Donderdag 13 oktober 1994 - Pagina
Dóór Frankrijk en België snelden ze
voort, de mannen van Patton, Hodges,
Dempsey, ze namen Parijs, Brussel,
Luik, zij bevrijden de eerste Neder
landse stad, Maastricht. Het was op
zondag 3 september, dat de moffen in
Venray tekenen begonnen te geven van
enige onzekerheid en ongerustheid. De
Duitse bezetting van het Paters-
klooster, de „Blitzmadel" begonnen in
allerijl met koffers te slepen, terwijl
vanaf Deurne eindeloze rijen mannen
van de Reichsarbeitsdienst op de fiets
Venray binnentrokken.
Rode Kruisauto's reden met grote
vaart door naar het Ziekenhuis in Te-
gelen, dat als Kriegslazaret bestemd
was.
Huizen werden plots gevorderd voor
onderdak van zoveel duizend man
schappen, die Venray op hun terug
tocht „aan" zouden doen, terwijl fiet
sen voor de moffen zeer aantrekkelijke
voorwerpen werden. Geruchten deden
de ronde dat de Amerikanen reeds op
weg waren naar Roermond en de Brit
ten doorgestoten waren in de richting
van Eindhoven.
De verwarring bereikte op dinsdag 5
september zijn hoogtepunt, toen nie
mand - de moffen en wijzelf - eigenlijk
meer wist wat er aan de hand was. De
Blitzmadel trokken huilend op boeren
karren in de richting Venlo, eindeloze
colonnes Duitsers stroomden vanuit
Brabant Venray binnen en trokken
langs allerlei richtingen Venray weer
uit, in de richting der Heimat.
We zien ze nog voorbij sukkelen, de
helden met de Poolse karretjes, getrok
ken door half kreupele paarden, ezels
en zelfs ossen. Karren beladen met sla
pende Sieger" van allerlei rangen en
onderdelen.
Ik zie hem nog zitten de Hauptman
der Infanterie naast de Gefreiter der
Luftwaffe, broederlijk een ezel men
nend, hem aansporend tot grotere
spoed. Maar de ezel die blijkbaar niet
geloofde dat de Amerikanen hem op
de hielen zaten, sjokte kalm en be
daard verder de Leunscheweg op, on
kundig van de angst zijn meesters.
Ja ze waren op de terugtocht, de be-
klimmers van de Elbroes, de bewakers
van den Atlantic Wall, de beschermers
van Europa. De terugtocht over Ven-
rays wegen had iets weg van een span
nende wielerwedstrijd, immers, in lan
ge rijen stonden de honderden toe
schouwers langs de wegen, verheugend
glunderden, zij het dan dat zij hun en
thousiasme moesten beteugelen en niet
openlijk hun „favorieten" mochten
aanmoedigen tot nog grotere snelheid.
Ja we voelden ons reeds bevrijd, want
had onze Deken 's zondags op de
preekstoel niet gesproken van een
dankprocessie in vrijheid naar
Oostrum?!
En dan.de Amerikanen op komst, de
Britten in Eindhoven en Breda.
In alle stilte werden Oranjelinten
verkocht, spandoeken geschilderd, on
ze meisjes maakten Oranje jurken, de
bloemen voor onze bevrijders stonden
klaar.
Sommigen hadden zelfs de stout
moedigheid om bij de heren der elasti
citeit te informeren of de Tommy's al
in Eindhoven waren...
En dan onze Mussertmannen, ook al
aangetast door de bevrijdingsroes; met
hun gehele inventaris trokken de hoge
pieten der N.S.B. onder bescherming
der S.D.-officieren Venray uit, terwijl
de N.S.B.-sloeber met zijn handkarret
je zich aansloot bij z'n Duitse strijd
makkers, die reeds ervaring in de tac
tiek der elastische oorlogsvoering had
den. :i
Venray werkte niet meer, het kon ie
der ogenblik gebeuren... Onderduikers
kwamen met bleke kamergezichten
weer te voorschijn. Venray stond ge
reed.. en om de tijd te doden trokken
velen, rijk en arm, jong en oud, naar
het Duitse textiellager, in het klooster
Jerusalem. Hier bevonden zich 45 ton
textielgoederen, achtergelaten door de
mannen van de „Fuchs" die het blijk
baar niet meer nodig vonden om onder
de dreigende nadering der invasiele
gers, onderbroeken en sokken te sorte
ren.
Alles lieten de heren moffen daar
liggen, en vele Venrayers die de oor
logsjaren gesleten hadden met verstel
de broeken en hemden, zagen hun kans
schoon. Het was daar een waar para
dijs, de Fuchs bood een zeer ruime sor
tering: dameskousen, bustehouders,
overjassen, dassen, onderbroeken etc.
Het was werkelijk een dolle tijd en me
nigeen heeft zich daar in enkele ogen
blikken rijk „gesaboteerd".
HET BEGON IN SEPTEMBER
„Dit is een verhaal van de strijd om de bevrijding van Venray, de
geschiedenis van zware rampspoeden en een duur gekocht geluk, de
vrijheid. Het is 'n geschiedenis van mensen die in doodsangst eikan
der vonden en die elkaar nu alleen kunnen vertellen hoe vreselijk de
ze tijd voor hen was. Het betekent het lijden van de mensen uit de
zwaar beproefde gebieden, waarvan de zwaarte in al zijn felheid
slechts kan gevoeld worden door hen, die deze bevrijdingshei mee
maakten. Hier volgt dan de geschiedenis van Venray, dat na weken
lange artillerieduels, typhoonaanvallen en straatgevechten, in een
puinhoop herschapen, bevrijd werd. Het is een strijd geweest van
weken, voordat de 18 oktober, de dag der vrijheid, aanbrak".
Het verhaal gaat van iemand die zich
een stel leuke strikdassen wilde aan
schaffen en thuis gekomen bemerkte
dat zijn buit bestond uit een doos
met... bustehouders.
Ja, de bevrijding scheen nabij. Er
waren reeds plannen voor een praal-
volle intocht onzer bevrijders, het was
allemaal zo mooi, er was zoveel blijde
spanning en verwachting.
Eindelijk zouden ze dan komen, die
kerels uit Engeland, Amerika, Nieuw
Zeeland, Australië en misschien zelfs
de mannen der Prinses Irene Brigade.
Het was alsof een strak getrokken
masker van onze gezichten was geval
len, de ernstige, zorgelijke trekken wa
ren verdwenen. Men hoefde elkander
het niet te vertellen, je zag het aan iede
reen die je tegenkwam: ze zijn op
komst!
O, die vrijheid, die wij toen zo dicht
bij waanden, wat was ze, meer dan
ooit, ver weg.
Wij wisten het niet dat Duitse en Ne
derlandse SS-ers zich toen bij het Leo-
poldskanaal hadden vastgebeten ach
ter deze stelling, en zo de weg naar
Eindhoven voor het Tweede Britse le
ger versperden. Het drong niet tot ons
door, want verhaalde Robert Kiek niet
steeds van de geallieerde patrouilles die
bij de Grote Barrière de Nederlandse
grens gepasseerd zouden zijn? Wat zei
ons het woord „patrouille", dat kleine
groepje uitgelezen verachters van de
dood, wier uiteindelijk doel slechts was
weer terug te keren naar de hoofd
macht?
Voor ons waren zij de voorhoeden
die op weg waren naar Nederland en
binnen enkele dagen in onze omgeving
te verwachten waren!
De moffen hadden echter hun dwaze
vergissing wel bemerkt; enigszins van
hun schrik bekomen en tot de ontdek
king geraakt dat zij op hol geslagen
vyaren voor slechts loze geruchten,
keerden zij woedend terug en hun hou
ding tegenover de bevolking werd
driester en brutaler.
Met schrik zal Venray altijd terug
denken aan
DONDERDAG 7 SEPTEMBER
Er was tussen de kazerne op het
Veulen en Deurne een kabel doorge
knipt. 300 Mensen werden door de
Ortscommandant gevorderd ter bewa
king. De politie, die opdracht kreeg
om de mensen bij elkaar te verzamelen,
dook met de burgemeester onder!
Een uur later, het was 's morgens
om 7 uur, waren alle mannen uit Ven
ray verdwenen. In paniek trokken ze
de boeren op, de bossen in, kippen
hokken en hooimijten werden voor het
eerst „noodwoning". Venray lag uit
gestorven. Het was zo stil op straat dat
de vrouwen er stil van waren... Een
angstige, dreigende spanning lag over
het dorp, zouden de Grünen komen?
Het werden zenuwslopende dagen,
zo erg zelfs dat dé Ortskommandant
het op zijn zenuwen kreeg, algemene
„amnestie" verleende. De politie en
burgemeester vonden het echter maar
beter om niet aan de oppervlakte te ko
men en te wachten op betere tijden. De
Duitsers hielden zich voorlopig kalm
en Venray werd niemandsland. Het le
ven hernam zijn normaal verloop, ge
werkt werd er practisch alleen door
bakkers en slagers.
Zo regen de dagen zich in dorre een
tonigheid aaneen, je had eigenlijk geen
besef meer van den tijd. Het Tweede
Britse leger zond nog steeds patrouilles
uit over de grens bij Budel, maar ver
der kwam het niet.
Intussen hadden de moffen, na hun
grote trek in onze rijwielen, ontdekt
dat het Nederlandse vee niet in de han
den der Tommy's mocht vallen. Var
kens, koeien en paarden werden gevor-
der, voorlopig nog tegen „zahl schei-
ne"; daarmee onderging onze bevol
king een tijd van de meest bestiale ter
reur, van plundering en roverijen. La
ter zouden Nederlanders, het klinkt
mij als 'n vloek, de Land wachters, aan
dit lugubere werk hun bijdrage leve
ren, zover was het nu nog niet.
Alle menselijkheid verloren de mof
fen echter op dien gedenkwaardige
zondag, toen de wereld voor het eerst
de naam Arnhem in de nieuwsberich
ten hoorde en daarmee de vreselijke
strijd om Nederland begon.
DE HELDERE ZONDAGMORGEN
17 SEPTEMBER
Het was als een belofte, die helder
stralende zon en daar hoog in de lucht
de zwierende Spitfires, die bij Oostrum
's morgens een trein kapot schoten.
Voortdurend vlogen er Tommy's en
om 11 uur dreunde de lucht van zwaar
motorgeronk; vliegende Forten trok
ken in de bekende V-formaties bij hon
derden in noord-oostelijke richting.
Even later klonk uit de verte het doffe
gedonder van neerploffende bommen
op het vliegveld Volkel.
De middag verliep in een sfeer van
angstige spanning en afwachting, tot
dat de radio plotseling om kwart voor
vijf een extra nieuwsbericht uitzond,
dat als een schok door Nederland ging,
ze zijn geland, de Airbornes bij Arn
hem, Nijmegen en Eindhoven.
Weg was alle neerslachtigheid, nu
zou het dan werkelijk gebeüfén, want
ook de hoofdmacht van het Tweede
Britse leger was in beweging gekomen
richting Eindhoven. Het klonk zo
nuchter het communiqué uit het Geal
lieerde Hoofdkwartier:
Hedenmiddag zijn sterke luchtlan
dingstroepen van het eerste Ameri
kaanse lucht leger in Nederland, ten
zuiden van Rijn en Lek neergelaten
ter bevrijding van het Nederlandse
grondgebied".
De dagen die nu volgden waren
van intense spanning en afwachting.
Eindhoven en Nijmegen werden in een
verrassend snelle doorstoot bevrijd,
waarmee de bekende corridor dwars
door Zuid-Nederland een feit werd.
Het was een vreemde situatie voor de
bevolking ten oosten van deze lijn en
ten westen van de Maas. De Duitsers
die totaal overrompeld werden, had
den geen enkele verdedigingslinie en zo
gebeurde het dat verschillende nieuws
gierigen van Venray naar Grave en Nij
megen konden trekken, naar bevrijd
gebied. Zij kwamen terug met geweldig
sterke verhalen over kolossale tanks,
heerlijke Engelse sigaretten, de gemoe
delijke Tommy's, hun overstelpende
overvloed aan allerlei oorlogsmateri
aal.
Er bereikten ons de eerste kranten
uit bevrijd Nederland, waarin in aller
lei toonaarden vreugde en dankbaar
heid werd geuit over het grote geluk
der bevrijding.
Wat was het 'n genot 's avonds on
der het schaarse lichtje van een kaars
in de huiskamer te lezen in het bevrij
dingsnummer van Parool uit Eindho
ven:
.Dankbaar zijn wij, ontzaggelijk
dankbaar voor de bevrijding. Het is
of in ons de sluisdeuren van een
machtigen stroom zijn opengezet.
Wij danken God, die de geschiede
nis van vrede en oorlog, en die in die
geschiedenis zijn weg gaat, en in
wiens weg het ligt ons thans vrijheid
te schenken als een geschenk".
Een amateurfoto van enkele uitgelaten dames
die bij „Fuchs" in de Ursuiaschool hun slag hebben geslagen.
Het was die avond alsof ook wij
reeds bevrijd waren, wat moest dat
toch geweldig zijn: vrijheid. Maar
plots werd ons die beleving van dat ge
luk wreed verstoord toen een stel
schreeuwende moffen op straat er ons
aan herinnerden dat zij er nog waren.
Ja ze waren er nog, deze van angst
schreeuwende kerels. En deze dagen
werd het ons pas recht duidelijk wat
het betekent onder bezetting te leven.
Toen de Britse opmars bij Deurne en
Overloon gestuit werd door de S.S. di
visies en zodoende het front als 'n ijze
ren ring om Venray vastgeklonken
werd, begonnen de heren voorgoed alle
menselijkheid af te leggen.
Bijgestaan door de Nederlandse
Landwacht werden honderden stuks
vee van de boerderijen en de weiden
weggehaald en over de Maas gedreven.
Winkels werden geplunderd, terwijl de
fietsen en andere voertuigen nu een
maal voorgoed verdwijnen moesten.
Hel naderbij komende oorlogsgeweld,
met alom inslaande granaten, deed menig
middenstander zijn etalage dichttimmeren.
Het mocht niet baten.
Voor de tweedemaal werd het duide
lijk dat de bevrijding weer niet zou ko
men in een sneltreinvaart met fanfares
en bloemen. Iedere avond donderden
uit de verte bij Helmond, Asten en
Oploo het geschut, soms luid, dan
scheen het weer verder weg te zijn. En
weer zakte de stemming, moedeloos
heid kreeg de overhand, kwamen ze
dan nooit.
Ja ze zouden komen, maar zo geheel
anders dan wij verwachten.
Het was 30 september toen 's avonds
om half zes 20 Britse Bommenwerpers
de Duitse artilleriestellingen op het
terrein van St. Anna bombardeerden.
Een verschrikkelijke verwoesting werd
aangericht onder de gebouwen? met de
Duitse stellingen werd een groot deel
van St. Anna volkomen vernietigd; 15
doden onder patiënten en ver
pleegsters! Dit was de oorlog, de eerste
vernielingen. De slachtoffers, daarmee
zouden wij de vrijheid moeten kopen.
De avond viel in, een drukkende stem
ming, een sfeer van onheil lag over
Venray, want overal maakten de mof
fen stellingen, stelden luchtafweer op,
terwijl in het donker de tiger-tanks
door de straten kletterden op weg naar
Overloon. Daar moesten ergens de En
gelsen zijn, niemand wist het precies.
Het was 's avonds half negen, toen
een akelig gierend geluid uit de verte
aankwam, steeds sterker werd, en plots
ophield met $pn ontzettende ontplof-
'fing Wat wa? dat.'.Granaten.
'JÜ
Die eerste angst die je bijna doet ver
stijven, maar waarna je onmiddelijk
als een automatische machine je bukt,
ergens tegen aan gaat liggen, als het
maar iets is, dat een gevoel van veilig
heid geeft. Voor de eerj is het een tafel
voor de ander de hoek van de kamer,
als je maar in elkaar ergens onder of
tegen aan ligt!
De ene slag volgde na de andere.
Plots was 4t stil. IJselijk stil. De eerste
granaten waren gevallen, waar ze van
daan kwamen wist niemand, want het
front was nog ver weg. Het is een
vreemde gewaarwording, je denkt ie
dere keer, dat deze granaat voor jou
bestemd is, maar akelig huilend gaat
hij over je heen.
Naarmate er meer komen werd je
„Frontzintuig" wakker, aan de hoogte
van de fluittoon weet je dat de granaat
dichtbij of verder weg neerploft. Uit
eindelijk word je er geheel mee ver
trouwd, hoewel een gevoel van onvei
ligheid en gevaar altijd blijft.
Altijd blijf je gespannen, voortdurend
ben je op een nieuw salvo geconcen
treerd, en het dichtslaan van een deur
kan je tegen de grond doen slaan van
de schrik.
Dat waren dus de eerste granaten en
daarmee werd het kelderleven ingeluid.
Bijna niemand voelde zich meer veilig
's nachts bovengronds en zo werden de
kelders als slaapplaats en later ook als
woonplaats geinstalleerd.
VENRAY TOEVLUCHTSOORD
VOOR EVACUÉS
De strijd bij Overloon naderde zijn
hoogtepunt; vanuit het Venrayse ge
bied brulden, loeiden de Duitse nevel
werpers, een der meest gevreeste mor
tieren voor de Tommys. Juist van deze
.„sobbing sisters" of „moaning min-
nies" zoals onze bevrijders hen later
noemden waren uiterst angstaanjagend
en gevaarlijk.
De Duitse nevelwerpers, electrisch
geladen mortieren met 8 vuurmonden
schoten vanaf St. Anna hun salvo's op
Overloon; doordat in een razend snel
tempo achtereen 8 granaten afgevuurd
worden heeft 't geheel 'n geluid van 'n
loeiende brullende leeuw, die ijselijke
honger heeft. Ook het geluid van een
loeiende koe, benadert de „muziek"
van de nevel werper.
Voortdurend cirkelen de dub-
belstaartige Lightnings, de snelle Spit
fires en Hurricanes over het front en
het Duitse hoofdkwartier Venray. De
ene Typhoonaanval na de andere
volgde op de bossen bij Overloon.
De Duitsers, die kostte wat kostte,
hun goed te verdedigen linies wilden
houden, dreven de bevolking van de in
het front gelegen plaatsen eruit; die
van Overloon, Vierlingsbeek, Maas
hees en Holthees.
Onder granaatvuur en voortdurend
gevaar beschoten te worden door dui
kende Typhoons, trokken de vluchte
lingen voort, slechts weinig mochten
zij meenemen. Waar zij heen trokken
interesseerde de moffen niet, in zwei
stunden heraus dat was alles! Toen bo
den de wegen naar Venray in de eerste
octoberdagen de meest verschrikkelij
ke stoet die ik ooit gezien heb. Mensen
met kruiwagens vol beladen met de
kens en koffers, handkarren met aller
lei bagage. Veel waren er ook die enkel
een zware koffer droegen; gelaten en
willoos sjokten zij voort, af en toe om
kijkend naar hun dorp, waar de hemel
reeds rood door het vuur getekend
was. Dit leek mij de ergste verschrik
king, liever gebleven in de hel van gra
naten bij elkaar, dan in het zicht van
de bevrijding verdreven van datgene
waar je je hele leven voor gewerkt
hebt. Alles ten prooi aan plundering en
vernieling!
Nooit zal ik vergeten de uitdrukking
van die oude man van 70 jaar, een
Overloonse boer, die wist dat zijn
zoons heimelijk waren gebleven „zij
zullen ons goed beschermen".
Ja er waren van die onverschrokken
kerels die zich in de grond groeven en
twaalf dagen leefden van veldwortels,
tot de moffen hen ontdekten en hen
naar Venray stuurden.
Zo werd Venray naast het centrum
der Duitse verdediging tussen corridor
en Maas, toevluchtsoord voor alle ver
drevenen uit de dorpen, die onmidde
lijk in de frontlijn lagen. Dat daardoor
de meest verwarde toestanden ontston
den, is duidelijk.
,Ma^r in nood leren de mensen el
kaar vinden en iedereen nam graag 10
tot 20 evacués in huis; sommige boeren
gaven onderdak aan 50 60 mensen!
Het klinkt nu bijna ongeloofelijk
maar in tijd van nood en gevaar is alles
mogelijk. Eten was er ruim voldoende,
vlees in overvloed want de meesten
slachten hun vee af, omdat of de mof
fen het meenamen of het ten offer viel
aan granaten. Venray's inwoner aantal
steeg in enkele dagen van 17.000 tot
25.000! Intussen vielen enkele malen
per dag de overrompelende salvo's gra
naten, storingsvuur noemt men zoiets,
want stond aan de toegang van Venray
niet: Achtung die Stadt liegt unter feu-
erlichem Störungsfeuer?.
Dit storingsvuur, dat zo eng en ver
anderlijk was door het plots gebeuren,
eiste veel slachtoffers. Ineens was de
lucht gevuld met gierende geluiden,
zware ontploffingen en daarna ijselijke
stilte. Iedere keer klonk daarop het ge
kerm van gewonden, waren sommige
straten gekleurd van het bloed. In één
huisgezin op een morgen drie doden;
ergens anders een jongen voor zijn le
ven verminkt. Venray werd frontstad.
Nu wisten wij het zeker, de moffen
zouden niet meer terugtrekken. Ster
ker, talrijker kwamen de salvo's. On
ophoudelijk doken de Typhoons nog
dicht in de buurt van 't dorp. In al zijn
verschrikking, biedt de duikaanval van
dit vliegtuig, dat deze gevaarlijke ra
ketten neerschiet, iets geweldigs impo
nerend! Eerst enkele malen cirkelend
als een roofvogel die zijn prooi zoekt,
dan plots in een hooggierend geluid
neerstortend, pijlsnel omlaag, terwijl
vuurstralen uit zijn neus spuiten,
gevolgd met raketbommen, die met
een donderende ontploffing alles ver
brijzelen. Wat waren ze bang, de
moffen, voor deze „roofvogels".
Nog was Venray niet het onmiddelij-
ke doel en dus volgde ieder met
gespannen aandacht de duikmanoeu-
vres, van dit nieuwe vliegtuig. Hoog
optrekkend loeiden zij over het dorp
heen, steeds weer neersuisend op
de Duitsers, die zich in de bossen ver
schanst hadden. Voor de toeschouwers
een imponerende wedstrijd; voor hen
op wie het gericht is een vreselijke hel!
Wé zouden het later ondervinden.
Op 6 october kregen de moffen hun
laatste kans, de straten waren bezaaid
met in Duits gestelde vlugschriften,
de vorige nacht door Engelse vliegtui
gen uitgeworpen: Eine minute, die dir
das leben retten kan". Zij die zich over
wilden geven, moesten gebruik maken
van duidelijk zichtbare doeken of
hemden.
Het kwam er eigenlijk niet op aan
wat, als het gebaar maar overduidelijk
was! Hande hoch und weisze Fahne.
Het bleef bij deze aanmoediging van
Engelse propaganda want er wei
weinig succes mee geoogst. Want
vuurden de 88ers en in de avondf
brulden zoals gewoonlijk de nevelwei
per.
Intussen had de radio reeds enkel
malen gemeld dat Overloon gevalle
was en door Amerikaanse tankdivisie
bezet was. Het interesseerde eigenlij
niemand meer, want waarom kwame
zij dan niet door naar Venray.
Drie weken lagen ze nu al in een wij
de boog rond onze plaats, op een a|
stand van slechts zes a zeven kilomi
ter! En als zij dan toch niet doorsta
ten, waarom dan die verradelijke
vo's granaten midden in het dorp
waar bijna geen Mof te zien was!
Niemand begreep er iets van, nooj
hadden wij een oorlog meegemaalii
Wat wisten wij van de betekenis et;
bepaalde streek achter het front dot
beschieting tot gevaarzone voor de vij
and te maken? Venray met zijn vel
kloosters en gestichten, met zijn
kenhuis zou toch zeker wel ontzie
worden? Ze konden er toch wel om
heen trekken en zo de moffen de Maa
overdrijven! Wat wisten wij van de
zeren ring rond Venray, die onze bé
vrijders op een of andere zwakke piel
(als deze er was) open moesten brekt
met enorme zware verliezen?
Voor de burger heeft de oorlogv<n
ring veel onbegrijpelijks, juist datgei
wat vanzelfsprekend lijkt gebem
nooit. Er schijnen zoveel factoren
het spel te zijn, die nooit openbaar)
maakt kunnen worden, dat ook na
loop van de strijd nog talrijke vragt
open liggen. Vooral het bombardi
ment - de vernietiging der etappelinlt
rond Venray aldus de BBC - waarli
het centrum totaal verwoest werd, gi
aanleiding tot de meest bittere uitlalii
gen. Het is zo natuurlijken wellid
waren de Engelsen ook wel niet preci;
op de hoogte der juiste getalsterkte
en posities der Duitse troepen.
Tenslotte werd de bevrijding vi
Overloon definitief door het ingrijp;
van de derde Britse Infanterie-divivsi
en zo was alles gereed voor de gro
aanval, de laatste slag de doorbras
door de Duitse stellingen en mijnenvi
den tussen Overloon en Venray.
Het leven in deze laatste dagen voo
de grote strijd bestond voornamel
uit eten, melk halen bij de boeren
het zorgen voor onze talrijke evacué'
Per dag werden door vele meisjes du
zenden boterhammen gesmeerd en ve:
werkte de gaarkeuken talrijke ketel
heerlijke snert. Een haastig uit
grond gestampt evacuatiecomité zorg
de voor kleren, schoeisel en definiti;
onderdak.
Klooster Jeruzalem, hoofdpost va
de onvermoeid werkende Geneeskui
dige Dienst, nam 800 evacués op!
die kloosters en gestichten, wat zijn
in deze tijd voor Venray niet geweesl
Onvergetelijk zijn de prachtige staall
jes van persoonlijke moed van
broeders en zusters geweest, oven
stonden ze klaar om de zwaar getrofft
nen op te nemen!
De gestichten en kloosters St. Anna
Servaas, Jeruzalem, St. Jozef, Zieken
huis, Patersklooster even zovele centr
voor gewonden, zieken en evacué!
Venray kan hen niet genoeg dankbaa
zijn voor hun heroisch werk in de urci
des gevaars! Ja het gevaar, het maal
iemand ofwel tot een lafaard, of to
een held. Angst in deze tijd overviel
dereen, het was slechts de vraag of j
meester van jezelf kon blijven of niel
Naast tonelen van ergerlijk egoisme
angst voor eigen lijfsbehoud zijn
veel mannen en vrouwen geweest di
enkel het woord plicht kenden. Dik
wijls waren het juist de eenvoudige
die met ware doodsverachting gewon
den hielpen of doden wegbrachtei
Boven alles zie ik de figuren van de lei
der van de geneeskundige dienst,
geestelijken, de jongens en kerels vai
de luchtbescherming en brandweer.
Overal zijn ze geweest, de helden, iede
re straat en iedere buurt kende zo zijr
eigen leiders in die dagen, naamioo1
zijn ze, zij zullen het wellicht blijven.
Iedere dag bracht nieuwe slachtof
fers men raakte eraan gewend. Dins
dag 10 october negen doden ineens
een onverhoedse granaat beschieting
Woensdag 11 october werd het aantal
vermeerderd tot 15 en de volgende dap
zou wel weer zijn slachtoffers eisen
Het was deze verschrikkelijke onzeker
heid die zo ondraaglijk was, gebeurd;
er maar iets definitiefs, iets geweldigs
dat aan alle spanning een einde maakt
Als het dan zo moeilijk ging de moffen
eruit te krijgen waarom dan
luchtvloot van duizend bommenwer
pers op de stellingen neergelaten!
Waarom geen zwaar trommelvuur zo
als bij Caen, waar het pleit binnen en
kele uren beslist was!.
De avond van de 11e october viel in,
met dezelfde nerveuze dreigende sfeer
van ieder weerkerende duisternis, ver
weg brulde de nevelzwaaier, ploften
granaten met een matte slag neer, klet
terden de laarzen van schreeuwende
moffen over de straat. En in de kelders
klonk die avond het gewone rozen
krans «-gebed, want het was Maria
maand.
Het was een avond vol heldere ster
ren met ongekende en toch vertrouwde
geluiden met aan de kant van Overloon
het flitsen van de monotoon vurende
kanonnen. En aan de einder ver weg
scheen een blauw witte streep, het
kunstmatige maanlicht dat boven het
front hing. Het was een avond als ieder
ander der laatste weken, het leek alsof
de strijd was gaan stilstaan. En weer