IS 25 jaar Duits kerkhof WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN Elektro Jacobs VRIJDAG 27 AUGUSTUS 1971 No. 34 TWEE EN NEGENTIGSTE JAARGANG VOOR AL UW DRANKEN PEEL EN MAAS DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 2727 GIRO 1050652 ADVERTENTIEPRIJS 14 ct. per mm. ABONNEMENTS PRIJS PER HALFJAAR 5.85 (bij vooruitbetaling) In een eenvoudige kist gingen vorige week de stoffelijke resten van wat eens Gefreiter Potinecki was, terug naar de Heimat. Een be grafenisonderneming had na veel zoeken het Duitse kerkhof in Ys- selsteyn gevonden en kwam nu, ozals allemaal was afgesproken, dit stoffelijk overschot halen voor zyn laatste en definitieve tocht terug naar huis DE WEG TERUG De 246ste van de ruim 30.000, die op dit kerkhof rusten, die terug naar huis gaat. Er is een heel drama aan vooraf ge gaan voordat Potinecki geïdentifi ceerd was, herkend werd en tenslotte naar huis kon worden overgebracht. Een drama, dat begon toen een Amerikaan ver in Duitsland op het een of andere gemeentehuis het Sold- buch van deze Gefreiter op tafel gooide en niets anders wist te ver tellen als dat hij in Nederland geval len was. De weduwe Potinecki, die veel later door dat gemeentebestuur op de hoogte werd gesteld, begon toen een schier hopeloos gevecht. Zij probeerde de namen te achterhalen van kameraden en van oommandan- ten. Toen ze die eenmaal had, werden die mensen opgezocht en gevraagd wat zij wisten van het verscheiden van haar man. Tenslotte is er een die zich kan herinneren dat hij op de pont in het Nederlandse Kessel was, die daar in de woelige oorlogsdagen omgeslagen is en waarbij verschillen de mensen het leven verloren. Dan is ze naar Holland gekomen en naar Kessel om daar verder te zoeken. Inderdaad blijkt die pont ver gaan te zijn en men weet na al die jaren nog dat na dat ongeluk drie lijken zijn aangespoeld van Duitsers in Maasbree, die ter plaatse begra ven zijn. In Maasbree weet men dat de stoffelijke resten ook al weer enige jaren terug zijn ppgegraven en naar het soldatenkerkhof in Ysselsteyn zijn overgebracht, waar de drie naast el kaar rusten met het plaatje „Unbe- kannt". Frau Potinecki geeft de moed niet op, komt naar Ysselsteyn en vraagt naar Kapitein Timmermans, aan wie ze verslag doet van haar zwerftoch ten en ondervindingen. Dan begint daar een goed geoliede machine, met 25 jaren ervaring, te lopen. Frau Potinecki moet een vra genlijst invullen over haar man, waarin naar allerlei bijzonderheden gevraagd wordt. Hoe zijn tanden er uit zagen, of hij ziekten gehad heeft, been- of armbreuken, kortom na 25 jaren moet deze weduwe precies ver tellen, hoe groot haar naan was, of hij X benen had en aan welke kwalen hij leed Ze doet dat .ofschoon er vele din gen zijn, die ook zij niet meer weet. Maar hij had een gouden tand en heeft heel vroeger een keer zijn been gebroken gehad. Terug in Duits land stuurt ze een foto en de man blijkt nog al een markante schedel te hebben. Dan zijn de drie unbekan- ten opgegraven en op de sectietafel terecht gekomen. Bij een van hen treft men inderdaad een verdikking aan in de beenbotten, een zeker teken dat dat ooit gebroken was. Waar de gouden tand moest zitten, is nu in de kaakresten een gat, dat, zoals echter deskundig kan worden vastgesteld, eerst na begraven er in is gekomen. Als laatste redmiddel fotografeert men de overgebleven schedel en pro jecteert die over de foto van de over ledene. Dat blijkt „te passen", zoals ook een schoenrest (die meebegraven wordt) aantoont dat die de maat heeft van wijlen Potinecki, wiens overige maten ook blijken overeen te stemmen met die van de stoffelijke resten. Kapitein Timmermans stelt nu het Rode Kruis in Den Haag op de hoog te van zijn bevindingen, alsmede de Volksbund Deutsche Kriegsgraber- fürsorge in Kassei en niet te vergeten de Duitse Dienststelle in Berlijn, waar de volledige archieven berusten van het Duitse leger. YSSELSTEYN EN DE TELEVISIE Zelfs de Duitse televisie heeft ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van dit kerk dorp een stukje Ysselsteyn op de televisie gebracht. Zij het dan onbewust en terwijl het helemaal niet de bedoeling was, dat men het vertoonde te rug zou herkennen. Zaterdagavond kon men na melijk op Duitsland 2 de Duit se speelfilm zien Unruhige Nacht, die het verhaal vertelt van een Duitse veldprediker, die een jonge Duitse soldaat moet bijstaan in zijn laatste uren, als hij op bevel van zijn oversten ter dood moet worden gebracht. Opnamen voor deze film zijn in 1958 gemaakt rond de Paar denkop en in de onontgonnen Peel. Bernhard Wicki, de Duit se filmspeler die de rol van veldprediker moest vervullen, had indertijd weinig fiducie in het gegeven van deze film, dat hij te onwaarschijnlijk noemde. M enkon hem toen reeds op het Duitse kerkhof in Yssel steyn authentieke stukken la ten zien, hoe ouders van derge lijke jongelui keihard een briefje thuisgestuurd kregen met de mededeling dat hun zoon gefusjleerd was op grond van het feit dat hij de Kriegs- wetten overtreden had. Wat en hoe stond er verder niet bij. (Zie ons verhaal 25 jaren Duits kerkhof). Toen hij deze stukken onder ogen had gekregen, begon hij toch iets anders te denken over dat wat ook in Ysselsteyn ver filmd werd Deze laatste Dienststelle krijgt de volledige rapporten van het Duitse kerkhof en de bevindingen van het gepleegde onderzoek. Zij neemt uit eindelijk de beslissing of dit stoffelijk overschot al dan niet van wijlen Po- tinicki zal zijn. In dit geval is het wel zo evident, dat vrij spoedig daarna haar beslissing komt: de stoffelijke resten van graf 2886 vak AZ zijn van deze Gefreiter. Dat betekent niet alleen dat de we duwe nu uiteindelijk zekerheid heeft na al die jaren, dat haar man geval len is, maar dat zij nu ook eindelijk rechten kan laten gelden op Duitse pensioenen en dergelijke Dat is voor vele mensen een zaak van materiële betekenis, want behal ve pensioenen zijn daar erfenissen en nalatenschappen mee gemoeid en dik wijls andere belangrijke financiële zaken, die niet afgehandeld konden worden, omdat er geen officieel ster- vensbewijs is. Als een van de weinigen vraagt tenslotte de vrouw van deze gevalle ne haar terug om hem in haar woon plaats een laatste rustplaats te geven. Zo is dan de Duitse begrafeniswagen gekomen en neemt men in Ysselsteyn vrij onbewogen afscheid van de un- bekante, die plots Potinecki bleek HIJ DIE MEESTER IS Het drama Potinecki is een van de velen, die nog dagelijks zich afspelen tussen de grafkruizen van deze grote dodenakker, die we in september 25 jaren binnen onze gemeentegrenzen hebben. De conventie van Geneve bepaalt dat hij die meester is van het slag veld, de zorg heeft voor de doden. En zo begroeven de Engelsen de gevallen Duitse soldaten hier op de Hiept, zo als ze dat overal deden waar gevoch ten werd en verzamelden b.v. de Amerikanen de in hun strijdgebied gevallen Duitsers in Margraten, naast hun eigen doden. Maar toen de defini tieve wapenstilstand kwam, wilden Engelsen, Canadezen en Amerikanen wel de zorg voor hun eigen doden bij zich houden, maar schoven terecht overigens de zorg voor de Duitse gevallenen op de Nederlanders. Ne derlanders, die daar feitelijk geen goede raad mee wisten, doodgewoon, omdat men met dit alles te weinig er varing had. Men besloot aanvankelijk in Ne derland te komen tot drie Duitse be graafplaatsen, maar dat bleek nog al moeilijkheden op te leveren, want de praktische Amerikanen wilden voor die „verhuis-klus" Duitse krijgsge vangenen inzetten, maar dat beteken de dat men feitelijk bij die begraaf plaatsen ook kampen moest hebben om die krijgsgevangenen op te ber gen. Toen kwam men, ook al omdat men die begraafplaats in het oosten van het land wou hebben, feitelijk maar tot één mogelijkheid, namelijk Ysselsteyn, waar een kamp aanwezig was, waar buiten dat, geen kuituur- grond opgeofferd hoefde te worden en een vrij groot terrein zo maar be schikbaar was. In augustus 1946 be gon men te onderhandelen met de ge meente Venray, die aan het Ministe rie van Oorlog het onontgonnen ge bied bij de Paardenkop voor 2V2 ct. per m2 verkochtMaar dat was drie jaren later. Aanvankelijk had men de grond om „niet" beschikbaar gesteld, omdat het toch maar tijdelijk zou zijn, over twee jaren de vrede wel getekenid zou zijn en de Duitsers dan zouden worden overgebracht naar de Heimat. YSSELSTEYN werd na korte overwegingen het eer ste en enigste Duits soldatenkerkhof. Het kerkhof werd aangelegd volgens plannen van de Amerikanen, die en kele buldozers inzetten om wat toe gangswegen en paden te maken en verder ook bestek en tekening lever den voor dit kex'khof. Zij hadden in tussen wat praktijk opgedaan en de kleine gravendienst van het Neder landse leger was blij te kunnen profi teren van de ervaringen van hun gro te broeder, die bovendien in Mar graten ook de grootste concentratie hadden van Duitse graven. De oudeïen onder ons kunnen zich waarsch'ijnijlk nog herinneren hoe in oktober 1946 de zware Amerikaanse wagens vol met doodskisten hun da gelijkse tocht van Margraten naar Ysselsteyn begonnen. Meer als 3000 gevallenen werd op die manier over gebracht. Ze werden door Duitse krijgsgevangenen, die in Margraten gelegerd waren, opgegraven, in deze Bij het nagaan van de geschiedenis van het Duitse Kerkhoi in Ysselsteyn vonden we bij een der stukken onderstaande gedicht, dat wijlen de heer Vermeltfoort in een van zijr revue's liet declameren. Mede als een hommage aan deze dichter nemen we het graag nog eens in ons blad op. Het grootste kerkhof van de Lage Landen Ligt niet in Margraten of in Rotterdam, Maar in 'n streek, waar slechts de scheper kwam En vroeger een verdoolde ridder strandde. In 't woeste Peelgebied met enkele bijenstanden Waar eenzaamheid de eeuwen door regeert Staan thans de kruisen, heel of half verweerd Van 't grootste kerkhof van de Lage Landen. Hier liggen dertigduizend in vergetelheid Terwijl in 't verre land een moeder schreit Om 't kind dat eens verzorgd werd door haar handen Hier rijen zich de kruisen duizendtallen Op 't graf van die als VIJAND zyn gevallen Op 't bloedig slagveld in de Lage Landen. De Duitse minister für Familie und Jugend by de begroeting van de Duitse jongeren, vorige week donderdag op het militair kerkhof in Ysselsteyn. kisten gelegd, die in Ysselsteyn, we derom door hier gelegen Duitse krijgsgevangenen, weer werden „uit gepakt" en begraven. Dat een van de hier gelegen Duitse krijgsgevangenen zo'n leeg ge maakte kist heeft gebruikt om zich zelf buiten het kamp te smokkelen, mag na al die jaren thans verraden worden. Toen de kist leeg was, kroop hij er in en wist op die ma nier naar Margraten te reizen, waar hij er tussen uit kneep In 1948 moesten de Nederlanders voortaan zelfstandig hun „boontjes" doppen, hoe vreemd dat in dit ver band dan ook klinken mag. Men schakelde daarbij in de mensen van de mijnopruimingsdienst, die lang zaam maar zeker zonder werk kwa men, maar ook uit praktische over wegingen, omdat bij vele stoffelijke resten nog munitie werd aangetroffen deze mensen er dan toch bij ge haald moesten worden. Zodoende werd le luitenant Timmermans nu hoofd van dit kerkhof, dat nog altijd streng gesloten bleef, ondanks het feit dat uit Duitsland steeds meer mensen aan de primitieve poort kwa men kloppen om inlichtingen. PRIMITIEF De Amerikanen hadden voor wat hun aandeel betreft, gezorgd voor be hoorlijke administratie, maar de si tuatie in Ysselsteyn was dusdanig dat men gewoon de poorten, hoe primitief toen ook, niet open durfde doen. De niet ontgonnen Paardenkop bleek al lerminst geschikt als begraafplaats. Bij de minste of geringste regen ston den grote stukken onder water. Boomaanplantingen gingen kapot, omdat de wortels niet door de dikke oer-laag ter plaatse konden. Er was een verbod om Duitse kruizen te ge bruiken, maar men moest toch een bepaalde naam of nummer-aandui ding kunnen geven, kortom het was in die beginjaren toen zo'n 300 geval len per week werden aangevoerd, fei telijk de meest primitieve bedoening, die men zich maar denken kon. Alles moest worden afgewikkeld in een paar barakken, die men pro deo gekregen had, maar waarin geen elec- trisch licht was en waarvoor men het water moest gaan halen bij de Zui velfabriek. Allerlei instanties zaten over allerlei problemen met elkaar in de kling en toen de toenmalige luite nant Timmermans op advies van en kele deskundigen een wateraflossing ging graven om tenminste van die eeuwige watersnood verlost te wor den, moest hij zelfs daarvoor bij de Generale Staf op het matje komen. De sloot is er desondanks gekomen, alsmede bulldozers, die de zaak gin gen egaliseren. Er kwam zelfs gras en men mocht op een gegeven moment zelfs kruizen gaan plaatsen met de namen op. KERKHOF OPEN Toen in juni 1952 op herhaald aan dringen van Duitsers, maar ook van kranten uit deze contreien (die de el lende van vele familieleden uit ge sprekken en verslagen ervoeren) het kerkhof eindelijk openging, bleek dat men in 6 jaren toch enorm veel had bereikt, ondanks alle tegenslagen en ondainks de zuinig-aan-politiek die ten opzichte van dit kerkhof is ge voerd. Intussen had de tijd ook de scherpe kanten wat afgeslepen en waren goe de kontakten gelegd met de Volks bund Deutsche Kriegsgraberfürsorge, die zich in Duitsland de graven aan trok van alle Duitse gesneuvelden waar ook ter wereld. Mede dank zij haar hulp kwamen gelden los voor verfraaiing van het kerkhof en kon o.m. het Duitse bezoek in bepaalde banen worden geleid. Dat intussen de families van daar begraven Nederlandse SS-ers wilden pogen hier bepaalde manifestaties te houden, was dan nog wel eens reden tot paniek, waarbij M.P.'s en mare chaussees en gevechtswagens werden ingeschakeld, maar achteraf bleek veel loos alarm geweest te zijn. 300.000,— PER JAAR kost dit kerkhof de staat der Neder landen, die in tegenstelling tot veel andere Europese landen nog steeds niet het kerkhof in beheer en in de zorgen van genoemde Volksbund heeft overgegeven. Nederland houdt zich wat dat betreft nog steeds aan de bepaling van de Geneefse conven tie, die de zorg over de graven aan de overwinnaar heeft toegedeeld. Die zorg bestaat niet op de eerste plaats in het keurig in gelid opstellen van kruizen, hoe indrukwekkend dat ook mag zijn, maar veeleer voor de iden tificatie van de daar begravenen. Op zondag 22 augustus 1971 waren op dit kerkhof begraven 31.845 men sen, die eens lid waren van de Duitse Wehrmacht. Waarom we dit cijfer zo exact geven, leest U dadelijk. Maar eerst moeten we benadruk ken dat dit betekent, dat men moet pogen van ieder van deze mensen, de identiteit vast te stellen. Want zij hebben allemaal familie, die graag wil weten waar hun man, vader, zoon, broer, oom, gevallen is, waar hij be graven ligt. Daarnaast we zeiden dat boven reeds zijn er familiekwesties die door het wegvallen van een mens kunnen rijzen, zijn nalatenschap moet geregeld worden, bepaalde rechten kunnen ontstaan of vervallen. Dat kan dikwijls heel moeilijk zijn als niet eerst vastgesteld is of de betrok kene inderdaad ook dood is Daarvoor moet men in Ysselsteyn zorgen. Dat betekent dat van ieder der gevallene een dossier aanwezig is, waarin precies beschreven staat, waar men dit stoffelijk overschot heeft opgegraven, wat men in dat graf gevonden heeft, wat er voor bij zondere merktekens aan het skelet te vinden waren, wat hij bij zich had in het graf (en daarin vindt men soms de meest vreemde zaken, tot weck flessen met appelmoes toe) en wat de mensen uit de buurt over dat bepaal de graf kunnen vertellen. Vindt men zijn identificatieplaatje met in code (letters en cijfers) de naam van de betrokkene, dan zal de Dienststelle in Berlijn vrij snel kun nen vertellen, wie hij was, waarbij dan toch meteen gekeken wordt of de andere gegevens, die men van hem in Berlijn heeft ook kloppen. Vindt men een dergelijk plaatje niet, dan wordt de zaak moeilijker. Dan is het nog meer zaak, dat zelfs de kleinste bijzonderheid op schrift komt. Dan begint een soms hopeloze detektive arbeid om alsnog te pro beren de naam van de begravene te achterhalen Daar moet men niet gering over denken. Dat eist inschakeling van Rode Kruis, die misschien bepaalde gegevens kan hebben, van de Volks bund, van de Deutsche Dienststelle in Berlijn en van de gemeente, waarin de gevallene begraven is Maar dank zij de intensieve speur- arbeid is het bijv. in de laatste 7-8 jaren gelukt het aantal „Unbekante" terug te brengen van 6.000 tot 4.000. Hetgeen betekent dat alleen al in de laatste 7 jaren 2.000 families de no dige zekerheid hebben gekregen. Van dit alles zijn verhalen te maken als dat van Potinecki hierboven, de een nog spannender of beroerder dan het andere, want achter iedere gevallene ligt een berg onzekerheid en leed. Zo ligt er het nuchtere kladbriefje, waarmede een Oostenrijkse familie op de hoogte werd gesteld door het Oberkommando der Duitse Wehr macht, dat hun zoon gefusilleerd was, na door een Feldgericht ter dood te zijn veroordeeld. Waarom en waartoe wordt niet vermeld, wel dat men geen doodsbericht mag rondsturen. En ook dat men hem ijskoud op een onbekende plek zon der identificatieplaatje begraven heeft. Hij was in Duitse ogen „aus- radiert". Maar men heeft hem ont dekt ergens op een Nederlands wei land, met kapotgeschoten ribben, maar dank zij zijn gebit kon hij ge ïdentificeerd worden 31.485 doden lagen er zondag in Ysselsteyn. Toen had men Potinecki al uitge- boekt. Maar men had nog niet inge boekt de onbekende, die men in Gen nep bij de aanleg van de waterlei ding aldaar had gevonden. Die lag nog met zijn helm en etensblik, met zijn Gefreiter-vleugeltjes en half ver gane laarzen op de sectietafel. Van zijn identificatieplaatje ontbreekt de helft en zo weet men al op voorhand dat ook dat stoffelijk overschot de zoveelste puzzel wordt, die men krijgt op te lossen. Maar daaruit blijkt ook dat 25 ja ren nadat de oorlog voorbij is nog al tijd soldaten-resten ontdekt worden. Nu eens in deze gemeente, dan weer in die. En terwijl we over deze din gen praten gaat de telefoon, zelfs op zondag, dat men op een kerkhof in Zuid Limburg bij het begraven van een burger gestoten is op een onbe kend graf, waarin een Duitse helm. „Of men even eens wil komen kij ken En voor ons op het bureau ligt een ingevulde lijst van een Duitse familie, die praktisch overal ter wereld het graf aan het zoeken is van een ge sneuveld soldaat. „Kan hij misschien in Holland liggen 50.000 MENSEN Terwijl we in het kantoor van ka pitein Timemrmans over al deze din gen praten, drentelen in de zomerzon steeds mensen voorbij. De een met een tuil bloemen, de ander met een krans. 50.000 mensen per jaar komen naar Ysselsteyn, ook nu 25 jaren na de oorlogZe zoeken een graf, leggen bloemen en staalen in gedach ten over deze Paardenkop, die een massagraf werd Het aantal bezoekers zegt duidelij ker dan wat ook, dat dit kerkhof nog steeds „leeft" bij de DuitsersZe komen ook nog voor de mensen van —'18, die hier begraven liggen. Die zijn meteen meegegaan, toen men die van '40-'45 ruimde Toen men 25 jaren geleden begon te onderhandelen over de aanleg van dit kerkhof, meende rrïen dat in een paar jaren tijd „de zaak" wel beke ken was. Nu 25 jaren daarna komen er nog steeds 50.000 mensen per jaar naar dit stuk peelgrond, waarin mor gen, als die uit Gennep herbegraven is in de plastic zak, 31.486 mensen rusten KLEUREN TELEVISIES 56 cm voor 1575, TELEVISIES 61 cm voor 475, BANDRECORDERS en PLATENSPELERS met 25% korting WASAUTOMATEN reeds voor 395, KOELKASTEN met groot diepvries vak voor 195, DIEPVRIES KISTEN met kortingen van 20-25% Verder: stofzuigers, scheerapparaten, hoogte- zonnen, strijkijzers enz. KORTINGEN vanaf 20% Volledige garantie Eigen service Iedere vrijdagavond vanaf 6-9 uur demonstratie van het hele programma. SCHOOLSTRAAT 3 VENRAY TEL. 2329 Kwartelenmarkt 7 Venlo Kloosterstraat 37 Blerick

Peel en Maas | 1971 | | pagina 9