Ruil verkaveling Lollebeek Binnenbad wordt alsnog gebouwd RECREATIE en de landbouw INGEZONDEN WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN Een zwemseizoen loopt ten einde Een nieuw stadium in de VRIJDAG 16 SEPTEMBER 1966 No. 37 ZEVEN EN TACHTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS Ür DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL 1512 GIRO 1050652 ADVERTENTIEPRIJS 12 d. p. mm ABONNEMENTS- PRUS PER KWARTAAL 1.75 (botton Vmnray L— Laten we het maar eerlijk zegen, er was geen zinnig mens meer, die nog geloofde aan een spoedige verwezenlijking van het Ven- rayse binnenbad. En daarom was vrydag de verrassing des te groter toen het Miinsterie van Binnenlandse Zaken de Bank van Nederlandse Gemeenten alsnog toestemming gaf voor een lening van 5 ton aan de gemeente Venray voor de afbouw van het bin nenbad en de realisering van het zwembadplan. Het wordt nu een kwestie van de goedkeuring van deze lening door Venrays raad en dan kan begonnen worden met de bouw van dit binnenbad. Er is zelden een bericht met meer vreugde ontvangen. De financiële positie van de gemeentekas gedoog de niet dat uit eigen middelen het binnenbad verwezenlijkt zou kun nen worden. En gezien de sombere berichten uit Den Haag, dat wel voor deze financiële middelen kan zorgen, dacht men feitelijk niet meer aan een spoedige afbouw. Dit zou wel op de lange baan gescho ven worden. Dat zulks niet is ge beurd, was reden tot blijdschap. STREEKVERZORGENDE FUNKTIE Misschien heeft de Minister zich laten verleiden door het feit dat het Venrayse buitenbad in het afgelopen seizoen, dat bepaald niet uitblonk door zonnige zomermaanden, des ondanks nog ruim 140.000 bezoekers wist te trekken. 140.000 mensen die niet alleen uit Venray maar tot uit de verre omtrek naar het buiten land kwamen, om daar verfrissing en verstrooiing op te doen. Dat op sommige wel zonnige dagen het bezoekersaantal liefst opliep tot zo'n 6000 per dag toonde wel over duidelijk aan, dat het Venrayse bad een streekverzorgende functie heeft op het gebied van de recreatie. Wat er van zij en wat ook zijn beweegredenen zijn geweest, Ven ray is de minister hartelijk dank baar voor deze toesemming en men ziet al uit naar de bouwers, die nu het binnenbad gaan verwezenlijken. Een binnenbad dat vooral voor Ven rays jeugd van groot belang is, want hier zal dan eindelijk klassikaal zwemonderricht gegeven worden, zodat in de toekomst iedere Venray se jongen en ieder Venrays meisje volop van deze prachtige sport pro fiteren kan. Dat er belangstelling voor bestaat, ook bij de ouderen, bewijst wel het feit dat er afgelopen seizoen meer dan 100 leskaarten zijn uitgegeven. Hoewel hier geen propaganda voor gemaakt is, ook al omdat het bad- personeel het gewoonlijk te druk had om les te kunnen geven, bewijst dit aantal toch wel dat de belangstel ling voor deze sport zeer groot is. Intussen hoopt men dat het aan nemersbedrijf Vervoort uit Sint Oedenrode het volgend jaar om deze tijd het hele bad binnen- en bui tenbad kan opleveren en tevens verschillende fouten en feilen die in de afgelopen twee jaren bij het buitenbad naar voren zijn gekomen zullen zijn verwijderd of opgelost. De Stichting hoopt dan tevens dat de aanplant van heesters, bomen en struiken ook verwezenlijkt kan wor den, zodat over een goed jaar, als het buitenbad gesloten wordt, het binnenbad de zwemmers de gele genheid geeft zich te blijven wijden aan deze sport. HET AFGELOPEN SEIZOEN aldus badmeester Momers, is goed geweest.Er ziin vele natte en kille dagen geweest en dan is een aantal van 140.000 bezoekers beslist een goed teken voor de belangstel ling. Badmeester Momers is zeer tevre den over het publiek dat over het algemeen zeer goede medewerking gaf. Natuurlijk zijn er ook dit sei zoen nog heel wat wensen naar vo ren gekomen, even goed als vorig jaar, maar in het na-seizoen zal hard gewerkt worden om hieraan te voldoen. Een en ander houdt ook nauw verband met de bouw van het binnenbad, waarbij tevens nieuwe restauratiemogelijkheden vrij ko men, die bijv. het consumptie-ter ras in het bad zelf wat kunnen ont lasten, waar het zeker op drukke dagen in het afgelopen seizoen wel eens wat rommelig werd. Er zijn papierproblemen, die opgelost moeten worden. Want eveneens op drukke dagen vormt de verpakking van snoepgoed, die wegwaait over de zonneweiden niet bepaald een smakelijke omlijsting van het bad. Er zijn parkeerproblemen voor de fietsers, brommers en auto's, of omdat er te weinig parkeerruimten is, of omdat men van bestaande ruimten geen gebruik maakt. Hier zal men pogen een oplossing voor te vinden, zoals ook voor de construc- tie-fouten, die aan het licht geko men zijn en die in de afgelopen pe riode het personeel wel eens voor puzzels geplaatst heeft. Wat dit laat' ste betreft vindt men het natuur lijk uitermate geschikt dat men nu weer de aannemers en architect bij de hand heeft. GOEDE FINANCIËLE OPBRENGST? Het feit dat 140.000 bezoekers het afgelopen seizoen in het Venrays buitenbad waren was natuurlijk ook prettig voor de Stichting, die over het bad gaat. Er is nog weinig te zeggen van de financiële opbrengst, omdat een groot deel van de 140.000 bezoekers via de 500 gezinskaarten in het bad komt. De personeelslasten, het onder houd, het water en de stroom zijn flinke posten, die waarschijnlijk door de inkomsten niet geheel be taald kunnen worden. Maar vast staat dat het aantal bezoekers ver boven de begroting lag en dat is natuurlijk voor de Stichting een re den om de vlag uit te steken. Zo loopt een zwemseizoen op zijn einde, dat vele natte en kille dagen heeft geteld, maar anderzijds dui zenden mensen uit gemeente en streek ontspanning en recreatie ge geven heeft. Dat op het einde deze Haagse verrassing nieuwe mogelijk heden brengt voor het volgende seizoen is een blij besluit van een ondanks regen en kou toch goed seizoen Wij vragen nog steeds PERSON E.FL geschoold en P ongeschoold Aanmelden dagelijks - ook na werktijd - aari de fabriek, bij de portier1 N.V. INALFA VENRAY WETHOUDERSKEUZE Uw verslag van de afgelopen raadszitting, waarin o.m. de wethou ders gekozen werden, liet een kri tisch geluid horen aangaande de verkiezing van een wethouder voor landbouwzaken. Hebben de kerk dorpen niet het recht bepaalde voor stellen in deze te doen en die te verwezenlijken? Landbouw is toch op de eerste plaats een zaak, die vooral de kerkdorpen aangaat. M.i. was uw kritiek hier ten onrechte. G. J. Antwoord der Redaktie: Wat de schrijver onder kritiek verstaat is ons niet helemaal dui delijk. We hebben in het gewraakte verslag alleen maar er op gewezen, dat de eenheid van de lijst, die zich aandient als de kerkdorpen-lijst o.i. niet te vinden was in de stemmings uitslag. Een eenheid, die men ook bij de gemeenteraadsverkiezing niet heeft kunnen vinden, want Oirlo en Castenray kwamen met een aparte lijst En we hebben dit betreurd, zoals dat velen, ook op de kerkdorpen doen. We gaan niet in op wat er zich juist in de kerkdorpenlijst heeft af gespeeld rond deze wethouders-ze- tel, maar willen toch wel even in gaan op wat hierboven gezegd wordt over de taak van deze wet houder. Hij heeft inderdaad de por tefeuille van landbouw, wat inhoudt dat via hem pachtcontracten e.d. af gesloten gaan worden. Maar de laatste jaren is die portefeuille, die minder zwaar werd naarmate de peel ontgonnen was, met een an dere taak belast, namelijk de aan koop van gronden nodig voor de verschillende uitbreidings- en be stemmingsplannen. En juist deze al lesbehalve sinecure zaak bracht die wethouder meer in het centrum van de gemeente dan op de kerkdorpen. Door deze nieuwe taakstelling heb ben dus ook anderen dan landbou wers belang er bij, dat de juiste man op de juiste plaats komt. Afgezien van het feit dat o.i. alle partijen belang dienen te stellen in de personen, die de verschillende wethouderszetels bezetten, is er o.i. ook op grond van het bovenstaande geen argument te vinden, waarom ook het centrum geen belang heeft bij de bezetting van juist deze zetel. Het is er druk bü het secretariaat Ruilverkaveling Lollebeek aan de Castenraysestraat. Er staan wat landbouwers buiten te praten, maar ook binnen zitten aan verschillende tafels mensen van de ruilverkaveling met de landbouwers over grote kaarten gebogen. Een nieuw hoofdstuk in deze ruilverkavelingsgeschiedenis wordt opengeslagen. De zgn. wenszittingen ztfn begonnen Er wordt gemompeld in zaal van het secretariaat. Er wordt gewezen en soms zwaar „gesmookt". Een boer wijst met zijn vinger een bepaald perceel aan en blijft wijzen als de mensen van de landmeetkundige dienst schijnbaar een andeer mening over het betrokken stuk hebben En je realiseert je dan, dat hier iets eigenaardigs aan het gebeuren is. Toen de ruilverkaveling begon met haar werkzaamheden wist je als buitenstaander dat er nieuwe en betere wegen zouden komen, dat er betere afwatering door hoofd- en kavelsloten tot stand zou worden gebracht en dat hierdoor het vele boerenland tot een betere ontslui ting zou komen, waarvan niet alleen de boer zelf, maar de gehele ge meenschap zou profiteren. Daarom was je blij dat alle betrokken land bouwers indertijd achter de nieuwe plannen gingen staan en bereid ble ken de „gok" te wagen. Maar de consequenties voor de betroken boer, die zeiden je nog zo weinig. Natuurlijk zou hij hier en daar een stuk grond kwijt worden, maar daar stond tegenover dat hij nu aan een prachtige verharde weg zou komen wonen, dat de afwate ring van zijn percelen beter zou zijn dan in het verleden. En voor wat, hoort wat Deze redenatie van een buiten staander krijgt een deuk, op deze wenszitting, die nu op het secreta riaat gehouden worden. Want daar blijkt ergens, tussen wijzende vin gers, tussen gemompelde woorden en dikke rook, dat die wegen en die waterlossingen wel voornaam zijn in een ruilverkavelingsblok, maar dat het allereerst gaat om de mensen. LANDMETER Want dan blijkt dat je je blind gestaard hebt op het werk van de Cultuur Technische Dienst, een van de voorname onderdelen van het ruilverkavelingswerk, die ook voor de meest spectaculaire dingen zorgt. Voor nieuwe wegen en zo meer. Maar op deze wensziting komt een ander voornaam onderdeel op de proppen, namelijk de Landmeetkun dige Dienst. En het is hiermee dat de betrokken boeren nu te maken krijgen. De mensen van deze dienst hebben in de voorbije jaren iedere kavel uit dit enorme verka- velingsblok bekeken, opgemeten, hergemeten en geschat op zijn agra rische waarden. Dat alles is piete peuter werk geweest, dat allemaal minitieus is vastgelegd. De resul- taen daarvan zijn behalve een enor me berg papier, dat vorig jaar de betrokken mensen een schattings rapport van hun gronden voorgelegd kregen. Ze konden deze schattingen eens bekijken, de normen eens be zien en eventueel hiertegen in pro test gaan. Je realiseert je nu dat zulks nood zakelijk is, wil men in de toekomst kunnen komen tot onderlinge grond ruil, tot de verkaveling zelf. Dan moet men eerst weten wat de ver schillende percelen waard zijn. Dat de landmeetkundige dienst in samenwerking met de plaatselijke commissies goed werk gedaan heb ben blijkt wel uit het feit dat het aantal protesten vrij miniem is ge bleven en dat voor de meeste van hen ook weer via de plaatselijke commissie een oplossing gevonden is. Maar behalve grondprijzen is voor een goede verkaveling nodig dat de betrokken landbouwers weten hoe ze in de toekomst hun bedrijf willen gaan inrichten. Een nogal moeilijke opdracht voor de betrokkenen, nu de gehele landbouw een tijd van re organisatie en heroriëntering door maakt. Hierover is in praktisch alle plaatsen op de voorlichtingsavonden diepgaand gesproken en men heeft ook van de landmeters-kant uit de mensen bezworen zich te gaan be zinnen op wat ze gaan doen. Willen ze alleen met akkerbouw doorgaan, willen ze alleen veeteelt, of een combinatie van beiden? Wil men op tuinbouw overstappen of varkens gaan houden in het groot? In de afgelopen winter heeft men de mensen er op gewezen, dat deze factoren van enorm belang zijn bij de eventuele toewijzing van gron den in het verkavelingsplan. Zo ziet men nu sommige boeren binnenstappen met een map papier in de hand, waarin precies staat hoe en wat ze willen. Het zijn men sen, die in de afgelopen tijd met mensen van de voorlichtingsdienst, met hun financiële adviseurs ge praat en overlegd hebben, hoe ze in de toekomst willen boeren en hoe ze wat de grond betreft het beste gediend zijn. De landmeter heeft zulke mensen natuurlijk het liefst. „Ze hebben hun hele toekomst al op papier staan en je bent er in 10 minuten mee klaar....", is zijn bescheid. En inderdaad, hier ligt de toekomst op papier van de een of andere landbouwer, die na soms veel gepraat en overleg, zijn weg gekozen heeft en middels de ruil verkaveling de kans zal krijgen die weg te gaan. Er zijn ook andere boeren. Ze zijn kennelijk nog niet zo ver dat ze pre cies weten, hoe en wat. Ze buigen zich over kaarten, wijzen naar be paalde percelen en praten met de landmeter, die hun bedrijf van ha ver tot gort blijkt te kennen. Er wordt weer gewezen, geschoven en gedaan om ook voor deze „onzeke re" een goede oplossing te vinden. Er zijn er ook, die geen andere wens hebben als een bepaald perceel, een bepaalde wei te paken te krijgen, omdat die zo lekker aansluit met eigen land en weiden. En dan wordt er gehandeld, want hij mag dan wel wensen hebben om dit of dat er bij te krijgen, maar ook hier geldt: voor wat hoort wat en hij zal dan ook andere percelen terug moeten brengen. Met deze mensen is men in geen 10 minuten klaar Integendeel, daar wordt soms taai gehandeld. O zeker, op deze wens- zitingen wordt geen enkele beslis sing genomen, geen enkele toezeg ging gedaan, want zo ver is men nog lang niet. Maar onwillekeurig wordt nu al het begin gemaakt van een toedelingsplan, dat uiteindelijk de ruilverkaveling zijn gestalte zal gaan geven. TOEDELINGSPLAN Want ook deze wenszittingen zijn uiteindelijk nog maar allemaal voor bereidingen op het monster-karwei dat de landmeetkundige dienst thans nog voor zich heeft. De schattingen va alle percelen liggen praktisch vast. Door deze wenszittingen weet men wat de meeste boeren nu pre cies willen, welke grond ze graag hebben, welke ze eventueel willen afstaan. Men weet thans vrij zeker welke grondoffers nieuwe wegen en waterlosingen vragen. En met deze factoren bij zich moet nu na afloop van deze wenszitingen, de landmeter met zijn mensen en wederom in overleg met de plaatselijke commis sie gaan pogen een plan van toe deling op te maken voor het hele verkavelingsgebied. Een monster- karwei, want van dit werk hangt uiteindelijk het welslagen van de hele verkaveling af. Bij het opstel len zal namelijk blijken of aan de wensen van de betrokken landbou wers kan woeden voldaan en of men in staat is tot een zodanige herinde ling van de verschillende percelen te komen, dat er inderdaad voor ve le landbouwers nieuwe toekomstmo gelijkheden komen. Dat vraagt na tuurlijk enorm overleg en veel tijd. Als we vragen naar de datum van het uitkomen van dit toedelingsplan, zwijgt men angstvallig op het bu reau van de ruilverkaveling. Geen mens, die ook maar een datum durft te noemen. Want nu komt de hele ruilverkaveling in zijn moeilijkste hoofdstuk en niemand weet hoe lang het overleg, het geschuif, gepas en gemeet wel duren zal Wat men U wel zal zeggen is, dat de belangstelling voor deze wenszit tingen groot is en dat het aantal belanghebbenden, dat precies weet wat men wil belangrijk is. En daar uit blijkt dat over het algemeen de boeren niet zonder zich over zich la ten praten, maar inderdaad een steentje of liever grond willen bij- dargen om tot een voor allen zo aan vaardbaar mogelijke en goede op lossing te komen. De Lollebeek verkaveling is een nieuw en zwaar hoofdstuk begon nenDe belangstelling naar de ontknoping groeit alleen maar. En dat is op zich genomen een gunstig teken. ook de betroffen boer een ander be grip voor de situatie gekregen heeft. Dat is al een belangrijk winstpunt De bewering dat er geen land ter wereld is waar de beschikbare ruimte per inwoner zo gering is als in ons land, mag dan sommige boe ren angstig doen denken aan de paar hektaren, die zij hun eigendom mogen noemen en kopschuw maken tegen ieder plan, dat een bedreiging van die grond vormt, zij moeten wel bedenken dat die bewering fout is. Het gaat hier niet om het begrip „land", maar om het begrip „bevol kingsconcentratie". Want al zou men de laatste restanten peelgrond gaan ontginnen, onze bossen opruimen, ja zelfs de Waddenzee droogleggen en de Noordzee inpolderen, zodat de oppervlakte land verdubbeld zou worden, dan is men nog niet veel verder. Het gaat er om de nodige leefruimte daar te scheppen, waar veel mensen wonen of zich wensen te ontspannen in de natuur. Daarom zal het in het recreatie schap Peel en Maas nog beslist geen dringen worden. Maar het is juist dat voor de steeds groeiende steden in het Brabantse en Gelderse voor de grotere steden in het Rijnland en voor de mensen in het Noord-Lim burgse zelf behoorlijke ontspan ningsmogelijkheden geschapen wor den, waarbij streekplannen als die van een Lollebeek-verkaveling van te voren al vast genoegzaam vast legt, wat op de eerste plaats voor land- en tuinbouw gereserveerd is en daarnaast voor recreatie beschik baar komt. En nogmaals het een hoeft het ander niet uit te sluiten. Dat hebben zgn. vakantieboerderijen langs de Maas het afgelopen seizoen duidelijk bewezen. Het recreatieschap Peel en Maas is een samenwerking van zeven gemeenten in deze streek, de recreatie in deze streek zal (gaan) trachten te bevorderen. Een der eerste opgave, waarvoor dit schap zich gesteld heeft is een inventarisatie te maken van de bestaande recreatiemogelykheden en op de tweede plaats om de ontsluitingsmogeiykheden aan het water, met name aan de Maas. Dat dit recreatieschap „aangesla-1 gen" is, en de publieke belangstel ling heeft van de mensen van deze streek, kan men beslist niet zeggen. Daarvoor is trouwens het schap nog te jong en heeft nog te weinig „naar buiten" uit gewerkt, of daden laten zien, die inderdaad opzienbarend wa ren. Maar wat niet is, kan nog ko men De verschillende gemeenteraden zijn thans bezig nieuwe afgevaar digden naar dit schap te zenden en men kan verwachten dat dit nieuwe bloed alleen maar stimulerend zal werken t.o.v. mogelijke plannen. We moesten hieraan denken toen we bezig waren met een soort in ventarisatie van het afgelopen va kantieseizoen, de tijd, dat iedereen recreatie zoekt, in binnen- of bui tenland, in eigen streek of elders. Als we binnen eigen gemeente blijven, dan blijkt dat het recreatie oord Vlakwater, ondanks alle ellen de van het voorbije zomerweer, weer meer mensen op zijn camping gehad heeft dan in het afgelopen jaar. Dan blijkt ook de andere cam ping aan de Buus over klanten niet te klagen te hebben, blijkt de kin derspeeltuin toch behoorlijk bezet te zijn geweest, blijkt het zwembad re cordcijfers geboekt te hebben en onze bossen in Merselo. Oostrum en Oirlo meer bezoek getrokken te heb ben dan in de voorbije jaren. Ook in de omtrek is een stijging van de recreatie-zoekende mens waar te nemen. De Rosmolen heeft een geliefde kampeerplaats en de jachthaven in Wanssum is te klein om alle watersportliefhebbers te bergen. Het oorlogsmuseum in Overloon boekte weer een record aantal be zoekers. De Schatberg in Sevenum was overvol en aan de Maas in Maashees stonden meer campingwa gens dan ooit tevoren. Hieruit blijkt dus dat ook deze streek in tegenstelling met wat men wel eens hoort beweren ook bepaalde aantrekkelijkheden heeft voor mensen van buiten-af, zoals we die noemen. En dat een recreatie schap beslist in deze goed werk kan doen. Van de andere kant mag niet ont kend worden dat men in agrarische kringen nu niet bepaald zo op die recreatie is gesteld. Een boer gaat er van uit dat grond allereerst cul tuurgrond moet zijn en dus dienen moet om voedsel voort te brengen. Dat mag dan nog desnoods hout zijn, maar het moet in ieder geval een produkt zijn dat waarde heeft. Dat er grond moet zijn voor woning bouw, voor wegen, kanalen e.d. dat vindt hij allemaal best en dat er ook grond beschikbaar komt mits het de zijne niet is voor natuurschoon en recreatie kan dan tenslotte ook nog zijn goedkeuring hebben. Maar dat komt dan bij hem helemaal achteraan terwijl hij meent dat het bij anderen alleen maar voorop staat. We weten b.v. uit eigen er varing hoe fel men in Ysselsteyn ge keerd was tegen het groenplan dat Staatsbosbeheer daar had opgezet. En we weten hoe fel men soms in de raad was tegen bomen langs we gen. Niet op de eerste plaats om de verkeersveiligheid, maar omdat deze bomen oorzaak waren dat daarnaast gelegen akkers minder opbrachten. Het begrip dat in deze tijd met zijn 5 daagse werkweek, met zijn minimaal twee weken vakantie, de mbensen er uit willen, ontspanning willen zoeken, ook in deze streek, dringt nog maar moeilijk door bij de landbouwer, die zelf deze ge neugten niet kent en die de hele dag met zijn neps in de frisse wind kan staan. Gelukkig begonnen bijv aan de Maaskanten verschillende boeren in de afgelopen zomer va kantiegasten op hun boerderij toe te laten. Dit is gebleken een bijzonder prettige en hoogst waardevolle vorm van ontspanning te zijn voor ver schillende van deze mensen, terwijl CURSUS SPAANS Ook dit jaar zal voor belangstel lenden uit Venray en omgeving, ge durende het wintersemester, een dubbele cursus Spaans worden ge geven. Cursusleider is P. Dr. J. Pe ters OCD, Karmel Smakt-Venray, tel. 04782-232. Er is een cursus voor beginnelin gen die met vrucht kan worden ge volgd door iedereen die reeds eerder een vreemde taal heeft gestudeerd. Deze cursus wordt gegeven maan dags van half acht tot half negen. Van half negen tot half tien zal ook iedere maandag een cursus voor gevorderden worden gegeven. Deze cursus veronderstelt een elementaire kennis van het Spaans. Voor deze cursisten is het van belang te weten dat de bibliotheek ook een afdeling Spaanse lectuur heeft en voorzien is van Spaanse tijdschriften. Beide cursussen veronderstellen dat men thuis studeert en werk maakt. Ze zijn vooral afgestemd op spraakvaardigheid in het Spaans. Ieder van beide cursussen omvat 23 lessen die gegeven worden op al le maandagen vanaf 3 oktober tot en met 20 maart 1967 behalve op 26 december en 2 januari. Het in schrijfgeld voor ieder van beide cursussen bedraagt 35,vooraf te voldoen bij de administratrice mej. I. Verstralen, Eindstraat 19 (tel. 1527) bij wie men zich ook kan aanmelden of verdere inlichtingen inwinnen. Men kan zich ook schriftelijk, per briefkaart opgeven bij de cursus leider P. Dr. J. Peters OCD, Kar mel Smakt-Venray. SPORTVELD DIS OIRLO De kontaktcommissie Oirlo kwam in vergadering bijeen en meer in het bijzonder stond de te ondernemen aktie voor de verwezenlijking van hel sportveld Oirlo waarvoor de ge meentelijke plannen rond zijn. De kosten van dit sportveld bedragen 80.000 gulden terwijl de Oirlose ge meenschap hiervan 8.000 gulden op tafel moet leggen. De benoeming van de commissie jeugdhuis moest worden uitgesteld omdat noch pastoor Vervoort, noch de H.E. Heer Deken aanwezig wa ren. Op de volgende bijeenkomst zal een voorziter moeten worden geko zen in verband met het bedanken van de huidige voorzitter. KORDATE 60-JARIGE DAME De 60-jarige Griendtsveense me vrouw Ooms kreeg niet de schrik van haar leven toen plotseling een bromfietsberijder haar handtasje weggriste maar zij hield haar posi tieven bij elkaar. Hoewel de jeug dige bromfietser met zijn voertuig harder reed slaagde zij er toch in deze te achterhalen, meer omdat de bromfietsberijder dacht dat de da me hem toch niet kon volgen. De bromfietsberijder was het tasje, in houdende o.a. een portemonnaie met 100 gulden aan het ledigen toen zij hem achterhaalde. Met een brutali teit welke deze dame in die omstan digheden sierde, kreeg de tasjesdief te horen: Jou ken ik toch en het nummer van de bromfiets heb ik genoteerd". De tasjesdief was zo verbouwereerd dat hij het tasje met inhoud aan de dame terug gaf. Mevr. Ooms heeft van een ander kennis gegeven aan de postcomman- dant der Rijkspolitie te Griendts- veen en deze tracht middels het nummer de tasjesdief te achterha len.

Peel en Maas | 1966 | | pagina 5