Veilig Verkeer...
Overpeinzingen
natuudi[k uoob schoenen naac AlidGIIS-KoSITian Qbotestcaat 6
17 VI
A U
Politierechter
Ongerechtvaardigde terreur
op tactisch doel
VRIJDAG 14 MEI 1965 No. 19
ZES EN TACHTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N V. VENKAY WPFKR1 AH VOOR VFNRAY FN OMSTRFKFN ADVERTENTIEPRIJS 8'/. ct. p. mm. ABONNEMENTS-
GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL, 1512 GIRO 1.05.06.52 YV GGIlDlffiU V UVJIV V Cillllnl E.iT UWiiJ 1 A UIVCill PRIJS PER KWARTAAL 1.75 (buiten Venray f 2.
WAT GEBEURDE ER 14 MEI 1940
BOVEN ROTTERDAM
Op 14 mei 1940 omstreeks 3 uur in de middag hebben 57 Heinkel
He 111 bommenwerpers van de Luftwaffe met springbommen
een bombardement op Rotterdam uitgevoerd dat zoals we alle
maal weten fataal is geweest. Het grootste deel van de binnen
stad werd vernietigd en er waren 900 doden en duizenden ge
wonden te betreuren. Na Warschau was Rotterdam de tweede
stad die in de tweede wereldoorlog door luchtbombardementen
werd vernietigd. Tijdens de Duitse bezetting is de stad nog 102
keer door de Engelsen gebombardeerd.
STRATEGISCHE
OVERROMPELING
Al op 10 mei hadden 28 Heinkels
een luchtaanval op het vliegveld
Waalhaven uitgevoerd en daarna
waren Junkers Ju 52 transportvlieg
tuigen verschenen die parachutisten
afwierpen. Sommige van die para
chutisten kwamen boven de bran
dende hangars terecht.
Reeds in de lucht vlogen de val
schermen in brand en de mannen
stortten neer in de brandende puin
hopen. Transportvliegtuigen streken
vervolgens op Waalhaven neer om
troepen af te zetten, die tot taak
hadden op te rukken naar de Maas
bruggen. Hard is er gevochten door
de Hollandse soldaten en mariniers.
Om te voorkomen dat de Maas
bruggen door de Hollanders zou
den worden vernield, maakte de
Luftwaffe gebruik van twaalf
Heinkel He 59 watervliegtuigen,
die volbeladen met soldaten opste
gen van het Zwischenahner Meer
bij Oldenburg. Om 7 uur in de
morgen van de 10e mei verschenen
ze boven Rotterdam en vlogen, zes
uit het oosten, zes uit het westen
komend, op slechts enkele meters
boven het water om vervolgens op
de Maas vlakby de Willemsbrug
neer te strijken. Met rubberboten
gingen de Duitsers aan land en na
men de twee verkeers- en twee
spoorbruggen in bezit.
De 120 Duitsers hebben zich fa
natiek tegen de Nederlandse tegen
aanvallen verdedigd. De 60 Duit
sers op de noordelijke oever wisten
hun bruggehoofd te behouden, maar
onze befaamde mariniers (waarvan
een aantal inderhaast per bus aan
gevoerd waren uit Den Heider) had
den de Willemsbrug dermate onder
vuur-dat er geen Duitser over durf
de, vier dagen lang. Van onze oor
logsschepen ging H.M.'s Van Galen
daar vurend ten onder.
Parachutisten, afgeworpen boven
het stadion, veroverden een tram en
kwamen er luid klingelend mee aan
rijden bij de Koningshaven.
BOMMEN NODIG
Verbitterd is er in Rotterdam ge
streden. De Duitsers besloten de te
genstand tenslotte te breken door
middel van een bombardement. Op
14 mei vlogen 100 Heinkels van
„Kampfgeschwacher 54" over de
grens in de richting van Rotterdam.
De bommenwerpers zijn opgestegen
van vliegvelden bij Delmenhorst,
Hoya/Weser en Quakenbrück. Het
bevel luidde om precies 3 uur bo
ven Rotterdam te verschijnen.
De avond tevoren was een verbin
dingsofficier naar generaal Student
in Rotterdam gevlogen om daar de
juiste gegevens voor de aanval te
halen, onder andere een kaart met
de plaatsen waar de Nederlandse te
genstand te verwachten viel. Er
werd een driehoek getekend rond de
Maasbruggen die vooral door KG 54
moest worden vernietigd.
Oberst Lackner heeft deze kaart
in zijn Heinkel op de knieën. De
Gruppenkommandeure en Staffel-
kapitane hebben kopieën gekregen.
De vliegers hebben opdracht de ster
ke vijand ten noorden van de Maas
bruggen uit te schakelen en de 60
man van het eigen bruggehoofd op
de noordelijke Maasoever niet te ra
ken.
GECAPITULEERD
Zij weten één ding niet: dat op
dit moment in Rotterdam wordt on
derhandeld over capitulatie.
Oberst Lackner wist echter dat hy
met de mogelijkheid van een ca
pitulatie rekening moest houden.
Kort voor de start hadden de Luft-
waffe-officieren bericht gekregen,
dat Generaal Student de Neder
landers had gevraagd de stad over
te geven. De opdracht luidde om
by het aanvliegen van Rotterdam
goed uit te zien naar eventuele
rode lichtkogels. Die zouden be
tekenen dat Rotterdam gecapitu
leerd had en dat het bombarde
ment niet zou doorgaan. De Hein
kels hadden opdracht om dan door
te vliegen naar Antwerpen en daar
twee Engelse divisies aan te val
len.
Luftlotte 2 zou wanhopige pogin
gen hebben gedaan de bommenwer
pers radiografisch terug te roepen.
Het bevel „Ausweiziel" werd gege
ven, maar de bommenwerpers ble
ken op een andere frekwentie te
hebben afgesteld. Het bevel om Rot
terdam niet te bombarderen moest
van de bases komen waar de Hein
kels van KG 54 ^jjn opgestegen en
dat kostte veel tijd. In Münster
sprong Obersleutnant Rieckhoff van
Luftlotte 2 in een Me 109 jager en
vloog pijlsnel naar Rotterdam om te
proberen de Heinkels nog vóór zij
hun bommen hadden afgeworpgn te
doen omkeren. Maar alle pogingen
om de toestellen van K G54 te doen
omkeren kwamen te laat. De marco
nisten in de Heinkels hadden de
sleepantennes ingetrokken. Ze kon
den weinig of geen berichten meer
opvangen. De bommenwerpers vlo
gen Rotterdam aan. Men concen
treerde zich geheel en al op de aan
val.
DE LICHTKOGELS
Er bleef nog een heel kleine kans
het bombardement te voorkomen: de
rode lichtkogels. Kort voor het doel
splitsten de bommenwerpers zich in
twee formaties. Een linkse onder
Oberstleutnant Otto Höhne, com
mandant van l./KG 54, vloog uit het
zuidwesten naar de stad. Oberst
Lackner voerde de tweede formatie
aan. Er hingen geen wolken, maar
het was heiig. Het zicht bleek zó
slecht dat de formatie tot 750 meter
hoogte daalde om zeker te zijn, het
doel en niet de luitennat Kerfin met
zijn overgebleven mannen of de
bruggen zelf te raken.
Om vijf over drie verscheen
Oberst Lackner met zijn formatie
boven de stad. Luchtafweergeschut
opende het vuur. Rode lichtkogels
vielen nergens te ontdekken. Alleen
rode balletjes van het afweervuur
dansten rond de vliegtuigen. De
Duitsers op de grond joegen vele
rode lichtkogels de lucht in.
„Myn God, dat wordt een kata-
strcfe", schreeuwde generaal
Schmidt, die met generaal Student
op het rode plein by de Stieltjes
straat stond. De beide generaals
grepen hun eigen lichtpistolen en
schoten rode lichtkogels loodrecht
de lucht in. De vliegers zagen e.r
niets van. De heiige lucht, de rook
van de luchtartillerie en de in
brand geschoten „Statendam"
verhinderden het. Dan is het te
laat. De Heinkels van KG 54 be
reikten het centrum, de bomlui-
ken gingen open en bommen van
50 en 250 kilogram vielen neer.
Midden in de stad.
ONTDEKT
De tweede formatie, onder Oberst'
leutnant Höhne, wilde daarna zijn
bommen loslaten toen heel flauwtjes
twee rode lichtkogels werden waar
genomen. De eerste bommen waren
al geworpen, maar het bevel „Ab
drehen" werd gegeven. De Heinkels
wijzigden hun koers naar het zuid
westen en wierp hun lading op het
uitwijkdoel. Van de 100 Heinkels
van K.G. 54 hebben er 57 hun bom-
menlast boven Rotterdam afgewor
pen. In de allerlaatste seconde zijn
nog 43 Heinkels van de linkse for
matie afgezwenkt. De vernietiging
van Rotterdam had nog veel erger
geweest kunnen zijn, wanneer ook
deze 43 Heinkels hun bommen had
den afgeworpen.
Behalve Oberstleutnant Höhne
heeft niemand de rode lichtkogels
gezien. De 57 Heinkels die aanvielen
hebben 158 bommen van 250 kilo en
1150 bommen van 50 kilo boven de
stad losgelaten. Totaal 97 ton, uit
sluitend brisantbommen (ter verge
lijking: op Hamburg werd alleen in
de nachten van 24 tot 30 juli door
de R.A.F. bij drie aanvallen 7196 ton
afgeworpen, waarvan 4300 ton
brandbommen).
DE BRAND
Het is bijzonder tragisch geweest'
dat Rotterdam gebombardeerd werd
toen de stad in feite reeds gecapitu
leerd had. Gelukkig dat nog 43 bom
menwerper» van KG 54 konden te
rugkeren. Maar voor 57 bommen
werpers was het te laat
De Duitsers beweren dat uitslui
tend brisantbommen werden gewor
pen. Toch werd Rotterdam groten
deels door brand verwoest. Hoe is
dit te verklaren? Volgens de Duit
sers ontstonden de branden in de
olie-opslagplaatsen. De wind dreef
de vlammen naar de stad en door de
enorme verzengende hitte ontstond
volgens de ooggetuigen een vuur-
storm. Pas op 15 mei rukte Duitse
brandweerwagens van Feuerlösch
Polizeiregiment 1 de stad binnen,
waar hele colonnes brandweermate
riaal uit allerlei grote Nederlandse
gemeenten al vergeefs trachtten de
vuurzee te bedwingen. Maar te red
den was er niet veel meer.
Nauwelijks twee uur na de lucht
aanval, om 5 uur 's middags, kwam
de Nederlandse commandant overste
Scharroo over de Willemsbrug en
bood de capitulatie van de „vesting
Holland" aan. Generaal Schmidt
maakte zijn excuses dat de bocmaa.V
val toch nog plaatsgevonden had.
Om 19 uur trokken de Duitsers
brandende stad binnenmaar
omdat er uit het oostelijk stadsdeel
nog werd gevuurd, schoten de be
zetters eerst nog de wijk Kralingen
plat tot het vuren ophield.
ZWARE VERLIEZEN
Ook de Duitsers hebben zware
verliezen geleden. Van de 430
driemotorige Junkers Ju-52's die
tegen Nederland gebruikt zyn,
werd twee-derde neergeschoten of
zwaar beschadigd. Het Nederlands
verzet heeft in de luchtoorlog dus
een grote rol gespeeld. Het Trans-
portgeschwader K.G. z.b. V.2 ver
loor by Den Haag bijna 90 procent
van zyn machines. Hoeveel Hein
kels niet zijn teruggekeerd van de
aanval op Rotterdam is niet be
kend. Later zou Engeland ons
dankbaar zijn voor deze uitdun
ning.
De Duitse lezing van het bombar
dement op Rotterdam strookt tot op
zekere hoogte wel met de feiten, zo
vertelde men ons op het Rijksinsti-
tuur voor Oorlogsdocumentatie.
TERREUR
Dat neemt niet weg dat dit bom
bardement niet beschouwd kan
worden als een „geoorloofde oor
logshandeling". Het terreurelement
speelt er een grote rol in en dit is
ook benut door de volgende dag
Utrecht met een gelijk lot te be
dreigen en daarmede de algehele ca
pitulatie van Nederland af te dwin
gen.
Dit vooropgezette terreurelement
ligt bovendien opgesloten in het be
vel van generaal Küchler om te
dreigen met vernietiging van de
stad. Vernietiging van een grote stad
op grond van een beperkt taktisch
doel gaat immers dat taktisch doel
verre te boven.
Het terreurelement spreekt ten
slotte uit het feit dat dé stad niet be
stookt is door Stuka-duikbommen-
werpers, doch door Heinkelvliegtui-
gen. De eerste soort zou in overeen
stemming met de geoorloofde land-
oorlogsregelen, een beperkte recht
streekse steun aan de grondtroepen
hebben kunnen geven waardoor de
verwoesting sterk zou zijn beperkt.
Het bombardement van Rotterdam
was derhalve geen geoorloofde takti-
sche daad, maar een ongeoorloofde,
door geen operationele noodzaak ge
rechtvaardige strategische terreur
daad.
ZO IS HET EN NIET TOEVALLIG
Tijd is geld. Als U op zaterdag
morgen in uw auto van de hoofd
stad naar de hofstad rijdt, kunt U
lekker opschieten. Plankgas op een
snelweg waar weinig verkeer is,
geeft U een voorsprong op langzame
rijders van vele (kostbare) minuten.
Maar dan hebt U ook geen last van
bebouwde kommen, dorpskernen
met snelheidsbeperkingen en is er
voldoende ruimte om vlot te kunnen
passeren.
Maar U weet, als iedere ervaren
automobilist, dat in ons kleine land
je hard rijden vaak weinig zin heeft.
U komt misschien een seconde eer
der aan dan de rustige rijder. Sa
men staat U stil voor overwegbo
men, een geopende brug of stoplich
ten en wég is de voorsprong. Om
van het vastlopen in de grote steden
maar niet te spreken
Als U op tijd op een belangrijke
vergadering moet zijn, is het ver
standig ruim de tijd te nemen en
niet te gaan „jakkeren", want dat
helpt U toch weinig. Het trachten
zo hard mogelijk te rijden levert
geen enkel voordeel op ten opzichte
van het rijden met een aangepaste
snelheid. Dat laatste is bijvoorbeeld
nodig bij onvoldoende zicht, slecht
wegdek en bij bepaalde weg- of
verkeerssituaties. Hard rijden is
niet alleen vele malen gevaarlijker,
maar levert nagenoeg geen tijdwinst
op, is duurder in benzineverbruik
,en geeft een hoger slijtpercentage.
1 Dat ondervonden ook de zakenlie
den, die met hun wagen op dezelf
de dag van Maastricht naar een af
spraak in Zwolle moesten, Leeuwar
den aandeden en tot slot in Zand-
voort uitbliezen van de vermoeienis
sen van die dag. Een afstand, van
zo'n 450 km. De drie automobilisten
hadden dezelfde wagens, maar een
verschillende manier van rijden.
Meneer Albert jakkerde er op los
(probeerde zo'n 120 km per uur te
halen), de heer Bernhard reed met
aangepaste snelheid en op snelwe
gen in een fors tempo en meneer
Cornelis had geen haast; hij reed
maximum 90 km per uur. Het
spreekt vanzelf dat de laatste cor-
Wij vragen nog steeds
PERSONAL
geschoold en
77* ongeschoeid
j Aanmelden dagelijks -
iC/yj)
1 j ook na werktijd - aan
j de fabriek, bij de portier
5J M.V. INALFA VENRAY
ASSURANTIE en FINANCIERINGSKANTOOR
KRUIJSEN - MEESTERS
julianasingel 41 „ook goed en goedkoop
VENRAY Tel. 1061 (04780) voor autoverzekering"
Ook nu nog concurerende autopremies.
Vrijwel elk bedrag beschikbaar voor HYPOTHEEK, rente 5'/,°/o
reet de 50, 70, 80 of 90 km snel
heidsbeperkingen in acht nam
evenals de hardrijder maar me
neer A „scheurde" maar door, trok
zich van de „50" niets aan, behalve
dan dat hij om zijn eigen hachje
dacht.
In Zandvoort troffen ze elkaar
aan het eind van de dag, bij het cir
cuit! Toen bleek dat het onderling
tijdsverschil nog geringer was dan
U denkt.
Op het traject Leeuwarden-Zand-
voort kwam B precies vijf minuten
later dan A en C elf minuten na B
aan, over een afstand dus van plm.
145 km. Dezelfde verhoudignen ble
ken ook op bijvoorbeeld het traject
Nijmegen-Zwolle (89 km); B kwam
4 minuten na A en C twee minuten
na B!
De heren concludeerden dat het
toch weinig zin heeft te gaan jak
keren en zodoende de verkeersvei
ligheid onnodig in gevaar te brengen.
Bovendien ontdekten ze naderhand
in de garage, dat het benzine- en
olieverbruik van meneer A veel ho
ger was dan dat van B en dat van
Op zijn tijd hebben we allemaal
onze afwijkingen. Een normaal mens
is niet meer dan een etalagepop.
Maar soms gaan we met onze af wij -
kinkjes over de schreef. Dan slaat
de politierechter met de hamer op
tafel om ons tot de orde te roepen.
Zo is het ook gegaan met die be
deesde kantoorbediende. Hij was een
erg bleu man, die nauwelijks hardop
durfde te praten in de rechtszaal. In
zijn ziel woelde maar één hartstocht:
autorijden. In het dagelijkse leven
was hij maar een doodgewone kan
toorklerk. Achter het stuurwiel
voelde hij zich de koning van de
weg.
In zijn diensttijd heeft hem dat
al eens parten gespeeld. De krijgs
raad heeft hem toen twee maanden
laten opknappen omdat hij met een
legerauto een ommetje had gemaakt.
Die twee maanden hebben hem niet
genezen.
Zijn vrouw was een paar dagen
gaan logeren bij schoonouwelui.
Nu dansten thuis de muizen op ta
fel. De kantoorbediende nam een
snipperdag en huurde een auto.
Doelloos reed hij rond, met kleine
beetjes tegelijk, als iemand die aan
een likeurglaasje likt om de smaak
zo lang mogelijk in de mond te hou
den. De tweede dag deed hij dat ook
nog. Toen was het geld op. Het geld,
dat wil zeggen het huishoudgeld.
Nu bleek deze man, zoals gezegd,
niet bijzonder vrij in zijn optreden.
Het verdwenen huishoudgeld zat
hem dwars. Vijfentachtig gulden had
hij uit het hoge sigarenblikje ge
haald. dat de schatkist van zijn
vrouw was. Hoe zou hij dat moeten
verantwoorden als zij thuis kwam?
De angst, die een bijzonder slechte
raadgeefster is volgens het spreek
woord en volgens de praktijk, over
mande hem. Hij zag geen kans alles
eerlijk op te biechten. Daarom ver
telde hij de buurvrouw dat men bij
hem had ingebroken. Het huishoud
geld was verdwenen, zei de gap-rij-
der.
De buurvrouw vond het verstandig
daar de politie in te mengen. Zij bel
de de postcommandant en even later
was die met papier en potlood ten
huize van de kantoorbediende. Ja,
hield die vol, er was ingebroken en
de onverlaten hadden zich met 85,-
huishoudgeld uit de voeten gemaakt.
Zo maakte hij zich schuldig aan de
valse aangifte, die hem nu voor de
balie bracht. Want de politie is niet
achterlijk. Zij had na korte tijd ont
dekt dat de man het inbrekersver-
haal had verzonnen om zijn ge
zicht te redden tegenover zijn vrouw.
Misschien is deze man een ras-ech
te pantoffelheld. Misschien is zijn
vrouw een kenau. Maar eerder gelo
ven we dat het één een gevolg is
van het ander, 't Leek toch zo'n be
deesd manneke. En ook bedeesde
mannekes willen zichzelf wel eens
voor vol aanzien. Dat doen ze dan
als ze boven de honderd kilometer
komen en onze ziekenhuizen liggen
vol met mensen die een compensatie
hebben gezocht voor hun minder
waardigheidscomplex.
De officier en rechter vonden het
zeer ernstig, zeiden ze. Kennelijk
zaten ze in hun maag met het pro
bleem, welke straf deze man moest
hebben. Maar de secretaris bracht
uitkomst. Die wist dat er nog een
strafzaak onderweg is. Want de
kantoorbediende heeft bij de buren
twee tientjes gegapt, ook om auto te
kunnen rijden. In die zaak wordt 'n
rapport uitgebracht. In afwachting
van dat rapport heeft de rechter de
behandeling van de zaak aangehou
den.
B weer veel hoger dan dat van C.
De drie automobilisten besloten
voortaan maar in één wagen te krui
pen: bij de heer Cornelis, vanwege
de veiligheid, het economisch ver
bruik enomdat hij de tijd nam
en toch op tijd kwam!
Mocht U nu toch bang zijn om die
zakelijke bespreking niet op tijd te
halen, dan mag U gerust hard rij
den, d.w.z. met aangepaste snelheid.
Maar houdt U altijd aan die rood-
omrande 50 km of 90 km. Zo'n bord
staat er niet zonder meer. En het
maakt U maar vijf minuten uit op
150 km. En het maakt mensenlevens
uit. Misschien wel het Uwe.
EXAMENS
Deze dagen examineert de ene
helft van Nederland de andere helft.
De massale eindexamens van mid
delbare scholen, kweekscholen, Mu
io's enz. zijn begonnen. Duizenden
en duizenden jongens en meisjes be
kijken in angstige spanning de vra
gen, die in eerste instantie erover
zullen beslissen of zij de studiejaren
al of niet goed besteed hebben.
In tegenstelling tot andere landen
kent Nederland weinig ezamenschan-
dalen. Het geheim van de examen
vragen wordt goed bewaard en met
vele voorzorgen omgeven. Het is
goed zo. Net zoals het ook goed is,
dat de examens werkelijk worden
opgevat als een rechtvaardige test
op de kennis der kandidaten zonder
gemene trukjes of strikvragen. De
examinator ziet het niet als zijn taak
de examinandi erin te laten tuinen,
zoals dat heet. Maar al met al toch
spannende weken voor de jongelui.
En zijn de eindexamens achter de
rug, dan beginnen voor anderen de
toelatingsexamens voor verschillende
richtingen van onderwijs, hetzij uit
gebreid, middelbaar of voorbereidend
hoger onderwijs.
In dit verband frappeert het ons
altijd dat in ons Venray het on
derwijs weliswaar veelzijdig is en
men verschillende kanten in kan,
maar dat nog nooit feitelijk een on
derzoek is ingesteld of de voorhan
den zijnde mogelijkheden voldoende
zijn.
We denken met name öan de veel
geuitte wens bij onze industrieën om
HBS-onderwijs voor meisjes, terwijl
bij ons weten eveneens nooit eens
onderzocht is, waarom zovele kinde
ren met trein en bus naar andere
plaatse» reizen om daar onderwijs
te volgen.
Is het mogelijk dat het Hoogveld
instituut, dat weliswaar voorname
lijk de vrijetijdsbesteding van Vep-
ray's jeugd gaat onderzoeken, ook
hierover eens zijn mening geeft.
Voor Venray lijkt ons met name dit
onderwerp van enorm belang.