5de en 6de klassen.
10de les: De goede God en het lijden (1)
l._Verhaal
Op een mooie ochtend in October is de kleine Jaap al vroeg opgestaan.
De zon zet reeds zijn hele kamertje in het licht en lokt hem naar buiten,
de tuin in. Maar iemand is nog vroeger op dan hij en dat is zijn vader. Die
is al druk bezig met schoffel en schop, met snoeimes en -schaar. Hij wil de
tuin nog een laatste beurt geven, voordat de winter begint. Kleine Jaap
kijkt vol aandacht toe bij alles wat vader doet.
Daar pakt hij plotseling de snoeischaar en gaat daarmee de fruitbomen en de
heesters te lijf. Hij snijdt er een massa takken van af; en met het snoeimes
verwijdert hij een paar grauwe knobbels van de stammen. "Boomkanker" zegt
vader
Een tijd lang ziet Jaap dat aan en vraagt dan verwonderd"Waarom doet u dat
alles toch, vader? Waarom laat u de bomen en de heesters niet vrij groeien?
Doet hun dat geen pijn? Gaan ze daar niet dood van?"
"Maar neen, jongen", zegt vader. "Wat ik doe is juist heel goed voor de
hele tuin en ook voor henzelf. Als de heesters en struiken maar steeds
wild konden doorgroeien, zouden ze de planten en bloemen geheel overwoeke
ren. Die zouden dan niet genoeg zon meer ontvangen en dood gaan.
Bovendien zou dan het gazon al spoedig een grote chaos zijn. En wat de
fruitbomen betreft, op die manier komen er wel minder apples en peren aan,
maar dat worden dan wel heel wat mooiere, grotere en gavere vruchten, die
pp de veiling veel meer geld opbrengen. Anders zou het een geweldige massa
kleine vruchtjes worden die geen cent waard zijn. En dat ik de boomkanker
uit de stammen en takken snijd heeft ook zijn goede reden. De bomen zouden
anders verzieken en sneller afsterven. Pijn ondervinden planten en bomen
daarvan niet. En zelfs als ze die zouden ondervinden, zou dat toch een heil
zame pijn ervoor zijn, goed voor hun gezonde groei en voor gave vruchten. En
dood gaan ze er ook niet van. Integendeel: ze worden er juist sterker en
krachtiger door.
Het is bij de planten en bomen dus ongeveer zo als bij de mensen. Ik moet je
ook wel eens straffen en zo pijn doen, als je stout en ongehoorzaam bent.
En dat doe ik toch niet, omdat ik je zo graag verdriet, maar om een goede
mens van je te maken:
Luister maar eens naar het volgende rijmpje:
Jonge bomen buigen nog,
zo het spreekwoord zegt.
Zijn ze kromgewassen toch,
krijgt men ze niet meer recht.
Daarom straft men in de jeugd
en voedt zo op tot de deugd.
Denk verder ook eens aan de mensen in de ziekenhuizen. De dokters moeten
hen dikwijls veel pijn doen, hen opereren en kwaadaardige gezwellen bij hen
uitsnijden om hen weer gezond te maken.
Trouwens veel mensen leggen zich zelf beperkingen op en brengen zo zelf
offers om gezond en fit te blijven. Denk maar eens aan sportlieden die zich
tabak en alcohol ontzeggen om tot goede prestaties te komen. Dat doe jij
toch zelf ook.
Een oud spreekwoord zegt ^r Is nog nooit een regenboog aan de hemel ver
schenen, zonder dat er regen aan voorafging" d.w.z.: Er is nog nooit iets
moois tot stand gekomen, zonder tranen, moeite en inspanning".
Ja, nu kan Jaap ineens goed begrijpen, waarom vader de bomen in de tuin zo
snoeit en snijdt. En hij snapt ook, dat lijden en pijn niet altijd kwaad zijn
voor de mensen, maar dikwijls zelfs zeer goed en heilzaam.
2_.Toepasising
1. In de vorige les hebben jullie gezien, hoe God met vaderlijke goedheid
voor ons zorgt en hoe Hij voortdurend uit is op ons waarachtig geluk.
Maar wat moeten wij dan denken van al de ellende op aarde, van ziekte, pijn,
armoede, hongersnood, ongelukken, rampen en dood? Als God dan als een on
eindig goede Vader voor alles en allen zorg draagt, waarom is er dan zo
veel leed en pijn in de wereld? Wil Hij dan soms al dat lijden? Is Hij er
soms de oorzaak van?
Neen, natuurlijk niet! Geenszins wil Hij het, laat staan dat Hij het zelf zou
veroorzaken. Hierin onderscheidt Hij zich dus duidelijk van Jaaps vader en
van de dokters die wel snoeien en snijden en zo als het ware pijn en smart