RESTAURATIE KERKGEBOUW
erf{6estuur Castenray
Vorige week hebben we u geïnformeerd over het middelste gebrandschilderde raam op het
priesterkoor. Vandaag krijgt u informatie over de maker van de andere twee ramen.
Evenals het middelste raam zijn deze beide ramen een geschenk van de parochianen bij gelegenheid
van een zilveren priesteijubileum. Het betreft hier pastoor Geurts (van 1953 tot 1962 pastoor in
Castenray) die op Beloken Pasen 1958 zijn 25-jarig priesterfeest vierde. Omdat in datzelfde jaar onze
parochie ook 25 jaar bestond, werd het geweldige bedrag van f 4500,- bij elkaar gebracht voor twee
gebrandschilderde ramen. De opdracht werd gegeven aan de toen 30-jarige kunstenaar Hans Truyen.
Hans Truyen werd in 1928 in Soerabaja uit Limburgse ouders geboren als één van een eeneiige
tweeling. Zijn vader was de in Venlo geboren Charles Truyen en zijn moeder heette Van
Schoonhoven-van Beurden en was geboren in Roermond.
Toen Hans Truyen vier jaar oud was, keerde het gezin terug van Nederlands-Indië en woonde tijdelijk
in Nijmegen, totdat zijn vader directeur-generaal werd op het Ministerie van Economische Zaken en
ze naar Den Haag verhuisden.
Hans Truyen ging studeren aan de kunstacademies in Arnhem, Den Haag, Rotterdam en Maastricht.
In deze laatste stad begon hij in 1951 een opleiding aan de Jan van Eyck Academie en volgde de
schilderklas en de glazeniersopleiding. In 1955 studeerde hij cum laude af en ging wonen en werken
in Den Haag. In 1956 won hij de gouden medaille van St.Gobain met een internationale prijsvraag
voor de beglazing van een kerk in Lugano. Met zijn ontwerp trok hij de bijzondere aandacht van veel
kunstkenners uit binnen- en buitenland.
Begin 1959 werden de door hem vervaardigde ramen in onze kerk geplaatst. Het was tevens het jaar
dat hij zich met vrouw en kind in Zuid-Limburg vestigde, waar hij meende zijn talenten het beste te
kunnen ontplooien.
Behalve in de Castenrayse kerk had hij vier jaar eerder al glas-in-lood-ramen gemaakt in het gebouw
van de boerenleenbank en de jongensschool in Sevenum. Kunstcritici vonden dat hij met de
Castenrayse ramen duidelijk had aangetoond, dat zijn stijl 'een gezonde ontwikkeling' had
doorgemaakt.
Na de ramen in onze parochiekerk volgden nog tal van gebrandschilderde ramen en
wandschilderingen. Zo maakte de kunstenaar in 1968 acht pop-art ramen voor de St.Martinuskerk te
Wyck-Maastricht. Het waren fotografische beelden die via screendruk op het glas kwamen. De ramen
trokken internationale belangstelling.
Aan opdrachten had Hans Truyen geen gebrek. Behalve veel glas-in-lood-ramen maakte hij o.a.
muurschilderingen voor schepen en kleuterscholen; enkele tapijten en tal van portretten. Zijn
voorkeur ging onmiskenbaar uit naar het vrije schilderen en zo zijn tal van opmerkelijke schilderijen
ontstaan die op exposities grote belangstelling trokken.
In 1970 trok Hans Truyen zich als vrij schilder terug in zijn atelier op Huize Retersbeek in Klimmen,
waar hij sinds 1964 met zijn gezin woonde. In het hele land werden tal van exposities aan zijn
kunstwerken gewijd. Vermeldenswaard is zeker nog zijn interieurbeschildering in 1978 van het
Romaanse kerkje in Oud-Lemiers en zijn Koninklijke Onderscheiding, die hij in 1997 ontvangt voor
zijn bijdrage aan de Nederlandse schilderkunst.
