Het rijke arme leven In het kort Industrialisatiebeleid... Van zachte romantiek naar harde werkelijkheid VRIJDAG 20 AUGUSTUS 1965 No. 33 ZES EN TACHTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS DRUK EN UITGAVE VAN DEN MÜNCKHOF N.V. VENRAY WPPlfRT AH UflflR VPNRAV PM flM^TRPlfPN ADVERTENTIEPRIJS 8'/i ct. p. mm. AB0NNEMENT8- GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 1.05.06.52 LAiIVULHU V VJUU V Lflll\A A I_»1Y VJUIO 1 IVUl\L(ll PRIJS PER KWARTAAL 1.75 Cbulttn Venray 2.—) Het was een lang en taai gevecht geweest om een oud koperen potjeEn eerst toen Mevrouw Zwitserlood het inpakte om het me mee te geven, realiseerde ik me, dat ik hier tegenover een tachtigjarige stond, die ondanks de last der jaren neg met kenne lijk plezier haar antiquiariaat uitoefent. Van het een komt het ander en nadat we zakelijk klaar waren heb ben we nog een hele poos zitten praten in de riante woonkamer van wat 5060 jaren geleden het trotse huis was van de familie van den Bogaert. Of liever de heren-boerde rij van dit oud-Venrays geslacht, dat o.m. in de geschiedenis van het Min derbroedersklooster een grote rol heeft gespeeld. Het is een verhaal geworden, daar in de huiskamer, wat het verhaal zou kunnen zijn van vele oude men sen. die nog altijd wat verbaasd kij ken naar de welvaartstaat van te genwoordig. Hun jeugd was anders, zwaarder, harder AAN DEN BERG Mevr. Zwitserlood is 80 jaren ge leden geboren als Netje Volleberg. In 't café-boerderijtje daar aan de westrand van Venray, waar op het uithangbord geschilderd was: „Hier aan den berg, woont zonder reg, Vol leberg.." Het stamhuis daar aan de Vier Uutersten heeft ze verlaten, toen ze kennis kreeg met haar toe komstige man. Een timmerman, die •bij de opbouw van St. Anna naar Venray was gekomen. Hij was wel eens in het café geweest, maaj het definitieve besluit om met elkaar te trouwen werd genomen tijdens een rit in Venray's perde-tram. Vader Volleberg kon het jong ge trouwde paar een van de huisjes op de Vier Uutersten aanbieden, die zijn eigendom waren en zo begonnen ze daar aan de rand van Venray het nieuwe leven. De weesjongen uit Rosmalen en Netje uit het café.... Ze had daar haar leven niet in le digheid doorgebracht, integendeel. Want naast de zorg voor boerderij en café had ze ziqh bekwaamd in het naaien, iets wat haar in haar later leven best te pas kwam. En het han delen zat er al vroeg in. Toen dan ook in de Schoolstraat een huis vrij kwam, in die zin, dat ze dat konden krijgen als ze de eige nares „aan haar einde brachten", be sloot men daar te gaan wonen. De oude juffrouw heeft er in dat jonge gezin een beste oude dag gehad, maar het huis had een gebrek, er was geen achteruit en vader Zwit serlood kon er met zijn gereedschap en materiaal niet heen. Terwijl het gezin groeide, is men dan verhuisd naar de Langstraat, waar wel een timmerwerkplaats al was ze dan bescheiden beschikbaar was. TABAK - PETROLEUM En daar was ook wat meer ruim te voor een winkeltje. Een winkel van Sinkel, waarin van alles te krij gen was en waar de studentenhui zen hun petroleum en tabak van be trokken. De studenten van het gym nasium waren toen ondergebracht in verscheidene kosthuizen in Venray en waren goede klanten van dit win keltje, dat op zijn beurt weer mee hielp de kosten van het groeiende gezin te dragen. Want vader Zwitserlood mocht dan wel een goed timmerman zijn, werk was er voor de crisisjaren niet te veel en hij had het alleen aan zijn goede stem te danken dat hij in Venray kon blijven werken. Men had koorzangers nodig en Zwitserlood was een goed zanger, die echter maar moeilijk naar de repetities kon komen, als hij tot 's avonds laat er gens in Oploo, Rips of elders moest werken. Men zorgde dat hij in Ven ray werk kreeg, maar werd met een wat scheel oog bekeken. Hij mocht maar hij werd toch met een wat scheel oog bekeken. Hij mocht dan gewoon timmerman zijn, hij had het beetje vrije tijd wat de mens in die twintiger jaren had, toch wel be steed' aan studie. Studie over sociale vraagstukken, die toen onderwerp van discussie waren en waarin het arbeiders verenigt Uook voor de katholieken opgeld ging doen. Hij was daar vurig voorstander van in een tijd, die praktisch geen sociale voorzieningen, als ziektewet, ongevallenvergoedingen en oude-dag voorzieningen, laat staan werkloos heidsverzekering kende. En in die tijd vonden de bazen een arbeiders organisatie een aanslag op hun be drijf en voorstanders voor zulke or ganisatie moest men in de gaten houden Zo was het niet gemakkelijk voor dit gezin, waarvan de vrouw des huizes niet te verlegen was om er op uit te trekken. Op uit te trekken b.v. naar de psychiatrische inrich tingen om daar te kunnen leveren, ondanks de concurrentie van grotere winkels. DAG EN NACHT En die handelsgeest was helemaal nodig toen de crisis kwam en de werkloosheid en zij de enigste kost- verdienster werd in een gezin dat toen al 7 kinderen telde. Ze waren voordien al weer verhuisd naar het hoekpand PaterslaanPatersstraat, een deel van de bezittingen van de vroegere v. d. Bogaert-familie. Daar was meer ruimte en die was nodig in een gezin waar nummer 8 zich aandiende en bovendien de grootouders bijtrokken. Om dat gezin op de been te kun nen houden moest ze werken. Wer ken dag en nacht. Overdag met de „pak" er uit om links en rechts bij de boeren te kunnen verkopen, en 's nachts om kleren en jurken te naaien, die bij haar besteld waren of voor haar eigen kinderen. Er waren dagen, dat de kinderen haar niet za gen STUDEREN En toen de onderwijzers zeiden, dat het zonde zou zijn als de oud sten, die van school gingen, niet zou den doorstuderen, toen heeft ze de rug nog meer gekromd om hen die kansen te geven. Terwijl anderen in die beroerde jaren tenminste iets soulaas kregen omdat de kinderen mee gingen ver dienen, moest zij nog eens extra er aan o mde meerkosten van een ho gere studie te kunnen betalen. En toen later anderen haar uitlachten omdat haar afgestudeerde kinderen met hun onderwijzersdiploma niet aan de kost konden komen omdat er te veel onderwijzers en onderwijze ressen waren, toen heeft ze de tan den maar weer op elkaar gezet en heeft verder gesjouwd, de hele lan ge, lange dag door. Ze is met haar oude fiets over hard bevroren pa den getrapt en is in de modder blij ven steken. Het gure en natte weer heeft haar gezicht getaand, maar tel kens opnieuw wist ze de eindjes aan elkaar., te knopen. Eeuwig en altijd optimistisch, eeuwig en altijd wer kend, geen tijd om ziek te zijn, geen tijd voor fultiliteiten. En langzaam maar zeker heeft ze haar grote gezin door de beroerde tijd gelaveerd, heeft ze haar ziekelijk geworden man gespaard, haar kinderen kansen gegeven. Maar ze was het werken gewend, het sjouwen en het handelen en toen dan eindelijk betere tijden aan gin gen breken, toen was er de oorlog. De tweede, die zij meemaakte. Haar textielhandeltje liep terug, ook al omdat ze gee_n mens van „bonnen" was en toen heeft ze, terwijl ze al op de zestig aanging, haar textiel verruild voor antiek. Ze had enkele stukjes van haar ouders geërfd en ze wist door haar sjouwen en trek ken de adressen, waar nog oude din gen stonden. En zo is ze dan opnieuw begonnen. Ze heeft koperen ketels en brei-scheijen verzameld, ze heeft kisten en kasten gekocht en geruild, het oude tin opgespoord en schoon- geschuurd. Ze is naar uitverkopen gegaan van oude boerderijen, heeft relaties opgebouwd met andere anti quairs. Haar handen schuurde ze nu kapot om het oude materiaal nieuw leven te geven en zijn oude glans te rug te geven. Ze wist de handigheid te krijgen kleine defecten te herstel len en hoewel daartoe nooit eni ge opleiding gehad heeft, kon ze met vakmensen praten over het mate riaal. over oud hout, over stijlen en methoden. Ze leerde schilderijen schoon te maken en hield de fijne neus voor koopjes, dan hier dan daar. De moeder, die vroeger op de baan was voor textiel, reisde nu het land door om daar dit en weer ergens an ders dat te halen En haar winkel werd bekend. Ze heeft haar klanten zitten tot ver in het noorden van ons land, die, als ze in de buurt komen, graag even kijken, graag even komen handelen. En intussen zijn haar kinderen uitgevlogen. Intussen zijn de jaren omgevlogenKwam voor anderen de ouderdom als last, zij had geen tijd om zich daar dik over te ma ken. Zo nu en dan gaat de winkel dicht en gaat ze op bezoek bij haar kinderen. Toen ze 78 was, stapte ze het vliegtuig in en reisde naar Ca nada, waarheen haar oudste dochter is geëmigreerd. WAAROM? Als ik haar vertel dat ik haar le vensverhaal in de krant wil zetten, kijkt ze mij verwonderd aan: Waar om in 's hemelsnaamZe vindt het doodgewoon op tachtigjarige leeftijd haar winkel te drijven, te handelen.... Wat ik vroeger moest doen om mijn gezin op de been te houden, is nu mijn lust en mijn le ven. Wat doet het er dan toe of ik 50 of 80 ben. Zo lang onze Lieve Hger me gezond houdt, ga ik door. Neep, dat vindt ze allemaal dood gewoon Als ge dan zegt, dat hier de jon geren toch uit kunnen lezen, dat al les wat men thans toch doodgewoon vindt, zo doodgewoon niet was, dan wiijjpelt ze dat weg. „Och we zijn er vroeger toch ook gekomen. We stel den alleen niet zoveel eisen als te genwoordig. En laat die voorbije tijd voorbij. Hij bracht leed en het was hard werken geblazen. Maar hij schonk toch ook veel vreugde. Men kon om minder tevreden zijn dan nu. Nu is het goed en laat het goed blij ven Iets van die vreugde kan men! slechts bevroeden als men ze temid den van haar kinderen ziet. Leraren aan middelbare scholen, een psycho loog, huismoeders. Geslaagde men sen, die de kans kregen mede door het sjouwen van hun moeder. Dat is haar beloning voor de moeilijke ja ren, die voorbij zijn. Iets van die vreugde kan men bevroeden, als men ze ziet zitten in die grote, hoge kamer, waar het oude koper glimt en in zware antieke kasten het tin schemert, terwijl de hoge staande klok (voor 6 gulden gekocht op een uitverkoop in Merselo) langzaam de tijd wegtikt op een zonnige zomer avond. Er is rust en vrede gekomen na 'n leven van sjouwen en werken. Maar als we weggaan door haar winkel, vraagt ze of we dat andere potje er niet bij zullen pakken. Het zal goed bij dat ene passen HET TOEKOMSTIGE De opening van het nieuwe zwembad is even goed als de aanleg van de Midden-Peelweg een stuk industrialisatie-beleid, hoe vreemd dit op het eerste ogenblik ook lijkt. Industrialisatiebeleid kan zich niet beperken tot het goedkoop ter beschikking stellen van wat industrieterrein, noch tot het geven van subsidies bij de bouw van fabrieken, ateliers of hallen. Industrialisatie is meer We hebben dat in eigen plaats er varen. Er zijn nieuwe wegen moeten komen en moeten er nog komen. Er zijn woningen geboqjvd moeten wor den en dat had weer zijn consequen ties voor kerken en scholen. Er zijn meer ontspanningsmogelijkheden moeten komen en daarom een sport park een cultureel centrum, een zwembad. En we praten nog niet over een overvol lyceum, over een nieuw ziekenhuis, die „ergens" ook weer te maken hebben met het aan trekken van industrie, waardoor! ook bestaande zaken in Venray gro ter werden en zich uitbreidden. Door het aantrekken van industrie zijn vreemden naar Venray gekomen, meer dan normaal het geval zou zijn en deze mensen zijn in de bestaande gemeenschap opgenomen moeten worden en hebben hun wensen deels vervuld gekregen en wachten dee?: nog op de vervulling V STEUN VAN DE OVERHEID Deze wat men noemt soci aal-economische hersti-uctuering, is mogelijk geworden dank zij de steun van de overheid, die in haar indus trialisatiebeleid Venray aanwees als te ontwikkelen kern en voor al deze veranderingen en aanvullingen rijks- gelden ter beschikking stelden. Het is daarom dan ook niet ver wonderlijk dat men in deze omge ving schrok toen de minister aan kondigde dat binnen een bepaald aantal jaren deze overheidssteun zou komen vervallen. En U weet dat indertijd grote protest-telegrammen gestuurd zijn zowel naar de betrokken minister als naar de provincie. We weten ook dat we voorlopig nog vooruit kunnen, maar wat de toekomst brengen zal, is nog niet be kend. Er worden reeds verschillende studies ondernomen en hoewel daar nog weinig of niets van bekend ge maakt is, geloven we toch op enkele dingen reeds nu te kunnen wijzen. WELVAARTSONTWIKKELING Als we onze eigen woonplaats weer als voorbeeld nemen, dan zien we dat na de oorlog op de een of andere manier werkgelegenheid moest worden verschaft. Er was in deze contreien te weinig werk aan de winkel voor de mensen, die hier woonden. En een verdere ontginning van Peelplan-Zuid, Vredepeel en Meerselsepeel mocht dan enig sou laas en enig werk brengen, tenslotte was dit toch niet ideaal. De officiële naam werkverschaffing mocht dan veranderd zijn in DUW (Dienst Uit voering Werken), ergens bleef het idee hangen van de vooroorlogse werkverschaffing, die nu niet be paald 's mensen mogelijkheden sti muleerde. Dat is gelukkig veranderd, mede dank zij de industrialisatie van on ze plaats. Venrayse mensen konden werk krijgen in nieuwe bedrijven, kregen promotie-mogelijkheden, kre gen meer mogelijkheden om andere vakken, andere methoden te leren. En hoe deze industrialisatie, die dus bedoeld was om meer werkgelegen heid te scheppen, geslaagd is, bewijst wel het feit dat we op het ogenblik meer talen dan ooit horen op onze straten en dat Spanjolen en andere vreemdelignen aangetroken moeten en moesten worden om de vlucht van onze industrieën bij te kunnen houden. Niet iets wat men in Venray al leen ervaren heeft, maar waar prak tisch elke tak van industrie en elke plaats, waar industrie gevestigd is, mee te doen krijgt. De vraag kan dus gesteld worden of het nog zin heeft een dergelijk beleid, met deze doelstelling door te zetten, zoals dat in het verleden is gebeurd. WELVAARTSONTWIKKELING? Zal het nieuwe industrialisatiebe leid van de regering geen ander ac cent moeten krijgen. Een accent dat niet meer zozeer de nadruk legt op het getal mensen, dat werk vindt in Nederlands industrieën, als wel op de kwaliteit, die deze mensen produ ceren. Een accent, dat behalve op de werkgelegenheid, ook nadruk legt op de verworven en nog te verwer ven welvaart. Nederland is pas na de oorlog gaan industrialiseren. Onze handeldrijven de natie raakte zijn rijke koloniën kwijt en moest om aan de kost te komen gaan industrialiseren. We hadden en hebben een achterstand t.o.v. andere landen, die echter, ge lukkig, wordt ingelopen. Maar we zijn kwetsbaar, want voor een deel is deze gelukkige ontwikkeling ook veroorzaakt door de lage lonen, die hier jarenlang gegolden hebben. Men weet zelf dat deze lage lonen intussen behoorlijk zijn gestegen en dat onze concurrentie-positie voor een deel verminderd is. Nederland zal als het bij wil blijven, vooral de kwaliteit van zijn industrie-produk- ten op dienen te voeren en zal dan daardoor automatisch de reeds ver worven welvaart kunnen handha ven, zo niet uitbreiden. De nieuwe industrialisatie-politiek zal er dan o.i. op gericht dienen te zijn de risico-positie van het Neder landse bedrijfsleven niet minder gunstig, ja zelfs beter te doen ziji^ dan die van het buitenland. Het blijfgt dan even goed moge lijk dat de overheid helpt bij het tot stand brengen van noodzakelijk ge achte bedrijven, maar zij zal daar naast ook nieuwe technische ont wikkelingen dienen te stimuleren, door b.v. bij te dragen aan research en ontwikkeling, door het verlenen van belasting-faciliteiten, zekerhe den te scheppen t.a.v. de kapitaal benodigdheden, zekerheden door een goed loon- en prijsbeleid. Dit alles geldt niet alleen om nieuwe vormen van industrie, aan te trekken, maat evenzeer om het op hoger plan bren gen van bestaande industrieën ze ker wat betreft de kwaliteit van haar produkten. GEVOLGEN Heeft een dergelijke ombuiging van het industrialisatiebeleid behal ve voor de ndustrieën zelf ook ge volgen voor een plaats als de onze? We geloven dit niet. Evenals voor heen zal er gezorgd dienen te wor den voor wat men noemt een goede infra-sttuctuur. En daar verstaan we dan onder, goede verkeersmogelijk- heden, aangepaste woongelegenheid, recreatiemogelijkheden, aangepast onderwijs. Want ook bij een nieuw beleid blijft de regel gelden, dat men er niet is met de bouw van nieu we fabrieken. Daar moet meer voor gebeuren. De eerste aanzet daarvan is in Venray doorgevoerd in al die dingen, die we reeds noemden. Vele andere plannen bestaan nog op pa pier. We mogen de verwachting heb ben dat ook het overige terecht zal komen. Er hangt een aquarel van onze Venrayse tekenaar Eeltje de Vries boven ons bureau, voorstellende een oude Venrayse boerderij. Met veel liefde getekend en geschil derd proeft, men er een soort ro mantische sfeer omheen. We heb ben daar dikwijls naar gekeken toen we de Geschiedenis van de Landbouw in Limburg van 1750- 1914 lazen, een Maaslandse Mono grafie, die tot stand is gekomen mede dank zij het Limburgs Ge schied- en Oudheidkundig Genoot schap. We willen wat betreft deze uitga ve in een later artikel uitvoeriger op de verdiensten hiervan ingaan, maar toch al vast even wijzen op een con clusie die niet alleen uit dat boek te lezen valt. maar die iedere nauw keurige beschouwer ook direct kan trekken. De conclusie namelijk, dat het boerenbedrijf langzamerhand meer het karakter gekregen heeft van 'n modern industrieel bedrijf dan van het ambachtelijke bedrijf. Zelfs wij die wonen en werken in wat voor enkele tientallen jaren nog ees agra rische gemeente was, hebben daar geen of te_ weinig erg in. We roman tiseren te veel en denken nog aan wat loslopende kipen rond een oude Saksische boerderij, zwaar gedekt onder haar zwart rieten dak. Hoe weinig Saksische boerderijen zijn er nog en de loslopende kippen zijn verdwenen, juist als de romantiek (zo zij er ooit was). In een dicht bevolkt, sterk ont wikkeld land als Nederland is nog een platteland. Kijk naar ons eigen Venray. waar de agrariër op de kerk dorpen zijn vak uitoefent. Het da gelijkse leven is er anders dan in de kom. De laatste eeuw is het gezicht van het agrarisch bedrijf en daarmee ook dat van dit platteland sterk eq snel veranderd. Handèl en verkeer ont wikkelden zich eind vorige eeuw ra zend spel. Paard en koets moesten hun plaats afstaan aan de trein. De sector, die dit het eerst op verras sende wijze kreeg te verwerken, was de landbouw. Uit Amerika konden, dankzij de nieuwe middelen van ver voer, grote hoeveelheden goedkoop koren vrij snel naar Europa worden gebracht. Tot dan had de Neder landse landbouw een geïsoleerd, in zich zelf gekeerd bestaan gehad. Nu werd zij plotseling geconfronteerd met de wereldhandel. Een geheel nieuw begrip voor onze landbouw, die er toen voornamelijk op was ge richt het meest nabijgelegen bevol kingscentrum dorp of stad van voedsel te voorzien. Sjpds de middel eeuwen hadden deze plaatselijke maakten kunnen voldoen. Dorps oudsten konden bepalen wanneer ge zaaid en gemaaid moest worden. De boer, al was hij dan in deze contreien meer keuter dan boer, heeft snel geleerd. Al in 1890 kwam het landbouwondenvijs in opkomst en ontstonden coöperaties. De Neder landse landbouw wist gelijke tred te hpuden met de techniek. Een techni sche revolutie, die zich vooral na de tweede wereldoorlog voltrok doordat toen de mechanisatie vrijwel overal opdrong. Een revolutie ook, omdat vooral in deze streek de ontginning nieuwe en andere mogelijkheden bo den. Toch is het allemaal niet voldoen de geweest. Op veel punten is er toch nog een achterstand. Veel boe renwoningen zijn ouder dan vijftig jaren en niet aangepast aan de mo gelijkheden van het moderne com fort, hoewel wasmachine, centrifuge en ijskast meer en meer ingang vin den. De economische ontwikkeling heeft ook de boer zelf geraakt. Hij is niet meer de stille ploeteraar, die dag in dag uit met de handen zijn veld moet bewerken. Nee. hij is veel meer geworden. Een citaat: „Het boerenvak is een vak geworden dat om mensen vraagt, die ondernemers risico durven nemen en die zich we ten aan te passen aan snel verande rende omstandigheden". Een boerde rij is een kapitaalintensief bedrijf geworden. Door de sterk gestegen grondprijzen, het kostbare materiaal dat noodzakelijk is om de grond ef fectief te bewerken, is voop een re delijk boerenbedrijf al zeker een be drag van een paar ton nodig. Op zo'n bedrag rust jaarlijks een last aan rente en aflossing van minstens tien duizend grilden. Het vraagt ondeme- mersmoed om daar tegenop te wer ken. Nu de boer een moderne onderne mer is geworden vraagt hij dat kan ook niet anders in de open maatschappij waarin wij nu leven een leven, dat met dat van de stede ling vergelijkbaar is. De romantiek van het boerenleven is praktisch een illusie. Het wordt meer en meer een burgerlijk leven. Geen wonder, dat door deze in vloeden ook het gezicht van het platteland verandert. Is het eeuwen lang arm geweest en zonder toe komst, nu komt er een kentering dpor industrialisatie, door het ver breken van het isolement, door toe risme. Het verkeer heeft hier toe ook belangrijk bijgedragen. Was vroeger, voor het bestaan van auto, brommer of fiets, een afstand van twintig kilometer vrijwel onover brugbaar, nu zijn alle dorpen en ste den gemakkelijk bereikbaar en met elkaar in contact gekomen. Middel bare scholen, winkelcentra kwamen dichterbij. Radio, televisie, pers bxachten de wereld ook in de huis kamer van de boerderij. Elke omwenteling gaat samen met problemen. Ook de revolutie op het platteland. Voor velen is het moei lijk zich aan te passen. Generaties botsen makkelijker dan voorheen in de van oudsher aan elkaar gebon den boerenfamilies. Het zijn echter moeilijkheden, die duidelijk slechts tijdelijk zijn. Zij verdwijnen meer en meer, naarmate het platteland, als we het ooit nog zo mogen blijven noemen, zich ver der ontwikkelt. Een ontwikkeling die versneld wordt door Ruilverka- velings- en uitbreidingsplannen, zo als we die in Venray kennen. Het vleesconcem Homburg te Cuyck heeft de vleeswarenfabriek B. Linthorst en Zn. te Welp overge nomen en bezit nu acht vleesbedrij ven in Nederland en behoort tot de vier grootste vleesfabrieken in Ne derland. De 66-jarige mevr. G.-S. uit El zendorp is op haar vakantiereis door Egypte in Cairo komen te vallen. Aan de gevolgen daarvan ls zij over leden. Wegens het moie zomerweer de laatste weken valt de graanoogst nog wel mee, hoewel de oogstresultaten in het algemeen veel slechter zijn dan voorgaande jaren. Zig-Zag in kofier I 298.- J Rechisteek in koffer I 195.- Gebruikte naaimachines f25.- t Reparatie van alle merken NIEUWS UIT VENRAY EN OMGEVING Zondagsdienst huisartsen Van zaterdagmiddag 12 uur tot zondagnacht 2 uur DR. W. J. A. BLOEMEN Stationsweg 5 Telefoon 1465 Uitsluitend voor spoedgevallen! ZONDAGSDIENST GROENE KRUIS ZR. COX Telefoon 1269 of 04701-382 GROENE KRUIS ZUIGELINGENBUREAU van 2 tot 3 uur 23 aug. maandag kerkdorpen: Oos trum, Leunen, Veulen, Heide. 24 aug. dinsdag: kerkdorpen: Oirlo, Castenray, Merselo, Smakt. Bus loopt dinsdag 24 augustus. ZIEKENAUTO Bel 04780-1592 b.g.g. 2116 ZONDAGSDIENST VERLOSKUNDIGEN Vroedvrouw Stevcns-Heinen Merseloseweg 23 - Venray Tel. 1152 (04780) b.g.g. 1061

Peel en Maas | 1965 | | pagina 1