5juniuereldmiliGudaqdaarom hier eon waar varhaal. DE DCCD VAN EEN ORCHIDEE. Ergens op T Riebroek, aan aan slootkant stond een orchi dee, eenzaam tussen een valeriaan en ean dotterbloem.Door een onverklaarbaar toeval was dit drietal totnutoe ontsnapt aan ruilverkaveling en kunstmest. Naar verderop in deze sloot stond nog een wilde plant, de akkerdistel en wel zeer talrijk, uit is de grootste vijand van de boer. De mo derne boer heeft hiertegeneen machtig wapen, herbiciden genaamd. FyGn met de spuit erdoor en weg distel. Het reeultaat sultaat is een dode grauwgele dlootkant. Dit is echter maar tijdelijk, want wat komt er na de uitwerking van het gif te voorschijn? Brandnetels, kweekgras en vooral de akkerdistel, talrijkst dan ooit tevoren. liiat niet terugkomt is ons drietal van hierboven. Had onze goedbedoelnde boer de distels, net v&tffc de zaadzetting, afgemaaid dan zouden na verloop van enkele jaren de distels* vanzelf verdwenen zijn. We begrijpen best, dat de boer tegenwoordig snel en efficiënt moet werken, om in leven te blijven, maar met een beetje meer werk en overlég, zou hij zichzelf en de natuur beter van dienst zijn geweest. Dan zou onze orchidee nu weer uitbundig staan te pronken in zijn bleekpaarse-rode kleur tussen valeriaan en dotterbloem N.B. Het gaat hier natuurlijk niet alleen om deze éne sloot en deze ëne boer. S.N. Te kööps au^urkenplanten K. Verstappen Gunhoekweg 8 Girlo r

Oirlo's dorpsblad 't Krèntje | 1973 | | pagina 6