Oud bij oud Gunstige vooruitzichten uenïays monumenten voor nederlandsche pluimveehouderij SIMGAIOOO VRIJDAG 7 FEBRUARI 1969 No. 6 NEGENTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS GROTESTRAATG28VE POSTBufl MS™F GIRÖ^UBMM WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN ADVERTENTIEPRIJS 12 et per mm. ABONNEMENTS PRIJS PER KWARTAAL 2.— (buiten Venroy f 125) BEJAARDEN KUNNEN BETER NIET INTREKKEN BIJ HUN KINDEREN Venrays bejaardencentrum „Schuttersveld" gaat donderdag de eerste mensen opnemen. In dat verband is het misschien goed dat de betekenis van zulk een centrum voor onze gemeenschap eens nader bekijken want te veel wordt zulk een centrum nog gezien als een opbergplaats van bejaarden, die bü hun kinderen niet meer terecht kunnen! Enerzijds kan de vraag gesteld worden. „Waarom zijn kinderen niet bereid bejaarden in huis op te ne men?". Anderzijds wordt gevraagd: „Spreekt het gebod: „Eert uw vader en moeder" niet meer tot de mannen en vrouwen wier ouders nu 65 jaar of ouder zijn?" Zijn die verwijten gegrond en rechtvaardig? In het vaktijdschrift „Bejaardenwerk" publiceerde de maatschappelijk werker P. Aalsma een interessante beschou wing over deze voor vele bejaarden zo actuele materie. GENERATIE VERSCHILLEN TE GROOT De heer Aalsma vindt het gegene raliseerde verwijt van bejaarden aan hun kinderen niet gerechtvaardigd, daar windt hij geen doekjes om. In vele gevallen kunnen de kinderen hun ouders niet eens opnemen, ook al zouden ze willen. Huisvestigings- moedlijkheden vormen in menig ge val een onoverkomelijke barrière. Maar ook al beschikken de kinde ren over een huis dat groot genoeg is om een behoeftig echtpaar op te nemen dan nog voelen ze daar dik wijls niets voor. „Dan houden ze ook niet van ons", beweren de bejaarde ouders dan, maar dit scherpe verwijt is in de meeste gevallen volstrekt onge grond. Een veel belangrijker factor zo meent de heer Aalsma, is het ver schil in levenswijze en levensopvat ting tussen de generaties. MENTALITEIT De bejaarden zij geboren rondom de eeuwwisseling. Hun leefpatroon bestond uit zes lange dagen werken, de enige recreatie viel op zondag. Er was toendertijd in een mensenleven veel meer regelmaat en orde. Mobi liteit was er ook niet veel, men ging werken in zijn eigen stad of dorp. De kinderen van deze bejaarden (nu ongeveer 40 a 50 jaar oud) ken nen een heel ander levensritme. Er is méér vrije tijd, meer geld, meer luxe, er zijn meer mogelijkheden tot retcreatie. Met snipperdagen en in het weekend trekt men er mgt de auto tussenuit. Er is tenslotte een grotere mobiliteit gekomen, ook in het werk. Kortom, de middelbare generatie is vertrouwd geraakt met een levenspatroon, dat hun ouders nooit in deze vorm heben gekend. Hieruit vloeien mentaliteitsver- schillen voor, die bij het samenwo nen stellig een problematisch karak ter zullen krijgen. In menige familie waar bejaarde ouders bij hun kin deren introkken, heeft dit tot ern stige geschillen geleid. Ouders, die altijd goed met hun kinderen kon den opschieten, raakten er juist nu, toen zij met hen samen woonden, van vervreemd. FAMILIELEVEN Maar in dit geheel spreken ook nog heel andere factoren mee. Voor de jongere generatie zijn er meer kontakt- en gespreksmogelijkheden da er destijds waren voor degenen, die nu tot de bejaarden behoren. Dit heeft tot gevolg gehad dat de aan dacht van de mensen zich verplaat ste. Naast familie kreeg men meer kennissen, men werd lid van meer verenigingen en men ging vaker uit. Was vroeger het familiebezoek een van de weinige mogelijkheden, nu is het een van de zeer vele. Als enke le decennia geleden er kermis was, zat de huiskamer vol met ooms en tantes, neven en nichten. Tegen woordig kent men zijn tantes, neven en nichten nauwelijks meer en de kermis is vervangen door vakantie, zonder familie. Het familieleven (niet te verwar ren met het gezinsleven) heeft veel van zijn betekenis verloren als ge volg van de sociiale structuurwijzi gingen, die er in onze samenleving plaatsvinden. En deze wijzigingen hebben ook hun weerslag op de hou ding en verhouding van kinderen ten opzichte van hun ouders. STAP TERUG Natuurlijk bestaat er vrijwel al tijd een sterke gevoelsband tussen ouders en kinderen. Maar de kinde ren staan onafhankelijker en kriti scher ten opzichte van hun ouders dan vroeger het geval was. Neemt iemand zijn bejaarde ouders in huis, dan is de kans op spannin gen zeer groot, zelfs wanneer de verhouding voorheen altijd heel goed was. Men voelt zich te zeer gebon den ,als men zijn ouders in huis heeft. Gebonden vooral in psycholo gische zin. Volwassen mensen die reeds jaren geleden het ouderlijk huis hebben verlaten om zelf een gezin te stich ten, voelen zich plotseling weer kin deren, wanneer zij hun ouders bij zich in huis nemen. Dat kunnen zij van zichzelf niet aanvaarden en zo groeit er een scheve verhouding. i KLEINKINDEREN Gecompliceerder wordt de toe stand nog, wanneer er in één huis drie generaties wonen: grootouders - ouders - kleinkinderen. Vooral de ouders komen dan in een zeer moei lijke positie. Zij hebben een dubbele rol. Zij zijn kinderen èn ook ouders. Zij moeten hun kinderen opvoeden, maar kunnen dat nooit goed doen, wanneer grootvader of grootmoeder zich óók met de opvoeding bemoeit en dat gebeurt maar al te vaak. Deze rollenverwarring is de oor zaak van vele moeilijkheden en spanningen in het gezin, waarvan vooral de kinderen de dupe worden. Deze weten niet waar ze aan toe zijn, omdat ze in feite twee vaders en twee moeders hebben. In deze gezinnen zullen botsingen niet uitblijven. Dikwijls zien we dat ook de moeder maar gaat werken om onder de druk van haar eigen ouders uit te zijn. BETER BIJ VREEMDEN Zeer juist is dit alles uitgedrukt in de zegswijze: „Je kunt beter bij vreemden inwonen dan bij eigen". Het is daarom onredelijk om de kinderen te verwijten, dat zij hun bejaarde, vaak behoeftige ouders niet in huis opnemen. In de huidige samenleving is het in het algemeen beter, dat bejaarden niet bij hun kinderen intrekken. „Oud bij oud en jong bij jong?" Gelukkig zien vele bejaarden dit ook wel en willen dit ook zo. De jongere generaties hebben te zorgen dat hun ouders zo goed mo gelijk worden opgevangen. Met dienstcentra en bejaardentehuizen. Dat is geen afschuiven, maar reke ning houden met een realiteit. Het begrip „Eert uw vader en uw moeder" is niet statisch, maar dyna misch. Dat wil zeggen: zijn concre tisering zal in elke tijd anders zijn. Hiermee doen wij niets tekort aan al diegenen die desondanks toch hun ouders in huis opnemen. Als ook zij maar goed beseffen, wat zij doen en misschien zelfs tekort doen aan echt genoot en kinderen! Na een paar moeilijke jaren be gint het er voor de Nederlandse pluimveehouderij weer gunstig uit te zien. Dat blijkt wel heel duide lijk uit de exportresultaten: de tota le exportwaarde van pluimveehou derij produkten bedroeg in vorig jaar 647 miljoen gulden, 23 procent meer dan in 1967 en ook meer dan in welk jaar daarvoor. In de legsector kwam in 1968 een eind aan de van jaar tot jaar terug lopende eierproduktie. Deze produk- tie kan worden geraamd op 3875 miljoen stuks, 6 procent meer dan in 1967 toen er 3655 miljoen werden ge produceerd, maar nog niet zoveel als in 1966 (4144 miljoen). De gemiddelde producentenprijs was vorig jaar 2,03 per kilo, een dubbeltje meer dan in 1967 en 16 cent meer dan in 1966. De Neder landse producenten ontvingen meer dan hun Duitse collega's, in tegen stelling tot 1967 toen de producen tenprijs hier 12 cent lager lag dan in het buurland. De export van eieren steeg met 31 procent tot 991 miljoen stuks134,2 miljoen). Ook dat betekende het ein de van een dalende tendens (de uit voer was in 1966 ruim 1100 miljoen stuks en in 1967 ongeveer 757 mil joen). Wat wél verder daalde was het verbruik per hoofd van de bevol king. Dat lag in 1966 op 204 stuks, in 1967 op 197 stuks en hoewel het gemiddelde verbruik in 1968 nog niet defintief is berekend, staat wel vast, dat er per persoon opnieuw minder eieren werden geconsu meerd. In de legrassensector zijn vorig jaar tot en met november 36.4 mil joen broedeieren ingelegd, twee pro cent meer dan in 1967, hoewel het aantal pluimveehouderij bedrijven aanzienlijk daalde (van mei 1967 tot mei 1968 verdwenen er volgens het CBS 10.000 waardoor er nog maar 80.000 overbleven). Het totale pluim veebestand wordt kennelijk opge vangen door de overblijvende, gro tere bedrijfseenheden. Deze struc- tuurwijizging verhoogt de kansen op een rendabele legpluimveehouderij. Men verwacht dat de produktie in het eerste half jaar van 1969 onge veer 5 procent boven die van de eer ste heltf van 1968 zal liggen. De pro duktie na 1 juli is afhankelijk van de inleg in de eerste vier maanden van 1969. Deze inleg zal niet lager zijn dan vorig jaar. VOORUITZICHTEN De vooruitzichten voor 1969 han gen mede af van de ontwikkeling van de produktie in de andere EEG- landen. Op grond van de nu daar over bekende niet altijd even be trouwbare gegevens verwacht men dat zich in het eerste halfjaar 1969 bij de prijsvorming niet meer moeilijkheden zullen voordoen dan er meestal in het voorjaar zijn. Maar met het oog op de verwachte pro- duktie-uitbreiding in enkele andere EEG-landen (met name in Duits land) in het tweede halfjaar, gelooft men niet dat dan de prijzen zullen worden bereikt, die in dezelfde pe riode van 1968 konden worden ge realiseerd. Gezien de bevolkingsaanwas in de EEG zal de totale behoefte aan eie ren wel stijgen, maar een grote stij ging van het verbruik per hoofd is niet waarschijnlijk. EXPORT De uitvoer van eiederprodukten steeg vorig jaar met 50 procent tot ruim 15.4 miljoen kilo ter waarde van 39.4 miljoen gulden (plm. 30 pet.). De produktie van slachtpluimvee steeg met 7 procent tot 304 is 800 ton en was twee keer zo groot als in 1962. Behalve de slachtkuikens droeg tot deze stijging ook de pro duktie van kalkoenen sterk bij. Die verdubbelde het afgelopen jaar na melijk bijna en kwam op 9400 ton. De totale export van geslacht pluim vee kwam van 133.000 op 159.000 ton de exportwaarde steeg van 330 tot 400 miljoen gulden. West-Duitsland bleef voor Neder land een belangrijke klant. Van het totale verbruik in West-Duitsland, 249.700 ton, kwam 46.1 procent (vo- virg jaar 44.8 procent) uit Neder land. In Nederland lag het verbruik per hoofd van de bevolking vorig jaar op 5.3 slachtgevogelte (1967: 5.2). Daarvan bestond 4.6 (4.4) kilo uit braadkuikens. In Duitsland was het gemiddelde verbruik 6.9 kilo. Tot 15 februari kan men op het gemeentehuis de definitieve Mo numentenlijst, zoals dat heet, ter inzage hebben. Veel belangstel ling schijnt er niet voor te bestaan, want toen wij er naar infor meerden, bleek het geruime tijd te duren, voordat men het stuk had opgevist. En toch lijkt het ons belangrijk genoeg om even hierop terug te komen. Op de eerste plaats terwille van de eigenaren van de panden, die hierop vermeld staan. Deze vermel ding heeft namelijk nog al enige konsekwenties voor de betrokkenen, in die zin, dat men aan gebouwen en opstallen nu niets meer verande ren mag zonder toestemming van Monumentenzorg, dat, zoals bekend, wel veel voorschriften geeft en no ten op haar zang heeft, maar met financiële bijdragen bepaald niet scheutig kan zijn, omdat ook haar budget vrij beperkt is. Het voorne men van de gemeente Venray om een aparte steun-regeling voor der gelijke eigenaren te ontwerpen is 'n gelukkig intiatief, dat men alleen maar prijzen kan Op de tweede plaats hebben we toch al enige op- en aanmerkingen op deze lijst, die of onvolkomen is, of blijk geeft van de huidige situa tie niet op de hoogte te zijn. En dat kan er ook weer zijn konsekwenties hebben. VENRAY-KOM In Venray-kom staan als monu menten op de definitieve lijst, de Petrus Bandenkerk, de voormalige Latijnse school (gemeentewerken), de panden Hoenderstraat 6 en 8, de St. Petrus Molen op de Kruisstraat en de boerderij Bij de Wever op de Wieënweg nr. 8. Tot zover de „kom-monumenten". Men vraagt zich bij de opsomming van de Petrus Bandenkerk nu ech ter af, waarom daar nog twee ba rokke tochtportalen staan aangege ven. Die dingen zijn na de oorlog niet meer terug gekomen en al lig gen er dan nog resten van, ze zijn in ieder geval niet in de kerk aan wezigVolgens ons horen ze dan op deze defintieve lijst niet thuis. Verder wordt daarin vermeld: vijf grafstenen, 8 grafkruizen en graf zerken. Volgens onze geegvens lig gen er vier grafstenen rond de to ren, de vijfde ligt onder de grond omdat er elders geen plaats meer was en de 6e is in het portaal aan gebracht. Rond de kerk staan 10 ou de grafkruizen, terwijl in de grafkel der inderdaad een grafzerk is aan gebracht, zoals ook op de lijst ver meld staat, doch de drie die boven op de grafkelder liggen, waar moet men die onder rangschikken. Die opsomming is dus nog al willekeu rig. Voor de buitenstaander doet het wat vreemd aan, dat de St. Anna- kapel op de Langeweg noch op de voorlopige, noch op de definitieve lijst voorkomt, evenmin als het ge veltje van de Gouden Leeuw, waar over in verschillende vaktijdschrif ten nog al geschreven is als zijnde een specifiek bouwwerkje. Betekent dat dat beiden ten dode zijn opge schreven? CASTENRAY heeft als monumenten zijn kerk met het houten beeld van Mathias van rond 1500 en daarnaast de boerderij Castenraysestraat 20. Een hallehuis uit 1854 met bakhuis. Dit huis ligt echter verlaten en men mag zich af vragen wat er nu wel mee gebeuren Vier deuren. Lage prijs. Verbeterde, uitmuntende wegllgging, goedkoop In onderhoud. Blijvend hoge Inrullwaarde. Nu ook in 'spécial' uitvoering met topsnelheid van 145 km. Belt u ons voor een proefrit. Castenraysestraat 44 is eveneens een oude hallen-boerderij, met stro gedekt. Eigenaardig is hier dat het kapelletje daar vlak in de buurt niet op de lijst voorkomt. Met zijn drie beeldjes van Johannes de Evange list, de H. Jozef en een derde, waar van men niet weet of ze nu Lucia of Brigitte voorstelt, is dit een vrij kostbaar kapelletje dat rustig ver geten wordt. DE ST. ODAKAPEL op de Hiept is ook tot monument verklaard. Met het bekende St. Oda- beeldje dat echter weg is. Weg in die zin, dat het kerkbestuur dit heeft laten restaureren door P. Clephas, die dit op werkelijk verantwoorde wijze heeft gedaan. Maar het staat nu in de sacristie van de Grote Kerk, is dus maar voor een enkeling toegankelijk. Waarom in deze kapel dan geen behoorlijke imitatie, waar anders deze kapel weinig zin heeft Op de Hiept treffen we op de voorlopige lijst nog aan de boerderij van Peters, met bakhuis en wagen- schop. Hiept 5 is een hallehuis, dat op die voorlopige lijst nog voorkomt als een bouwwerk van belang uit oogpunt van oudheidkundige en volkskundige waarde.... Is dat ge schrapt omdat men hier een var kenshok van gemaakt heeft? Zo ja, waarom handhaaft men dan elders in Venray eenzelfde boerderij onder dezelfde omstandigheden wel op de defintieve lijst HEIDE heeft als monument de boerderij de Liet, aan de Droesenweg nr. 2, ter wijl op het Brukske de St. Anna- kapel met de bekende Annatrits als zodanig staat aangemerkt. In dit laatste geval zal men echter snel moeten zorgen voor restauratie van dit beeld, daar dit in verregaande staat verkeert. Doet monumenten zorg dat nu LEUNEN krijgt als monumenten de boerderij op Enge Steeg 6, naast de St. Catha- rinakerk. Op de voorlopige lijst stond nog de boerderij op Enge Steeg 2, waarvan het bakhuis vooral interessant was. Maar zelfs pogingen om dit bakhuis over te brengen naar 6 zijn mislukt en de hele zaak is geslooptJammer, maar waar. OIRLO heeft als monument zijn Gertrudis- kerk en zijn St. Annakapel. Oostrum heeft de intussen ook door bemidde- luing van P. Clephas goed gerestau reerde St. Anthoniuskapel, de O.L. Vrouwekerk, de boerderij Klein Spraland op de Geysterseweg 33, de Watermolen en de Rosmolen, stuk voor stuk inderdaad gebouwen, waarop men trots mag zijn. OP DE SCHEI is de oude kapel natuurlijk op de en Antonius gered uit handen van de ruilverkaveling en zal de Heb- benplats op de Scheiweg nr. 7 als monument behouden blijven. Datzelfde geldt voor het Hallehuis op Schoor nr. 3, al betwijfelen vak mensen of dat inderdaad wel zo zijn. Deze boerderij is namelijk, juist zo als die we eerder noemden op de Hiept ingericht als varkenshok. Daar komt nog al wat ammoniak in vrij en dat schijnt niet bevorderlijk en voor het oude metselwerk en het oude houtwerk. Maar ook hier heeft de eigenaar natuurlijk en ook terecht er mee gedaan wat hem goed leek, want er was geen mens die hem be paalde compensatie gaf voor nieuw bouw of verantwoorde veranderin genHet eeuwige dilemma, dat alleen kan worden opgelost mits er een behoorlijke financiële regeling komt. OP DE SMAKT is de oud ekapel natuurlijk op de lijst vermeld. In Veltum precies hetzelfde, maar bij de inventaris van die kapel ont breekt o.i. de bronzen lavabo en de bedieningslantaam. Of zijn die ver dwenen net als het Rochus-beeldje uit de Rochuskapel, die op de defi nitieve lijst staat. Verdwenen is de open wagenschop van Graate boer, die indertijd op de voorlopige lijst stond. Stond die bij de uitbreiding van Veltum in de weg? Het enige wat we er nog van terugzien is de kerststal, die grotendeels hiervan nagebouwd isMaar feit is dat men die schop rustig heeft laten in vallen en zo verdwijnt het dan wel automatisch van de defintieve lijst. WEVERSLO I heeft met zijn Martieneplats op nr. 3 een mooi monument. Een halle huis, met stro, met schaapskooi, bak huis, wagenschop en waterput. Een Dracht voorbeeld van een oude boerderij. Als we eerlijk zijn moeten we hier zeggen, dat het ons meevalt die boerderij op de monumentenlijst te vinden. Want men weet nu al te vertellen, dat ze eerlang zal moeten worden opgeruimd omdat daar de nieuwe provinciale weg van Hel mond naar de Maas overheen zal komen. De plaatsing op deze lijst kan dit hopelijk voorkomen MERSELO l We zijn misschien een beetje cy nisch in het bovenstaande, maar wie deze lijst goed bekijkt, ontkomt dik wijls niet aan de indruk, dat terwil le van bestemmingsplannen, bouw plannen, ruilverkavelingen e.d. ge- het predikaat bouwwerk, belangrijk uit het oogpunt van oudheidkundige en volkskundige verdienen, maar die men gewoon maar vergeten is op de lijst te zetten. Want in Merselo b.v. mag dan de schuur en schaapskooi op Beek 8 op de lijst zijn gezet evenals de schuur aan Kleindorp 12, de vraag is en blijft waarom Bee kerhof (boerderij Peeters op Beek 6) niet hierop vermeld staat. Kennelijk een oude boerderij, die vroeger als kloosterhoeve „stamhuis" is geweest van veel andere boerderijen, waarop nakomelingen uit de Beekerhof zijn gaan wonen. Waarom vinden we de Werterplats niet op de lijst, nota- bene een van de oudste Venrayse boerderijen namelijk uit 1652. Dat de kerk van Merselo op deze lijst voorkomt evenals de St. Jans kapel is feitelijk vanzelfsprekend. Alleen zal men dan eens moeten gaan zorgen dat er in dit St. Jans kapel een behoorlijk beeldje komt. En zal moeten zorgen van de defini tieve lijst de aantekening geschrapt wordt dat de kerk in het bezit is van enkele ruitjes van gebrandschil derd (door Venrayers?) glas. Die din gen is men namelijk al kwijt sinds 1870, al blijft men ook in de jongste Dublicaties nog altijd maar vertellen, dat die in het bezit van Merselo's kerk zijn. Die dingen zijn al lang verdwenen. NIET GELUKKIG v Dat we niet gelukkig zijn met de ze lijst hopen we met bovenstaand aangegeven te hebben. O.i. is er te weinig aandacht aan dit alles be steed. En verschillende eigenaren mogen dan misschien een zucht van verlichting geslaakt hebben dat hun pand niet op deze lijst voorkomt, feit is en blijft dat men ons later verwijten zal hier niet meer zorg aan gegeven te hebben. Want de lijst van waardevolle kapellen lijkt ons zeer klein bij de ris, die Venray gelukkig nog bezit, terwijl van zijn wegkrui- zen helemaal niet gesproken wordt. Of hier nog iets aan te veranderen is, blijft een open vraag, evenals de vraag of de moderne mens nog iets geeft om zijn kapellen ,om zijn weg- kruizen. Het is een oud zeer, maar het blijkt soms dat met weinig kos ten en met veel liefde zo'n juweel tje te herstellen is. De Antonius- kapel op de Stationsweg is daar een goed voorbeeld vanLaten we dan toch a.u.b. die kansen grijpen. AUTOMOBIELBEDRIJF BOM STATIONSWEG 183 TELEFOON 2325 OOSTRUM— VENRAY NIEUWS UIT VENRAY EN OMGEVING WEEKEND-DIENST HUISARTSEN Van vrijdagnacht 2 uur tot zaterdag nacht 2 uur DR. VERCAUTEREN Grotestraat 11 Telefoon 1335 Van zaterdagnacht 2 uur tot zondag nacht 2 uur DR. VAN THIEL Patersstraat 30 Tel. 1887 ZONDAGSDIENST PAROCHIE GEESTELIJKEN VENRAY-KOM KAPELAAN FR. SNIJDERS Vlakwaterweg 1 Tel. 1274 ZIEKENAUTO Bel. 04780 - 1692 (b.g.g. 2116) ZONDAGSDIBNST VERLOSKUNDIGEN Vroedvrouw KruUsen-Meeaiert Julianaaingel 41-48 - Venray Tel. 1061 (04780) b.g.g. 04709-1639 Vroedvrouw Stevena-HeLnen Merseloseweg 23 Venray telefoon 1152 (04780)

Peel en Maas | 1969 | | pagina 1