naar Oostrum, Sinterklaas (deel 4) Dag jongens en meisjes van Oostrum, Op dat moment gaat deur van de kamer van Sinterklaas langzaam open en daar staan ze, Farao en Nana, geen schoenen aan, nauwelijks fatsoenlijke kleren aan hun lijf, een brede gnjns op hun snu,ten en Vo zo ionaelui kom eens wat dichterbij en vertel eens wie jullie zijn en wat jullie komen doenzei Sinterklaas vriendelijk terwijl hij met zijn arm gebaarde om dichterbij te komen. Nog voordat de twee iets konden zeggen zei Ped rcTF ra ncesco n'og even snel, 'Sinterklaas, ze hebben rare Sinterklaas tegen u gezegd Schoorvoetend kwamen de twee dichterbij en ze begonnen te vertellen, eerst de jongen, toen het meisje e lik ben ft) raoer^ 'mij n zusje heet Nana, ik ben 11 jaar en Nana is 9 jaar. We komen van de Filipijnen. Zolang we weten hebben we daar op de grote vuilnisbelten gewoond, geleefd en gewerkt De grote vuilnisbelten bij de grote stad Manilla. Samen met wel duizend andere kinderen hebben we elke dag gevochtenvooons leven Samen hebben we van allerlei spullen van de vuilnisbelt hutten gebouwd zodat we kondenschu en voor de reaen en 's nachts konden slapen. Het eten vonden we ook op de vuilnisbelt. Samen met m n zusje en vier andere kinderen ben ik een winkeltje begonnen. Een speelgoed,«!"ke|^f Heelsp^en °p <*e vuilnisbelt zijn goed genoeg om er leuke spullen van te maken, zoals tasjes, koffertjes, drumstel e poppetjes, schaaltjes rammelaars en complete spellen. We gebruikten daarvoor bijvoorbeeld autobanden lege blikjes kratjes, dozen, tuinslangen, ijzer, hout en plastic. Twee keer in de week gingen we naar de markt in de grote stad om onze spullen te verkopen. Met dat geld kochten^we eteren soms een beetje kleren. Kijk, Nana, heeft nog een schaaltje bij zich, waar ze haar naam in gegrift heeft.Dat haarwe veel tijd om haar naam erin te krassen, maar ze vindt het belangrijk dat de mensen weten dat ze bestaa Een hele tijd geleden was er een bijzonder aardige meneer uit Belgie, meneer Frans Swartele van het kinderrechtenhuis in Alken, op de vuilnisbelt. Hij heeft een week lang met ons gewerkt en ons veel verteld over Nederland en België. Nana en ik hebben toen tegen elkaar gezegd (we proberen naar Nederland of Belqië te qaan misschien weet iemand daar wel wie onze ouders zijn en waar ze zijn Twee maanden oe eden zMn we™tfekem op een boot gestapt en na een lange reis zijn we in dit land terecht gekomen. We hebben een week in het hooi bij de dieren geslapen, totdat die jongen ons bijna in de buik stak met een raar ding. Pedra" Francesco en Sintërklaasbadden met open mond naar het verhaal van Farao en Nana geluisterd. Ze keken elkaar aan en Volgende week verder, muchos dios grandos namens Sinterklaas en alle Pieten, Sjefke, de briefsch rijf piet

Oostrum's Weekblad | 2002 | | pagina 7