Zaterdag
14.00 Uit dankbaarheid bij 25 j. huwelijk Linders-Smits
19.00 Deken Loonen, Wim Janssen (namens de buurt), overl. ouders
Custers-Peeters en Jan Custers.
MISDIENAARSBEURTEN
Zaterdag
19.00 Bram Broeren, Frank v.d. Boogaard, Emiel Truijen, Rob
Kessels
Zondag
8.30 Nicole v.d. Burgt, Mariska Utjens, Helga Thielen, Maud
van Arsen
10.00 Elles Lenssen, Monique v.d. Pas, Wendy Janssen, Mirjan
Janssen
TER OVERWEGING - vervangend preekje.
Ik herinner me nog dat ik jaren geleden op een vakantiedag
ergens in een klein, oud winkeltje kwam. En boven de toonbank
hing een bordje met dit opschrift: "Zwemmen in het geld hoeft
niet, maar pootjebaden is wel lekker". Die man van het winkeltje
moest sappelen voor zijn brood, was zeer aktief, maar hij raakte
niet bezeten. Je kon aan hem zien dat hij genoot van het leven,
met volle teugen en hij zal dan ook een prima nachtrust gehad
hebben. Een man die kon relativeren en de betrekkelijkheid van
geld, luxe, positie en aanzien onder ogen durfde zien.
Een man met een bijbelse visie.
Al ons zorgen en al ons werken en sjouwen, zegt de Prediker van
de bijbel, dat is prachtig, maar het leven is meer dan dat.
En Jezus is het daar helemaal mee eens zoals blijkt uit een van
zijn parabels in het evangelie. De man in het evangelie wil nog
grotere schuren bouwen en vol stoppen met koren, boordevol.
Dan kan hij straks uitrusten en gaan genieten. En om dat te
bereiken werkt hij iedere dag zoveel extra uren over. Er blijft
geen tijd meer over voor zijn vrouw en kinderen, mensen om hem
heen ziet hij niet meer staan; hij heeft geen tijd meer om naar
hen te luisteren. De man leeft dagelijks in angst, want hij is
bang straks niet genoeg voor zichzelf te hebben om te genieten.
Vandaag weet hij niet te leven en voor het leven van morgen is
hij bang. God is blijkbaar niet zo'n voorstander van dat werken
om als maar je positie te verbeteren, koste wat het kost. Hij
houdt niet van dat streven naar steeds hogere banen, meer aan
zien.
Op je tenen lopen is ongezond en ongemakkelijk; het is lastig en
vermoeiend tot je er uiteindelijk bij neervalt. En wat dan?
We leven toch niet om te werken? Of zijn we mensen die steeds