til Veilig Verkeer... Overpeinzingen Politierechter Hoe staat de oecumenische beweging in ons land ervoor? NIEUWJAARSREDE in de Kamer van Koophandel CAMPS De gulle hand van de aarde fa. MARTENS TAXIBEDRIJF P. ST0KS KEMPWEG 9 TEL. 1233 VRIJDAG 22 JANUARI 1965 No. 3 ZES EN TACHTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS druk en uitgave van den munckhof grotestraat 28 postbus 1 tel. 1512 giro N.V. VENRAY WPT?lfl*ï A H VHOP VP Ml? A V PM HMQTRPïfPM ADVERTENTIEPRIJS 8'/t ct. p. mm. ABONNEMENTS- JIRO 1.05.06.52 W CjLADLAU 'UUK VIwINKAi ErlN UMolKblVClN PRIJS PER KWARTAAL 1.75 (buiten Venray 2.—) boren, maar wie? De run op het aardgas is in Ne derland hog lang niet ten einde. Ieder voorspelling over de uiteinde lijke hoeveelheid gas, welke in Ne derland zou kunnen worden gewon nen, is op dit moment even beteke nisrijk als de schatting hoeveel vo gels over tien jaren in Nederland een ei zullen leggen. Het is eenvou dig niet te berekenen. Vooral niet doordat tot Nederland ook moet worden gerekend dat deel van het continentaal plat, dat volgens de conventie van Genève aan Neder land toebehoort. Het continentaal plat is dat deel van de Noordzee (in feite vrijwel de gehele zee tussen Engeland, Noor wegen, Denemarken, Duitsland en Nederland), dat niet dieper is dan honderd meter. Nederland heeft er een stuk van gekregen van liefst 62.000 m2. De verwachtingen zijn, dat op dit continentaal plat en vooral op het Nederlandse gedeelte nog aanzienlijke gasreserves zullen wor den aangeboord. Op olie rekent men vrijwel niet. De geologen gaan hier bij uit van de gasvelden in het Wes ten en in het Noorden, die zich echt niet houden aan de aan de opper vlakte getrokken grenslijn tussen land en water. Het is heel waar schijnlijk, dat deze velden zich voortzetten tot onder de Noordzee bodem. De grote vraag is wanneer kan worden begonnen met het giganti sche werk, de bodem van de Noprd- zee te onderzoeken. Er is in de af gelopen jaren al een viertal proef boringen geweest vlak voor de kust van Zuid-Holland. De boringen zijn nu echter stopgezet doordat inmid dels de Mijnwet Continentaal Plat op komst is en geen enkele maat schappij op deze regeling vooruit kan lopen. Deze wet, die voor een gedeelte de oude mijnwet, welke nog door Napoleon is ingevoerd, moet vervangen, zal aanwijzingen moeten geven wie uiteindelijk op het Nederlandse deel van het Plat naar gas en olie zal mogen zoeken. Achter de schermen wordt hierom al hard gevochten. De NAM, een combinatie van de Bataafse Petro leum Maatschappij, die weer een deel is van de Koninklijke Shell- groep en de Standard Oil Company (New Yersey), is een belangrijke kandidaat. Het is tenslotte de NAM geweest, die de belangrijkste aard gasvondsten in Nederland heeft ge daan en die ook direct betrokken is bij de maatschappij, die het gas over Nederland moet verdelen, een organisatie, waarin overigens ook de staat een flink aandelenpakket heeft. Op de Noordzee dreigt' een ware gasrush te ontstaan. Vooral de vondst van zo veel gas bij Slochte- ren heeft de belangstelling doen toenémen. Nu al is een zevental maatschappijen bezig met onderzoe kingen op de Wadden. Men wil ech ter verder. Liefst zo snel mogelijk. De maatschappijen zijn dan ook nog- wat verontwaardigd, dat de Neder landse regering zo lang heeft ge aarzeld met het geven van regels voor het continentaal plat. Engeland is Nederland al ver voor. Al flinke delen van het Britse zeegebied zijn verdeeld. Rond 25 maatschappijen, waarvan een flink aantal elk een vijftal andere olietrusts vertegen woordigt, hebben al concessiegebie den gekregen. Deze maatschappijen hebben hun concessie gekregen op voorwaarde, dat zij in de komende zes jaren minstens twee en een half miljoen gulden per 250 vierkante kilometer uitgeven aan het zoeken naar gas en olie. Voldoen zij niet aan deze ver plichting dan verliezen zij elk recht op verdere exploratie en eventuele winning. Door deze regeling zal de komende zes jaren rond 800 miljoen gulden worden uitgegeven aan het zoeken naar energie voorkomens op het Engelse deel van het plat. Men vreest nu dat Nederland bij deze aktiviteiten ver achter zal blij ven. De NAM rekent erop, dat ook dergelijke voorwaarden zullen wor den gesteld voor het Nederlandse deel van het continentaal plat. Bij een dergelijke manier van werken is men er zeker van, dat werkelijk krachtige bedrijven op zoek gaan naar het gas. Hierdoor voorkomt men, dat vluchtig wordt gezocht in de hoop op een snel (financieel) suc ces. Bij eenzelfde systeem als nu door Engeland is gevolgd zou men zeker stellen, dat in Nederland in zes jaren rond zeshonderd miljoen gulden wordt besteed voor het speu ren naar gas op de Noordzee. De be dragen geven wel aan hoeveel geld er nodig zal zijn om de Noordzeebo dem op verantwoorde manier af te zoeken. Volgens de NAM zal een eenvoudige campagne al zeker twee honderd tot driehonderd miljoen gulden kosten. Een enkel booreiland kost al 30 miljoen gulden. Volgens de NAM is dit al een afdoende aan wijzing, dat exploratie door de staat niet mogelijk is. Waar zou het rijk zoveel geld vandaan moeten halen? (Wordt vervolgd) BROMMEN EN STOOM AFBLAZEN De bromfiets zou een gediscrimi neerd voertuig genoemd kunnen worden. En inderdaad hebben de genen die dat doen (soms) gelijk. Zo zégt men wel eens: die jongens en meisjes rijden maar raak. Ze ge bruiken hun bromfiets zoals een acrobaat dat doet in de piste Men vergeet dan dat een teen ager juist met zijn bromfiets „stoom wil afblazen", een natuurlij ke prestatie wil leveren. Maar voor zo'n sportieve behendigheidsrit, waarbij de verkeersveiligheid na tuurlijk niet in gevaar mag worden gebracht, bestaat in Nederland nog niet veel ruimte Daarom rijdt een teenager zit tend of hangend met wat bra- vour over een kruising. Wij dachten echter dat onder jong en oud bromfietsers zijn te vin den, die verzuimen snelheid te ver minderen door kruisingen en rechts voor te laten gaan. Vandaar de aktie van het Verbond voor Veilig Verkeer veiliger kruis punten: Matig Uw snelheid. Dus niet toch nog even doordruk ken. Denk aan rechts. Geef rechts voorrang. De bromfiets verdient de plaats die U hem geeft in het verkeer! De politierechter geeft zelfs zijn beste klanten geen kwantumkorting. Dat is gebleken toen deze verdachte begon te pingelen, omdat hij de drie kruisjes vol maakte. Dertig veroor delingen, vond hij, dat was toch een rond getal. Dat vond de rechter ook. Maar hij zag er toch geen aanlei ding in de boete veel te verlagen. Het is op een zonnige najaarsdag gebeurd, dat de woonwagenbewoner de laaiende gloed van de drift door zijn bloed voelde stromen, omdat de buurvrouw - woonwagenbewoonster de kleine kinderen van de verdach te nat gooide. De emmer water die over de kinderhoofdjes werd uitge stort, bevatte onder meer de drup pel die de emmer deed overlopen. De ruzie bestond natuurlijk al veel eerder. Wat in de rechtszaal komt, is daar maar een vochtig uitvloeisel van. De woonwagenbewoner stelde zich op het houten trapje voor zijn wo ning op in krijgshaftige houding. Hij zoog zich de longen vol lucht, zette de stembanden uit en riep luidkeels enkele vieze woorden aan het adres van de buurvrouw. De woorden wa ren zo vies, dat zelfs de rechter er haast een kleur van kreeg en dat wil wat zeggen. „Dat heb ik gezegd", zei de ver dachte toen hij voor de groene tafel kwam. „Maar het is de waarheid en niets dan de waarheid." Zulke ge rechtelijke termen had hij blijkbaar geleerd in zijn lange loopbaan als verdachte. „De waarheid mag niet altijd ge zegd worden", zei de officier, „maar gelijk heb je. 't Was waar." „Wel", dacht de verdachte hoop vol, „dan zal ik er zonder straf af komen vandaag". „Dat heb je dan mis", antwoordde de officier. „Je mag een dief geen dief noemen. Want dat is belediging, ook al is het nog zo zwaar". Dit nu bleek voor de verdachte te moeilijk. Hij had een belangrijk deel van het wetboek van strafrecht afgewerkt, maar dergelijke ingewik kelde bepalingen was hij nog niet tegen gekomen. Het was hem mis schien maar zelden overkomen, dat hij de waarheid sprak. Nu had hij gezegd wat waar was en wat zelfs een autoriteit als de officier van jus titie waar vond, nu kreeg hij straf. Mismoedig schudde hij het hoofd, 't Is een rare wereld tegenwoordig" klaagde hij. Daar moest de officier hem gelijk in geven. Maar het feit van de be lediging bleef. De eis luidde vijftien gulden boete. „Dat is toch al te gek", vond de man, „vijftien gulden omdat je de waarheid zegt. En nu ben ik nog wel zo'n bekende van u." De rechter kent echter geen ver schil tussen bekend en onbekend. Hij wilder er nog wel vijf gulden afdoen omdat het lelelijke woord de waarheid was geweest. Zodoende werd het tien gulden of twee dagen. Al heel veel jaren bidden de chris tenen over de gehele wereld in de maand januari bijzonder voor de eenheid der Kerken. Heeft dit bidden eerst geschei den, de laatste jaren steeds meer in gezamenlijke oefeningen de gees ten zover bewerkt, dat die eenheid dichterbij is gekomen? Deze vraag is eigenlijk al beantwoord, wanneer wij in onze directe omgeving kijken. Wij zien dan in ons land, dat het gesprek tussen de Kerken in volle gang is: de Kerken der reformatie de oud-Katholieke Kerk en de Ka tholieke Kerk. Dit gebeurt op alle niveaus. Het godsdienstig gesprek is niet meer alleen de aangelegenheid van wat men noemt „vrome zielen", maar is een tophit geworden. Het is heel gewoon, dat men in gezelschap plotseling bezig is met een heftig en soms diepgaand gesprek over de Kerk, over de Bijbel, over Christus. De godsdienst is niet meer iets wat zondags tevoorschijn gehaald wordt tegelijk met het goede pak en de zondagse jurk om voor de rest van de week weer te worden opgeborgen in de kamferkist. Integendeel, de zondagse praktijk mag minder vroom geworden zijn vergeleken bij vroe ger, de belangstelling voor gods dienstige vragen is in ons dagelijkse leven binnen gedrongen. Het chris tendom is weer een zaak geworden, waarover men zich druk maakt. De 20ste eeuw met zijn vele mil joenen levens eisende oorlogen, zijn revoluties als van het communime, het nazisme, het facisme, met zijn technische vooruitgang en na oor- iogse welvaart, heeft ook aan de Europese mens met name de vragen voorgelegd: wie is God? Wat is de zin van ons leven? Wie is Chritsus en wat leert Hij ons? Deze verdieping heeft de geschei denheid der christenen als een pijn lijke wond doen ervaren. Het woord oecumene kreeg een nieuwe gela denheid. De tijd lijkt rijp voor de toenadering der Kerken, die heel lang naast elkaar hebben geleefur vervreemd van elkaar. Zover uit el kaar gegroeid, dat zij niet eens el kaar meer konden begrijpen. Wij kunnen ons thans nauwelijks meer voorstellen wat het is geen belangstelling voor elkaar te hebben of openlijke of verborgen vijand schap te koesteren. Het klimaat is met name in ons land aanzienlijk verbeterd. Maar hoe staan wij er hier voor? Deze vraag hebben wij voorge legd aan vier vooraanstaande figu ren uit de kerken: aan Mgr. J. Groot, voorzitter van het St. Willi- brordapostolaat, aan dominee Em- men secretaris-generaal van de sy node der Nederlands Hervormde Kerk, aan Prof. Dr. P. J. Maan, pas toor der oud- katholieke Kerk te Utrecht en aan pater Jelsma MSC van de Haagse Sjaloomgroep. Mgr. Groot merkte op, dat de oecumene een tijdlang een mode woord is geweest. Het werd een soort sensatie om aan oecumene te doen. Maar die sensatie begint er af te slijten. Wat nu overblijft is, aldus Mgr. Groot, een echt, diepgemeend streven naar eenheid. De Bisschoppen maken naar buiten soms de indruk wat voorzichtig te zijn geworden. Dat is niet zo moei lijk te verklaren, meent Mgr. Groot, want van hen wordt voortdurend ge vraagd een standpunt in te nemen tegenover nieuwe experimenten. En lang niet alles wat zich als oecume nische experiment aandient, is het daarom ook. Die z.g. oecumenische huwelijken van Nijmegen en Eind hoven, waarover de kranten vol hebben gestaan, zijn beslist geen voorbeelden van werkelijk oecume- Pater Jelsma ontdekt twee stro mingen in de oecumenische bewe ging in Nederland. Er zijn mensen, die deze beweging willen beperken tot het gesprek, en er zijn er vooral onder de jongeren, die bij handhaving van het gesprokene toch vooral het accent willen leggen op het samen doen. De tweede groep zijn de ongeduldigen. Prof. Maan van de oud katholie ke Kerk vindt, dat het gesprek tus sen de Kerken zich nog tot kleine groepen beperkt. Hij zou graag een nog grotere belangstelling zien. Ten aanzien van de katholieken merkt prof. Maan op, dat zij met een gevoel van grote opluchting de doorbraak naar de oecumenische openheid hebben begroet. Maar on der de gewone mensen overheersen nog de „beelden uit de kinderjaren". Zij kennen elkaar nog niet genoeg. Hij acht het daarom noodzakelijk, dat het gesprek en het kontakt met elkaar er voor een belangrijk deel op gericht moeten zijn elkaar wer kelijk goed te leren kennen. Met na me protestant en katholiek hebben nog steeds grote moeite elkaar te vinden in een begrijpelijk gesprek. Ds Emmen van de Hervormde Kerk zegt, dat ogenschijnlijk het gesprek tot stilstand gekomen is. Maar dat is maar bedrog, de discus sie gaat levendig verder. Een nau wer samengaan echter vereoist meer onderling kontakt en onderling be grip. Maar oecumenisch streven omvat meer dan alleen bezinning op een heid. Het is nl. ook een bezinning op hetgeen de christenen bij alle ge scheidenheid toch samen kunnen doen. Met name noemde Ds Emmen hier de christelijke verantwoordelijkheid ten opzichte van de ontwikkelings landen. Wanneer wij de meningen van deze vier deskundigen samenvatten, zouden wij wel kunnen zeggen, dat de oecumenische beweging in ons land stevig wortel heeft geschoten. Of deze plant zich gunstig zal ont wikkelen en tot bloei zal komen, hangt van ons allen af. Want uitein delijk beslissen niet de kerkelijke leiders over deze zaak. Dat doet het Gods volk, of dit zich nu Rooms, oud-katholiek of protestant noemt. Op het Godsvolk rust de verant woordelijkheid te werken aan de vervulling van Christus' bede: Mo gen allen één zijn, zoals Ik en U en Gij in Mij." NAAR EIND VAN DE WONINGNOOD? Minister Bogaers heeft bekend ge maakt, dat er in 1964 meer dan 100.000 nieuwe woningen totstand gekomen zijn en dat hij hoopt in 1965 hetzelfde resultaat te bereiken. En dat hij nog veel meer hoopt in 1970 de woningnood te hebben over wonnen. De gemeente Weert heeft deze week al aangekondigd door de nood heen te zijn. Wij vinden dat geweldig en wij geloven ook in de mogelijkheid van succes. De minister verdient ons al ler gelukwensen. Maar een klein beetje reserve ten aanzien van dit optimisme is toch niet alleen mogelijk, doch ook ge wenst. Want niemand kent de toe komstige ontwikkeling van lonen en arbeidspotentieel, van invoer van materialen en grondstoffen. Er hebben zich meer ministers van bouwnijverheid aan prognoses over het eind der woningnood vergalop peerd. Van onmiddellijk na de oor log tot op heden, dus twintig jaar lang is geen bewindsman er in ge slaagd volksvijand no. 1 de baas te worden. Venray. dat de laatste jaren bouwt dat het een lieve lust is, ziet deson danks zijn getal woningzoekenden nauwelijks verminderen. ASSURANTIE en FINANCIERINGSKANTOO'R KRUIJSEN - MEESTERS julianasingel 41 „ook goed en goedkoop VENRAY Tel. 1061 (04780) voor autoverzekering" l.-- muil aeamBaeeaeM—M—— Ook nu nog concuierende autopremies. Vrijwel elk bedrag beschikbaar voor HYPOTHEEK, rente 572% Mr. Ryssenbeek, de voorzitter van de Kamer van Koophandel en Fa brieken voor Noord-Limburg heeft vrijdag j.l. in zijn nieuwjaarsrede op verschillende knelpunten in het ge bied van de Kamer gewezen. UITGAANDE PENDEL Volgens een onderzoek door Prof. Thurlings, Oldendorff en Heere is enige jaren geleden duidelijk geble ken dat Noord-Limburg, gezien zijn gunstige ligging tussen Duitsland, de randstand Holland en België, kan sen te over zou hebben voor een verdere industriële vooruitgang. Niet alleen in het oude industrie gebied Venlo-Tegelen-Belfeld-Reu- ver ,maar ook in de nieuwere t.w. Gennep, Bergen, Venray en Helden. De uittocht van vele arbeidskrach ten naar Duitsland dreigt echter de ze kansen teniet te doen, want de enorme zuigkracht van het Duitse industriegebied doet met name het oudere Noord-Limburgse industrie gebied tussen Venlo en Reuver zo veel afbreuk, dat er kans is, dat in dat gebied bedrijven gesloten moe ten worden. Van de 12.000 Limburgse pende laars komen er 4000, dus 1/3 deel uit Noord-Limburg, terwijl hierin toch Voor alle reparaties Schoolstraat 30 Tel. 2389 maar 1/5 deel van de Limburgse be volking woont. Van deze 4000 zijn 40 procent bouwvakkers. Mr. Rijssenbeek weet dit aan het loon verschil tussen Nederland en Duitsland, waar immers in Neder land de lonen laag gehouden wor den om onze export-positie in stand te houden en daarmede de volledige werkgelegenheid. DE GEVOLGEN Hiervan wordt Noord-Limburg met name de dupe. Hierdoor worden thans in de Noord-Limburgse indus trieën grote verliezen geleden door onderbezetting, hoge verlooppercen tages, minder produktiviteit, duur dere vreemde arbeiders en duurdere inwerktijden van steeds maar nieu we arbeiders. Van de andere kant zal men zich in dit verband moeten realiseren dat b.v. het aantrekken van Belgische arbeidskrachten zal verlopen, in verband met de groot scheepse aanpak van de industriali satie in Belgisch Limburg. En dat de vraag naar Nederlandse arbeids krachten in Duitsland mede een ge volg is van de bevolkingspiramide aldaar, die thans nog grote gaten vertoont van de oorlog, die echter langzaam maar zeker worden opge vuld door de jongere Duitse genera tie, wat tot gevolg heeft dat dan Nederlandse arbeidskrachten zullen worden afgestoten. TWEEDE DELTAPLAN Mr. Rijssenbeek was van mening dat Nederland een tweede Delta plan nodig heeft, namelijk een om de zee te weren, een tweede om de afvloeiing van Nederlandse arbeids krachten tegen te gaan. Dat kan bestaan uit: a. meer aantrekken van buiten landse arbeidskrachten, juist naar de grensgebieden; b. Venray en Helden uit te bou wen tot behoorlijke industrie kernen, zonder de beperkingen die de nieuwe industrialisatie- Juwelier Horloger - Opticien Grotestr-16 Tel. 1261 Venray nota deze gemeenten op wil leggen; c. 10 miljoen guldens beschikbaar te stellen voor de bouw van een viertal aan de streek aangepas te wooncentra voor 1000 bui tenlandse arbeidskrachten, waarin de goede opvang en verzorging kan worden ge geven. BELANGRIJKE FUNCTIE De voorzitter van de Kamer wees erop dat de Noord-Limburgse bedrijven in de toekomst waar schijnlijk een nog belangrijker func tie krijgen ,dan ze thans reeds heb ben bij de opvang van het arbeids potentieel in deze streken, namelijk doordat ze vele krachten, die thans in de mijnbouw werkzaam zijn, nieuwe werkmogelijkheid zullen moeten geven. ONTWIKELINGSORGAAN NOORD-LIMBURG Bijzonder goed was Mr. Rijssen beek te spreken over de samenwer king met het ontwikkelingsorgaan Noord-Limburg, dat de Kamer be langrijke steun gegeven heeft bij haar acties voor de E 3-weg van Eindhoven naar Venlo; bij de op stelling van het nieuwe streekplan voor Noord-Limburg; de vestiging van een UTS in Venlo ea de boven reeds gememoreerde bouw van vier wooncentra voor vreemde arbeiders. Dat de Staten van Limburg dit or gaan gaat subsidiëren zal het vele werk slechts ten goede komen. Zo ook het feit dat genoemd orgaan nu officiëel een Stichting gaat worden. BETERE VERBINDINGEN Na een ernstig pleidooi voor bete re spoor- en wegverbindingen voor Venlo met Duitsland en Nederland, om zijn internationale verkeerstaak én vervoerstaak naar behoren te kunnen vervullen, kwam de Kamer voorzitter te spreken over andere verbindingen in Noord-Limburg. Hij sprak er zijn misnoegen over uit dat de spoorlijn Venlo-Nijmegen nog steeds niet geëlectrificeerd is. Hij drong verder aan op een vlottere verbetering van de weg Venlo-Nij megen, die nu eerst na 1970 is ge pland, en op een nieuwe autostrada vanuit Gelderland, via Brabant naar Venlo. Dat daarbij de wegen van Noord Limburg tijdig worden ge richt en aangepast op zowel de E-3 weg ,als op deze nieuwe Noord-Zuid verbinding, was de zoveelste wens die de Voorzitter uitsprak. Dat hij daarmede ook de brug in Well en betere aansluitingen naar Duitsland via Siebengewald en de Wellse Hut voorstond, nemen we voetstoots aan, zonder dat hij er uitdrukkelijk over sprak. BETERE ONTWIKKELING EN VOORLICHTING Andere wensen van de heer Rijs senbeek waren de oprichting van 'n Hogere School voor kooplieden, een fUTS voor Nrd. Limburg en een vormingsschool voor de Detailhan del, daar z.i. het huidige Midden standsdiploma nodig herzien moet worden. Voor het midden- en ook kleinbedrijf in deze streek was hij voorstander van ruime crediet-mo- gelijkheden, alsmede betere voor lichting. STAR EN FORMALISTISCH noemde hij het vergimningsbeleid buiten de woningbouwsector in het bouwbedrijf. Een van de oorzaken dat zovele bouwvakkers gaan pen delen zag hij in het feit dat kleinere aannemers - die niet gespecialiseerd zijn in de woningbouw, maar overi gens beslist hun mannetje staan in de bouwwereld - niet genoeg aan hun trekken komen, reden waarom hun personeel naar elders gaat. THANS GEVESTIGD:

Peel en Maas | 1965 | | pagina 5