BOERENBRUILOFT
Wat een feest J 1 Iedereen heeft er van genoten, letterlijk
met volle teugen. Dat we nu een héél jaar moeten wachten voor
het weer gebeurt I
In het Gemeenschapshuis werden we al meteen geconfronteerd met
Frit3 Basten's niet onaanzienlijke charme als vrouw van Gerrit,
die zich beklaagde door haar man in de steek gelaten te voelen.
Hoe kon je nu zo iets geweldigs in de steek laten Diep teleur
gesteld ging hij af, om even daarna weer tevoorschijn te komen,
met jacket en hoge hoed, om op te treden als dichter, met hoog
dravende versregels. Daarna pas trad hij in het ambt van Ambtenaar
van de Burgelijke Stand.
De ceremoniemeester had handen vol werk, om hem in het gareel te
houden. Daar maakte de Veldwachter gebruik van, om een Engels
carnavalsliedje te zingen, dat er goed de stemming in bracht.
Zijn witte handschoenen had hij stevig tussen zijn koppelriem be
vestigd. Hij durfde ze niet aan te doen, bang dat hij ze weer kwijt
zo raken.
Het bruidsmeisje stond heel charmant vooraan, lieve glimlachjes
de zaal in te smijten. Zij deed ons de charme van vrouw Frits totaal
vergeten. Zo zie je maar weer lieve eenvoud is pas het kenmerk
van het ware I I
Frits heeft het paar in de on-echt verbonden, als een echte vakman.
"Vluchten kon niet meer Met een breed gebaar schoof hi) alle
bezwaren van de veldwachter terzijde. Omdat de getuigen zo'n aardige
meisjes waren, moesten zij er van Frits ook vlakbij komen staan. Hij
maakt wat van zo'n functie!
Het bruidspaar wisselde de ringen en waren heel gelukkig. Bij het
kussen merkte je, hoe pril ze nog waren, dat hadden ze vergeten
te oefenen
Daarna dreigde het mis te gaan. Er ontstond een opstopping, de
Raad van Elf wilde naar boven en het bruidspaar en de gasten moesten
naar beneden. Toen kwamen de kwaliteiten van de ceremoniemeester
als varkenshoeder van de Prins, pas goed van pas. Heel gemakkelijk
loodste hij ze van het ene 'hok' naar het andere I
De Suikerooms, beide gewapend met een geheimzinnig zwart koffertje,
smeten met geld: Als je het breed hebt, laat je het breed hangen
Theo Vullings bediende, keurig netjes in hemdsmouwen, als een echte
ober, uit een goed lopend buitencafé. Hij liep opvallend reclame
te maken, om gevraagd te worden bi) bruiloften en partijen.
Tot slot werd de leiding van de boerenbruiloft uitbundig gehuldigd
en bejubeld. Haar naam mag niet genoemd worden op haar uitdrukkelijk
verzoek, want dan zegt zij: "Goj ik der onder uut" en dat zou deze
leiding van al haar charme beroven. Haar kinderen vroegen mij ver
baasd Waar cw Wil-ma toch nooit genoemd wordt