3. op welke dag zij dit willen doen. Het gaat om twee a drie uur in de week. De "grote poetsbeurt" en- het poetsen van koperwerk gebeurt twee keer per jaar door enkele vrijwilligsters van de L.V.B. Gegadigden voor dit wekelijkse poetsen kunnen zich melden op de pastorie. IN GODS NAAM "Doe het in godsnaam "In godsnaam, blijf daar weg "Ik hoop, dat je in godsnaam doorzet Deze uitdrukking "in godsnaam" wordt in ons dagelijks leven vaak gebruikt. Maar er valt wel iets uit te leren. Op een of andere manier spreekt er - als we die uitdrukking gebruiken - een diep verlangen uit, of een wens, of een smeking, of een oproep. Het gaat vaak gepaard met stemverheffing of stemverstilling Als we die uitdrukking gebruiken gaat het onszelf of de ander aan. Het lijkt of ons leven of het leven van de ander er van afhangt. Het gaat om wezenlijke of belangrijke situaties. Door zo eens naar die uitdrukking te kijken kunnen we wellicht ook komen bij de kern van Gods Naam: "Ik zal er zijn voor jou". Er spreekt daarin;dan ook uit het verlangen of de smeking: "maak Gods Naam waar"; ga het doen, ben er voor de ander, door dik en dun heen; ben trouw aan je keuze van christen-zijn; bekeer je, keer je leven ten goede; laat Gods Naam jou heilig zijn; oordeel niet, maar geef elkaar ruimte om mens te zijn. Het gaat om léven scheppen, leven geven, elkaar bevrijden uit lijden, in welke vorm dan ook, om begaan zijn met eikaars lot. Doe het in Gods Naam: ben er voor elkaar zoals God er wil zijn voor jou. U V 3 HEEFT U ERAAN GEDACHT ....eenkaartje te kopen voor de culturele kring-avond? Op maandag 20 maart om 19.30 u. in de schouwburg, toegangsbewijzen a f 10,zijn nog toi donderdagavond 16 mrt verkrijgbaar bij de bestuursleden. ...Om u op te geven voor de uitwisseling met de K.V.O. afd. Uden? Wij zouden het aantal deelnemers graag weten voor 19 maart, dus laat het even weten bij iemand van het bestuur. Om u op te geven voor de excursie naar het thermaalbad in Arcen? Op maandag 10 april om 18.30 uur, hiervoor opgeven voor 1 april.

Dorpsblad Leunen-Veulen-Heide | 1995 | | pagina 4