Beste allemaal: 26 september 1999 is een van de mooiste en gelukkigste dagen in mijn le ven geworden, voor mijzelf maar ook heel zeker voor mijn broers en zussen, voor heel mijn familie; een onvergetelijke dag voor heel ons verder leven. Deze woorden van hierboven zijn de volstrekte en volledige waarheid. Zoals ik reeds zondag onder de Eucharistieviering heb gezegd, heb ik geen woor den om in woorden uit te drukken hoe gelukkig en dankbaar ik me zondag morgen voelde en ook nu nog voel, voor en tegenover zovelen en voor zo veel. Eigenlijk moet ik u allen, heel Oostrum, bedanken en dat doe ik dan ook heel graag, alle mensen van mijn geliefd Oostrum. Toch zult U het mij niet kwalijk nemen, als ik toch nog enige groepen afzon derlijk wil bedanken. Allereerst wil ik ons kerkbestuur en allen die met het kerkbestuur dit onver getelijke feest hebben georganiseerd en voorbereid, hartelijk danken, het was voortreffelijk. Ook voor de hartverwarmende woorden die Henk Raedts in het begin van de feestelijke H. Mis en tijdens ons gezellig samenzijn in de Bistro uitsprak namens het kerkbestuur. Henk bedankt en heel hartelijk be dankt! Vervolgens wil ik onze zangkoren en onze Harmonie Sub Matris Tutela heel bijzonder bedanken voor de geweldige, voortreffelijke opluistering van deze feestelijke H. Mis. Ik wil U eerlijk bekennen dat ik in de voorafgaande dagen en ook op zondagmorgen een zenuwpil was: hoe gaat het allemaal verlopen, op de eerste plaats over mijzelf, maar toen ik de kerk binnenkwam en onze Harmonie hoorde spelen, viel alles van me af en dacht ik: het zit wel goed vandaag. Zang en goede muziek is immers alles in mijn leven. Jammer dat ik mijn stem kwijt ben, misschien wel mijn eigen schuld: in al die jaren dat ik een kinderkoor of Jongerenkoor mocht dirigeren, was dat altijd een feest voor mij. Ik hoop dat onze dirigenten datzelfde gevoel mogen blijven houden. Ik wil vervolgens allen hartelijk danken die op de receptie zijn geweest met hun hartelijke wensen, hun geschenken en heerlijke medicijnen, waarin dok ter specialist Wiezer het voorbeeld gaf in het begin van de receptie, maar weer gauw weg moest omdat hij dienst had. Verder mijn huisdokter Schraven, die altijd in die 25 jaren voor mij onmiddellijk klaar heeft gestaan. Ik hoop dat ik niemand vergeten ben die ik zeker had moeten bedanken, maar als je 84 bent, gaat je geheugen natuurlijk ook achteruit, maar als ik die vergeten heb te bedanken dan zij heel hartelijk bedankt. Graag wil ik onze Deken nog hartelijk danken voor zijn heerlijk, bemoedigen de toespraak zondag onder de feestelijke Eucharistieviering en zijn bijzon dere zorg voor Oostrum. Hij wist dat ik nog graag als pastoor in Oostrum wil de blijven functioneren, hij was daar ook zelf gelukkig mee, maar hij meende ook dat vanwege mijn leeftijd het te zwaar zou worden om dit alleen te doen en hij had kapelaan Hoedemaekers bereid gevonden om mijn taak wat te verlichten. Ik meen dat het goed was dit nog even in het Oostrums Week- 7

Oostrum's Weekblad | 1999 | | pagina 7