Diefstal Oda-beeld een harde les
De nieuwe lijst van
Venrays monumenten
WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN
wat gaat er nu gebeuren met Venrays vele kunstschatten
VRIJDAG 21 JULI 1967 No. 29
ACHT EN TACHTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS !fc
DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY
GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 2727 GIRO 1050652
PRUS PER KWARTAAL
p. n
i-
(buiten Vonray 2.25)
De diefstal van het houten Sint
Odabeeldje uit haar kapel aan de
Hoenderstraat is op merkwaardige
wijze opgelost. Het zestiende eeuw-
se kunstwerkje (waarde is praktisch
niet te schatten) is donderdagmor
gen ontdekt in een jutezak op het
bureau „gevonden voorwerpen"
van het Eindhovense N.S.-station.
Het was daar al twee dagen eerder
gedeponeerd. Het beeldje is door de
Rijkspolitie in samenwerking met de
heer B. Kruysen intussen al terug
gebracht naar Venray. De eigenares
se het kerkbestuur van de Sint-
Petrus Bandenparocihe heeft nog
niet beslist of het kostbare beeldje
opnieuw een plaats zal krijgen in
haar kapel.
Ondanks herhaalde restauraties
wordt namelijk telkens opnieuw de
kapel zelf, alsmede het hekwerk be
schadigd.
Uit dat kapelletje werd het waar
devolle stuk houtsnijwerk waar
schijnlijk het voorbije weekend weg
gehaald. De politie vond geen enkel
spoor van de dief of dieven. Toen
hoofdconducteur Van Aalst uit Eind
hoven dinsdagmiddag om 15.35 uur
na aankomst in Eindhoven het trein
stel van de rit ZwolleEindhoven
doorliep, vond hij in een bagagerek
een jutezak met inhoud.
Hij leverde de vondst in bij het
depot gevonden voorwerpen van het
Eindhovense station. Bij het gereed
maken van die zak voor doorzending
naar het hoofdkantoor in Utrecht
ontdekte een spoorwegemployé pas
een label met het adres van ons
weekblad. Aan de zak hing namelijk
een label met als adres: Peel en
Maas, Hoofdstraat, Venray. Ook toen
pas ontdekte men de waardevolle in
houd.
De Venrayse politie gelooft, dat de
dief na uitvoerige berichtgeving
over de diefstal het beeld niet
meer van de hand heeft durven
doen. Er is ook geen aanknopings
punt gevonden tussen deze diefstal
en een drietal andere nog onop
geloste kerkdiefstallen in Lim
burg. Bij die drie diefstallen in
Beek, Sint Odiliënberg en Susteren,
zijn wel gelijksoortige (voet)sporen
gevonden.
Wat de gevolgen van deze geluk
kig goed afgelopen zaak ook mogen
zijn, een ding is zeker, Venray is
toch wel even geschrokken. Men
heeft zich nu weer eens gerealiseerd
dat er in de vele kapellen en aan
de vele kruizen beelden staan en
hangen, die waardevol zijn. De een
zal geschrokken zijn door de geld
bedragen, die er mee gemoeid zijn,
de ander zal hebben ingezien dat
hier iets onherstelbaars verloren
gaat, waarvan de waarden zelfs niet
in geldbedragen zijn aan te geven.
Of dit schoons nu door diefstal of
door verwaarlozing verloren gaat, is
H. ANNA te Merselo
in wezen ergens precies hetzelfde.
We hebben in ons blad reeds menig
maal er op gewezen hoe Venray
toch wel erg nonchalant omspringt
met een erfenis uit het verleden,
waarvan nu blijkt dat ze ook nog
grote geldelijke waarde heeft. En
was het niet zo, dat als de een of
andere leek enkele jaren geleden
geen inventarisatie had gemaakt, dat
men dan nu feitelijk nog niet eens
wist wat al verloren is en wat nog
verloren gaat.
En de gevolgen.
De Grote Kerk wordt overdag ge
sloten en men kan er van op aan,
litieman zetten, die dit vrijwaart
En er zijn wegkruizen en kapellen,
waarvan intussen de verzorgende fa
milies uitgestorven of vertrokken
zijn en er is niemand, die zich hier
om bekommert.
Nu kan men beelden weghalen en
er imitaties voor neerzetten. Men
kan kerken sluiten en wegkruizen
veranderen in wandversiering. Maar
gelukkig zal men er met deze oplos
sing nog niet zijn.
De vraag is op de eerste plaats of
we als Venrayse bevolking niet moe
ten leren inzien dat dit een erfenis
H. ANTONIUS VAN PADUA, Lull
dat andere kerken dit voorbeeld zul
len volgen.
Namens de Geschied- en Oudheid
kundige Kring is de verschillende
verzorgers van kapellen gevraagd de
meest kostbare stukken weg te ha
len, die dan later door imitaties of
iets dergelijks vervangen zullen wor
den. Maar dat is een oplossing die
niet bevredigt evenmin als het feit
dat daarmede ook nog steeds niets is
gevonden om onze wegkruizen te be
houden of voor verder verval te be-
Het bovenstaande zou de schijn
met zich kunnen brengen, dat de
verschillende verzorgers van kapel
len- en wegkruizen-families, waar
dit werk soms al eeuwen traditie is,
hun taak niet naar behoren vervul
len.
Maar dat is in de meeste gevallen
gelukkig net andersom. Deze mensen
doen wat ze kunnen om hun „kapel"
en hun „kruis" in zo goed mogelijke
staat te houden en men kan er in
het Venrayse land verschillende vin
den, die hiervan een goed voorbeeld
geven. Maar als een en ander met
opzet vernield wordt, opengebroken
wordt, kapotgeslagen wordt, dan is
het vechten tegen de bierkaai. En
zulks gebeurtMen kan niet bij
ieder kruis, bij iedere kapel een po-
De Monumentenwet van 1961 re
gelt de rechten en verplichtingen
van de eigenaren van monumenten,
Zij bevat ook bepalingen over de
vaststelling van het register van be
schermde monumenten, wat men in
de wandeling de monumentenlijst
noemt. Deze Monumentenwet draagt
aan de Monumentenraad op per ge
meente een lijst samen te stellen van
de monumenten, die naar zijn oor
deel voor bescherming in aanmer
king komen. Deze ontwerplijst
wordt toegezonden aan de provincie
en aan de gemeente, die aldus de ge
legenheid krijgen het belang van de
bescherming van monumenten aan
andere provinciale of gemeentelijke
belangen te toetsen.
VENRAYSE MONUMENTEN
Venray heeft in de laatste raads
vergadering met deze ontwerplijst
kennis kunnen maken. Daarop ston
den liefst 37 objecten t.w.: Petrus
Bandenkerk, Onder de Boog (ge
meentewerken), Hoenderstraat 6-8,
St. Petrus-molen Wieënweg 8 („bij
de Wever"), Castenraysestraat 20,
Castenraysestraat 44, kerk Casten-
ray, Odakapel Hoenderstraat, Hiept
5, Droesenweg 2, St. Anna ten Drie
ën op het Brukske, Beek 6, Beek 8,
(schuur met schaapskooi), Straat 3
(Wertsplats), kerk Merselo, molen
Merselo, schuur Kleindorp 12, Heili-
genhuisje Pas Merselo, St. Anna-
kapel Oirlo, kerk Oirlo, St. Anto-
niuskapel Lull; Geysterseweg 33,
kerk Oostrum, watermolen Oostrum,
Rosmolen Oostrum, Scheiweg 7
(Hebbenplats), Kapel Schei, Schoor 3,
St. Jozef kapel Smakt, Veltum 8, St.
Rochuskapel Veltum, Hubertuskapel
Veltum en Martineplats in Weverslo.
Uit het verslag van deze vergade
ring blijkt dan dat er schijnbaar nog
al enig overleg is geweest met aller
lei instanties, al gaat men daar niet
verder op in. We zouden namelijk
MADONNA, Leunen
is van 'n voorgeslacht, die niet alleen
de aandacht verdient van enkele
„verzorgende" families, maar van
het hele publiek. De tijd is voorbij
dat vernieling van een wegkruis en
een kapel zo iets was als een heilig
schennis, maar in veel gevallen
wordt wel een stuk cultuurgoed ver
nield, dat onherstelbaar en onver
vangbaar is. Op de tweede plaats zal
ook de geestelijke en wereldlijke
overheid zich toch meer moeten be
kommeren om wat dikwijls zelfs het
eigendom is van kerk of gemeente.
Het is niet de zaak van de een of
andere enthousiasteling om alle ge
gevens te verzamelen en te bewaren,
maar het is ook de taak van de
H. ANTONIUS ABT, Merselo
overheid, die er tevens voor dient te
waken dat kruizen en kapellen, die
om de een of andere oorzaak, niet
verzorgd worden, zoals behoort, in
eigen beheer op te knappen. Dat
lijkt gezien de mentaliteit van
een groot deel vn het publiek ten
deze een hopeloze taak, maar dan
zal men dat deel moeten opvoeden
tot meer waardering voor dit alles.
In dit verband mag misschien de
vraag gesteld worden of b.v. op on
ze scholen, hetzij lagere, hetzij mid
delbare b.v. wel ooit enige aandacht
geschonken is aan de rijkdom, die
Venray ook op dit terrein heeft.
Kennis kan leiden tot waardering.
Onkunde en onwetendheid leiden tot
verwaarlozing, zo niet erger namelijk
tot vernieling
St. Oda was weg en dat heeft toch
menigeen wel even geschokt. Haar
terugkomst moge voor ons allen aan
leiding zijn tot wat meer waardering
voor wat we als erfenis kregen.
JOHANNES, Evangelist, Castenray
in deze geadviseerd heeft.
Uit het verslag blijkt verder dat
de gemeenteraad zelf feitelijk voor
het eerst in kennis kwam met deze
ontwerp-lijst met de agenda, dus en
kele dagen voor de betreffende ver
gadering, Iets wat o.i. vrij onge
woon is
Als we het verslag verder volgen
dan blijkt o.m. het volgende:
a. het pand Hoenderstraat 68 kan
niet gehandhaafd worden, is
reeds krotwoning en staat boven
dien in de weg bij de verwezen
lijking van het nieuwe bestem
mingsplan. Op aandringen van de
raad zal alsnog bekeken worden
of dit pand gehandhaafd kan
worden?
b. Hiept 5 vervalt omdat deze boer
derij vervallen is en varkensstal
is geworden.
c. Bakhuis bij Enge Steeg vervalt
omdat die intussen al afgebroken
is. (Maar klopt het dat indertijd
een aanbod gedaan is om deze el
ders op te bouwen, op welk aan
bod nooit gereageerd is?)
d. Beek 6 is intussen al zodanig
verbouwd, dat het geen monu
ment meer is(Hoe kan daar
dan verlof toe zijn gegeven?)
e. Straat 3 (Wertsplats) is sterk in
verval en staat in de weg bij het
bestemmingsplan Merselo. (Waar
mee men een van de oudste boer
derijen van Venray helemaal ten
dode doemt
f. Veltum 8 is al in elkaar gevallen
g. Castenraysestraat 20, Droesenweg
2 en Kleindorp 12 kunnen op de
lijst blijven, mits de minister
maar even zegt, wie de dringend
nodige restauratiekosten zal be
talen.
h. Dat geldt ook voor de Rochus-
KERK GESLOTEN
De H.E.H. Deken A. Loonen van
Venray heeft besloten om na de
morgendiensten de St. Petrus-Ban
denkerk voor het publiek te sluiten.
Deze kerk bezit een onvoorstelbaar
grote en rijke beeldenschat. De H.E.
Heer Deken acht het niet langer
verantwoord de beeldenschat welke
velen honderdduizenden guldens
waard is aan langvingerigen bloot te
stellen, hoezeer hem dit besluit ook
ter harte is gegaan. Het ziet er naar
uit dat nog meerdere pastoors in
Noord-Limburg tot het besluit zul
len overgan de kerken overdag te
sluiten.
kapel in Veltum, die daar weg
moet i.v.m. bestemmingsplannen.
Als de minister de verschuivings-
kosten betaalt kan deze behouden
blijven, anders wordt hij gesloopt.
Daarnaast wilde de raad er nog
enkele gebouwen meer op deze lijst
hebben, maar men heeft zich laten
overtuigen dat eerst maar eens ge
keken moet worden, wat er met bo
vengenoemde gevallen gaat gebeu
ren. O.i. een juist standpunt, want
terwijl de raad enerzijds stelde niet
te weten wat de consequenties hier
van zijn, stond ze van de andere
kant klaar om ondanks die on
wetendheid er nog maar gauw
wat andere panden op te plaatsen.
VOORLICHTING
Het vreemde is, dat en we vol
gen daarbij nog steeds maar het ver
slag van de raad terwijl feitelijk
niemand goed weet, wat plaatsing
op deze monumentenlijst nu feitelijk
wel betekent, toch tot plaatsing
wordt overgegaan. Deze Monumen
tenwet legt de eigenaar van het pand
beperkingen op. Wanneer men hier
iets aan wil veranderen, dan heeft
men een aparte vergunning nodig
van het Ministerie, dat er op toeziet
dat het karakter van het monument
niet verloren gaat. Dat kost extra
tijd en kan extra kosten met zich
brengen. Of dan gelden beschikbaar
zijn om in die extra kosten van
Rijkswege bij te springen, is e^ji
grote vraag. Wie bij de begrotings
behandeling in de Tweede Kamer de
bedragen gehoord heeft, die voor dit
doel zijn uitgetrokken, en het com
mentaar gelezen heeft wat de Mi
nister hierbij gaf, namelijk, dat dit
net voldoende zou zijn om gedane
toezeggingen uit het verleden te
kunnen honoreren, die kan met
recht afvragen, wat terecht zal ko
men van de nieuwe aanvragen
Wat er van de punten g. en h. te-
Dat ook de bestemmingsplannen
nog al eens aanleiding zijn om een
monument maar op te ruimen, is uit
het bovenstaande wel duidelijk. De
stedebouwkundige schijnt weinig oog
te hebben voor het monumentale in
Venrays gebouwen.
O.i. mag men dan binnenskamers
deze zaak grondig doorgesproken
hebben, wat uiteindelijk dan de bui
tenwacht er van te horen en te we
ten heeft gekregen is wel zeer, zeer
summier, waarbij het aan voorlich
ting over de betekenis van de plaat
sing op de lijst o.i. geheel onvol
doende is geweest.
Th. J.
Antwoord van de redaktie.
Het zal misschien aan ons liggen,
maar bovenstaand betoog kunnen
we niet goed volgen. Schrijver
schijnt er wel van overtuigd te zijn
dat het zin heeft historisch waarde
volle dingen te bewaren. Daaronder
horen dat Venray betreft, op de eer
ste plaats verschillende kerken, die
trouwens reeds vroeger op de mo
numentenlijst stonden. Daarnaast
zijn er verschillende kapellen, boer
derijen, schuren en enkele panden
in het centrum van de gemeente. In
derdaad zijn van de boerderijen
vooral, verschillende in dusdanige
staat, dat restauratie dringend nodig
is, of ze hebben een dusdanige be
stemming gekregen (varkenshok) dat
ze hun oude functie niet meer ver
vullen.
Nu kan men twee dingen doen.
Ofwel die gebouwen rustig laten
staan tot ze een keer invallen of
pogen te komen tot restauratie, tot
bewaring
Dat laatste is natuurlijk heel wat
zinvoller dan het eerste. Restauratie
en bewaring zullen geld kosten
Of dat geld er is, zal blijken wan
neer plannen voor restauratie wor
den opgezet en aan de Minister
voorgelegd. De minister zal kijken
of er inderdaad geld voor beschik
baar is en zo niet, dan houdt ook zijn
zeggingsmacht over het betreffende
gebouw op. Er zal dan tenminste een
uitspraak komen. En dat is, lijkt
ons, tenminste juist belangrijk.
Als b.v. de Wertsplats, een der
oudste boerderijen van Venray, be
houden moet blijven, dan zal de Mi
nister moeten bepalen, wat het al
gemeen belang (dat bescherming
eist van ons nationale monumenten-
bezit) in dit geval eist. Dat kan zijn.
Mede-betaling in de restauratiekos
ten en verandering van het bestem
mingsplan ter plaatse of als hij
daarvoor geen gelden beschikbaar
kan stellen of het bestemmingsplan
in het algemeen belang laat preva
leren boven de Wertsplats sloping.
De schrijver schijnt bevreesd dat
plaatsing op de monumentenlijst zo
vervolg Z.O.Z.