Inmiddels hebben de scholen allemaal een lesbrief gekregen en aan de hand daarvan kunnen de
leerlingen aan de slag. April en mei zijn over het algemeen de maanden, dat op de scholen extra
aandacht geschonken wordt aan de Tweede Wereldoorlog en omdat we in oktober/november van dit
jaar tevens 60 jaar bevrijding vieren, is het een mooie gelegenheid, om het lokale stukje
oorlogshistorie in het geheel in te passen. Van de scholen is gevraagd, om uiterlijk 15 september de
verhalen van de dwangarbeiders op de website te publiceren. Beter is echter, om nog dit schooljaar
alles rond te hebben.
We hopen op de medewerking van gedeporteerden en hun familieleden, wanneer de kinderen een
dezer dagen bij u aankloppen voor een interview.
Voor meer informatie kunt u altijd terecht bij de plaatselijke contactpersoon, of bij de voorzitter van
de werkgroep, Jan Strijbos tel. 571677; e-mail: ian.striibos@hetnet.nl
De contactpersonen voor Castenxay zijn, behalve Jan Strijbos, Robert Cox tel. 571756; e-mail:
RCOX@ASPARAGUS.nl en Hay Willemssen tel. 571272.
't Casels Broek - aflevering 35
Andere in het gebied voorkomende planten zijn, naast de reeds genoemde soorten, onder meer:
Moerasspirea, Waterscheerling, Koekoeksbloem, Harig Wilgeroosje, Echte Valeriaan, Kattestaart,
Koninginnekruid, Witte en Paarse Smeerwortel, Pinksterbloem, Bitterzoet, Gele Lis, Moeraswalstro,
Kale Jonker, Wolfspoot, Blauw Glidkruid, Puntwederik en Ratelaar. Deze laatste plant groeit op een
plek langs de Lollebeek en is een halfparasiet. Ze parasiteert langs de Lollebeek op het gras dat er
groeit. Wordt de plant afgemaaid, dan rijpt het zaad nog na in de zaaddozen. Vanwege het ratelende
geluid van de zaden in de zaaddozen noemen de Duitsers deze plant heel treffend de 'Klappertopf
De Gele Lis staat met het onderste deel in het water, maar de bladeren en de bloemen verheffen zich
daarboven. Ze hebben luchtkanalen in hun stengels, waardoor zuurstof wordt overgebracht naar het
wortelstelsel, dat in de luchtarme modderbodem staat.
In de kikkerpoel in de paardenwei en ook op andere plaatsen vind je Eendekroos. Dit is een los op het
water drijvende plant, die van nature thuis hoort in kleine, rustige wateren of smalle, nauwelijks
stromende slootjes. Je ziet een groot aantal heel kleine, lichtgroene blaadjes op het water drijven.
Haal je er enkele uit het water, dan kun je aan deze blaadjes de worteltjes zien hangen, die in het
water drijven.
In het voorjaar en in de zomer kun je in t Broek op veel planten een bolletje schuim zien zitten. Dit
wordt gemaakt door de larven van het Schuimbeestje, ook wel genoemd Spuugbeestje of
Schuimcicade. De Latijnse benaming voor dit ongeveer 6 mm grote beestje is Philaenus spumarius.
De larven behoeden zich tegen uitdroging en tegen vijanden door zich te verschuilen onder een
spuugachtige massa, het zogenaamde 'koekoeksspuug'. Deze spuugklodders maken ze door een
zeepachtige uitscheiding op te blazen met de lucht die ze verbruiken. Via een ademopening in hun
buik pompen de larven lucht in een eiwithoudende vloeistof, die door hun achterlijf wordt
afgescheiden. Als je de schuimvlok verwijdert, vind je in het schuim de kleine, groene larve van het
Schuimbeestje.
Van het Riet is nog een aardige anekdote te vertellen. Wie het brede blad van een rietstengel goed
bekijkt, ziet op een bepaalde plek een kleine knik in het blad zitten. Deze wordt een duivelsbeet
genoemd. Toen Linnaeus de planten een Latijnse naam gaf en wij er een Nederlandse naam bij
bedachten, kregen sommige planten namen die genoemd werden naar Christus, of heiligen. Denk b. v.
aan de Christusdoorn, de Judaspenning en het Sint Janskruid. De duivel ontstak hierover in grote
woede, want hij werd niet genoemd. Met een verbeten trek op zijn duivelse tronie spoedde hij zich
vanuit de hel naar de aarde en kwam in al zijn haast midden in het Riet terecht. Hij greep een rietblad
en gaf er een venijnige beet in. Zo liet hij een duidelijk merkteken op een aardse plant achter.
Vandaar de naam duivelsbeet.
Uitgestrekte vegetaties van Elzenzegge zijn kenmerkend voor de beekdalbroekbossen en deze
grassoort komt hier talrijk voor. (Wordt vervolgd).
