aubade Schouwburg programma CULTUUR moeilijk uióóbd Stichtings geschiedenis van het Centrum (vervolg van voorpagina) Laten we teruggaan naar de bouw, die ruim twee jaren heeft ge duurd. Enkele cijfers geven toch wel een indruk van wat hier is gepres teerd. Zo zijn er met graafwerken 7000 m3 zand verzet. Er is meer dan 1000 m3 beton gestort. Hierbij mag worden opgemerkt dat in de overi gens vrij conventionele bouw toch wel een bouwtechnisch snufje is ge bruikt in die zin, dat de gemetselde wanden (66 cm dik) van de schouw burg zelf, tevens de bekisting waren voor de betonnen kolommen, die de spanten dragen en die zorgen voor de nodige stijfheid van die wanden. Dat betekende o.m. dat bij het op- treken van deze wanden telkens een meter gemetseld kon worden, waar na dan weer de beton gestort moest worden. Aan betonijzer zit in het cultureel centrum ruim 72 ton ijzer. De metselaars hebben daarnaast 400.000 stenen verlegd en 7000 B2 blokken. 2000 m2 cementvloeren zijn netjes afgestreken. Aan halmplank is ruim 2000 m2 gebruikt, terwijl er bovendien aan balk en kaphout ook nog eens 1000 m3 hout gebruikt is. Voor construc tie-ijzer moest liefst 43 ton worden aangevoerd. 800 m2 houten vloer moest op zijn plaats gelegd worden, terwijl 750 m2 glas zorgen dat het centrum er „luchtjes" bij ligt. De heren Nic Roos, opzichter van het aannemingsbedrijf en J. Verbeek opzichter van het architectenbureau Swinkels hebben met de architect Ir. Knibbeler de ontwerpen van dit centrum, in deze twee jaren nog heel centrum in deze twee jaren nog heel wat problemen en probleempjes op moeten lossen, waarbij echter wel mag worden opgemerkt dat de bouw kwalitatief veel beter is geworden, dan in zijn eerste aanzet feitelijk wel de bedoeling was. Linoleumvloe- ren zijn vervangen door marmeren tegels en vaste vloerbedekking. De schouwburgwanden, die eerst alleen gestucadoord zouden worden, nu nu bekleed en de technische outillage van het toneel is veel ruimer gewor den, evenals de uitrusting van het restaurant Maar laten we verder gaan. Aan stucadoorswerk ist verzet door het Venrayse stucadoorsbedrijf Gebr. de Bruyn een oppervlakte van 4500 m2. 112 radiatoren, 10 convectoren en 1 grote buisspiraal zorgen voor de no dige warmte in dit gebouw, daartoe aangedreven door twee verwar mingsketels, die een kwart miljoen kalorieën warmte leveren. Voor vloerbedekking van direc tiekamer, bibliotheek en leeszaal, alsmede in de vergaderuimten zorg de woninginrichting Rob van Haa- ren met ruim 600 m2 linoleum. Wat de toneelverlichting betreft vindt men in de schouwburg zelf 78 lampen voor verlichting van de zaal. Bij de uitrusting van het to neel vinden we daar 20 lampen, aleen al om het gordijn te verlich ten, maar daarnaast 6 schijiwerpers van ieder 1000 Watt, 12 van ieder 500 Watt. Daarnaast staan 5 kokers beschikbaar met ieder 1000 Watt, terwijl 6 zgn. horizonlampen van ieder 500 Watt zorgen dat ook de achtergrond tot zijn recht komt. En boven en naast dat alles staan dan nog eens 180 zgn. herslampen, die o.m. voor kleur en diepte zorgen. Ze zijn ieder 100 Watt sterk. Daar naast zijn er nog 8 staande schijn werpers van ieder 500 watt, terwijl ook 2 lichtbakken dezelfde sterkte hebben. Is alles aan op het toneel dan verbruikt van 40 kw. per uur. In de rest van het gebouw, dus in de foyer, restaurant, buitentuin, bi bliotheek, leeszaal, vergaderruimten, hobby-kelders en kleedkamers zijn nog eens extra 222 lampen aange bracht, die voor verlichtingen versiering zorgen. Want ook met de lampen heeft men gepaogd een sier- element in dit gebouw te brengen. Dat brengt ons ook weer even te rug naar de architect, die voor te keningen en details liefst 150 teke ningen van de tekentafel moest la ten komen. Voor dit gebouw moest verdwij nen de restanten van de oude jon gensschool, die nog een tijdlang dienst gedaan heeft als ambachts school. Verder vier dubbele nood woningen en de panden Lichteveld, Lucassen, Vorst en van Boven, wel ke laatste twee nog dit jaar het loodje moesten leggen. Bijzonder jamer is, dat de voor gestelde aanleg rondom het cen trum danig moest worden bezuinigd en dat nu kiezel en gele zand de plaats inneemt van wat men in het begin gedacht had, rond dit nieuwe gebouw aan te kunnen en te mogen leggen. Ik ben de barak uit de Patersstraat, d'opvolger van het oude patronaat, dat eens hier stond in al zijn pracht/ doch neerging in een oorlogsnacht. Ik stond eerst in d'Endepoel, d'Arbeidsdienst was toen mijn doel; later werd ik 't onderdak voor mensen, die men voor 't gemak, maar liever niet in Venray wou, druk bezig met zijn heropbouw. Men kreeg 'n kakkerlakkerschandaal en noemde Venray a-sociaal; gelukkig heeft men ingezien dat dit niet kon en bovendien mijn houten wanden bruikbaar waren om Venrays jeugd in te bewaren. Zo verhuisde ik van d'Endepoel en kreeg een ander, beter doel: De jeugd ten dienste te gaan staan en heb dit jarenlang gedaan, Als bewaarschool voor d'ukkepukken die fel aan 't jonge leven rukken/ maar ook voor 't lager onderwijs was ik 't sprekende bewijs van een scholennood zo groot, dat zelfs een barak geen soulaas bood Ik zag de jeugd uit Zuid, de jeugd uit West, en bij dat al werd ik weer best. Want telkens werd ik weer verbouwd werd menig kapitaal er in gestouwd om mijn lange leven toch te rekken want anders zou de jeugd ver Ik was ulo en gymnasium, gymnastiekzaal, auditorium. Ik was school, maart ook clubgebouw/ werd stapeldol van al 't gesjouw van welpen, gidsen en zo meer telkens andere, telkens weer. Maar wat klaag ik op deez schone dag, nu zelfs ik beleven mag, dat 't oude patronaatsgebouw weer opstaat uit de zwarte rouw van oorlog en vergetelheid tot nieuwe, schone werkelijkheid/ dat Cultureel Centrum voortaan heet, waar men vroeger looien deed. Mijn zwart gebint buigt diep de kop, voor dit nieuwe met de vlag in top, waar Venray nu de muze kust, kan lezen, al naar hartelust en Venrays jeugd, het zwerven zat haar home zal vinden, dat gelegenheid geeft om aldaar elkaar te vinden, altegaar. Sint Antoon, patroon weleer ziet uit de hemel op U neer en aan zijn zij, staat heel ontroerd, Pater Nielen, die neerwaarts loert hoe Venray, wat hij achterliet schoon herbouwde uit het niet Ik de barak van d'Endepoel zie nu rond de maesterskoel, waar al eens een schouwburg was, een nieuwe paleis van licht en glas 't Is goede grond in Venrays hart waar muziek nu klinkt en zingt de bart waar 't toneel haar spiegel houdt en Venrays jeugd thans weer bouwt aan een gemeenschap, nieuw en goed, voor 't Venrays en het vreemde bloed; waar boeken noden tot wat rust en vrije tijd, nu heel bewust, beleefd en hopelijk nuttig wordt en men zich op zijn hobbies stort; ontwikkeling te vinden is maar ook ontspanning onbetwist; waar cultuur op ieder wacht, als bron van een nieuwe kracht voor de gemeenschap die op donderdag een nieuw tehuis het hare noemen mag. Gelukgewenst, gefeliciteerd nu het kwade zo ten goede keert, nu Venray krijgt een nieuw jong hart, het centrum zorgt voor een nieuwe start. Ik houd dan wel herinnering vast, met mijn oude bruine ribbenkast, aan wat eens was, zo lang gelee Venray, doe er Uw voordeel mee. Donderdag 29 september 1966: 3 uur opening door Mr. M. Vro lijk, minister van Kuituur, Re- kreatie en Maatschappelijk Werk. 4 uur: Concert door het L.S.O. 5.15 uur: Rondleiding ^door het gebouw. 5.30 ur: Receptie. Vrijdag 30 september: ABC CABARET met WIM KAN en Corry Vonk. Wat een land, wat een land. Aanvang 8 uur. UITVERKOCHT! Zaterdag 1 oktober: STREEKAVOND m.m.v. de to neelgroepen De Vlasbloem en Edelweis, Fanfare Ysselsteyn en Horst-America, alsmede verschil lende solisten. Aanvang 7.30 uur. Zondag 2 oktober: ZANGAVOND m.m.v. Vocaal En semble Venlo, Zangertjes van St. Frans, Dameskoor Venrode, Ge mengde Zangvereniging Grub- benvorst, Die Sevensanghers, Se- venum, de zangverenigingen uit de gemeente Vierlingsbeek en de fanfare van Overloon. Aanvang 7.30 uur. Dinsdag 4 oktober: VROEGER EN NU. Cabaretpro gramma voor ouden van dagen m.m.v. Heintje Davids, Sylvain Poons e.a. Woensdag 5 oktober: TEENER-AVOND m.m.v. Ronnie Tober, Trea Dobbs e.a. met dan sen toe. (Muziek The Lords). Aan vang 8 uur. Donderdag 6 oktober: HOOFDSTAD OPERETTE: Zwei Herzen im Dreivierteltakt. Aan vang 8 uur. UITVERKOCHT. (Cocktailserie). ZATERDAG 8 oktober: LIMBURGS JEUGDTONEEL met Aladin en zijn wonderlamp. Aan vang 2.30 uur. Zondag 9 oktober: FEESTCONCERT door het Lim burgs Symfonie Orkest o.l.v. An- dré Rieu en solistische medewer king van Herman Krebbers. (Mu- ziekcyclus). Aanvang 8 uur. Dinsdag 18 oktober: BALLET RUSSE Irina Grebina. (Muziekcyclus). Donderdag 27 oktober: TONEELGROEP THEATER. De naam van het stuk is nog onbe kend. (Toneelcyclus). Woensdag 16 november: DIE LUSTIGE WITWE, opvoe ring van de Zuid-Nederlandse Opera (Cocktail-serie). Zaterdag 3 december: FONS JANSSEN'S ONE MAN SHOW. Hoe meer zielen. (Cock tailserie). Donderdag 29 september: TONEELGROEP ENSEMBLE: Elisabeth, de vrouw zonder man. Met Caro van Eyck. (Toneelcycl.) Woensdag 25 januari: LIMBURGS SYMPHONIE OR KEST met solistische medewer king van de pianist Jan Wijn. (Muziekcyclus). Maandag 13 februari: WILLY MILLOWITSCH (Cock tailserie). Dinsdag 21 maart: „KOUVANJOU" (Luv) door het Groot Limburgs Toneel (Cocktail serie). Woensdag 5 april: TONEELGROEP CENTRUM. Naam stuk nog onbekend. (Toneel-serie). Dinsdag 11 april: Heerlijk duurt het langst. Musi cal van ANNIE SCHMIDT. (Mu ziekcyclus). Woensdag 17 mei: TONEELGROEP CENTRUM. Naam stuk nog onbekend, neelcyclus). Dorpshuis, gemeenschapshuis, dat z(jn uitdrukkingen, die iedereen begrjjpen kan. Maar zo gauw men gemeenschapshuis cultureel centrum noemt, worden sommige mensen wat huiverig. Kuituur en kultureel zjjn voor hen van die vage begrippen, van die moei lijk grijpbare woorden, die hen wat angstig maken en hen voor baat doen nemen, dat dat zulks toch niet voor hen is. Al geeft het feit, dat verschillen de toneelvoorstellingen en muziek uitvoeringen in dit nieuwe culturele centrum bijna uitverkocht zijn, re den tot verheugenis, men mag er daarom toch niet zonder meer aan voorbij gaan, dat verschillende men- voeringen niet voor hen bestemd voerignen niet voor hen bestemd zijn, en dat voor hen dit cultureel centrum gebouw niet bestemd is. Ze hebben op school taal en reke nen geleerd, zijn iets te weten geko men van aardrijkskunde en geschie denis en hebben leren lezen. Maar het leren onderscheiden van mooi en lelijk, kunst en kitsch, het leren verstaan van schilderijen, beeld houwwerken, muziek en dans, dat is hen praktisch niet bijgebracht en hun vermogen tot waarnemen, be wonderen en zich verwonderen ter nauwernood ontwikkeld. Men kan dat betreuren, maar de feiten liggen er nu eenmaal. Komen zij op een tentoonstelling b.v. van onze moderne kunst, dan begrijpen ze er niets van, halen hun schouders op en lopen niet-begrij- pend weg. Datzelfde geldt zij het in andere mate dikwijls voor mu ziek en toneel, om van ballet en an dere kunstuitingen maar niet te spreken. Een gelukkige vooruitgang op dit terrein is o.i. echter gelegen in de televisieuitzendingen, waardoor 'n groot deel van het publiek van deze streek ondanks de mini male voorzieningen op kultureel terrein in het verleden toch, zij het mischien onbewust, kennis heeft gemaakt met allerlei kunst uitingen. Een kennismaking, die voor velen van hen aanleiding ge weest is om meer dergelijke pro gramma's te zien. Want al mogen deze mensen zich kultureel nog onvolwassen noemen, ze voelen beslist wel dat een mens niet alleen op de wereld is om te eten, te slapen, zich te kleden. Ze voelen dat er behalve de arbeid, die hen in staat stelt aan deze behoeften te voorzien, nog andere dingen no dig zijn. Men wil zich verder ont plooien, men wil meer tot stand brengen. De een kan dat gelukkig nog in zijn werk, maar een ander niet. Die moet dat in zijn vrije tijd doen, waarin hij dan op de een of andere wijze zorgt voor verrijking van zijn persoonlijk leven, hetzij door sport, door zijn hobbie's, door andere dingen. Deze verrijking en ontplooiing zou hij kunnen vinden in, wat dan deftig genoemd wordt, de kulturele vorming. En het is hierbij dat het nieuwe culturele centrum hem of haar hel pen kan. De drempelvrees, die juist voor deze mensen bestaat, belem mert hen de eerste schrede te doen en dat is beslist zeer jammer. Want, wanneer men elders het programma ziet, wat b.v. de schouw burg-directie heeft opgesteld, dan kan men niets anders dan conclude ren, dan dat voor elck wat wils ge boden wordt. Zowel op het gebied van toneel, cabaret, zang als muziek is er ruime keuze en het zouf jam mer zijn als de mens van deze streek de kansen niet waarnam, die dit centrum biedt. Biedt ook naast zijn schouwburg in de bibliotheek en de leeszaal, biedt ook in zijn vergader ruimten Het woord kuituur mag niemand afschrikken. De Zuid-Afrikaan heeft een ander oed-hollands woord voor namelijk: beschaving En beschaving is iets dat ieder mens beter maakt. Beter voor en in zichzelf. Beter ook voor anderen, met wie hij samen de gemeenschap vormt. Daarnaast geloven wij, dat dit cultureel centrum vraagt om een behoorlijke inleiding en begeleiding juist voor deze mensen en trouwens voor de gehele gemeenschap. Wij hopen daar ons steentje aan bij te dragen door een zo goed mogelijke informatie van wat er gebeuren gaat in dit Venrayse gemeenschapshuis. Door de verwoesting van het Pa tronaat verloor Venray zijn grote concert- en toneelzaal, welke o.m. in dit gebouw aan de Patersstraat was ondergebracht. Met dit gebouw gin gen verder verloren, klas- en ver- gaderzalenen twee gymnastiekzalen, alsmede een woning. Dit patronaat was voor de oorlog overgenomen door het kerkbestuur van de St. Petrus-Banden, die daar door bij de vaststelling van de oor logsschade een enorme claim op ta fel kon legen, wat betreft het aan tal te herbouwen m3. Reeds vrij spoedig na zijn benoe ming tot Pastoor-deken van Venray deed de H.E. Heer Deken A. Loonen mede op instignatie van Burgemees ter Janssen stappen om te komen tot wederopbouw van dit pand, waarbij al direct voorop stond, dat ook de nieuwbouw een gemeenschapshuis zou dienen te blijven. Twee dingen stonden daar feitelijk in de weg. Op de eerste en voor naamste plaats de kwestie dat het Rijk nog steeds niets defintiefs mee gedeeld had over de vaststelling van de oorlogsschade en op de tweede plaats, dat binnen afzienbare tijd de parochie St. Petrus-Banden gesplitst zou worden. In 1955 kwam immers het Rectoraat O.L. Vrouw van Ze ven Smarten tot stand, dat ook be paalde rechten kon doen gelden op dit patronaat restant Daarnaast bleek op een gegeven moment de aanwijzing tot te stimu leren kern van onze gemeente be paalde mogelijkheden te openen, die op dat moment echter niet allemaal onderkend konden worden zelfs nog niet bekend waren. Het heeft tot 1958 geduurd, voordat men intern zo ver was, dat drs. van Roosmalen van de Commissie Sociale Planning Ont wikkelingsgebied Noordelijk Lim- De Maesterskoel gaf nog een sou- veniertje van de oorlog vrjj, waar- (To- bij de münopruimingsdienst te pas moest komen. burg alle belanghebbenden bijeen de, cultureel centrum, maar dat men dat jaar, waarop hij de mogelijkhe den en de moeilijkheden schetste, die er lagen om in de toekomst te komen tot de wederopbouw van een gemeenschapshuis, dat echter een heel wat grotere betekenis zou kun nen hebben dan vroeger. Daar wa ren mensen van kerkbesturen bij aanwezig van de twee parochies, af gevaardigden van het gemeentebe stuur en nog enkele mensen, die qualitate qua genodigd waren. Op deze vergadering werd nog eens naar voren gebracht dat men wel plannen kon opstellen en zelfs praten over een, wat men dan noem de, cultureel centrum, maar dat eerst de kwestie van de oorlogs schade geregeld wenste te zien. Voor het overige gingen alle partijen er mee akkoord dat Venray pogingen zou doen om inderdaad een patro naat-van-wij dere-strekking gereali seerd te krijgen. Op 27 november 1958 gaf het Ministerie van Volks huisvesting en Bouwnijverheid uit sluitsel over de herbouwplicht. Dat was voor genoemde partijen aanlei ding om op 4 december een commis- De noodwoningen aan de School straat waren meer dan t(jdig ge sloopt om het terrein bouwrjjp te maken. sie te installeren die de voorberei ding van de stichting van een Cul tureel Centrum in Venray ter hand zou nemen. Deze commissie kreeg als voorzitter de heer L. Laurensse, ter wijl de heer H. Hanssen sekretaris werd. Er zat dus wel vaart in, toen men eenmaal wist, welke mogelijkheden er waren. De commissie begon al di rect met een plaats te zoeken voor dit nieuwe gebouw, waarbij gedacht werd aan de hoek Wilhelminastraat- Julianasingel (waarop thans het nieuwe pand Thomassen is ge bouwd), de hoek Julianasingel Pr. Bernhardstraat (waarop het bussta tion later gebouwd is) en tenslotte aan de driehoek, omsloten door de Schoolstraat, Merseloseweg en Jan Hensenstraat. En dan begon het overlegwerk. Overleg met provinciale en rijks-in stanties over mogelijkheden, vooral op financieel gebied. Want men mag dan een behoor lijk potje hebben door een herbouw plicht, de vlakverbreding brengt nu eenmaal extra kosten met zich. Zo Zo begon het: de eerste spade op een regenachtige dag. dacht men b.v. de schouwburgzaal ook ten dienste te kunnen stellen voor de psychiatrische inrichtingen St. Anna en Servatius, terwijl ze ook als aula zou kunnen dienen voor de gymnasia en de MMS. En daarmede was men de eerste maanden van 1959 wel zoet. Aldra bleek St. Anna weinig te voelen op overigens aan vaardbare gronden voor een samen trekking van haar ontspanningsge bouw met dat van Venray-centrum, terwijl Huize Servatius in de aan vang er wel wat voor voelde, mits dit nieuwe gebouw aan de inrichting (vast) zou worden gebouwd. Die mogelijkheid werd bekeken en verworpen. Op 23 juni 1959 is men zover dat in een samenkomst met Ir. Kluiters (volkshuisvesting Maas tricht), de heer P. 't Hoen, direc teur van de Prov. Planologische Dienst het besluit valt dat Venray- centrum voor zich alleen een cul tureel centrum zal gaan bouwen. Het architectenbureau Swinkels, Salemans, Knibbers en Swinkels krijgt de opdracht voor een ontwerp. Besloten wordt dat het gebouw op de Holteren Hoek komt, waar het nu dan ook ligt. De kogel ging door de kerk, omdat het Ministerie van Volkshuisvesting toegezegd had dat de herbouwplicht gehonoreerd zou worden naast de subsidies, die men bovendien zou ontvangen van an dere instanties. Het is misschien wel leuk om de toenmalige cijfers bekend te maken. Het Rijk zou 250.000,inbrengen voor de schouwburg en 100.000, voor het gemeenschapshuis. De pro vincie gaf een totale subsidie van 140.000,terwijl als particuliere bijdrage de herbouwplicht van het oude patronaat zou worden inge bracht ten bedrage ad 324.000, Men verwachtte in 1959 nog de bouwvergunning, in 1960 zou men zorgen de gelden van de verschillen de subsidiërende instanties binnen te krijgen en 1961 zou dan begonnen worden met de bouw Hoe anders het gelopen is, hebben we uit eigen ervaring kunnen zien. Het werd juli 1964 voordat de eerste spade de grond in ging. Dat intussen het voorlopige stichtingsbestuur in december 1960 vaste vormen had ge kregen, was maar goed, want tot 1964 heeft dit college zich moeten buigen over vele projecten en nog meer financiële bijlagen. De centen kwestie heeft al die jaren een hele grote rol gespeeld en als de uitein delijke afrekening van dit trotse nieuwe gebouw er zijn zal, zal men misschien tussen de regels door kunnen lezen wat men heeft moeten doen om de intussen zwaar gestegen kosten op te vangen.

Peel en Maas | 1966 | | pagina 12