PEEL EN MAAS Donderdag 30 augustus 2007 - Pagina 32 KANSEN BENUTTEN Paspoort Korfbalverenigingen wijken uit naar andere gemeenten door een tekort aan sporthallen Nicole Tielen (De Peelkorf) mist opening buitenseizoen Petra van der Haghen (Oranje Wit) aan de vooravond van dertiende seizoen SNELLE DIAGNOSE ONTLADING Paspoort zondag voor hun eerste competitie wedstrijd aantreden, zal Nicole He len ontbreken. Ze is zojuist samen met haar vriend Freddy voor zes weken naar Australië vertrokken en mist dus bijna de gehele eerste helft van de buitencompetitie. "Ik wilde er na mijn studie altijd al even tus senuit. Nu ik klaar ben, was dit een goede gelegenheid. Anders komt het er toch niet meer van. Australië is een mooi, vriendelijk land waar heel veel te zien is." Binnen de selectie van De Peelkorf wordt ze niet met scheve blikken aangekeken. "Nee, ben je gek. De meiden gunnen het me. Iedereen weet dat ik nu nog de kans heb om te gaan. Anders komt het er toch niet meer van. Dus we gaan met zijn twee tjes heerlijk in een camper rondtrek ken. Echt genieten. En als ik terugkom, pak ik de draad gewoon weer op bij De Peelkorf." Ondanks dat ze voor zes weken ontbreekt, heeft Nicole Tielen gewoon de hele voorbereiding meegemaakt. "Ik had gewoon zin om weer aan een nieuw korfbalseizoen te beginnen. Ik was echt nog niet met de reis bezig." Ze heeft dan ook haar plekkie gevonden binnen de Ysselsteynse korfbalvereniging. En is evenals veel andere speelster van de selectie actief binnen de jeugdafdeling van De Peelkorf. Samen met Marianne Potten traint ze de B-jeugd. "De ver eniging is bezig een jeugdplan op te zetten waarbij alle jeugdteams op dezelfde manier worden getraind. Ze gaan dezelfde systemen en patronen spelen waardoor de speelsters als ze overgaan naar de senioren meteen kunnen aansluiten op de speelwijze van de selectieteams. Op die manier wordt de doorstroming van jeugd- speelsters naar de senioren een heel stuk makkelijker." In haar eerste seizoenen scoorde Nicole Tielen aan de lopende band. Het laatste seizoen lijkt ze iets minder trefzeker. "Is dat zo?", kaatst ze de bal terug. "Ik zou het echt niet weten of ik nu minder scoor. Misschien lijkt het wel zo omdat meer mensen binnen het team scoren. We zijn niet afhan kelijk van een of twee speelsters. Ik vind het fijn als het vak waarin ik speel goed draait. Wie er dan scoort, maakt toch niet zoveel uit. Als de kansen maar weten te benutten." Ze snijdt daarmee wellicht ongewild een gevoelig punt aan. In het voorbije sei zoen was De Peelkorf vaak genoeg de beste ploeg maar stond geregeld met Nicole:"We gaan voor de titel" lege handen aan het einde van een duel. Het grote manco: kansen benut ten. "Dat klopt, we hebben veel te veel kansen laten liggen. Misschien ligt het aan de concentratie bij de afwerking. Ik weet het niet. We creëren altijd meer dan genoeg kansen. Dat is weer het positieve in ons spel. Het is denk ik een periode waar je door heen moet." Nicole Tielen is dan oom opti mistisch als het nieuwe seizoen ter sprake komt. "We gaan voor de titel. We weten dat we in principe iedere tegenstander aan kunnen. We gaan er dan ook voor. Als de vakken goed gaan lopen en de groei, die aan het einde van het vorig seizoen als zichtbaar was, zich doorzet dan gaan we hoge ogen gooien." Klasse: hoofdklasse (veld en zaal) Doelstelling: het kampioenschap Trainer Erwin Dijkstra Selectie: Sandra Smits, Mayke vanAss, Nicole Tielen, Ellen Smits, Marianne Potten, Loes Gommers, Tineke Ver geldt, Kim Kusters, Moniek Peters. Sportspreekuur voor geblesseerde sporters Sporten is gezond. Dat staat buiten kijf. De andere kant van de medaille is dat jaarlijks tal van sporters te maken krijgen met blessures. De fysiotherapie aan de Helfriehstraat in Venray haakt hier op in en start in oktober een sportspreekuur. Indoorkorfbal staat De voorbeelden in de praktijk zijn talrijk. De voetballers die op zon dag de strijd moeten staken door een enkelblessure, een zweepslag of het welbekende 'knietje'. De ten nisser die zijn arm heeft overbelast, de motorcrosser die bij een valpartij fikse kneuzingen oploopt. Sportbles sures komen in nagenoeg alle sporten voor, maar hebben wel meestal hun specifieke kenmerken. Voor de fysio therapie aan Helfriehstraat in Venray reden om in oktober te starten met een sportspreekuur. "In Venray is er weinig op het gebied van professi onele sportbegeleiding. Vandaar dat we als fysiotherapie ook deze weg inslaan. Kort gezegd komt het er op neer dat we door de juiste weg te kiezen de behandelperiode van een sporter zo kort mogelijk houden", aldus Brendan Rijsdijk, gecertificeerd sportfysiotherapeut van de praktijk aan de Helfriehstraat. Zijn collega Jan van den Berg, eveneens erkend sport fysiotherapeut, vult aan: "Per definitie hebben sporters altijd haast. Die wil len weer zo snel mogelijk sporten, zeker als ze prestatief bezig zijn. Hoe hoger het niveau, hoe sterker de drang om zo snel mogelijk weer te kunnen beginnen." Brenda en Jan hebben beiden affini teit met sport. Zo is Brendan Rijsdijk als vervanger van Hay Beurskens de komende maanden verzorger van het eerste team van SV Venray. Ook bin nen de ijshockey- en tenniswereld is hij actief als fysiotherapeut en verzor ger. Collega Jan van den Berg is als ver zorger actief geweest bij SV Oostrum en werkt nu 'op de achterhand' even eens voor SV Venray. "Verbondenheid met de sport is een eerste vereiste om als sportfysiotherapeut te wer ken", zegt Van den Berg. "Omgaan met sportblessures vereist toch een heel andere aanpak dan als je in de praktijk een ouder iemand als patiënt krijgt die last heeft van zijn rug." Om de sporters weer snel terug te laten keren, is een snelle diagnose van een blessure een eerste vereiste. Sporters die in het weekend een bles sure hebben opgelopen, kunnen op "Ik ga eerst heerlijk genieten in Australië" Nicole Tielen (24 jaar) is een van de dragende krachten van De Peelkorf in Ysselsteyn. De korf balster zal echter het grootste deel van de eerste helft van de buiten competitie aan haar neus voorbij zien gaan. Samen met haar vriend Freddy is ze deze week vertrok ken voor een vakantie van zes weken in Australië. "We gaan heerlijk genieten." "We willen in de onder Nederlanders worden steeds dikker en ongezonder. Het sti muleren van sport, ook door de overheid, wordt daardoor steeds belangrijker. Bovendien willen sportverenigingen maar al te graag groeien. De gemeente zou door het aanbieden van voldoen de faciliteiten zo twee vliegen in één klap kunnen slaan. Toch is er in veel gemeenten een chronisch gebrek aan met name zaalfacilitei ten. Verenigingen met zaalspor ten willen groeien, maar hebben geen ruimte om nieuwe leden te kunnen laten sporten. Ook voor de korfbalverenigingen wordt het steeds lastiger om een geschikte zaal te vinden voor hun winter- trainingen en -wedstrijden. Het indoorkorfbal staat onder grote druk. grote druk De sporthallen in de regio Ven ray zijn vaak volledig volgeboekt. De bezetting van de hallen is gemiddeld eenderde keer hoger dan in andere Nederlandse sporthallen. Vooral de korfbalverenigingen in de regio kam pen hierdoor met grote problemen. De trainingen en wedstrijden wor den op wisselende en 'onzalige' uren gehouden. Sommige verenigingen moeten soms zelfs naar hallen in Bra bant uitwijken voor hun wedstrijden. Marieëtte Nelissen, voorzitter van de afdeling korfbal van SVOC, Theo Smits, voorzitter van korfbalvereni ging Oranje Wit en Rosemarie Smits, wedstrijdsecretaris van de Peelkorf, hebben zorgen over de toekomst van het indoorkorfbal. Speelt dit probleem alleen bij korfbalverenigingen? Marieëtte Nelissen: "Het is eigenlijk een probleem waar veel sportvereni gingen last van hebben. Er is gewoon te weinig zaalcapaciteit in de regio. Korfbal is een sport die in de zomer buiten wordt gespeeld en in de win ter binnen. We gebruiken de zaal eigenlijk maar vijf maanden per jaar. Bij het inplannen krijgen sportvereni gingen die het hele jaar binnen spor ten voorrang boven het korfbal of bij voorbeeld een voetbalvereniging die in de winter naar binnen wil." Theo Smits: "Dit is wel een pro bleem waar vooral de korfballers mee te maken hebben, omdat we de zaal maar een aantal maanden per jaar nodig hebben. Maar ik heb ook wel eens gehoord dat zaalvoetballers om 22.00 uur nog een wedstrijd moesten spelen, gewoon omdat er eerder geen ruimte was." Rosemarie Smits: "Ik weet dat onze korfbalvereniging, de grootste in de regio, veel problemen heeft met het huren van een sporthal, maar andere verenigingen kampen met hetzelfde probleem. We willen dit ook met alle regioverenigingen samen aanpakken." Is het alleen een probleem van deze tijd, of speelt het al langer? Nelissen: "Ik korfbal al 25 jaar en zo lang ik me kan herinneren, is er in de winter een zaalprobleem. Maar de situatie is nog nooit zo nijpend geweest als nu." T.Smits:"De laatste jaren komen er steeds meer zaalsporten bij, maar er is geen nieuwe sporthal gebouwd om deze sporten op te vangen. Hierdoor is het probleem de laatste tijd steeds groter geworden." R.Smits "Het is al jaren een pro bleem. Ik zit nu twaalf jaar in het bestuur. In het eerste jaar konden we één uur per week in de gemeente terecht. Nu kunnen we helemaal niet meer in Venray spelen. En dat terwijl onze club alleen maar groter is gewor den." Wat zijn de gevolgen van het tekort aan zaalruimte? Nelissen: "Het meest vervelende is dat we de trainingen en wedstrij den ver weg en op onmogelijke uren moeten houden. Ongeveer 90% van onze wedstrijden wordt buiten de gemeente Venray gehouden. Ik weet dat bij een andere vereniging dit per centage nog hoger is. Er zijn wedstrij den van de midweek en recreanten die niet gespeeld worden, omdat er nergens een plekje vrij is. Verder moe ten jeugdteams vaak al om 17 uur trai nen. Dit is voor de jeugd niet zo erg, maar onze trainsters zijn dan nog niet thuis uit school. Ook wordt er vaak geswitcht met de trainingstijden. Met het drukke schema van de kinderen tegenwoordig - denk aan scouting, muziek, andere sportverenigingen - is dit vaak erg lastig. Binnen het bestuur is er iemand aangesteld die alleen maar bezig is met zoeken naar zaal ruimte voor alle teams. Vooral in deze periode van het jaar kost dat heel veel tijd. Ook krijgen bestuurders vaak te maken met onbegrip van ouders en spelers. We zijn gewoon vrijwilligers, het is niet leuk om steeds uit te leg gen dat we met de rug tegen de muur staan." T. Smits:"Op dit moment kunnen alleen de junioren nog maar in Ven ray trainen. De senioren moeten uit wijken naar Meerlo-Wanssum en de recreanten naar Panningen. Verder zijn we aan het kijken naar een zaal in Sevenum om de trainingen en wed strijden te organiseren." R. Smits: "We wijken uit naar Seve num, park Loohorst, Deurne, Over- loon en Helmond. Het is vervelend dat iedereen zo ver moet rijden. Een ander probleem is dat de grote jeugd nu vaak in kleine zalen terecht komt. Eigenlijk heb je een grote sporthal nodig. Het trainen in die kleine, lage zalen is niet goed voor het niveau van de sport." Verliezen jullie leden door dit probleem? Nelissen: "Tot nu toe hebben we nog geen leden gehad die door dit probleem zijn weggegaan. We kunnen ze nog voldoenden andere dingen bie den. Wel is het zo dat we de ambitie hebben om te groeien. Zowel in kwa liteit - meer trainingen - als in kwan titeit - meer teams -. Door het gebrek aan zaalaccommodatie kunnen we die ambitie moeilijk waarmaken." T. Smits:"Dat probleem komt er helaas wel aan. Voor de leden is er op een gegeven moment een grens bereikt. Ook wordt het ons steeds moeilijker gemaakt om te groeien. Ik hoorde dat er al een handbalver eniging is met een ledenstop. De gemeente is juist bezig om het spor ten te stimuleren, maar vergeet dat er geen ruimte is om de sport te beoefe nen." Theo Smits, Marieëtte Nelissen en Rosemarie Smits. R. Smits: "Tot nu toe nog niet. Maar het is wel de vraag hoe lang ouders het nog volhouden om hun zoon of dochter zo ver weg te brengen." Hoe kan het probleem worden opgelost? Nelissen: "Er moet natuurlijk een sporthal bijkomen. Dat staat ook al in de planning van de gemeente, maar een half jaar geleden is de start van de bouw vertraagd. Die redenen zullen ongetwijfeld goed zijn, maar ondertussen wordt het probleem steeds groter. Eerlijk gezegd betwij fel ik zelfs of één nieuwe sporthal genoeg is voor het grote tekort dat we hebben. Tot een paar jaar geleden hebben we trouwens zelfs nog in een oude tuinbouwloods getraind. Deze accommodatie is natuurlijk helemaal ongeschikt. Momenteel proberen we bij buurgemeenten een plekje te krij gen, maar bij deze gemeenten gaan de eigen verenigingen uiteraard voor. Ondertussen hebben we samen met de andere korfbalverenigingen wel al gesprekken gehad met de wethouder en de organisatie die de accommoda tie beheert. Bij dit soort gesprekken sta je als collectief van korfbalvereni gingen sterker dan alleen." T.Smits:"Er is een nieuwe sporthal nodig. We hebben dit bij de gemeen te aangekaard. De gemeente stond er versteld van, dat het probleem zo groot is. Maar nu wordt er wel werk van gemaakt." R.Smits: "Ja, er moet zeker een hal bij komen. En zelfs dan betwijfel ik of we genoeg ruimte hebben, want iedere sportvereniging wil natuurlijk op prime time sporten." maandag meteen bellen met de Ven- rayse fysiotherapiepraktijk. "Via een eerste screening proberen we al aan de telefoon de ernst van de blessure te achterhalen. Is er een zwelling, kan iemand op zijn benen staan, waar is de blessure, wat is er gebeurd? Vragen die we stellen om te kijken waar het om gaat. Is het echt ernstig dan kan iemand meteen nog dezelfde dag bij ons terecht, zodat we geen tijd verlie zen", aldus Rijsdijk. "Maar hulp bieden kan ook betekenen dat we advies geven. Hou drie dagen rust, of we geven een hoogleg-advies, gebruik ijs, ga fietsen in plaats van rennen. Ook dat hoort er bij", vult Van den Berg aan. Door de goede contacten die beide sportfysiotherapeuten hebben, kun nen geblesseerde sporters ook sneller worden doorverwezen naar bijvoor beeld een orthopeed of sportarts. "De mensen komen er dan makkelijker tussen. Soms nog dezelfde dag. Al blij ven we wel heel scherp bij het bepa len van de ernst van een blessure. We kunnen het ons niet veroorloven om drie keer de mist in te gaan door zon der gegronde reden de mensen naar een orthopeed door te verwijzen." Door de goede contacten in met name de voetbalwereld komen al veel sporters naar de fysiotherapie aan de Helfriehstraat. Zo heeft de praktijk afspraken met SV Venray dat selectiespelers van de club zich bij Van den Berg en Rijsdijk laten behan delen. De specialisatie van beide sportfysiotherapeuten geeft ze een voorsprong op reguliere fysiothera peuten. Jan van den Berg: "Natuurlijk kan iedere fysiotherapeut iemand met een zware enkelblessure of een afge scheurde knieband behandelen. Maar om iemand weer terug op het veld te brengen, is een ander verhaal. Een sporter kapt, draait, springt, komt neer, allemaal specifieke handelingen. Daar spelen we bij de revalidatie op in. Als het weer het toelaat, gaan we ook naar buiten. Dan werken we achter de praktijk op het gras. Dat werkt ook psychologisch naar de sporter toe." "We trainen ook zo sportspeci- fiek mogelijk", vult Brendan Rijsdijk aan. "Een sporter die zijn armen veel gebruikt is een heel ander verhaal dan de voetballer, of hockeyer. We houden er rekening mee welke belas ting wordt gevraagd, maar geven ook adviezen over voeding, schoeisel en Nicole Tielen had eigenlijk jaren geleden al afscheid genomen van de korfbalsport. Op het moment dat ze de studie rechten en management in Nijmegen begon, besloot ze te stop pen bij Erica in America. De huidige trainer van De Peelkorf, Erwin Dijkstra, wist haar over te halen een keer te komen kijken in Ysselsteyn. "Volgens Erwin was het een leuke vereniging die bij mij paste. Bovendien was de verbinding tussen Nijmegen en Venray te doen, waardoor ik toch kon blijven trainen.'Tielen nam de gok en staat nu aan de vooravond van haar vijfde sei zoen bij De Peelkorf. Ze is heel rustig en bescheiden van aard, een karakter eigenschap die haar bij de entree bij De Peelkorf parten speelde. "Het was heel vreemd. Ik kende niemand in de selectie en was bang om de plaats van een andere speelster in te nemen." Joop Ouderland, destijds trainer/ coach van De Peelkorf, dacht daar heel anders over en pakte Tielen met een bij de eerste selectie. "Het ging vanaf het eerste moment goed. Ieder een stond open voor me. Ik moest wel enorm aan het niveau wennen. In mijn eerste seizoen speelde De Peel korf topklasse, twee klassen verschil met Erica. In het begin leek het wel of ik niet kon korfballen.Technisch, maar ook hoe ik moest lopen. Vooral verde digend moest ik nog heel veel leren." In vier jaar De Peelkorf beleefde ze hoogte- en dieptepunten. Promoties naar de topklasse, maar omgekeerd ook weer degradaties naar de hoofd klasse. Tielen: "Er zit een heel groot verschil tussen de top- en hoofdklas se. Het probleem is dat teams uit de hoofdklasse die promoveren er vrij wel altijd meteen ook weer uitvliegen. Die teams krijgen geen kans om zich aan het niveau aan te passen. De pro- motie- en degradatieregels zijn nu aan gepast, waardoor hoofdklasseteams die promoveren meer kans maken om zich in de topklasse te handhaven. Dat is een goede zaak." Als de speelsters van De Peelkorf eindigen" Zoals zo vele jonge meisjes koos Petra van der Haghen op jonge leef tijd voor de korfbalsport. Via de diverse jeugdteams belandde ze al op jonge leeftijd in de eerste selec tie van Oranje Wit. De overstap naar de senioren verliep moeiteloos. In het jaar daarvoor speelde Petra dan ook al 'Engelse weekends', zaterdag bij de junioren en op zondag in het eerste, tweede of derde team. Op zes tienjarige leeftijd ging ze uiteindelijk definitief naar de vaandeldrager van Oranje Wit. "Er stopte een speelster en zo werd ik meteen de nummer acht van het team. Ik moest er meteen vol tegenaan. Maar omdat ik daarvoor als junior regelmatig bij de senioren had meegedaan, verliep de aanpassing zonder problemen." Oranje Wit speelde destijds nog in de overgangsklasse, maar deed vrijwil lig een stapje terug toen verschillende speelsters tegelijk stopten. "Het halve team moest worden vervangen, van daar dat de vereniging besloot om een klasse lager te gaan spelen. Zo konden we bouwen aan een nieuw team." Na Petra van der Haghen kwamen ook Annelie Reintjes, Loes Kateman en Linda van Deurzen al snel in het eer ste van Oranje Wit. Met die drie speel sters vormt Van der Haghen nu nog steeds de geroutineerde kern van de huidige selectie. Het was de afgelopen jaren een beetje het verhaal van Joop Zoete melk en Raymond Poulidor (Pou-Pou), de eeuwigen tweeden in de wieler sport. Oranje Wit verging het net zo als de Nederlander en de Fransman op de fiets. Altijd mee voorin, maar nooit de kampioenstrui om mogen hangen. Maar net zoals Zoetemelk zijn jarenlange inspanningen uiteinde lijk bekroond zag met de zege in de Tour de France (1980) en het beha len van de wereldtitel (1985), daar pakte Oranje Wit vorig seizoen de titel op het veld. "We hebben in de afgelopen seizoenen vaker de pech gehad dat een team telkens net iets beter is. Bovendien verloren we twee beslissingswedstrijden. Dat komt hard aan. En een keer hebben we een voorsprong van vijf punten uit handen gegeven. Dat mag natuurlijk niet gebeuren. Was onze eigen schuld. Daar baal je natuurlijk enorm van, zes keer tweede worden." Petra van der Haghen heeft zelf een mooie omschrijving voor haar kwaliteiten op het korfbalveld: lui, maar wel effectief. In haar team is ze dan ook vaker de rustgevende factor. "Onze kracht is dat we verschillende type speelsters hebben. We vullen elkaar goed aan. De kracht is ook dat iedereen kan scoren. Als iemand zijn dag niet heeft, staat iemand anders op en neemt het voortouw. We hebben afgelopen seizoen wedstrijden gehad waarin alle speelsters scoorden. Dat is redelijk uniek. Het houdt in ieder geval in dat je niet van een of enke le speelsters afhankelijk bent. Voor het team is dat een geruststellende gedachte. We weten precies wat we aan elkaar hebben." Die saamhorigheid heeft een voor geschiedenis. Voor de komst van Meine Jonkers had Oranje Wit geen trainer en moesten de dames de trai ningen zelf leiden. Een bijzonder vervelende situatie. "We hebben toen de koppen bij elkaar gestoken om samen tot een oplossing te komen. Uiteindelijk is toen besloten dat alle speelsters om de beurt een training zouden verzorgen. Bij de wedstrijden werd de coaching gedaan door een bestuurslid of een speelster van het midweekteam. Dat liep boven ver wachting goed. Als team zijn we toen ook enorm naar elkaar toegegroeid." Het aanstellen van Meine Jonkers als trainer/coach was desondanks een verademing. "Natuurlijk, dan staat er iemand boven de groep. Hij geeft goede trainingen en traint op de min dere punten van iedere speelster, maar benadrukt vooral de sterke. Sinds zijn komst spelen we veel gevarieerder en scoren ook makkelijker." De spanning om de titel in de wacht te slepen, leek Oranje Wit steeds meer parten te gaan spelen. De gedachte van iedere keer weer net niet, begon te knagen aan de speel sters van de Leunse korfbalclub. In de buitencompetitie werd daar vorig sei zoen op overtuigende wijze een einde gemaakt. Op de voorlaatste speeldag werd in de uitwedstrijd tegen DOT op imponerende wijze het kampi oenschap binnengehaald. En gevierd. "De ontlading was natuurlijk enorm. Je hebt jaren mee bovenin gedraaid en als het dan eindelijk lukt, ga je uit de bol." Haar ogen glinsteren als het kampioensfeest ter sprake komt.Toch zat er een klein smetje op het seizoen. Op de slotdag werd de ongeslagen status uit handen gegeven in de derby tegen SVOC'01, waardoor ook de Cas- tenrayse/Oirlose combinatie promo- Petra van der Haghen in actie. tie naar de overgangsklasse afdwong. Niet dat SVOC'01 die promotie werd misgund. "Nee, natuurlijk niet. Maar ik wil iedere wedstrijd winnen. Zeker tegen SVOC'01, er is toch onderlinge rivaliteit tussen beide teams. De speel sters kennen elkaar goed, dat is juist een extra stimulans om te winnen." Niet lang getreurd, de volgende opdracht staat vanaf zondag op het programma. Handhaving in de over gangsklasse. "We willen in ieder geval in de middenmoot eindigen. Maar het is afwachten hoe sterk de andere teams zijn. Er zijn vier teams uit de le klasse naar de overgangsklasse gepro moveerd. Dus denk ik dat we ons zeker moeten kunnen handhaven." In de zaalcompetitie is de doelstel ling duidelijker: "Kampioen worden. In de zaal willen we ook naar de over gangsklasse", klinkt het overtuigend. Klasse: overgangsklasse (buiten) en eerste klasse (zaal) Doelstelling: handhaving op het veld en kampioen worden in de zaal Trainer: Meine Jonkers Selectie: Kristie Ambrosius, Linda van Deurzen, Loes Kateman, Petra van der Haghen, Linda Houben, Caroline Michels,Annelie Reintjes, Inge Smits en Rian Derikx. Brendan Rijsdijk (l) en Jan van den Berg starten in oktober het sportspreekuur in Venray. materialengebruik. Al die zaken zijn een meerwaarde van sportfysiothera- pie. Daarbij houden we rekening met de noodzaak hoe snel iemand zijn sport weer kan beoefenen." Jan van den Berg haalt een voor beeld aan. "Aan het einde van vorig seizoen kwam hier een jongetje van twaalf uit Venray, die voetbalt bij NEC, met een knieblessure. We hebben de hele zomer gehad om hem rustig op zijn oude niveau te brengen. Er was geen haast bij. Aan het begin van dit seizoen was hij er opnieuw met dezelfde blessure. Het plan van aan pak is nu heel anders. We proberen hem nu zo snel mogelijk weer terug te brengen.Anders kan hij het hele sei zoen vergeten. Het streven is meestal om de sporter zo snel mogelijk terug te brengen. Voor een sporter is het net zo erg om niet te kunnen sporten, als iemand die niet goed kan adem halen. Iedere geblesseerde sporter probeert weer zo snel mogelijk op het veld te staan. Wij kunnen daar op een profes sionele manier bij helpen." middenmoot Petra van der Haghen (28 jaar) begint aan haar dertiende seizoen in het eerste team van Oranje Wit. Na talrijke tweede plaatsen in de afgelopen jaren werd afgelopen seizoen eindelijk het kampioen schap in de eerste klasse behaald. In de buitencompetitie start het team van trainer Meine Jonkers sinds lange tijd dan ook weer in de overgangsklasse. "De eerste doelstelling is handhaven. We zien wel hoe ver we komen."

Peel en Maas | 2007 | | pagina 32