(De schrijver A. van Beurden heeft lang geleèen Venray beschre
ven, Deze pentekeningen heeft hij in 1925 - dus 50 jaar gele
den-de gemeente Venray aengebocen, omdat hij 40 jaar lang
als bewaarder der hypotheek van het kadaster en de sch9epsbe-
wijzen - als hulde aan* Rooy0
Dit boekje heeft koster A© Nelissen gelszen en het gedeelte
over Oirlo aan/ de ^edeotie docraeo-avc^ i4et—daftk- hi.erVGor)
0 I R L 0 d ^F- LU ER
OIRLOd
Oirlo is esn vestiging op een vroeg ontgonnen gedeelte
bos, in het geheal een driehonderd hectaren groot. Enigszins
zuidelijker ligt op honderd hectaren Klein Oirlo,
Oirlo is aan drie zijden omsloten met zandduinen en
ligt aan de oude weg, die van Venray over Oirlo naar Hsorlo
ging. Een gedeelte heat nog Zandhoek» Tussen Groot- en Klein
Oirlo ligt de Ecddcnbroekerloop, die zich ten noorden van
Meerlo in het Uonssummerbroek kort bij de Stc Goarkapel
verenigt met de Grots Molenbeek© Om Oirlo heen is veel
ontgonnen.
Vroeger was Oirlo een stil vergeten dorpje. De spoorlijn
Venlo-Wijmegen, c'ia op een paar- honderd meter langs het dorp
je getrokken werd, bracht iaverr© Vele reizigers keken naar
de dikke toren en ae ouderwetse hoeven en huisjes© Sinds is
er veel veranderd* Door de onvermoeide werkzaamheid van wijk
len D9 Ponti kwam er een halte en nu telt Oirlo mede in de
rij der Limburgse plaatsen,»
Veel is er bijgebouwd, vooral aan de weg naar Klein Oir
lo en naar Oostrum© Een goede grintweg verbindt het dorp met
dgzc plaatson en maakt het verkeer gemakkalijk© Een tocht
van Venray naar Oirlo was vroeger een reis van een dag, als
men met do voerkar langs de slechte weg moest rijden0 De
arstana van Oirlo naar Venray over de Blakt en het Bruxke is
nu een uurtje©
Girlo is ook een oud dorp; de naam ziet er antiek uit
en het was al vroeg een eigen parochie©
Vroeger toen het land nog meestal aan de grote heren
Op de kastelen of aan de heer van het land behoorde, gaven
zij gedeelten aan de lancszaten of inwoners over om te be
bouwen, Daarvoor kregen zij dan een gedeelte der inkomsten
of van het koren, üat op het land groeide© Dat waren de
tienden,, De gebruikb^s beschouwden zich langzamerhand als
eigenaars,-maar moester, ce tiende korengarf, de tiende hoop
vlas, de tiende bussel keruiei laten staan voor de heer© De
heer haalde dat zelf niet of inde dit door zijn dienaden,
maar verpachtte de tienden© Dat was gemakkelijk en hij was