ook hier"Tekening' moeten houden met de altijd maar door gaande
devaluatie van de gulden. Dit geldt nog temeer nu de onkosten voor
het onderhoud en de service van de kerk ieder jaar toenemen (denken
we alleen maar eens aan de olie voor de verwarming)
Een tweede reden voor het invoeren van een nieuwe regeling is
dat de bijdragen telken jare zo traag binnenkomen.
In november is steeds nauwelijks de helft binnen van de ja ar op1- rg
brengst en nog tot in april komen 'bedragen binnen die als gezins
bijdrage gelden voor het voorafgaande jaar. En dit veroorzaakt
ieder jaar moeilijkheden in de liquiditeit van onze parochie.
De pastoor stelde daarom voor in de eerste twee maanden van ieder
jaar aan ieder gezin en alleenstaanden een schrijven te richten
waarbij ingesloten een betaalcheque van de Rabobank en een envelop
pe. In het schtijven wordt verzocht de betaalchecque van de Raboban
in te vullen en deze dan in de enveloppe te doen.
Ook kan men, in plaats, van deze checque, het geldbedrag zelf in de
enveloppe deponeren.. Deze enveloppe wordt dan gesloten en een week,
na het overhandigen van het schrijven, door de kerkmeesters en col
lectanten huis aan huis opgehaald en aan de pastoor overgedragen.
De geheimhouding blijft bij deze methode evenzeer gehandhaafd als
bij de tegenwoordig geldende.
Het voorstel van de pastoor werd door de vergadering goedge
keurd en ieder die zijn gezinsbijdrage over dit jaar (1976) nog
niet betaald heeft kan dus in de loop van deze maand het schrijven
in de bus verwachten (de eerste twee maanden van dit jaar zijn imme
voorbij)
Als laatste punt van de agenda kwamen dan de exploitatierekenin
over 1975 en de begroting over dit jaar ter sprake* Uit de bij het
kréntje van de 1e week van mei ingesloten folder is gebleken dat he
tekort op de exploitatie 1975 11.417.36 bedraagt, dat is bijna
ƒ2.000.- meer dan voor dit jaar begroot was.
Hiervoor kon de pastoor als redenen aanwijzen vooreerst de ƒ1200.-
minder dan in 1974 ontvangen gezinsbijdrage (in 1974 bedroeg deze
nog 23.689.27 en in 1975 22.479*27)$ vervolgens de ƒ400.- min
der dan in 1974 ontvangen gelden voor koliekten en plaatsengeld
en tenslotte de overschrijding van de begroting met ƒ2400.- van de
kosten voor de begraafplaats t.g.v. de verfraaiing ervan.
Tellen we deze getallen samen (1200+400+2400= ƒ2800.-) en trekken
we deze som af van het tekort over 1975 (11.417.36) dan zouden we
in feite slechts een tekort gehad hebben van ruim ƒ7500.- en dus
ruim ƒ2000.- minder dan voor 1975 begroot was 9.782.-).
Maar hoe dit ook zij, duidelijk werd aan de vergadering dat het
kerkbestuur ook in 1975 een verantwoord financieel beleid geleverd
heeft en daarom was er' ook geen kritiek over te horen.
Duidelijk is echter ook, dat we op deze manier toch niet kunnen
verder gaan. (vervolg)