hele trip zo te voet over zo1!! rotweg en dan zo'n 400 meter om hoog. Ofschoon het voor hier niet zo warm is heb ik flink getrans pireerd. Kun je je indenken dat het zweet zo van je kin en je neus blijft afdruipen? Zelfs mijn overhemd was kletsnat, Toen ik boven in de kampong aankwam heb ik de eerste tien minuten gewoon zitten uitzweten. De mis wordt daar wel wat eenvoudiger opgedragen dan in de Oelderse kerk. In de opeblucht op een wankele tafel en de mensen zitten er rondom heen op de grond. Er zijn een stel oudere luitjes, die nooit naar de kerk kunnen komen en voor die is zo'n misviering iets wat dan echt doorleefd wordt. Voor zo'n gelegenheid zoek ik een toepasselijke Schriftlezing en de gebeden stel ik dan zelf samen. Onze mensen hier hebben een sterk gemeenschapsgevoel. Na de Nis zit ten we nog wat te praten, roken een sigaretje en proberen een of ander zaakje, wat niet helemaal in orde is, te regelen samen met de mannen die daar het hoogste ge2ag hebben. Daarna nog een hapje eten. Het is wel eenvoudig wat rijst en wat gedroogde vis, gekookt in een klappersausje Daarna moet ik naar een moedertje, dat niet kan lopen en wat afge legen in een hutje zit, waar zij hun tuin hebben. Zo'n tuin is geen kale open vlakte. Er staan voel klapperbomen in. Netershoog gras met kronkelpaadjes. Als ik kort bij het huisje kom, zie ik dat dat twee jarig kleinkind van haar voor het huis zit. Dat jochie ziet me en roept uit t "0 erna tua" "Vader.pastoor"en loopt naar binnen naaroma. Als ik daar aankom, begint de moeder zich te verontschul- digeni" 0 pastoor, we hoorden pas vanmorgen dat je zou komen". Ze wil daarmee zeggen? anders hadden we gezorgd dat we wat te eten konden aanbieden. Ze zegt tegen het jochie"Ga je moeder roepen.Die zit daar ergens in de tuin te wroeten". Goed...ik geef haar de com munie en zitten nog wat te praten en te spelen met het kind. Dat moedertje is een echt natuurlijk goed mens. Het is werkelijk ontroe rend, als je ervaart, hoe zo'n primitief, analphabeet mens toch een natuurlijke goedheid en echt geloof heeft. Zo terloops zei ze me "Da pastoor...ik zit daar altijd maar zo (wil zeggenskom nooit in de kerk), maar als hier mensen langs komen en even aandoen, wij geven ze altijd te eten". Vind dat niet prachtig? Ik moet eerlijk zeg- □en: Het is voor mij altijd een aangename ervaring als ik daar kom. En dan moet je weten, dat dat moedertje tien jaar geleden (toen ik hier begon) precies zo zat. Die oma haar dochter is getrouwd en woont dus bij haar in. Gelukkig een hele troost voor haar. Wellicht is ze ook blij met haar schoonzoon, die ijverig werkt. Als ik aanstalte maak om te vertrekken loopt die Vero met haar zoon tje gauw even achter het huis. Dat jochie heeft alle moeite om een paar eiertjes in zijn handjes te houden* Die eieren moet ik meene men. Ik zeg Nou dank je "wel. De terugweg is lichter en gaat bergaf. Naar om een andere reden is hij ook lichter. Op e eenweg

Oirlo's dorpsblad 't Krèntje | 1970 | | pagina 2