gemeentehuis parkeerde. De Burgemeester met een splinternieuwe
ambtsketen (de oude raakte in Engelsche krijgsgevangenschap)
begroette allereerst de Koningin en de Prins waarna twee bruidjes een
versje zeiden en bloemen aan H.M. aanboden. Vervolgens besteeg het
Hoge Gezelschap de trappen van het Gemeentehuis en heette de
Burgemeester daarna namens zijn gehele gemeente, de gasten van
harte welkom. In het Gemeentehuis werden aan H.M. en Z.K.H.
voorgesteld o.a. de Wethouders en de Heren van de Raad, de
Hoogeerw. Heer Deken, Mgr. Jenniskens met leiders en leidsters van
het diocesaan jeugdwerk en nog enkele voorname persoonlijkheden.
Zeer opvallend en tegelijk treffend is het geweest hoe gewoon en
hartelijk zich hier de Koningin en de Prins met deze en gene hebben
onderhouden. De Prins stond op een gegeven moment met de borrel in
de linkerhand en rechterhand in de broekzak, op een been zomaar
gezellig met iemand te kletsen. Door Mevr. Rongen-Strijbosch uit Oirlo
en Mevr. Reintjes-van Megen uit Leunen beiden in ouderwetse
klederdracht, werden twee poppen in Venrayse kledij aangeboden. Een
deputatie van de gezamenlijke buurtverenigingen van Venray eveneens
in ouderwetse klederdracht boden nog een grote 'pruumkesweg' aan.
Omstreeks kwart na acht begaf men zich naar de Grote Kerk waar de
H.E. Heer Deken H.M. en Z.K.H. rondleidde. Aan de Noordzijde werd de
kerk verlaten en bij het Oorlogsmonument aan het Kerkpad legde de
Koningin een krans, in de Hofstraat bij het huis van Poels begaf het
Koninklijk gezelschap zich wederom in de wagens en het ging verder in
de richting Wanssum om via Well-Bergen-Gennep bij Mook Limburg te
verlaten. Het feest duurde in Venray echter voort. Tot 12 uur werd er
gedanst en gefuifd. Men had extra verlenging gekregen omdat het
bezoek twee uur later was. Ook het Veulen bleef in de feestvreugde niet
achter en bij van Gassel in de zaal werd gezellig gedanst onder de
vrolijke tonen van het orkest uit Holthees. Ook hier ging het officieel tot
12 uur door met dansen. Ondanks het late uur waren er toch nog enkele
welke niet konden scheiden van de feestvreugde. Waarschijnlijk wilden
zij nog eens rustig van een borreltje genieten. Blijkbaar hadden deze
nog een lekkere nasmaak. Zij verlengden dan ook maar zelf het
sluitingsuur tot half vier. Nadat zij dan nog een glas Hollandse Nieuwe
hadden aangesproken waren zij weer in conditie om de reis naar hun
uitgangsbasis te aanvaarden. Of zij des smorgens bij het eerste signaal
voor hun bed stonden betwijfelen wij evenwel.
Volgende week het vijfde deel van de brief over april 1950,
Gerrit Reintjes