10 Gerard en Jacob van Rens van de Muijsersplats. Veulen Waar de naam 'Muijsersplats' (Veulenseweg 37) vandaan komt weet ik niet maar ia waarschijnlijk al enkele eeuwen oud. We zien dat in 1 T-^O This van Heisteren op deze boerenhof woont en in 1805 de fam. Friesen. Op 28 juli 1820 kopen Jan van Rens, gehuwd met Hendrina Heidens en belde geboortig uit Horst, de 'Muijsersplats' van de erfgenamen Piet Laurensen en Maria Peeters. Het bedrijf omvatte toen 10 HA bouwland en 4 HA weiland. De prijs die toen voor de bouwhof betaald werd bedroeg 5450 Cleefse guldens. Zij kwamen op de Muijsersplatswonen en hadden minstens twee kinderen, Jacob en Gerard. Gerard is altijd ongetrouwd gebleven. Hij heeft veel gehandeld in schapen. Hij was lid van de Venrayse schaapscompagnie. Daartoe maakte hij verre reizen. Engeland en Frankrijk behoorde oa. tot zijn werkgebied. In 1900 heeft hij een kapelletje langs de Veulense weg laten bouwen dat er thans nog staat. Bij dit kapelletje kwamen de buurtbewoners in slechte tijden bv. droogte, wateroverlast of andere rampen, bidden. Bommehannes bidde dan altijd voor en de hele buurt Veulen was dan vertegenwoordigd en vormde een hechte gemeenschap. - Voor diegenen die het nog niet wisten het Veulen in de eerste decennia van deze eeuw was een buurtschap zonder kerk, school of winkel en was helemaal op Leunen georiënteerd - De andere zoon van Jan van Rens en Hendrina Heidens, de hierboven genoemde Jacob, werd al in 1815 te Horst geboren. Hij trouwt in 1861 met Hendrina Kusters uit Vlierden. Zij krijgen in 1862 een dochter, Anna-Maria en deze trouwt in 1888 met Hendricus Poels (Messe Drikus) van de 'Hesseplats' aan de Heide. Deze Hendricus Poels was een afstammeling van Poels van de Schaapscompagnie. Uit het huwelijk van Hendricus Poels en Anna-Maria van Rens worden twee kinderen geboren, Maria en Gerard. Maria, ook wel 'Muijsers Mareejke' genoemd trouwde op 20 april 1920 met Jos van Meyel. Dit zijn de ouders van de kinderen van Meyel die nu nog op de Muijsersplats wonen.

Dorpsblad Leunen-Veulen-Heide | 1985 | | pagina 8