DE VERANDERINGEN IN DE SOCIALE ZEKERHEID
Stroom- en t.v.-storing
U SPREEKT MET HET
ANTWOORD A PP ARA AT.
VERANDERINGEN IN DE AOW
PER 1 JANUARI 1987
NIEUWE
WERKLOOSHEIDSWET
Bijstand
Tussen Kerst en Nieuwjaar kan men
„interessante" gesprekken voeren met
diverse antwoordapparaten.
Wanneer in Venray, zomaar op een
zondagavond rond half elf. de stroom
bij de een kort en bij de ander lang uit
valt en de op de kabel aangesloten tele
visie voor drie kwartier een dood ding
wordt, wordt je als kranteman nieuws
gierig. Je voelt, dat het je plicht is de le
zers te vertellen wat er aan de hand is ge
weest.
Dan wacht je tot maandag met het
bellen van de PLEM om te weten te ko
men waar en wat de storing was.
Bij de PLEM Venray vertelt het ant
woordapparaat, dat de boel gesloten is
en dat men in dringende gevallen de cen
trale wachtdienst in Valkenburg kan
bellen.
Dat doe je dan, om daar te horen te
krijgen op 5 januari maar terug te bel
len, omdat ze daar geen fluit afweten
van een mogelijke storing in Venray.
Nee, Maastricht hoef je ook niet te bel
len, want daar is men ook tot 5 januari
gesloten.
Dan maar eens geprobeerd bij de
Venrayse Kabel T.V.
Het antwoordapparaat vertelt, dat
het kantoor momenteel niet bezet is,
maar dat je Edsas B.V. in Tienray moet
bellen in geval van storing.
Het Tienrayse antwoordapparaat ver
telt een lang verhaal. Op het moment,
dat we ons geduld dreigen te verliezen,
wordt er nog even vermeld, dat er voor
dringende gevallen monteur Hoeyma-
kers in Tienray kan worden gebeld. Ge
lukkig heeft hij geen antwoordapparaat
maar wel een vriendelijke echtgenote,
die belooft, dat haar man zal terugbel
len.
Misschien dat men op het gemeente
huis iets weet? Hier gelukkig geen ant
woordapparaat, maar een bode, die kan
doorverbinden met de gemeentelijke
man van de Kabel T.V. die zich als een
kapitein op een verlaten schip voelt. Ve
le collega's hebben tussen Kerst en
Nieuwjaar verlof. Hij vermoedt, dat de
hoogspanning was weggevallen waar
door in het kopstation van de Kabel
T.V. op de Hoge Beek, de zekeringen
van de beveiligingsapparatuur waren
uitgeklapt. Tja, dan duurt het even
voordat er een monteur de zaak komt
herstellen (Zeker als je met een werkelij
ke klacht van het ene antwoordapparaat
naar het andere wordt verwezen... denk
je dan zeer terecht).
De heer Hoeymakers in Tienray blijkt
dan een man van zijn vrouws woord te
zijn. Hij belt op de afgesproken tijd te
rug en weet te vertellen, dat zondaga
vond rond half elf een hoofdzekering in
een transformatorhuisje van de PLEM
in de buurt van „Jerusalem" het had
begeven, hetgeen in ,wjjd,e omgeving -
zeifs-toP-Over de Maas - merkbaar was
door een secondekorte lichtstoring en
het uitvallen van televisiebeelden in
Venray. In ruime omgeving van hel
transformatorhuisje heeft men tot drie
kwartier zonder licht gezeten.
Omdat ook het kopstation van de Ka
bel T.V. op de Hoge Beek geen stroom
had, bleven de op de kabel aangesloten
televisietoestellen drie kwartier van beel
den verstoken.
De Edsas-monteur was tien minuten
na de storingmelding al op de Hoge
Beek, maar kon niets doen omdat er
geen stroom was.
Rest voor een persman dan nog de
vraag, wat er precies aan de hand was in
het transformatorhuisje en waarom het
herstellen drie kwartier moest duren.
Een telefonische rondwandeling langs
de adressen van de ons bekende Venray
se PLEM-mers leverde slechts de mede
deling op, dat alleen de rayonchef het
verlossende antwoord zou kunnen ge
ven.
We hebben maandag u-u-u-ren lang
geprobeerd de goede man thuis op te
bellen, maar kennelijk heeft hij géén
ant woordapparaat
PEEL EN MAAS
EEN ABONNEMENT WAARD!
In een bijzonder sfeervol Modehuis Thomassen speelde op de
laatste koopavond voor de Kerst weer de Venrayse Orkest
vereniging. - I ^1
Ieder jaar weer een gezellige happening in de Kersttijd.
Angelique Bovee uit Ysselsteyn is stu
dente aan het CIOS - tegenwoordig
MDGO-SB geheten - te Sittard. Als
tweedejaars studente van de driejarige
opleiding heeft zij bij het vak Neder
lands de opdracht gekregen een artikel
met betrekking tot de sport te schrijven.
Zij was vrij in de keuze van het thema.
Haar keuze is gevallen op de relatie,
welke sport heeft met het dagelijkse le
ven. Als werkstuk zou haar pennevrucht
succes hebben, wanneer het zou worden
gepubliceerd. Omdat wij van mening
zijn, dal het artikel veel waarde kan
hebben voor alle sportende mensen en
bovendien goed geschreven is, zijn wij
graag bereid haar artikel in zijn geheel
op te nemen.
„Men zal zich waarschijnlijk afvra
gen hoe het mogelijk zou kunnen zijn,
dat sport je verder helpt in je dagelijkse
leven" begint Angelique Bovee haar
verhaal, dat op deze vraag een duidelijk
antwoord geeft.
„Hoe kan dribbelen met de bal mij
nu helpen bij het programmeren van de
computer?". ZO eng moet men het nou
ook weer niet zien. Menigeen heeft de
neiging om sport slechts als een hobby
te zien. Dat is verder helemaal niet erg
als men daarbij maar niet vergeet, dat
sport wel degelijk een connectie heeft
met ons leven. Je spel op het veld of in
de zaal, toont je karakteristieke gedrag
beter, dan een gewone ervaring. Op het
veld zie je je typische reacties duidelij
ker naar voren komen. En naarmate de
druk van het spel groter wordt, worden
je diepgewortelde persoonlijke karakte
reigenschappen duidelijker. Als we de
belemmeringen voor het plezier in de
sport kunnen wegnemen, kunnen we
dat misschien ook voor andere aspecten
van ons leven.
EIGENSCHAPPEN
Hoe meer druk je voelt in een spel,
hoe meer die eigenschappen aan de dag
treden. Zelfs de soort druk die je er
vaart, zegt 'iets over je innerlijke hou
dingen en .neigingen, want je kiest die
speciale druk als het soort mens dat je
bent. Iemand die zeer prestatief is in
gesteld bijvoorbeeld, voelt de dwang om
ten koste van alles te winnen.
Zoals je hebt geleerd (of nog niet hebt
geleerd) je objectiever en minder ver
oordelend op te stellen tegenover je
spel, zo kun je diezelfde principes ook
toepassen op je leven. Ervaring kan je
leraar worden, niet een bron van nega
tieve oordelen. Het ontleden van je pro
blemen in de sport is niet veel anders
dan het ontleden van je problemen in
het leven. Je krijgt zo een duidelijker
beeld van je problemen. Iedereen, af
hankelijk van zijn persoonlijkheid, is
bang als hij tegenover een zelfgekozen
uitdaging staat, zoals een examen, inter
view, of één van de vele druk-
veroorzakende omstandigheden. Dit
zijn situaties die analoog zijn aan de
sport, omdat je ze zelf kiest.
VRAGEN
Net als in de sport zijn er momenten
waarop je zó angstig bent, dat het je
prestaties kan belemmeren. Als dit je
overkomt, moet je allereerst afvragen
hoe en waarom je zo angstig bent, zodat
je die angst kunt verwerken voordat er
een emotioneel sneeuwbal-effekt plaats
vindt. Een tip hierbij is: breng je per
soonlijkheidskenmerken in verband met
de soort druk die je op het sportveld
beïnvloedt. Dit kan leiden tot een groter
bewustzijn van je reacties op stress
situaties buiten het sportveld om.
Teneinde die reacties te structureren,
moet je je gedachten nagaan vóór, tij
dens en na een wedstrijd.
Hoe voel je je vóór de wedstrijd?
Denk je meestal dat je zult winnen of
verliezen? Ben je bang dat je zult falen?
Falen tegenover jezelf of tegenover de
anderen?
Wat zijn je reacties tijdens de
wedstrijd? Wat voel je als je een goede
bal hebt geschopt of geslagen? Geef je
jezelf een complimentje of heb je het ge-
voél" dat de volgende even goed moet
zijn?
REACTIES
Hoe reageer je na een wedstrijd? Als
je verliest ben je dan kwaad op jezelf?
Als je wint, voel je je dan beter als de
andere spelers? Als je nadenkt over de
antwoorden op deze vragen binnen de
sportervaring. kun je begrijpen hoe een
dergelijk gedrag aansluit bij je reacties
op de uitdagingen en stress van het da
gelijks leven. Als je nu weet hoe je die
reacties op het veld kunt isoleren en be
heersen, kun je ditzelfde doen voor de
reacties buiten het sportveld om.
Luister naar jezelf tijdens een
wedstrijd. Vaak zijn de dingen die je je
zelf hoort zeggen onthullend. Als je je
zelf bijvoorbeeld hoort zeggen: „Het
lukt me nooit", dan kan ik je verzeke
ren dat het geen oordeel van jezelf is ten
aanzien van de onmiddelijke uitdaging;
je herhaalt misschien een lang vergeten
kritiek van een van je ouders, uit je
jeugd, die vroeg: „Kan je dan helemaal
niets goed doen?" Als je je eigen naam
voor je uitmompelt op het sportveld,
zoals een boze vader zou doen, herleef
je een verleden dat je heden kan ver
woesten.
VERANTWOORDELIJKHEDEN
Er gaai een hoop in ons om tijdens
een wedstrijd, en als we willen kunnen
we dat materiaal gebruiken om een be
ter inzicht te krijgen in onszelf.
De ontspanning, de concentratie en
geestelijke en lichamelijke herhalingsoe
fening, kunnen in dagelijkse stress
situaties worden gebruikt. Je kunt je op
die manier voorbereiden door het in ge
dachten te beleven met een redelijke ma
te van zelfverzekerdheid, en je te con
centreren op je bekwaamheden in plaats
van op je twijfels en angsten.
Zoals je verantwoordelijkheid voor je
zelf neemt ophet veld en meer vreugde
uit het spel put, zo kan je ook leren gro
tere verantwoordelijkheid te nemen
voor jezelf in alle andere situaties en
daarbij nog voldoening aan hebben.
Dal is je eigen spel spelen in hel leven.
En ik hoop dat je dat zult doen, want
het kan je alleen maar meer plezieren
ontwikkeling geven.
Per 1 januari 1987 veranderen
er een aantal dingen in het stelsel
van sociale zekerheid. Dit is voor
iedereen belangrijk. Hieronder
zetten wij de hoofdlijnen van de
nieuwe wetten uiteen:
Gehuwden en samenwonen
den zullen in de sociale verzeke
ringswetten gelijk worden behan
deld. Hel maakt daarbij niet uit
of het gaat om een man en een
vrouw of twee mannen of twee
vrouwen. Hun uitkering wordt
volgens dezelfde regels vastge
steld als bij mensen, die ge
trouwd zijn. Familieleden in de
eerste en tweede graad (bijvoor
beeld vader - dochter en groot
vader - kleindochter) worden niet
als samenwonend behandeld.
In plaats van de bestaande
Werkloosheidswet (WW) en de
Wet Werkloosheidsvoorziening
(WWV) komt een Nieuwe Werk
loosheidswet (NWW). Wie werk
loos wordt krijgt een uitkering,
die wat duur betreft afhangt van
het aantal jaren dat gewerkt is.
Dit is het zogenaamde arbeids
verleden. De uitkering bedraagt
70% van het laatstverdiende loon
(met een bepaald maximum).
Daarna hebben sommige
werklozen nog recht op een ver
volguitkering. Deze bedraagt
70% van het minimum-loon en is
niet afhandelijk van het even
tuele inkomen van een partner.
Deze uitkering duurt een jaar.
Voor mensen die onder het
sociale minimum dreigen te
komen, komt er een Toeslagen
wet.
Sommige mensen die op het
moment dat ze werkloos worden
50 jaar of ouder zijn en werk
lozen die gedeeltelijk arbeidson
geschikt zijn, komen niet langer
in de Bijstandswet. Zij komen nu
in aanmerking voor de Inko
mensvoorziening voor Oudere en
gedeeltelijk Arbeidsongeschikte
Werkloze werknemers (IOAW).
Voor nieuwe gevallen van
gedeeltelijke arbeidsongeschikt
heid zal er geen rekening meer
worden gehouden met een ge
deeltelijke werkloosheid. Mensen
onder de 35 jaar zullen in ver
band met hel wegvallen van de
werkloosheidscomponent bin
nenkort herkeurd worden.
Per 1 januari 1987 zal in de Algemene
Ouderdomswet (AOW) een aantal
wijzigingen worden doorgevoerd.
Vanaf die datum
worden ongehuwd samenwonenden
(ongeacht het geslacht) gelijkgesteld
met gehuwd samenwonenden;
hebben ongehuwden met een kind
jonger dan 18 jaar onder bepaalde
voorwaarden recht op een hoger
pensioen.
ONGEHUWD SAMENWONEN
Vanaf 1 januari 1987 zullen degenen
die „ongehuwd samenwonen" voor de
AOW worden beschouwd als gehuwd.
Dit heeft tot gevolg dat een ongehuwd
samenwonende vanaf die datum recht
heeft op het gehuwdenpensioen (in 1986
was dat maximaal 799,35 bruto per
maand) in plaats van het ongehuwden-
pensioen (maximaal 1.106,24 bruto
per maand). In het geval dat de pen
sioengerechtigde een partner heeft die
jonger is dan 65 jaar bestaat naast het
gehuwdenpensioen tevens recht op een
toeslag (maximaal 799,35 bruto per
maand).
Iemand wordt als „samenwonend"
aangemerkt als hij of zij met één ander
duurzaam een gezamenlijke huishou
ding voert. Van duurzaam is sprake als
de gezamenlijke huishouding tenminste
drie maanden heeft geduurd. Onder een
gezamenlijke huishouding wordt ver
staan dat men een woning deelt. Daar
naast moeten beiden een bijdrage
leveren in de kosten van de huishouding
of op andere wijze in de verzorging van
elkaar voorzien. Daar is bijvoorbeeld
sprake van in de volgende situaties:
beide partners betalen gezamenlijk
de boodschappen, de gasrekening
e.d.;
één van de partners onderhoudt de
ander financieel.
Degene die samenwoont met zijn of
haar vader, moeder, kind, broer, zuster
of kleinkind wordt niet aangemerkt als
samenwonend voor de AOW.
SAMENWONEN
VÓÓR 1 JANUARI 1987
Samenwonenden die beiden vóór 1
januari 1987 recht op een AO W-pen
sioen hebben gekregen blijven hun on-
gehuwdenpensioen houden.
Hun ongehuwdenpensioen wordt dus
niet gewijzigd in een gehuwdenpen
sioen.
Wanneer een pensioengerechtigde
vóór 1 januari 1987 al is gaan samen
wonen met een partner die jonger is dan
65 jaar bestaan er twee mogelijkheden:
1. De pensioengerechtigde wil met
ingang van 1 januari 1987 een gehuw
denpensioen en een toeslag gaan ont
vangen. Met ingang van de maand
waarin de jonge partner 65 jaar wordt,
vervalt de toeslag en krijgt de partner
recht op een eigen gehuwdenpensioen.
2. De pensioengerechtigde wil zijn
ongehuwdenpensioen blijven ontvan
gen. De pensioengerechtigde heeft in dit
geval géén recht op de toeslag. Met in
gang van de maand waarin de jongste
partner 65 jaar wordt krijgt deze een
zelfstandig recht op een gehuwdenpen
sioen. De oudste pensioengerechtigde
behoudt zijn of haar ongehuwdenpen
sioen.
Iedere betrokkene kan voor zichzelf
nagaan wat op den duur de gunstigste
keuze is. Degenen die wensen voor het
gehuwdenpensioen en de toeslag in aan
merking te komen kunnen dit schrifte
lijk melden aan de Raad van Arbeid of
de Sociale Verzekeringsbank*. In de
brief moeten de naam en de geboorte
datum van de pensioengerechtigde en de
naam en geboortedatum van de partner
vermeld worden. Degenen, die het on
gehuwdenpensioen willen blijven ont
vangen, hoeven niets te ondernemen.
HUWELIJK NA BEREIKEN
VAN 65-JARIGE LEEFTIJD
Tot 1 januari 1987 behielden twee
pensioengerechtigden die al een onge
huwdenpensioen ontvingen en in het
huwelijk treden beiden recht op het
ongehuwdenpensioen. Dit is vanaf 1
januari 1987 niet meer het geval.
Dan zal na het huwelijk het pensioen
van beide echtgenoten worden gewij
zigd in een bedrag van het gehuwden
pensioen. Hetzelfde zal gebeuren als
twee ongehuwde pensioengerechtigden
gaan samenwonen. In het pensioen van
degenen die vóór 1 januari 1987 al een
ongehuwdenpensioen ontvingen en al
vóór deze datum getrouwd waren of
samenwoonden, wordt geen wijziging
gebracht.
ONGEHUWDEN MET EEN KIND
JONGER DAN 18 JAAR
Vanaf 1 januari 1987 hebben onge
huwde AOW-pensioengerechtigden met
tenminste één kind jonger dan 18 jaar
onder bepaalde voorwaarden recht op
een hoger pensioen dan nu hebben. Dit
hogere pensioenbedrag bedraagt
bruto J 1.439,per maand.
De voorwaarden zijn de volgende:
de pensioengerechtigde mag niet sa
menwonen met een partner (zie hier
voor onder ongehuwd samenwo
nen);
het kind mag niet tot het huishou
den van een ander behoren;
voor het kind moet recht bestaan
op kinderbijslag.
Degenen die menen voor een verho
ging van hun pensioen in aanmerking te
komen kunnen dit schriftelijk melden
aan de Raad van Arbeid of de Sociale
Verzekeringsbank*.
In de brief moet vermeld worden:
De NWW geldt voor werknemers en
binnenkort ook voor dienstplichtigen.
In de toekomst zal deze wet ook voor
ambtenaren gaan gelden.
Werkloos is men als men minimaal
vijf uur van de baan verliest. Bij een
baan van minder dan tien uur moet men
tenminste de helft van het aantal ar
beidsuren verliezen om als werkloos be
schouwd te kunnen worden. De nieuwe
wet kent twee soorten uitkeringen. In de
eerste plaats een uitkering die gekop
peld is aan het laatstverdiende loon
(70% daarvan). De duur van de uitke
ring hangt af van het arbeidsverleden en
varieert van een half jaar tot vijf jaar.
Daarna volgt een zogenaamde ver
volguitkering, die een jaar duurt. De
hoogte hiervan bedraagt 70% van het
minimum-loon, dus een vast bedrag.
De vraag is nu: „Aan welke eisen
moet u voldoen om voor een uitkering
van de Werkloosheidswet in aanmer
king te komen?"
U krijgt een basisuitkering van een
half jaar als u 26 weken heeft gewerkt in
het jaar voordat u werkloos werd.
Om voor een langere uitkering in aan
merking te komen moet u van de vijf
jaar, die voorafgaan aan de werkloos
heid, er tenminste drie in dienstbetrek
king hebben gewerkt. Wordt aan deze
belangrijke „3 uit 5-eis" voldaan, dan
hangt het van het arbeidsverleden af
hoe lang u de verlengde uitkering ont
vangt.
Daarna heeft u dan recht op een ver
volguitkering. De vervolguitkering
duurt doorgaans een jaar. Alleen werk
lozen, die ouder zijn dan 57 Vi jaar
naam, geboortedatum en uitkerings
nummer van de pensioengerechtigde
naam en geboortedatum van het
kind/de kinderen jonger dan 18 jaar
Afhankelijk van de instantie die het
AOW-pensoen verzorgt. Of dit de Raad
van Arbeid is of de Sociale Verzeke
ringsbank kan men nagaan aan de hand
van het uitkeringsnummer. Eindigt dit
nummer op -60 of -70, dan krijgt men
het pensioen van de regionale Raad van
Arbeid.
Eindigt het nummer op andere
cijfers, bijvoorbeeld -00, dan kan kon-
takt worden opgenomen met de Sociale
Verzekeringsbank, postbus 77000, 1007
MG Amsterdam. Het telefoonnummer
van de SVD is: 020 - 5729111
loopt de vervolguitkering tot zij 65 jaar
zijn.
Mensen die jonger zijn dan 50 jaar en
de NWW hebben doorlopen, kunnen na
de werkloosheidsuitkering een beroep
doen op de bijstand.
Een nieuwe regeling is ontworpen
voor mensen die tussen de 50 en 57 Vi
jaar waren op het moment dat zij
werkloos werden. Deze regeling is de In
komensvoorziening voor Oudere en Ge
deeltelijk Arbeidsongeschikte Werkloze
werknemers )IOAW).
IOAW
Zoals de naam Inkomensvoor ziening
voor Oudere en gedeeltelijk Arbeidson
geschikte Werkloze werknemers al zegt
is de IOAW ontworpen voor oudere
werklozen en degenen die gedeeltelijk
arbeidsongeschikt zijn. De uitkering
bedraagt 70% van het bruto minimum
loon. Bij de IOAW wordt rekening ge
houden met het inkomen van de part
ner, maar niet met een eventueel ver
mogen. Hiermee wordt voorkomen dat
mensen op latere leeftijd bijvoorbeeld
gedwongen worden hun „huis op te
eten".
TOESLAGENWET
Het is mogelijk dat een uitkering van
70% van het laatstverdiende loon onder
het sociaal minimum blijft. De Toesla
genwet geeft dan een aanvulling op de
volgende uitkeringen: Werkloosheid-
wet, WAO, AAW en Ziektewet. Zo
wordt voorkomen dat uitkeringsgerech
tigden onder het sociaal minimum be
landen. De Toeslagenwet houdt wel
rekening met het inkomen van de part
ner. Het vermogen blijft, evenals bij de
IOAW, buiten beschouwing.
AAW/WAO
Het werkloosheidsdeel in de Arbeids
ongeschiktheidsuitkeringen wordt afge
schaft. Dat betekent dat voor mensen
die na 1 januari 1987 een arbeidsonge
schiktheidsuitkering zullen krijgen,
geen rekening meer wordt gehouden
met hun kansen op de arbeidsmarkt. 4
Voor degenen die nu al een arbeids
ongeschiktheidsuitkering hebben waar
in wel een gedeeltelijke werkloosheid is
„ingebouwd" verandert er niets. In de
nieuwe regeling krijgt iemand die ge
deeltelijk arbeidsongeschikt is en ge
deeltelijk werkloos, twee uitkeringen:
een gedeeltelijke arbeidsongeschikt
heidsuitkering en een gedeeltelijke
werkloosheidsuitkering. Deze laatste is
tijdelijk. Na afloop van de werkloos
heidsuitkering kan IOAW worden aan
gevraagd.
De regeling geldt zoals gezegd voor
mensen, die na 1 januari arbeidsonge
schikt worden. Voor degenen die al
voor die datum arbeidsongeschikt wa
ren, verandert er dus niets.
De arbeidsongeschikte, die nu jonger
is dan 35 jaar, wordt binnen twee jaar
herkeurd en valt dan ook onder de
nieuwe regeling.
WAAR MOET U NAAR TOE?
De bedrijfsverenigingen voeren de
Werkloosheidswet uit, evenals de ar
beidsongeschiktheidsuitkeringen en de
Toeslagenwet. De IOAW en de Bijstand
worden uitgevoerd door de gemeente
lijke sociale diensten of de afdeling
sociale zaken van de gemeente.
In grote lijnen zijn dit de verande
ringen in de sociale zekerheid. Heeft u
nog vragen? U kunt zich richten tot uw
bedrijfsvereniging of de gemeentelijke
sociale dienst (afdeling sociale zaken).
per maand
1 1495,80
f 1346,25
Voor echtparen zonder en met kinderen
'is het normbedrag: per week
f 345,20
Voor éénoudergezinnen
is het normbedrag f 310,65
Bij gezinnen die met anderen een woning bewonen, vindt een vaste aftrek
plaats van f 157,70 per maand.
Het vakantiegeld bedraagt bij echtparen f 81,31 per maand en bij éénouderge
zinnen f 73,18 per maand.
Voor thuisinwonende (werkloze) kinderen
zijn de normbedragen:
bij 20 jaar
bij 19 jaar
bij 18 jaar
Voor alleenstaanden (niet woningdelers)
zijn de normbedragen:
bij 23 jaar en ouder
bij 22 jaar
bij 21 jaar
bij 18-19-20 jaar
Voor alleenstaanden (woningdelers)
zijn de normbedragen:
bij 23 jaar en ouder
bij 22 jaar
bij 18 t/m 21 jaar
Het vakantiegeld voor alleenstaanden en thuisinwonende kinderen
bedraagt per maand:
bij 23 jaar en ouder f 56,92
bij 22 jaar f 55,30
bij 21 jaar f 52,87
bij 20 jaar f 44,55
bij 19 jaar f 38,23
bij 18 jaar f 32,94
Het vakantiegeld wordt eens per jaar, in juni, uitbetaald.
per week
per maand
f 99,80
f 432,40
79,75
345,60
f 79,25
f 343,50
per week
per maand
241,65
f 1047,05
f 207,40
f 898,70
f 180,30
f 781,25
f 168,80
f 731,50
per week
per maand
f 205,25
889,35
f 175,95
f 762,40
f 168,80
f 731,50