W* ^pw*^
OüPEREN
"Pf jowcew gsicubm A>/sr P
Vandaar de volgende titel;
Meehelpen het vuur "brandend te houden
Met dankbaarheid denken wij hierbij, aan de vele vrijwilligers die al in
onze kerk en parochie werkzaam zijn. Het is verheugend met hoeveel
enthousiasme zij bereid zijn tijd vrij te maken. BV; voor het onmisbaar
koorwerk. Hun zang geeft een zeer vruchtbare uitwerking in de liturgie.
Of de dames die de kerk zo goed verzorgen door hun poetswerk ed. ze
doen dit alsof het hun eigen huis is. (en dat is antuurlijk ook) En de dames
die de kerk versieren, om de loiprijzing kracht te geven en voor een extra
sfeer zorgt. Maar ook aan de misdienaars en acolieten, die door hun
dienstwerk, de liturgie tot een ware belevenis maken. En de dames van de
gezinsmis en kinderwoorddienst, en die zich op deze maniet voor de jeugd
en jongeren inzetten. Prachtig., geweldig allemaal. Maar... ik hoor deze
vrijwilligers ook nog al eens zeggen "het is toch maar een kleine groep op
zo'n gemeenschap, en het zijn steeds opnieuw dezelfde mensen. Deze
opmerking raakt nu juist de kern. Samen kerk zij n, samen verantwoor-
deiijkheid dragen,is inderdaad toch heel wat anders. Ik ben mij ervan
bewust, dat de mensen die zich inzetten, extra genade van God ontvang
en, en ook wel een zekere erkenning en waardering van de gemeenschap,
maar zij hebben natuurlijk gelijk. Zo is de gemeenschap en de kerk zeer
kwetsbaarNeem bijvoorbeeld het jongerenkoor,maar ook het gemengd-
koor heeft geen toekomst, zonder nieuwe frisse jonge aanwas. En wat
dan.Kortom, er is nog veel om over na te denken, maar vooral om oo
de handen uit de mouw te steken. Wij willen toch niets liever, dat onze
kinderen en kleinkinderen ook een levende kerk en parochie mogen heb
ben.