6
achteruit schaatsen, anders kon je de slinger niet omgooien. Meestal deed ik dat.
Ook speelde men veel ijshockey met zelfgemaakte sticks en een stukje hout als puck. Dat ging er
steevast fanatiek aan toe, evenals het tikkertje en verlosser. Met volle vaart reed men dan op een
groep 'getikten' in, om ze te verlossen. En tussen al dat geweld door schaatsten recreanten en
beginners. Een wonder dat er, behalve soms enkele lelijke valpartijen, nauwelijks ongelukken
gebeurden.
Velen schaatsten op 'Friezen', of op 'botjes', ook
wel 'kleumpkes' genoemd. Deze waren net zo lang als je schoenen. Je had Friese doorlopers, die iets
langer waren en voor geen krul hadden en je had Friese schaatsen met voor een krul. De zogenaamde
'zwaaiers' waren hol geslepen. Deze schaatssoorten waren grotendeels van hout gemaakt, waarbij
slechts het glijvlak uit metaal bestond. Ze werden met touwen, of in een enkel geval met leren
riemen, onder de schoenen gebonden. De touwen moesten strak aangetrokken worden, anders had
men de schaatsen meer naast dan onder de schoenen zitten. Bij velen was dat laatste ook meermaals
het geval.
Hay van Kuyck, de Castenrayse smid, had een klein winkeltje met ijzerwaren bij zijn smederij. Hij
verkocht eveneens schaatsen.
Mart Strijbos: We waren zo rond 1934 eens in het Broek aan het 'slibberenen pastoor Verheggen
slibberdemee. Hij zag mij vol verlangen kijken naar al die schaatsers op het ijs en we gleden over
het ijs, net of we ook schaatsten. De pastoor vroeg: 'Heb jij geen schaatsen?waarop ik ontkennend
antwoordde. Dan ga maar naar de smid en haal maar een paar schaatsen.En ik als een haas weg
om bij Hay van Kuyck schaatsen te halen. De pastoor heeft ze netjes betaald. Ze kostten f2,50
herinner ik me nog.
Peter van de Pasch: "Hein Steeghs en Herman Dinghs van de timmerman oefenden met van die lange
Noren op de visvijver, want zij deden mee aan de Elfstedentocht.
Mart Strijbos vertelde, dat naast deze twee ook Herman Dinghs (Gradzn.) aan de elfstedentocht in
1953 meedeed. De Noren werden gekocht bij Smids Louis (Louis Gommans) in Oirlo.
Schaatsen rondom de visheuvel.
De eerste aanzet voor een lange slinger is gemaakt.
Rustig schaatste men rond en telkens sloten zich schaatsers
bij de rij aan. Wanneer deze lang genoeg was, werd flink
vaart gemaakt.
n&f.vv He
4fydms^-gr
Winter 1954.
Even poseren voor de fotograaf.
Links Frans Kuijpers van Tinus, de koster en
rechts Paul Kuijpers van Handrie, de organist.
Op de achtergrond Jos Strijbos van Trennes.
-
y.'« i-
V
1
ti f. s t: z.j-- -J-vL vy
■- 'v
v •4<ï'sis
