Strijbos (van Tummans Toeën); Wiel van de PaschThei Büddiger (Thei mit d'n trekbuul); Hay
Reijnders; Huub Knijpers (van de kaöster); Marden Willemssen (van Sjaan); Jac Jakobs.
Castenrayse mensen vertellen Hub Kuijpers, Pater Humberto - deel 2
Wat zijn zo ai de activiteiten van onze parochie?
De voornaamste pastorale parochiediensten en werkgroepen zijn die van liturgie, waaronder lectoren,
zangkoor, misdienaars, communiedienst, begrafenisdienst (iedere kleine gemeenschap heeft een
bedienaar die de begrafenissen doet en de diensten leidt die daarmee verbonden zijn), ontvangst van
de mensen in de kerk, oecumene; verder gezinspastoraal met cursussen voor huwelijk (in 2009 heb ik
31 huwelijken gehad), 1500 kinderen en volwassenen die catechese volgen (we hebben 80
catechisten, voornamelijk jongeren); pastoraal voor weduwen en voor bejaarden, roepingenpastoraal,
coördinatie van de nücleos, werkgroepen voor de administratie, gezinsbijdrage, Justitia et Pax,
onderwij spastoraal, pastoraal voor jongeren, adolescenten en kinderen. Het zal duidelijk zijn dat al
deze activiteiten kosten met zich meebrengen, vooral ook ons sportveldje en onze zelfgebouwde
speeltuin, dag en nacht in gebruik, gebouwd met veel banden, kettingen en ijzer. En dan kan het nog
kapot. Het is de enige in de zeer wijde omgeving.
Andere activiteiten met een meer sociale inslag, zijn:
Caritas, Vincentiusvereniging, Ziekenpastoraat, de school (1° t/m 10° klas, 1560 leerlingen, alleen de
onderwijzers worden door de Staat betaald), Internetcafé en computercursus, Voedingscentrum met
150 kinderen tot 6 jaar, Naaicursus, Familielandbouw (90 vrouwen geassocieerd). Verder hebben
we nog Maria Legioen, apostolaat van het gebed, j ustitia et pax en cursussen Frans, Engels en cursus
voor kantoor en public relations.
Ik wil nog wat uitweiden over onze school. De St. Joachimparochie ligt in de buitenwijk Munhuana.
Het gaat om een gemeenschapsschool, dat is een 'privéschool zonder winstbejag, die verbonden is
aan een godsdienstige gemeenschap. En dat betekent weer dat de school van de parochie is en dat de
parochie de benoeming van de leden van de directie mag voorstellen aan het Ministerie van Onder
wijs. De hoofdsecretaresse moet een staatsfunctionaris zijn en wordt door de Staat betaald. Zij
controleert een (zeer onregelmatig) schoolfonds en de lerarensalarissen. Het Ministerie stuurt graag
probleemleraren en onderwijzers, want, zo zeggen ze, de parochiescholen hebben een corrigerende en
heropvoedende capaciteit. Veel leraren die ook elders nog les geven en daarnaast ook nog studeren,
komen vaak te laat en vertrekken voortijdig, waardoor veel lessen niet worden gegeven. We hebben
een jaar lang een stotterende onderwijzer gehad. Het was iedere dag feest voor de kinderen van zijn
klas. Wij hebben enkele leraren voorgedragen die hoognodig overgeplaatst dienen te worden, maar
het Ministerie heeft er geen gehoor aan gegeven. Onze school met 1560 leerlingen verdeeld over de
eerste tot en met de tiende klas, functioneert in 16 parochiezaaltjes en drie ruimtes onder een afdak,
waarvan er één een gaarkeuken is. In vijf zaaltjes hebben we klassen met 70 tot 110 leerlingen. De
basisschool t/m de 7de klas functioneert 's morgens en de middelbare school 's middags.
De school begon in 1990 op verzoek van vluchtelingen van de burgeroorlog (1976-1992). Duizenden
kinderen hadden geen plaats op de staatsscholen, de enige door de Marxistisch-leninistische Regering
erkende scholen in die tijd. Door deze druk opende het Ministerie zijn poorten voor particuliere
scholen, met name voor parochiescholen. Zo mochten wij beginnen, we hadden 198 leerlingen. Op
25 november 1992 kregen we een officiële vergunning voor de basisschool, beroepscursussen (een
initiatief van de jeugd die al in 1987 begonnen was met een typecursus) en alfabetisatie. Wettelijk
was onze school verbonden met de staatsschool Escola Primaria da Munhuana. Al gauw hadden we
825 leerlingen en 30 onderwijzers. Wij moesten alle onkosten van de school betalen, ook de
onderwijzers, totdat in 2002 de onderwijzers door het Ministerie aangesteld en betaald werden. In
2005 stuurde het Ministerie ons, door de druk van het grote aantal leerlingen, 293 leerlingen voor de
achtste klas. Zo werd ongevraagd, en ondanks ons gebrek aan plaats, de middelbare school geboren,
8ste t/m de 10de klas. Eind 2007 eindigde de eerste lichting leerlingen de tiende klas. Halverwege 2005
kregen we voor de eerste keer een schoolfonds van het Ministerie (fimdo permanente), geld om licht,
telefoon, schoonmaakartikelen en wat schoolmaterialen te betalen. Dat was een financiële verlich
ting, maar wat zwaar weegt tot nu toe is dat wij het personeel van schoonmaak, kantoor en de
wachten moeten betalen. Dat personeel kost ons jaarlijks 11.390,00. Voor salarissen is moeilijk
steun te vinden.
21