauze voort, ik Uüb u Jerinuve van u>vo kindscnhoid uf bestudeerd en mijne luogo be trachtingen hebben mij overtuigd van eene neiging, welke ray b:j de eerste outdekking deed sidderen en welker bestaan ik zelfs ge- rutraen tijd heb getracht te loochenen. Ik Ge speurde tot mijnen schrik in uwe ziei eene drukt bet protocol de wenschelijkheid uit, dat aan dc werklieden één rustdag per week verzekerd worde, en dat die rustdag, voor zoover de bcschcrmdo personen aangaat, bepaald worde op don Zondag. Uitzonderingen kunnen gemaakt worden in gevallen, dat er technische redenen bestaan voor voort zetting van bet werk enz. Intusschen is bet wenschelijk, dat zelfs ut die g«val len eiken werkman één vrijen Zondag- om de. veertien dagen beeft. Do regeling hiervan gesch.cde bij overeenkomst tus schen de verschillende gouvernementen. Kinderarbeid. Het is wenschelijk dat kinderen onder de twaalf jaar, zoo mannelijke als vrouwelijke, onversohil- lig in welke industrie, niet wei kon voor de zuidelijke landen is de grens 10 jaar. De kinderen moeten eerst voldaan hebben aan de voorschriften betreffende het lager onderwijs. Kinderen onder de veertien jaar mogen niet 's nachts wer ken, on ook niet dos Zondags. Ilun arbeid mag*niet langer duren dan 0 uur per dag en moet onderbroken v .rden door minstens een half uur rust. Kinde- rem *o(vr>YU"jon wpprJou t ,f (Vrt'gczémle of gevaarlijke b<zighede»., tenzij onder beschermende voorwaar den. Jeugdige werklieden. Het is wenschelijk, dat zij, tot welke kunne ook bchooronde, tusschen do veertien en zestien jaren noch 's naohis, noch 's Zondags werken dat hun effectieve arbeid niet langer dure, dan 10 uur poi' dag, en onderbroken worde door oen rusttijd van minstens li uur in het ge heel, Voor zekere industrieën kunnen uitzonderingen gemaakt worden. Ile-. poi hingen zijn noodig, waar het Ql)gc- zonden of gevaarlijken arbeid goldt, Descberming is noodig voor jongena van 1G tot 18 jaar, wat aangaat vast stelling van den arbeidsdag, van den 1 nachtarbeid, van den Zondags irbeid en s'erko. onwoilermapbare hartstochtelijke noi*. ging voor do Roiioone kunsten, inzonderheid voor de muziek, eene neiging, welke, met eene in de hpogste mate mijne bezorgdheid wekkende gretigheid, aan allo zydeu nanp voedsel aool)t. Ach J mijn zoon. ik wil u gaar ne royne zwakheid bekennenhel heeft mij diep bodroefd! Ik heb uren |apg, in het stof nedergebogen, voor God rayn bezwaard ge moed lijoht; gegeven, ik heb Hero durven vrar gen, of liet werkelijk zijn Wil was, dat de meeat geliefde zoon mij-m harten eenmaal op die mot dreigende, klippen bezaaide zee, waar reeds zoo menigeen, die de haven aj in hot «••zie .d. >«-hi|;h: CU-. aelcdou ha«J ül| J»ed- ije vu: foren gegaan wqa, zpuciidjjwa'koi^ •i -ij I- u s i '-uuï zijner hiti'lB.iopInen prijs g«,-v LJii de gedimhre aim do talto uc. -...H'. ;.-i vMj-d •.••vunhoid. welke ia den huo- /.ein vajj onze ma:>t»chappy Aanwezig zyn ei\ znmen aehijijen te xonnnpn, om do odeU'ei gaven van P«»d toi vei'keoivj doeleinden aatv t V MüJ.-f:, «mi lot bevrediging der h'i tötuohttu zb doen 3L)-"!tkeiiby 4» göjlaohti? aarj de jgtriKkhn, dio door den vorot der duisu^nlaaeu aan de dcugdzamen gesnanneij werden on aan de gemakkelijkheid, waapmode zynu verleii- dingeq ji: pim ongelukkig linrt ingang vinden, hen ik dikworl aan den Almachtige gevraagd, cd in c;ize dagen een goed Christen, een deugd- /.»ii«m me.isen. levens urtis'.o zou kunnen zijn. Werftt v'rvclfti.

Peel en Maas | 1890 | | pagina 1