Herstructurering Particuliere bouw in 1967 voor ons, door ons MARTENS WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN BLAUPÜNET televisie komt van Belangstelling voor het VOORGESLACHT Welfare werk van het Roode Kruis VRIJDAG 24 FEBRUARI 1967 No. 8 ACHT EN TACHTIGSTE JAARGANG F PEEL EN MAAS Sr DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL 1512 GIRO 1050652 ADVERTENTIEPRIJS 12 ct p. mm. ABONNEMENTS PRIJS PER KWARTAAL 1.75 (buiten Venray 2.—) Het raport dat in EEG-verband uitgebracht is, toont aan dat in Bel gië 52,2 pet. van de arbeiders een eigen woning bezit. In Duitsland is dat cijfer 33 pet. en in Frankrijk 19 pet. Slechts 17 pet. van de Neder landse arbeiders heeft een eigen wo ning. Aldus officiële cijfers, die in fei te toch weer eens aantonen, dat het hele sprookje van bezitsvorming, dat we in Nederland heten voor te staan in werkelijkheid ook een sprookje gebleven is. We hebben in het verleden over deze kwalijke zaak meermalen ge schreven. Geschreven omdat we in Venray zelf praktisch een illustra tie gekregen hebben van dit failliet. Voor de oorlog praktisch 90 procent van de inwoners in een eigen wo ning, nu in 1967 nog geen 22 procent meer en we mogen veronderstellen dat het percentage eigen woningen voor arbeiders in Venray zelfs on der het landelijk gemiddelde ligt. En dat ondanks het feit dat het kopen van woningwetwoningen in Venray behoorlijk van start is gekomen. We gaan weer niet alle oorzaken opnoe men, waarom in Venray praktisch alleen woningwetwoningen gebouwd zijn, waarom particuliere bouw zo weinig en te weinig kansen heeft gekregen, we willen ons slechts af- vrgaen, komt daar in de toekomst verandering in. Eindelijk verande ring in Wie b.v. de plannen ziet voor de woningbouw in Veltum merkt dat daar van de bijna 1000 woningen zegge en schrijve 52 ruimten gere serveerd worden voor particuliere woningbouwVan de 300 wonin gen die men daar in 1967 hoopt te verwezenlijken kunnen 40 woningen voor particuliere bouw bestemd worden. Men kan bepaald niet zeg gen, dat hier nu eindelijk eens vrij baan komt voor. degenen, die eigen bezit nu in praktijk willen gaan brengen. Naturlijk, er liggen links en rechts in het centrum nog wat lege stukken en daarop kan de par ticuliere bouwer zijn gang gaan. Maar dan moet men eens even een onderzoek instellen of die stukken te koop zijn en zo ja, tegen wat voor prijzen. Men zal dan vrij snel be grijpen, waarom die stukken leeg blijven liggen. Particuliere bouw plannen schijnen voor bouwgrond- bezitters te wijzen op het bezit van een goudberg. Ja en dan is er nog plan Molen- klef, dat imers praktisch geheel ge reserveerd is voor particuliere bouw, zij het dan patio-woningen of kleine bungalows. Maar degene, die al bijna twintig jaren in Venray zit te wachten om een kleine bungalow te kunnen bouwen en die zijn er kan voorlopig niet terecht, want plan Molenklef kan nog wel „even" duren Men gaat naar Horst en Overloon en daar kan men vrij gemakkelijk een kleine bungalow bouwen. Al ja ren, terwijl er hier al die tijd plaats noch gelegenheid voor was Het eigenaardige is, dat geen en kele raadsfractie zich hierover tenminste in het openbaar ooit nu eens terdege heeft uitgesproken. Men heeft eens wat gekankerd over houten woningen, die hier niet, in Wanssum wel gebouwd mogen wor den. Men constateert dat er in Ven ray wel wat veel flatwoningen wor den gebouwd, maar laat het er rus tig verder bij. Er zijn nu eenmaal een heel stel woningzoekenden en willen die geen flat, dan maar niets. We kunnen ons immers de luxe niet verantwoorden om de flats te laten schieten, wat dan hebben we nietsAllemaal een- of meer ge zinswoningen gaat niet, want dan komen we niet ana de curveprijs, En diezelfde prijs is er al oorzaak van dat bepaalde huizen duurder moesten worden, omdat een deel van de kosten der woningwetwoningen hierop „vercalculeerd" moesten wor den We vrezen met grote vreze dat op die manier in een land, waar de woning meer dan elders het cen trale punt van het gezinsleven is, het eigen bezit diezelfde woning een onbereikbaar ding blijft, tenzij men later de woningwetwoning koopt, waarin men woont. Dat is voorlopig ook de enige manier om aan bezits vorming te doen. Dat deze manier zijn consequen ties heeft in die zin, dat men thans in woingwetwoningen mensen 'stopt' voor wie deze woningen helemaal niet bestemd zijn, schijnt men nog steeds niet te willen begrijpen. Er zijn praktisch geen andeer mogelijk heden en dus De betreffende leert het geld, wat hij normaliter voor zijn woongenot moet spenderen, elders voor te ge bruiken. En over een X aantal jaren zetten we weer de zoveelste door- stroom-regeling op poten om ze er dan uit te krijgen, maar ze blijven zitten, waar ze zitten en houden goedkope woningen vast, terwijl de mensen, die het wel nodig hebben naar duurdere kunnen trekken. Deze politiek volgen we nu al ja ren, noodgedwongen misschien, maar de bezitsvorming in die zin dat we het bezit van eigen huis mo gelijk maken, anders dan door de koop van een woningwetwoning, is er niet bij. We voelen ons een heel stuk boven die Belgen, maar daar hebben 52 van elke 100 Belgische arbeiders een eigen home, een eigen stuk bezit en hier nog geen 17. Die hebben niet zo hard geroepen over bezitsvorming, maar hebben ge bouwd En daar zijn we in het jaar onzes Heren 1967, 23 jaren na de oorlog, nóg steeds niet aan toe Ook voor de genealogische afdeling van de Geschied- en Oudheidkundi ge Kring Venray bestaat grote be langstelling. Dat mag men tenmin ste aannemen als men het bezoek aan de lezing van de heer Delougne uit Roermond als norm neemt. Deze spreker vond namelijk maandagavond in het Cultureel Centrum vele belangstellenden rond zich toen hij iets meer kwam ver- tetllen over de beschrijving der ge slachten en het nazoeken van hun afstamming, wat men dan samen vat onder genealogie. Hij vertelde eerst iets over de ge schiedenis der genealogie, die zowel beschrijvend als vergelijkend als verklarend kan zijn en wist in dit verband veel wetenswaardig te ver tellen over het ontstaan der stan den, over pogingen tot in deze tijden om bepaalde vorstenge slachten door te laten lopen tot in de Romeinse keizertijd en wees in dit verband bv. op de Keizer van Ethiopië, die zich nog altijd de Leeuw van Juda noemt. Vervolgens besprak hij het nut van de .genea logie, die behalve in relatie met de geschiedkunde ook voor andere we tenschappen van belang kan zijn. In dit verband wees hij bijv. op de er felijkheidsleer, terwijl ook sociolo gen en zelfs economen er dankbaar gebruik van maken. De methoden om de geslachten te beschrijven werden door de spreker uitvoerig behandeld. Zo vertelde hij dat men bij een stamboom naar alle voorvaders in de mannelijke lijn zoekt, terwijl bij het opmaken van een kwartier staat de voorouders nazocht van een bepaald persoon. Dat lukt vrij goed tot 1798, toen de Burgerlijke Stand in deze contreien werd ingevoerd, die deels hier in het archief, deels in Maastricht te vinden is. Wil men nog vroeger gegevens vinden, dan komt men terecht in doopboeken en akten en bescheiden. En uit de woor den van de spreker bleek wel, dat men dan op zeer moeilijk terrein komt. Maar desondanks spraken de leden van deze afdeling af in de vol gende vergadering, die op 7 juni a.s. gehouden wordt te zorgen hun hoofdkwartier-staat in orde te heb ben. In de vrtf vervallen barak achter de Landbouwschool ziet men op maandag-middagen wat dames naar binnen gaan. En in een der lokalen staat een stalen kast, waarin wat wol, katoen en linnen ligt, wat garen, wat pitriet en wat kralen. De ene dame vraagt om een strengetje wit garen en de ander om wat wol. De een levert een schortje in, de ander wat mozaïek-werk: een fel gekleurde clownskop en weer een ander een wollen das. De zoveelste „zit dag" van het magazijn van het Welfare-werk van het Roode Kruis Wij mensen realiseren ons feite lijk nooit hoe rijk we zijn. Met al onze problemen en moeilijkheden hebben we één grote schat, namelijk onze gezondheid. We beseffen dit eerst als we griep krijgen, als ons een ongeluk overkomt of we door gestuurd worden naar een zieken huis. Maar als dan na verloop van enkele dagen of weken het ergste geleden is, dan willen we weer er uit en we zijn niet gelukkiger als» dat we het bed weer kunnen ver laten en weer gewoon ons dagelijks werk kunnen gaan doen. Alleen ver geten we dan weer gauw, hoe rijk we zijn UITGESLOTEN i Als je dan kankert over een ver koudheid, die je niet kwijt raakt, over een kies, die misschien wel ge plombeerd moet worden, dan is het wellicht eens goed mee te gaan met een van de 25 Venrayse dames, die een middag in de week hun huis houden het huishouden laten en op bezoek gaan bij Venrayse mensen, die al dikwijls jaren bedlegerig zijn. Gewoon op bezoek om deze mensen wat afleiding te geven, er eenss mee te praten, ze eens wat te doen geven. Realiseren we ons wel eens, dat er in onze eigen omgeving, misschien in onze eigen straat mensen leven, die sinds jaar en dag bedlegerig zijn. O, de eerste vier, vijf weken was er bezoek genoeg. Bezoek van familie, vrienden, bekenden. Maar dan slapt het af. „Waarover moet je met zo iemand nu nog pratenEn die enigsten die overblijven als trouwe bezoekers, dat zijn de doktor en de pastoor en voor de rest hebben we die mensen uitgestoten. We zwaaien er een keer tegen als we ze aan het raam zien liggen en we denken even och ja, die ligt er ook nog altijd en gaan over tot de orde van de dag. Hoe die mens daar zijn tijd kapot krijgt, hoe die daar maar ligt te lig gen, daarover maken we ons niet druk. We hebben het te druk met andere dingen. WELFARE WERK Gelukkig zijn er mensen, die zich daarpver wel druk maken. Dames, die mede namens U en mij een mid dag in de week zich beschikbaar stellen, voor wat we zo echt Neder lands: welf are-werk noemen en wat in feite niets anders is, dan deze mensen een zinnige afwisseling te geven op hun ziekbed. Zo zijn we maandagmiddag meegegaan met Mevr. Warnaar naar de familie Arts in Merselo. Twee meisjes Grada en Leen zijn samen al bijna 18 jaren ziek. Grada is geheel bedlegerig, Leen kan met moeders hulp nog in een stoel zitten. Hun beider leven speelt zich af in twee kamers van de woning Grootdorp 40 en het enig ste vertier is, wat op straat voorbij De Venrayse afdeling zal verder kontakten zoeken met provinciale en landelijke organisaties op dit terrein, terwijl de heer Delougne staande de vergadering reeds menig goede tip wist te geven voor belang stellenden hoe en waar ze het beste om nadere inlichtingen konden aan kloppen en welke methode ze het beste konden volgen. komt. Ze zijn gelukkig nu naar de kom van het dorp verhuisd, maar woonden eerst achteraf, waar men dagen lang soms geen sterveling zagDeze beide meisjes worden nu sinds twee jaren bezocht door dames van het Roode Kruis, die eens met hen praten en die hen ,.vlusjes" te doen geven, die aflei ding geven en er zelfs op gericht zijn om bepaalde bewegingen in stand te houden, die anders wellicht verloren zouden gaan. Het bezoek van deze welfare-dame wordt door beiden met vreugde begroet. Leen toont vol trots een servet, dat door haar klaar is gemaakt van het stof en het ga ren dat het Roode Kruis ter be schikking stelde. Grada kan dat niet meer, maar is met pitriet bezig ge weest. Een karwei, dat haar gauw moe maakt, maar desondanks toch veel voldoening geeft. Nu gaat ze schilderen, samen met Mevrouw Warnaar, die wat tubes verf meegebracht heeft en enkele lege Moccana-potten, waarop de patiënte met behulp van deze dame wat bloemen schildert. Een moei zaam karwei omdat haar vingers niet altijd meer doen wat ze wil Zo werkt men een uur, men praat wat over kleine dingen, die voor de ze meisjes zo belangrijk zijn. En als de welfare-werkster moet gaan, ziet men spijtige gezichten. Men infor meert of ze misschien nog terug komt deze week I BAZAR Het gereed gekomen spul wordt ingepakt en meegenomen naar het Roode Kruis-magazijn, waar alles netjes wordt ingepakt en bewaard tot de grote bazar, waarop alles ver kocht wordt of tot iemand eens een schortje, een tafellaken, een das komt kopen. De opbrengsten van een en ander worden tegoed ge schreven op naam van de patiënt, die het gemaakt heeft en die van dat tegoed iets voor zichzelf kan ko pen. Wat beddegoed, een pyama Zo gebeurt dat bij een vijf en twintig langdurige zieken iedere week opnieuw. Daar zijn oudere mensen bij, die door een of ander gebrek niet meer naar buiten kun nen en zouden vereenzamen, als de welfare-werkster er niet was met haar „klusjes", waar ze het nu druk mee hebben. Er zijn jonge moeders bij, die uit hun jong gezin zijn ge trokken en het werk en hun kinde ren nu aan anderen moeten over laten. Het welfare-werk helpt hen dat grote offer te brengen. Er zijn jonge mensen bij als de gezusters Arts uit Merselo, die 't leven alleen maar kennen vanuit een zieken kamer, vanuit een bed. De welfare werkster brengt weer een ander kontakt, geeft hun wat andere be zigheid, verandert hun leven ten goede. Er zijn mannen bij, die wollen dassen klaar maken of ze al zijn le ven gedaan hebben en theemutsen in elkaar zetten als de beste naai ster, terwijl dames met fineerwerk bezig zijnDat welfare inderdaad welzijn betekent, ervaart men als men de moeite doet zich in dit zo nuttige en noodzakelijke werk te verdiepen. Het brengt levensvreug de, levensmoed en niemand die dat Herstructurering begint een modewoord te worden, maar wtf hebben een hoop andere woorden nodig om aan te geven wat men er mee bedoelt: de ruimtelijke herindeling van een groot gebied. Ruilverkaveling, streekverbetering c.d. woorden zijn daarvoor on voldoende. Die hebben namelijk vooral agrarische of agrarisch- sociale en economische betekenis. Ze werden n.l. steeds uitgevoerd op strikt zakelijke gronden, wanneer de betrokkenen geacht wer den dat te wensen. Aanvankelijk ging het er om verspreid lig gende percelen bijeen te voegen tot stukken die dichter bij de be drijfsgebouwen lagen. Door het dempen van sloten en het wegval len van overtollige wegen en perceelsafscheidingen leverde dat meestal een flinke winst aan cultuurgrond op. Maar er kwam veel méér bij: betere wegen, betere ont- en afwatering, allerlei cul tuurtechnische werken, verplaatsing van boerderijen, betere ge bouwen (waardoor ook de boerin er by betrokken geraakte), bete re voorlichting en zelfs een betere landschapszorg. RUILVERKAVELING NIET HET EINDE Ondanks de gebreken die vroege re ruilverkavelingen blijken te ver tonen, gaat men verder, lerend van vroegere fouten (te smalle wegen, te kleine bedrijven, te grote lasten enz.). Men heeft ook veel meer aan dacht voor de niet-agrarische kant van de zaak. Men zorgt voor recrea tieruimte, passende beplantingen, voldoende waterpartijen enz. Ook heeft men aandacht voor be- drijfsvergroting en tracht bepaalde bedrijven uit te kopen. Het meest actuele voorbeeld in deze contreien is het ruilverka velingsplan Lollebeek. Hier is men volop bezig het oude boerenland ten zuiden en westen van Venray-cen- trum te veranderen in nieuw vruchtbaarder land, dat efficiënt te bewerken is. Een gelukkige omstan digheid is dat ook Oostrum hierbij betrokken wordt, waar in de na-oor- beter beseft als de doktoren, die hoog opgeven over dit werk en graag hun langdurige patiënten in de zorgen van deze welfare-werk sters aanbevelen. KERKDORPEN We praten hier later over met Mevr. v. Bolhuis, Julianasingei 7, die de leidster is van dit werk in Venray. Twee jaren is het Roode Kruis thans bezig en geen enkele zieke zou het willen missen. Voor wat het centrum betreft zijn er vol doende werksters, al blijft iedere dame welkom die dit werk wil doen. Maar op de kerkdorpen had men nog graag meer dames voor dit werk. Nu moet men vanuit Venray- centrum de zieken op de kerkdorpen bezoeken en dat is wel eens be zwaarlijk. Daarom als er dames zijn op de kerkdorpen, die iets voor dit prachtige werk voelen en daar tijd voor over zouden hebben, dan zijn ze van harte welkom. Ze moeten als de andere welfare-werksters een cursus volgen van 10 lessen, waarin ze iets leren over het werk als zodanig en van een dokter, een geestelijke en een psychiater ook de geestelijke achtergrond van dit werk eens wat nader toegelicht krijgen. En dan kunnen ook zij ingezet wor den voor dit goede werk voor onze langdurige zieken. Een werk, wat de zieken ten goede komt, maar dat henzelf ook rijker maakt. En U en ik, die geen welfare werkster kunnen worden, hoe kun nen wij dit werk steunen, dat toch mede in onze naam door deze dames gedaan wordt. Het klinkt wat pro- za-isch misschien, maar doodgewoon door lid te worden van het Neder- landsche Roode Kruis, waarvoor weer een ledenwervingsaktie aan de gang is. Wij met z'n allen moeten zorgen dat ook dit onderdeel van het Roode Kruiswerk in deze plaats verder kan gaan. Dat zijn we aan onze zieke medemensen verplicht. logse jaren nog al enige veranderin gen zijn gekomen en herstructure ring dit oude landbouwdorp een heel wat gemengder bevolking gegeven heeft. Daar komt eerlang een einde aan urenlange tochten naar veraf en versnipperd liggende percelen, aan misschien idyllische maar tijdroven de en slechte wegen. Helaas blijft de gem. bedrijfsgrootte volgens de kenners vrij klein en zal daar wei nig verbetering in komen bij de mo derne vorm van ruilverkaveling. NIEUWE AANPAK Grotere bedrijven stichten? Dat is volgens kenners stellig nodig. Maar dat kan nooit zonder dat een groot aantal boeren verdwijnt. Op het ogenblik komt ook Merse lo in beweging. Daar werd lange tijd de gedachte aan herstructurering steeds beslist afgewezen. Maar de tijd gaat verder en vele bedrijven liggen ongelukkig en de ontwatering is slecht. Men wil daar thans wel eens over de kwestie praten. Dat is het begin van een nieuwe aanpak. Zo is de hele landbouw rond Ven ray in beweging. De drang tot nieu we aanpak ontstaat overal waar vakbekwame boeren, die hun bedrijf prima in orde hebben, bemerken dat zij wat de produktie per man betreft tegen het plafond stoten. Dat plafond wordt vaak gevormd door: slechte ligging der percelen, onvol doende afwatering en gebreken die alleen door grote cultuurtechnische werken zijn te verhelpen. HET VOORBEELD Ook het voorbeeld der IJsselmeer- polders werkt in die richting. Men ziet daar grote, goed liggende ka vels, moderne gebouwen, goede we gen en geen trammelant met uit breidende woonkernen en dat soort dingen. Dat klopt in grote trekken ook wel. Maar doordat men ginds be gint met een zeer groot en leeg op pervlak waar niemand iets te zoe ken heeft dan het rijk, kan ook de toekomstplanning sluitend zijn. Wanneer er t.z.t. een vier- of zes- baansweg naar Lelystad komt, dan snijdt men daarmee in niemands vlees: het traject ligt al lang klaar en de stukken land die daarmee ge moeid zijn, worden nooit uitgegeven en steeds los verpacht en er komt geen enkel gebouw op. Maar wanneer andere streken en met name Venray e.o. zich bezin nen op herstructurering hebben zij er rekening mee te houden, dat hun plannen in de toekomst letterlijk en figuurlijk doorkruist kunnen worden door wegen, kanalen, industrieter reinen, groene singels en allerlei an dere niet-agrarische onderwerpen, die alles in de war sturen. I OVERLEG GEWENST Er zijn in deze contreien wegen plannen en ruimtelijke plannen en streekplannen. Bij de totstandko ming daarvan zijn de landbouw organisaties nauwelijks of niet be trokken geweest! Men gaat er van uit, dat zij maar rekening moeten houden met wat in de toekomst gaat gebeuren. Helaas kan dat niet altijd gemakkelijk, omdat de plannen vaak gewijzigd worden, omdat ze vaak uitgesteld worden door gebrek aan openbare middelen en omdat de volgorde en de tijdplanning vaak anders verlopen dan men zich ge dacht had. Om een duidelijk voorbeeld te geven: Men is thans bezig een streek-recreatieplan op te zetten. Een plan dat bepaalde consequenties heeft voor bepaalde landbouwbe drijven. Maar het Lollebeekplan heeft hiermede geen rekening ge houden en het streekplan had geen kontakt met de mensen van het Lollebeekplan. Een ander voorbeeld: Er komt 'n nieuwe provinciale weg Venray Horst, maar hoe lang heeft het fei telijk geduurd voordat de mensen van het ruilverkavelingsplan ligging en tracé te weten kwamen? En is er al enig overleg over de autobaan van Venlo naar Nijmegen, die paral lel aan de nieuwe provinciale weg komt lopen? En die op zijn beurt

Peel en Maas | 1967 | | pagina 1