4* Zeer veel hangt af van dc geost der bevolking, de
voortvarendheid, van gemeenten, en de samenwerking tussen personen of groe
pen van personen vennootschappen) of de ontginning in bepaalde streken
meer of minder saai zal verlopen. In hot hijzonder geld t zulks voor stre
ken als de Peel, waar nog grots voorbereidende werker, aan de ontginning
vooraf moeten gaan. Deze kunnen slechts tot stand komen met steun der
overheid of' door ondernemende kapicaalbezittende vennootschappen, die
niet zoals de kleinere ontginnen op staande voet opbrengatcr moeten ver
langen om van te kunnen .Leven.
De ontwikkeling der streek is daarom in do eerste plaats afhankelijk
van de groot- grondbezitters, hier voorname! 1 jk do gemeenten eii vah de
groot- on tg inner a, die terreinen aankopen voor kap ita-i Ibelegging en dit
bij voorkeur doen binnen de grenzen van .hun eigen vaderland.
Voor de landbouwer komt eerst de gelegenheid, als er ontgonnen is en boer
derijen zijn gebouwd en arbeiderswoningen, die de vestiging van menss_mj-
ke arbeidskrachten bevorderen.
Er schuilt geen overdrijving in, als wordt beweerd, dat voor een geregel
de ontwikkeling var 'do Peel nagenoeg alles afhangt van dc gemeenten, de
wijze waarop zij ontginnen of dc grond voor dir doel afstaan en d s onder
linge samenwerking inzake 'verkeeraverbctoring en afwatering. Want thans
is nog moer dan 56.6 i» van de woeste grond gemeentelijk eigendom. Voor de
gemeensdhap is hot te hopen, dat de besturen der gemeenten zich tij het
nemen van besluiten ten deze laten leiden dooi' 'gr*.nt vertrouwen ik dc
ról die de ontginningen zullen spelen in de vermeerdering van welvaart,
het schoppen van nieuwe woon- en werkplaatsen, de verhoging van produc
tie en meerdere onafhankelijkheid van het buitenland.
In dit verband mag er tevens op worden go-vezen,dat de gunstige ligging
ten opzichte var, het wijngebied in Limburg en'het industriegebied in
Noord-6rabant een voordelige afzet der producten mogelijk maakt.
Eigendomsverhoudingen. De Peel is in het bezit van particuliere personen
mêrkciTJke en liefdadige instellingen, maatschappijen, vennootschappen,
fabrikanten en gemeenten. Van de woeste gronden bevindt zich het groot
ste doel in gemeentelijk bezit.
Terwijl thans de .totale oppervalkte woeste grond j_ 30.000 Ha. beslaat,
bezitten de 13 gemeenten hiervan totaal iets meer dan 17.000 Ha. dat
is dus 56.6 I)c- gemeente G-emert bezat vroeger 1000 Ha. woeste gror.d.
De Staat der Nederlanden was hierin voor 1/6 deel gerechtigd. Om zijn
aandeel te realiseren, werd -op voorstel van de Staat in 18/4— 1830 er:
1892 tot verkoop overgegaan. De grond ging voer gemiddeld t'00- - per
Ha. van ad hand aan particulieren en instellingen. De goede zijde van
deze verkoop is geweest, dat de gronden thans merendeels zijn ontgonnen
en bijdragen in de voedselvoorziening door goede oogsten, terwijl de
hout aanwas op vele peroolen^eer: mo ie compensatie beleefd voor de tegen
woordige be s sla ebting (1916)
lit een ingesteld onderzoek bleek, dat het gemeentelijk bezit een grote
belemmering is geweest voor dc ontginning. Het heeft gewerkt als ren
en was oorzaak, dat het particuliere initiatief zien nietzodanig heeft
kunnen ontwikkelen, als wel noodzakelijk was. liet verschijnsel, zco—s
het zich hier voordoet, vormt min of meer eer pleidooi legen, gemeente
lijke grondbezit en exploitatie in normale tijden. Terwijl toch overal
in den lande er, tussen en om de gemeentelijke bezittingen' heen mensen
van elk meatechappeiijkc stand als om strijd spade en ploeg hanteren,
bleven vele gemeenten werkeloos.
Enkelen uitgezonderd., zo staat var Maashees en Sambeek vast, dat zie
zelf een belangrijk deel in de ontginning hebben gehad, daarop .volgen
oploo en Venray. De andore gemeenten deden zelf zo goed als.niets cm de
cpnorvlakte woeste grond te doen afnemen. Wel nam In enkele gemeenten
bvHorst de oppervlakte woeste grond belangrijk af, maar dit was een
gevolg van verkoop of. uit|i4tte in erfpacht.
Deze gronden kwamen-dus in handen van particulieren en vennootschappen,
waarvan oen grote oppervlakte (neer dan "503 Ha,.,) .na' 1914. Doch zodra
hadden particulieren er zegenschap ovsr, of net ploegijzer on de spade
gingen de grond in. z±e verder.