OEPINGENZONDAG 19-20 april 1997
3
»p deze zondag vragen en bidden wij samen met heel de wereldkerk
»m nieuwe priester: goede herders in Jezus'naam. met hart voor
Ie mensen, goede herders die geen huurlingen zijn.
'arochieSjdie langere tijd geen pastoor hebben,weten en beseffen
loor dit gemis en afwezigheid, wat een priester, een herder, een
castoor betekent. Zij missen die vertrouwde aanwezigheid in hun
nidden: in de kerk, op straat, op school, aan het ziekbed, thuis,
in gezinnen, dat middelpunt in hun parochie van zorg en nabijheid.
Roepingen zijn een gave van God, een geschenk van Christus,
niemand roept zichzelf en niemand kan die claimen. Daarom kunnen
en moeten wij er om blijven vragen. Als christenen, als gelovigen
zijn wij in diepste wezen echter allemaal geroepen.
God geeft aan ieder mens het geschenk van het leven en heeft er
een plan mee, een bedoeling mee: in ieder mensenleven ligt een
roeping, een appèl opgesloten van Zijn kant. Iedere levenssituatie
of levensstaat is een positieve kans en uitdaging om er Zijn
roepingsplan in te ontdekken. We staan daar vaak niet bij stil.
Toch wordt het mooiste en het beste in ons hart gewekt wanneer we
ons door God geroepen weten en op dat appèl antwoorden met een
edelmoedige, zichzelf wegschenkende liefde. Die wekt Hij in man
en vrouw in de roeping van het huwelijk. Die wekt Hij in ouders
ten opzichte van hun kinderen in de roeping van het: christelijk
ouderschap. Die wekt Hij bij velen in de verzorgende beroepen, die
zij uit roeping beleven met grote toewijding en onbaatzuchtigheid.
Die wekt Hij in onze dagen bij vele vrijwilligers, die zich geroepen
weten om zich met grote ijver in te zetten voor hun parochie op
vele terreinen. Die wijkt Hij in zieken en stervenden, wanneer zij
tot overgave komen en hun leven uit handen geven, wanneer God
hen roept in het uur van de dood. Dat geldt ook voor de bijzondere
roepingen, waar we op Roepingenzondag met name aan denken. Van
priesters, diakens en religieuzen mogen wij een grote edelmoedig
heid verwachten: toewijding aan Christus en onbaatzuchtige inzet,
zorg en liefde voor alle mensen, kinderen Gods. Roepingen doen
een appèl op het beste, het mooiste in ieder mensenhart: vooral
dat van jonge mensen: hun idealisme, hun verlangen om zich
helemaal te geven aan iets, aan iemand, dat de moeite waard is,
om voor te leven.
Graag wil ik op Roepingenzondag naast uw gebed om roepingen
ook uw financiële steun vragen voor de priester- en diakenoplei
ding in ons bisdom op het seminarie Rolduc. Zij leeft en bestaat
dankzij giften van velen, kle"ine en grote giften.