STICHTING HEEMKUNDIG GENOOTSCHAP CASTENRAY Uit de kronieken van Castenray, door Teng Jeuken en Pierre Mennen samengesteld b.g.v. het 25 jarig parochiefeest, volgt vandaag het tweede deel. 1941/'42 Nu braken droeve tijden aan, voor ons zo rustig dorpsbestaan. Het moet met nadruk zijn gemeld, de oorlog kwam met woest geweld. We kregen eerst een nieuwe herder, ons dorp ontwikkelde steeds verder. Een nieuwe koster genaamd Martien, wordt vanaf dat jaar ook vaak gezien. Op een der kille novemberdagen, hoorden wij de klokken klagen, Zij galmden voor de laatste keer, ten afscheid en ze kwamen niet weer. Stalen vogels kwamen brommen, en ze gooiden bommen..bommen. Huizen vlogen er in brand, hulp liep toe van alle kant. 8-10-44 Op bevel der Duitse heren, moesten wij evacueren. Met de tranen op ons wangen, werden we in Klein Oirlo ontvangen. We zien in deze bange dagen, dat Ons Heer wordt rondgedragen. Om de zwakken te versterken, en genade uit te werken. 20-11-44 Onze mooie nieuwe kerk, pas gebouwd, solied en sterk, wordt bedreigd door groot gevaar, springstof legt men bij haar klaar. O, hoe werd ons hart gekweld, toen met daverend geweld, het schone Huis van Onze Heer werd vernield tot puinhoop weer. Nog hadden w'ons tol niet betaald aan t wrede oorlogsgeweld. Ruim twintig mensen werden gehaald en naar Pruisen op transport gesteld. Negentien keerden er weer, naar het dorp waar liefde hen wachtte, maar een werd geroepen tot God, gelouterd tott eind van zijn krachten. 23-11 -44 Door de bossen door het veld, komen Tommy's aangesneld. Weldra zijn we nu bevrijd, het was dan ook de hoogste tijd. Mei 45 Gods bescherming zonneklaar bracht weer allen bij elkaar.

Castenrays dorpsblad De Schans | 2001 | | pagina 2