17 Beste dorpsgenoten. Het is al bijna 23 jaar geleden, dat ik hier in deze kerk mijn missie uitzending kreeg. Ik werd uitgezonden door de Congregatie en deze kerkgemeenschap om naar.een ander land-ZAIRE-te gaan om daar een teken te zijn van Gods liefde onder de mensen. Veulen ligt me na aan het hart. Ik ben hier geboren en getogen en dat is iets wat niemand van je weg kan nemen. Veulen is ook iets van mij en daar ben ik trots op. Vandaag vieren we het feest van. Briekonin gen. Zij kwamen als Wijzen-mensendie het in deze wereld voor het zeg gen hebben. Be .drie Koningen zijn echter op reis gegaan om de nieuw geboren Koning hun hulde te brengen. En in het Evangelie van Matheus lezen we, en ze boden hun geschenken aan: goud, wierook en. mirre. In de kleine Jezus zien ze de nieuwe Koning en aanbaden Hem. Wij zijn hier tesamen als gelovige mensen. Durven wij ook op reis te gaan- onze zekerheid achter laten- om onze Koning hulde te brengen? Hebben wij ook iets om Hem aan te bieden? .Een persoonlyke gave, iets wat helemaal van mijzelf is? Wie u ook bent, het Kind in de kribbe blijft wachten, op zijn aanbidders. Mijn taak. is om a.s. donderdag weer naar Zaire te gaan. Er zijn verschillende mensen geweest, die mij gevraagd hebben: Waarom ga je nog terug? Of: Je gaat toch zeker niet meer terug! Bat was dan elke keer een bezinning voor mezelf. Waarom teruggaan? Terug naar een land vol corruptie. Waar de leiders van het land. zich niet bekommeren om de gewone man. Waar wegen en bruggen niet worden onderhouden en het vervoer via de rivieren steeds moeilijker wordt omdat er gebrek is aan boten. Het transport in het binnenland ligt stil. De bevolking leeft in miserabele toestand. In onze Constituties staat: Als Missiezusters van het Kostbaar Bloed zijn wij geroepen het Passmysterie van Christus te beleven en te getui gen van de verlossende Liefde van Christus. Dat is iets wat belang rijk is: Getuigen van de verlossende Liefde van Christus. In de Evenaarsstreek, waar ik werk, wordt het leven van de mensen nog vaak geregeld en beheerst door de geesten van hun voorouders, die steeds in de nabijheid zijn en die zeggen wat er gedaan moet worden, zowel in de positieve als in de negatieve richting. Mijn roeping is missionaris zijn en dan haal ik nog een punt aan uit onze Constituties Wij wijden onze krachten vooral aart volkeren en mensengroepen, die nog niet in Christus geloven en wij helpen de jonge kerken. Onze Zus- tersgemeenschap in Bamanya is daar om die jonge Kerk te helpen. Ik denk dan vooral aan onze eigen Zaïrese Zusters, de zorg voor de zie ken, de bejaarden en hulpbehoevenden, het onderwijs aan de meisjes. vervolg op blz. 15;

Dorpsblad Leunen-Veulen-Heide | 1992 | | pagina 18