Willems en Alexanders
niet
alleen
chemisch
reinigen,
ook...
Je moet de wasserij erbij hebben
Veilig Verkeer...
tQt
|pns
pljls
Geen nachtvorst
met IJsheiligen
Politierechter
DE CENTRALE
VOLKSBANK
WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN
in 12 jaar stierven 5 vorsten van Oranje
Rijschool JAN JANSEN
lïïhïï
Nieuws van de
Mater Amabilis-
school te Venray
Je merkt het elke week
VRIJDAG 19 MEI 1967 No. 20
ACHT EN TACHTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY
GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 2727 GIRO 105M52
ADVERTENTIEPRIJS 12 et p. mm. ABONNEMENTS
PRIJS PER KWARTAAL 1.75 (builen Venroy 2.—)
Onze kennis omtrent het Neder
landse koningsgeslacht in de negen
tiende eeuw laat nog al wat te wen
sen over. Verder dan de namen van
de drie koningen Willem komen we
niet. Zegt ons bijvoorbeeld de naam
Alexander iets en is ons iets over
hun leven en hun dood bekend? Wie
weet bijvoorbeeld dat prins Alexan
der, zoon van koning Willem II een
nogal wild leven leidde in Parijs en
daar tengevolge van de verwondin
gen, opgelopen bij een duel, is over
leden? Dat zijn interessante feiten,
die bijna geen enkele Nederlander
weet. Daarom is het goed eens iets
over het koningshuis te vertellen.
Onder de mensen van onze tijd
zijn er natuurlijk maar enkelen, die
zich persoonlijk iets herinneren uit
de regering van Willem III, groot
vader van Juliana.
Wel kennen de meesten onzer por
tretten van de forse man met de
brede baard. Misschien weet de
thans levende generatie, dat de zo
zeer geliefde koningin Emma, de
moeder van Wilhelmina, zijn tweede
gemalin was. Eerste echtgenote van
Willem III was de briljante, hoog
begaafde Sophia van Wurtemberg,
die hem drie zoons schonk; in 1887
is zij overleden.
AAN GRIJPFND
In 1890 mocht de hoogbejaarde ds
van Koetsveld zeggen: „Toen een
meer dan zeventigjarige tot hofpre
diker werd benoemd, wie kon toen
vermoeden, dat het zijn zou, om bin
nen twaalf jaren al de vijf vorsten
van Oranje ten grave te brengen?
De taak is bijna te zwaar, vooral
deze laatste." Dat was bij de begra
fenis van koning Willem III. Behal
ve de zoons waren ook de broeders
van de koning overleden.
Er was dus geen mannelijk troon
opvolger meer. Maar er was een
dochter, de toen tien jaar oude Wil
helmina! Dat dit prinsesje van haar
geboorte af een krachtig gestel
bleek te hebben, was een reden tot
grote dankbaarheid.
Op die droeve novemberdag daal
de, met de kist van de oude koning,
in de grafkelder een tuiltje violen
en witte bloemen neer, het was er
opgelegd door „zijn lieve kind" Wil
helmina
KROONPRINSEN
EN VERDERE ORANJE'S
Wie waren de oranjevorsten, die
zo kort na elkaar stierven? In 1850
stierf de middelste zoon van Willem
III, dit was de kleine prins Maurits.
Hij werd slechts zeven jaar. De
kroonprins, Willem, overleed in 1879,
hij was toen 39 jaar oud. Aanvanke
lijk was hij bemind geweest bij de
Nederlanders, wat wel bleek bij de
tocht door het gehele land, die hij
na zijn meerder jarigheids verklaring
samen met zijn gouverneur had on
dernomen. Later is veel van de
volkssympathie voor deze prins ver
loren gegaan, o.a. door zijn langdu
rig buitenlands verblijven.
Na zijn dood werd zijn broer
Alexander kroonprins; van meet af
aan was deze echter zo zwak, dat
niemand verwachtte hem nog eens
de kroon te zien dragen. Hij stierf
in 1884. Dat was vier jaar nadat zijn
halfzusje Wilhelmina was geboren.
Aan haar werd door hun beider va
der Alexander's gehele nalatenschap
vermaakt.
Ook in 1848 was er een prins
Alexander gestorven (degene waar
over wij hierboven reeds spraken);
deze echter was een zoon van de
tweede koning Willem en dus een
broer van Willem III.
Kort vóór de dood van de kroon
prins Willem, had de laatste manne
lijke afstammeling van ons konings
huis het verlies van zijn enig over
gebleven broeder Hendrik te betreu
ren. Hij was in Luxemburg overle
den, maar het stoffelijk overschot
werd bijgezet in de grafkelder der
Oranjes in Delft.
En dan was er, als vierde van de
vijf Oranjevorsten, die door ds van
Koetsveld ten grave werden geleid,
prins Frederik, die een zoon van de
eerste koning Willem en dus een
oom van Willem III was. Koning
Willem III werd nog enige tijd over
leefd door zijn enige zuster.
VOORGESLACHT
Een geheel ander man dan Wil
lem III, zowel van uiterlijk als van
karakter, was zijn vader, koning
Willem II. Hij was slank gebouwd,
elegant. Men sprak van deze koning,
die door en door een militair was
en zich bij een aantal beroemde
veldslagen uit de napoleontische tijd
onderscheidde, als van „de ridder
lijke held van Waterloo". Op een
aantal plaatsen werden standbeelden
voor hem opgericht, zo ook op een
plein in de stad Luxemburg, hij was
immers een der koningen-groother
togen.
Als kind van een paar jaar oud
was hij met zijn grootvader, de ver
jaagde stadhouder Willem V, en zijn
vader, de latere koning Willem I,
scheepgegaan naar Engeland. Als
jongeman kreeg hij echter zijn op
voeding op een der Duitse land
goederen zijns vaders. Hij regeerde
slechts van 1840 tot zijn dood in
1849, maar in die korte periode stel
de hij toch een uitermate belangrij
ke daad: hij zette in 1848 de zeer
nodig geworden wijziging van de
grondwet door.
Zijn gemalin Anna Paulowna,
dochter van de russische tsaar Paul
I, stierf pas in 1865, zij overleefde
hem dus nog zestien jaren. Zij was
ook degene, die de naam Alexander
voor het eerst koos, omdat zij haar
tweede zoon wenste te vernoemen
naar haar broer, de Russische tsaar
Alexander I.
Deze tsaar Alexander is Nederland
veel verplicht: hij vocht meer tegen
Napoleon en stuurde de Kozakken
die ons land in 1815 bevrijdden van
de Franse overheersing.
MAAR 'T GEVAAR IS NOG
NIET GEWEKEN
In de volksmond hebben de IJs
heiligen een slechte naam. Ze heten
Pancratius, Mamertus en Servatius
en op hun naamdagen (resD. 11, 12
en 13 mei) zou het altijd onaange
naam koud weer zijn.
Nu komt er inderdaad omstreeks
deze tijd van het jaar wel eens een
koude depressie voor, maar niet zo
geregeld als „men" vaak aanneemt.
Evenmin vertoont een bepaald weer
type een voorkeur voor een bepaal
de dag (of reeks van dagen).
De schrik die de z.g. IJsheiligen
zaaien, bestaat vooral onder boeren
en tuinders. Het is namelijk de
nachtvorst die dan zoveel schade kan
aanrichten aan gewassen. Opvallend
genoeg is juist dit jaar veel nacht
vorst voorgekomen in de eerste
week van mei.
UITSTRALING
Men spreekt van „nachtvorst" al
leen in tijden dat de eigenlijke win
tervorst niet meer (of nog niet)
voorkomt. Licht heet de nachtvorst
wanneer alleen vlak boven de grond
de temperatuur tot onder het vries
punt daalt.
Wordt ook nog vorst gemeten op
de normale waarnemingshoogte (on
geveer twee meter boven de grond)
dan spreekt men van zware nacht
vorst.
De overdag ontvangen zonne
warmte wordt door de aarde
's nachts weer afgestaan, uitge
straald. Die nachtelijke afkoeling
gaat vrij geleidelik, want aanvan
kelijk is er nog sprake van aanvoer
van warmte uit diepere lagen naar
de oppervlakte.
Maar als ook die aanvoer ophoudt,
treedt er aan de oppervlakte een
sterke temperatuurdaling op; het is
dan meestal al laat in de nacht,
vaak tegen de morgenuren.
HELPENDE WIND
Is de hemel helder, dan kan nacht
vorst optreden. (Wolken houden de
uitstraling tegen en daardoor is in
het algemeen bij bewolking de kans
op nachtvorst veel kleiner).
Niet iedereen weet misschien dat
ook de wind het gewas beschermt
tegen nachtvorst: de wind zorgt er
namelijk voor dat het koude lucht
laag je vlak boven de aardoppervlak
te wordt vermengd met lucht van
hogere temperatuur. Het gevolg is,
dat juist in een tegen de wind be
schutte tuin het gevaar voor nacht
vorst het grootst is!
Het boekje Het weer in de prak
tijk (auteur J. J. G. de Jong, uitge
ver P. Noordhoff n.v.), waaraan hier
een en ander is ontleend, vermeldt
dat de laagste temperaturen worden
gemeten boven graslanden en zand
gronden.
Gras bevordert de nachtvorst
sterk: zwart gehouden gronden
daarentegen vertonen een tempera
tuur die gemiddeld bijna een graad
hoger ligt dan bij grasgronden.
KEERPUNT
De periode van de nachtvorst is
meestal zo omstreeks half mei wel
voorbij. Waarschijnlijk is dit precies
de oorzaak dat de nachtvorst zo
extra opvalt als zij zich in deze tijd
van het jaar toch nog voordoet en
hierdoor handhaven waarschijnlijk
de z.g. IJsheiligen hun angstaan
jagende reputatie.
„Meestal voorbij" wil natuurlijk
niet zeggen dat er sprake is van een
vaste regel. De meteorologische sta
tistiek vertoont nu eenmaal ook uit
zonderingen en records.
Zo is in oostelijk Groningen in
1952 nog grote schade aan gewassen
aangericht door nachtvorsten op 20
en 21 mei, waarbij aan de grond
temperaturen werden gemeten van
vier tot vijf graden onder nul.
Bij helder weer en schrale noor
delijke of oostelijke wind kan nacht
vorst zelfs nog wel later in het jaar
voorkomen, al richt zij dan niet veel
schade meer aan. Een van de laatste
nachtvorsten ooit in ons land geme
ten, was die van 28 juli 1952 vlak
voor zonsopgang op het vliegveld
Deelen bij Arnhem.
Wie autorijden wil leren,
moet het bij Jansen
proberen.
Tedderstraat 19 tel. 04780-1600
De slager die nu terecht moest
staan wegens verwoede pogingen om
enkele kinderen een plattere bief
stuk te bezorgen, had het al meer
met de buurt jeugd aan de stok ge
had. „U bent al driemaal veroor
deeld wegens mishandeling", sprak
de politierechter misprijzend.
„Maar die kinderen gaan niet vrij
uit", dreigde verdachte. „En de va
der die toestaat, dat ik uit zijn huis
in de luren wordt gelegd, kunnen ze
wat mij betreft afsnijje!"
„Bedoelt u de hals afsnijden?"
vroeg de officier voor alle zekerheid.
„Nee meneer, de telefoon natuur
lijk."
„Maar meneer, daar kwamen die
boodschappen over." „Valse bestel
lingen?" vroeg de rechter en bla
derde in zijn dossier. „Nee, dat ver
haal van dat varkensvlees. Ik word
opgebeld, ik neem an en daar zegt
een stem: „Slager, heppu varkens
vlees. Ik zeg ja dame, want ik dacht
dat 't een dame was. Zegt die stem:
heppu ook varkenspootjes? Ik zeg
weer: ja dame, ik heb varkenspoot
jes. Zegt die stem: o ja? Dan zult u
wel slecht in uw schoenen komen."
Staande en zittende magistratuur
doken pardoes in hun papieren. De
parketwacht draaide zich om en
snoot uitvoerig zijn neus. „Nou me
neer, datzelfde kind heb 't klaarge-
speeld met die vrindjes van 't me
dagen lang na te roepen: de slager
die hep varkenspootjes, hi-ha-ho. En
ik me maar bedwingen. En ik niks
terugdoen."
„Nou, niets terugdoen?" vroeg de
rechter, die zich het eerst hersteld
had. „U hebt er drie geraakt. En
flink ook."
„Dat was na het derde telefoontje,
meneer. Het tweede kwam zoge
naamd van de bakkersvrouw. Zeit
dat mens: slager, ik heb zoveel koe-
kies over, kun je nog tien lange vin
gers gebruiken. Ik zeg: ja mens, geef
mij maar tien lange vingers. Krijg ik
van dat akelige snert jong te horen:
dan kun je nog méér centen gap
pen!"
Rechter en officier, nu beter voor
bereid, beten meewarig op hun lip,
terwijl op de tribune luid gegrinnik
opklonk. „En die knapen dagen lang
sarren: de slager wil lange vingers!"
vervolgde de verdachte.
„Ik zie nog steeds geen reden, om
van die knapen haché te hakken",
zei de officier geheel in stijl.
„Dat kwam pas na het derde tele
foontje, meneer. Stel u voor, u wordt
gebeld door de PTT en een vriende
lijke stem zegt u: ach meneer, er is
een storing in uw draadjeskabel,
wilt u ons even van dienst zijn? Wat
zeggu dan? Natuurlijk, u zegt ja. Dat
zei ik ook, meneer. Zei die stem:
wilt u dan even het snoer nameten
tussen de hoorn en uw toestel? Nou,
ik leg m'n lever en m'n niertjes neer
laat m'n klanten gaan, ga naar de
huiskamer, pak een centimeter uit
m'n vrouw d'r naaimandje en méét
dat snoer. Eén meter vijftig, zeg ik
tegen de storingsjuffrouw. Wat krijg
ik voor antwoord: O, dat is dan nét
genoeg om je op te knopen. Nou,
toen ben ik d'r toch op af gegaan."
„U had beter een aanklacht kun
nen indienen", sprak de officier ver
manend. „Dan was die telefoon
waarschijnlijk wel afgesneden. Maar
nu bent u te ver gegaan." En hij
eiste met veel omhaal van woorden
negentig gulden boete of tien dagen.
„Dat zijn dure biefstukjes", ver
zuchtte de slager.
heden opleveren. Bij de steeds gro
ter wordende snelheden is dit laat
ste niet alleen gevaarlijk, maar eist
bovendien een goed verkeersinzicht
van de bestuurder.
Een schone vluchtstrook garan
deert in bepaalde noodsituaties, zo
als het abrupt stoppen van een voor
ligger, een uitwijkmogelijkheid. Re
kening houdend met de toekomstige
intensiteit- van het gehele Neder
landse wegennet zal 'n vrije vlucht
strook op de autosnelweg voor am
bulance, brandweer, politie, wegen
wacht en andere hulpverlenende
diensten de mogelij kheid scheppen
om bij filevorming en ongelukken,
via deze strook snel tot de plaats
van het ongeval door te dringen.
EEN PAAR NUTTIGE WENKEN
Laat uw auto niet langer op
een vluchtstrook dan strikt noodza
kelijk.
Plaats uw auto op de vlucht
strook altijd uiterst rechts en zet de
handrem aan.
Stap bij voorkeur rechts uit;
een portier dat aan de rijbaankant
geopend wordt, brengt schrikreac
ties teweeg.
Staat uw auto zonder verlich
ting, plaats dan de gevarendriehoek
op 30 m afstand „stroomopwaarts".
Ook als u overdag en 'snachts zo
danig stilstaat dat uw auto niet tij
dig door andere bestuurders kan
worden opgemerkt, dient u van uw
gevarendriehoek gebruik te maken.
STOPPEN:
U weet het natuurlijk wel, stop
pen, keren en achteruitrijden op de
autosnelweg, waartoe ook de vlucht
strook behoort, is verboden. Toch
wordt er tegen dit verbod nog te
veel gezondigd. Stoppen en achter
uitrijden met name, vindt vooral
plaats wanneer bijvoorbeeld een
automobilist een afrit, die hij had
w:illen benutten, voorbij gereden is.
De gevaren die door deze manoeuvre
meestal ogenblikkelijk ontstaan
men rijdt in feite op een éénricht-
tingsweg tegen het verkeer in
kunnen altijd voorkomen worden,
wanneer wordt doorgereden naar
de eerstvolgende afrit.
Eenzelfde gedrag valt nogal eens
te constateren op verkeerspleinen,
(rotondes) waar menig ter plaatse
onbekende automobilist de juiste
richting niet kan vinden. De veilig
heid wordt in dit geval slechts ge
diend, wanneer 'de automobilist het
plein nog maar eens rondrijdt (en
dan beslist de goede afslag vindt).
VRIJ, DIE VLUCHTSTROOK
Naast het verbod een motorrijtuig
op de autosnelweg tot stilstand te
brengen (artikel 88 RW) heeft de
wetgever bepaald dat alleen maar
dan ook alleen in noodgevallen
zoals bijvoorbeeld bij motorpech, ge
stopt mag worden op de vluchtstro
ken (uiterst rechts).
De automobilist kan echter veel
mogelijke noodgevallen voorkomen.
Zo zullen auto en automobilist goed
uitgerust moeten zijn en de benzine
tank behoorlijk gevuld.
Het komen op de vluchtstrook voor
een incidentele stop en het daarvan
vertrekken, kan tal van moeilijk
OOK VENRAY SPAART MEE
De Centrale Volksbank heeft in
1966 een zeer gunstig jaar gehad.
Het spaartegoed nam toe met 23,5
miljoen gulden méér dan in 1965, 'n
vooruitgang van ongeveer 11,8 pet.
Dit cijfer maakt een goede indruk,
het is iets meer dan het landelijk
gemiddelde. Als we het totaal-te-
goed delen door het aantal spaar
ders, komt men op ongeveer 934
per rekening. Dit was 10 jaar gele
den 357.Het duurde destijds 30
jaar om van gemiddeld 128 te ko
men tot het bedrag van 357 en nu
slechts 10 jaar om dit laatste bedrag
te verhogen tot 934.
Het totaal aantal spaarrekeningen
nam toe met 5840.
In Venray had men in 1961 een
spaartegoed bij de Centrale Volks
bank van ongeveer 33.000, nu in
1966 is dit bedrag gestegen tot on
geveer 48.000
De Centrale Volksbank is een van
de spaarbanken die tesamen met 230
anderen is aangesloten bij de Ned.
Spaarbankbond. Zij bezet in die
bond de vierde plaats met bijna 230
miljoen gulden. Zij beschikt over
626 agentschappen en 29 bijkanto-
De Nederlandse Spaarbankbond
werd in 1817 opgericht en viert op
29 mei a.s. het 150-jarig bestaan;
(zie advertentie elders in dit blad).
Die dag zal een speciale jubileum
spaaractie worden gehouden, met
aantrekkelijke spaarpremies en at
tenties.
Voor de Centrale Volksbank zijn
het vooral de kassiers die in alle
bescheidenheid en vrijwel onopge
merkt hun belangrijk werk ver
richten. Door hun handen ging in
het afgelopen jaar circa 170 miljoen
gulden.
De Bonds-Spaarbanken beheren
gezamelijk bijna 6 miljard gulden,
van ruim 5 miljoen spaarders. Het
zijn cijfers, die duidelijk demon
streren dat het 150 jaar oude spaar-
bankwerk in onze samenleving on
misbaar is. De Centrale Volksbank
heeft hierin een belangrijk aandeel
gehad, en een zeer positieve bijdra
ge geleverd in de bezitsvorming, die
zij voor een groot deel van haar
spaarders heeft gerealiseerd.
De Centrale Volksbank is één van
de Bondsspaarbanken die trouw is
gebleven aan de oorspronkelijke
doelstelling van de eerste Nederl.
spaarbanken, die, als sociale instel
lingen, zonder winstoogmerk, uit
sluitend de belangen van de spaar
ders wenste (en nog altijd wenst) te
behartigen.
alle voorkomende
zoals
onzichtbaar stoppen
stootbanden vernieuwen
korter maken
zakken vernieuwen
enz. enz.
Limburgs beste stomerij
Eindstraal 16. Venray
tel. (04780) 1303
Tot het bestuur van de Mater
Amabilisschool en Jongeren Cursus
is toegetreden, mevr. A.W.M. Bloe-
men-Huiskens uit Venray.
Voor de 2e-jaars cursisten die zich
opgegeven hebben voor het facula-
tieve 3e-jaar is er donderdagavond
18 mei om 8 uur een bijeenkomst in
het clubhuis.
Een groep M.A.-cursisten met hun
genodigden bezoeken op maandag 22
mei a.s. in de Schouwburg de ope
rette „Die Lustige Witwe". Verzocht
wordt deze week de kaarten aan 't
clubhuis af te halen.
HOBBYCLUBS:
De sportclub van de M.A.S. staat
onder leiding van de heer J. van
Kuijck. Bijeenkomsten zijn iedere
maandag- en donderdagavond van
9-10.30 uur in de gym-zaal van de
Mulo.
De handenarbeidclub staat onder
leiding van de heer P. Clephas en is
elke donderdagvond in de L.T.S.
De toneelclub is begonnen met re
petities voor een variété-program
ma voor de sluitingsavond 29 juni.
Iedere maandag en- donderdag zijn
de repetities in het clubhuis, o.l.v.
kapelaan Driessen.
WASSERIJ DE PEELPAREL VENRAY - TELEFOON 1586-2300 KEMPWEG 23a - 24