til
Veilig Verkeer...
Overpeinzingen
Politierechter
Hoe staat de oecumenische
beweging in ons land ervoor?
NIEUWJAARSREDE
in de Kamer van Koophandel
CAMPS
De gulle hand
van de aarde
fa. MARTENS
TAXIBEDRIJF P. ST0KS
KEMPWEG 9 TEL. 1233
VRIJDAG 22 JANUARI 1965 No. 3
ZES EN TACHTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
druk en uitgave van den munckhof
grotestraat 28 postbus 1 tel. 1512 giro
N.V. VENRAY WPT?lfl*ï A H VHOP VP Ml? A V PM HMQTRPïfPM ADVERTENTIEPRIJS 8'/t ct. p. mm. ABONNEMENTS-
JIRO 1.05.06.52 W CjLADLAU 'UUK VIwINKAi ErlN UMolKblVClN PRIJS PER KWARTAAL 1.75 (buiten Venray 2.—)
boren, maar wie?
De run op het aardgas is in Ne
derland hog lang niet ten einde.
Ieder voorspelling over de uiteinde
lijke hoeveelheid gas, welke in Ne
derland zou kunnen worden gewon
nen, is op dit moment even beteke
nisrijk als de schatting hoeveel vo
gels over tien jaren in Nederland
een ei zullen leggen. Het is eenvou
dig niet te berekenen. Vooral niet
doordat tot Nederland ook moet
worden gerekend dat deel van het
continentaal plat, dat volgens de
conventie van Genève aan Neder
land toebehoort.
Het continentaal plat is dat deel
van de Noordzee (in feite vrijwel de
gehele zee tussen Engeland, Noor
wegen, Denemarken, Duitsland en
Nederland), dat niet dieper is dan
honderd meter. Nederland heeft er
een stuk van gekregen van liefst
62.000 m2.
De verwachtingen zijn, dat op dit
continentaal plat en vooral op
het Nederlandse gedeelte nog
aanzienlijke gasreserves zullen wor
den aangeboord. Op olie rekent men
vrijwel niet. De geologen gaan hier
bij uit van de gasvelden in het Wes
ten en in het Noorden, die zich echt
niet houden aan de aan de opper
vlakte getrokken grenslijn tussen
land en water. Het is heel waar
schijnlijk, dat deze velden zich
voortzetten tot onder de Noordzee
bodem.
De grote vraag is wanneer kan
worden begonnen met het giganti
sche werk, de bodem van de Noprd-
zee te onderzoeken. Er is in de af
gelopen jaren al een viertal proef
boringen geweest vlak voor de kust
van Zuid-Holland. De boringen zijn
nu echter stopgezet doordat inmid
dels de Mijnwet Continentaal Plat
op komst is en geen enkele maat
schappij op deze regeling vooruit
kan lopen. Deze wet, die voor een
gedeelte de oude mijnwet, welke
nog door Napoleon is ingevoerd,
moet vervangen, zal aanwijzingen
moeten geven wie uiteindelijk op
het Nederlandse deel van het Plat
naar gas en olie zal mogen zoeken.
Achter de schermen wordt hierom
al hard gevochten. De NAM, een
combinatie van de Bataafse Petro
leum Maatschappij, die weer een
deel is van de Koninklijke Shell-
groep en de Standard Oil Company
(New Yersey), is een belangrijke
kandidaat. Het is tenslotte de NAM
geweest, die de belangrijkste aard
gasvondsten in Nederland heeft ge
daan en die ook direct betrokken is
bij de maatschappij, die het gas
over Nederland moet verdelen, een
organisatie, waarin overigens ook
de staat een flink aandelenpakket
heeft.
Op de Noordzee dreigt' een ware
gasrush te ontstaan. Vooral de
vondst van zo veel gas bij Slochte-
ren heeft de belangstelling doen
toenémen. Nu al is een zevental
maatschappijen bezig met onderzoe
kingen op de Wadden. Men wil ech
ter verder. Liefst zo snel mogelijk.
De maatschappijen zijn dan ook nog-
wat verontwaardigd, dat de Neder
landse regering zo lang heeft ge
aarzeld met het geven van regels
voor het continentaal plat. Engeland
is Nederland al ver voor. Al flinke
delen van het Britse zeegebied zijn
verdeeld. Rond 25 maatschappijen,
waarvan een flink aantal elk een
vijftal andere olietrusts vertegen
woordigt, hebben al concessiegebie
den gekregen.
Deze maatschappijen hebben hun
concessie gekregen op voorwaarde,
dat zij in de komende zes jaren
minstens twee en een half miljoen
gulden per 250 vierkante kilometer
uitgeven aan het zoeken naar gas en
olie. Voldoen zij niet aan deze ver
plichting dan verliezen zij elk recht
op verdere exploratie en eventuele
winning. Door deze regeling zal de
komende zes jaren rond 800 miljoen
gulden worden uitgegeven aan het
zoeken naar energie voorkomens op
het Engelse deel van het plat.
Men vreest nu dat Nederland bij
deze aktiviteiten ver achter zal blij
ven. De NAM rekent erop, dat ook
dergelijke voorwaarden zullen wor
den gesteld voor het Nederlandse
deel van het continentaal plat. Bij
een dergelijke manier van werken is
men er zeker van, dat werkelijk
krachtige bedrijven op zoek gaan
naar het gas. Hierdoor voorkomt
men, dat vluchtig wordt gezocht in
de hoop op een snel (financieel) suc
ces. Bij eenzelfde systeem als nu
door Engeland is gevolgd zou men
zeker stellen, dat in Nederland in
zes jaren rond zeshonderd miljoen
gulden wordt besteed voor het speu
ren naar gas op de Noordzee. De be
dragen geven wel aan hoeveel geld
er nodig zal zijn om de Noordzeebo
dem op verantwoorde manier af te
zoeken. Volgens de NAM zal een
eenvoudige campagne al zeker twee
honderd tot driehonderd miljoen
gulden kosten. Een enkel booreiland
kost al 30 miljoen gulden. Volgens
de NAM is dit al een afdoende aan
wijzing, dat exploratie door de staat
niet mogelijk is. Waar zou het rijk
zoveel geld vandaan moeten halen?
(Wordt vervolgd)
BROMMEN EN
STOOM AFBLAZEN
De bromfiets zou een gediscrimi
neerd voertuig genoemd kunnen
worden. En inderdaad hebben de
genen die dat doen (soms) gelijk. Zo
zégt men wel eens: die jongens en
meisjes rijden maar raak. Ze ge
bruiken hun bromfiets zoals een
acrobaat dat doet in de piste
Men vergeet dan dat een teen
ager juist met zijn bromfiets
„stoom wil afblazen", een natuurlij
ke prestatie wil leveren. Maar voor
zo'n sportieve behendigheidsrit,
waarbij de verkeersveiligheid na
tuurlijk niet in gevaar mag worden
gebracht, bestaat in Nederland nog
niet veel ruimte
Daarom rijdt een teenager zit
tend of hangend met wat bra-
vour over een kruising.
Wij dachten echter dat onder
jong en oud bromfietsers zijn te vin
den, die verzuimen snelheid te ver
minderen door kruisingen en rechts
voor te laten gaan.
Vandaar de aktie van het Verbond
voor Veilig Verkeer veiliger kruis
punten:
Matig Uw snelheid.
Dus niet toch nog even doordruk
ken.
Denk aan rechts.
Geef rechts voorrang.
De bromfiets verdient de plaats
die U hem geeft in het verkeer!
De politierechter geeft zelfs zijn
beste klanten geen kwantumkorting.
Dat is gebleken toen deze verdachte
begon te pingelen, omdat hij de drie
kruisjes vol maakte. Dertig veroor
delingen, vond hij, dat was toch een
rond getal. Dat vond de rechter ook.
Maar hij zag er toch geen aanlei
ding in de boete veel te verlagen.
Het is op een zonnige najaarsdag
gebeurd, dat de woonwagenbewoner
de laaiende gloed van de drift door
zijn bloed voelde stromen, omdat de
buurvrouw - woonwagenbewoonster
de kleine kinderen van de verdach
te nat gooide. De emmer water die
over de kinderhoofdjes werd uitge
stort, bevatte onder meer de drup
pel die de emmer deed overlopen.
De ruzie bestond natuurlijk al veel
eerder. Wat in de rechtszaal komt,
is daar maar een vochtig uitvloeisel
van.
De woonwagenbewoner stelde zich
op het houten trapje voor zijn wo
ning op in krijgshaftige houding. Hij
zoog zich de longen vol lucht, zette
de stembanden uit en riep luidkeels
enkele vieze woorden aan het adres
van de buurvrouw. De woorden wa
ren zo vies, dat zelfs de rechter er
haast een kleur van kreeg en dat
wil wat zeggen.
„Dat heb ik gezegd", zei de ver
dachte toen hij voor de groene tafel
kwam. „Maar het is de waarheid en
niets dan de waarheid." Zulke ge
rechtelijke termen had hij blijkbaar
geleerd in zijn lange loopbaan als
verdachte.
„De waarheid mag niet altijd ge
zegd worden", zei de officier, „maar
gelijk heb je. 't Was waar."
„Wel", dacht de verdachte hoop
vol, „dan zal ik er zonder straf af
komen vandaag".
„Dat heb je dan mis", antwoordde
de officier. „Je mag een dief geen
dief noemen. Want dat is belediging,
ook al is het nog zo zwaar".
Dit nu bleek voor de verdachte te
moeilijk. Hij had een belangrijk
deel van het wetboek van strafrecht
afgewerkt, maar dergelijke ingewik
kelde bepalingen was hij nog niet
tegen gekomen. Het was hem mis
schien maar zelden overkomen, dat
hij de waarheid sprak. Nu had hij
gezegd wat waar was en wat zelfs
een autoriteit als de officier van jus
titie waar vond, nu kreeg hij straf.
Mismoedig schudde hij het hoofd,
't Is een rare wereld tegenwoordig"
klaagde hij.
Daar moest de officier hem gelijk
in geven. Maar het feit van de be
lediging bleef. De eis luidde vijftien
gulden boete.
„Dat is toch al te gek", vond de
man, „vijftien gulden omdat je de
waarheid zegt. En nu ben ik nog
wel zo'n bekende van u."
De rechter kent echter geen ver
schil tussen bekend en onbekend.
Hij wilder er nog wel vijf gulden
afdoen omdat het lelelijke woord de
waarheid was geweest. Zodoende
werd het tien gulden of twee dagen.
Al heel veel jaren bidden de chris
tenen over de gehele wereld in de
maand januari bijzonder voor de
eenheid der Kerken.
Heeft dit bidden eerst geschei
den, de laatste jaren steeds meer in
gezamenlijke oefeningen de gees
ten zover bewerkt, dat die eenheid
dichterbij is gekomen? Deze vraag
is eigenlijk al beantwoord, wanneer
wij in onze directe omgeving kijken.
Wij zien dan in ons land, dat het
gesprek tussen de Kerken in volle
gang is: de Kerken der reformatie
de oud-Katholieke Kerk en de Ka
tholieke Kerk. Dit gebeurt op alle
niveaus. Het godsdienstig gesprek is
niet meer alleen de aangelegenheid
van wat men noemt „vrome zielen",
maar is een tophit geworden. Het is
heel gewoon, dat men in gezelschap
plotseling bezig is met een heftig en
soms diepgaand gesprek over de
Kerk, over de Bijbel, over Christus.
De godsdienst is niet meer iets wat
zondags tevoorschijn gehaald wordt
tegelijk met het goede pak en de
zondagse jurk om voor de rest van
de week weer te worden opgeborgen
in de kamferkist. Integendeel, de
zondagse praktijk mag minder vroom
geworden zijn vergeleken bij vroe
ger, de belangstelling voor gods
dienstige vragen is in ons dagelijkse
leven binnen gedrongen. Het chris
tendom is weer een zaak geworden,
waarover men zich druk maakt.
De 20ste eeuw met zijn vele mil
joenen levens eisende oorlogen, zijn
revoluties als van het communime,
het nazisme, het facisme, met zijn
technische vooruitgang en na oor-
iogse welvaart, heeft ook aan de
Europese mens met name de vragen
voorgelegd: wie is God?
Wat is de zin van ons leven? Wie
is Chritsus en wat leert Hij ons?
Deze verdieping heeft de geschei
denheid der christenen als een pijn
lijke wond doen ervaren. Het woord
oecumene kreeg een nieuwe gela
denheid. De tijd lijkt rijp voor de
toenadering der Kerken, die heel
lang naast elkaar hebben geleefur
vervreemd van elkaar. Zover uit el
kaar gegroeid, dat zij niet eens el
kaar meer konden begrijpen.
Wij kunnen ons thans nauwelijks
meer voorstellen wat het is geen
belangstelling voor elkaar te hebben
of openlijke of verborgen vijand
schap te koesteren.
Het klimaat is met name in ons
land aanzienlijk verbeterd. Maar
hoe staan wij er hier voor?
Deze vraag hebben wij voorge
legd aan vier vooraanstaande figu
ren uit de kerken: aan Mgr. J.
Groot, voorzitter van het St. Willi-
brordapostolaat, aan dominee Em-
men secretaris-generaal van de sy
node der Nederlands Hervormde
Kerk, aan Prof. Dr. P. J. Maan, pas
toor der oud- katholieke Kerk te
Utrecht en aan pater Jelsma MSC
van de Haagse Sjaloomgroep.
Mgr. Groot merkte op, dat de
oecumene een tijdlang een mode
woord is geweest. Het werd een
soort sensatie om aan oecumene te
doen. Maar die sensatie begint er af
te slijten. Wat nu overblijft is, aldus
Mgr. Groot, een echt, diepgemeend
streven naar eenheid.
De Bisschoppen maken naar buiten
soms de indruk wat voorzichtig te
zijn geworden. Dat is niet zo moei
lijk te verklaren, meent Mgr. Groot,
want van hen wordt voortdurend ge
vraagd een standpunt in te nemen
tegenover nieuwe experimenten. En
lang niet alles wat zich als oecume
nische experiment aandient, is het
daarom ook. Die z.g. oecumenische
huwelijken van Nijmegen en Eind
hoven, waarover de kranten vol
hebben gestaan, zijn beslist geen
voorbeelden van werkelijk oecume-
Pater Jelsma ontdekt twee stro
mingen in de oecumenische bewe
ging in Nederland. Er zijn mensen,
die deze beweging willen beperken
tot het gesprek, en er zijn er
vooral onder de jongeren, die bij
handhaving van het gesprokene toch
vooral het accent willen leggen op
het samen doen. De tweede groep
zijn de ongeduldigen.
Prof. Maan van de oud katholie
ke Kerk vindt, dat het gesprek tus
sen de Kerken zich nog tot kleine
groepen beperkt. Hij zou graag een
nog grotere belangstelling zien.
Ten aanzien van de katholieken
merkt prof. Maan op, dat zij met
een gevoel van grote opluchting de
doorbraak naar de oecumenische
openheid hebben begroet. Maar on
der de gewone mensen overheersen
nog de „beelden uit de kinderjaren".
Zij kennen elkaar nog niet genoeg.
Hij acht het daarom noodzakelijk,
dat het gesprek en het kontakt met
elkaar er voor een belangrijk deel
op gericht moeten zijn elkaar wer
kelijk goed te leren kennen. Met na
me protestant en katholiek hebben
nog steeds grote moeite elkaar te
vinden in een begrijpelijk gesprek.
Ds Emmen van de Hervormde
Kerk zegt, dat ogenschijnlijk het
gesprek tot stilstand gekomen is.
Maar dat is maar bedrog, de discus
sie gaat levendig verder. Een nau
wer samengaan echter vereoist meer
onderling kontakt en onderling be
grip.
Maar oecumenisch streven omvat
meer dan alleen bezinning op een
heid. Het is nl. ook een bezinning op
hetgeen de christenen bij alle ge
scheidenheid toch samen kunnen
doen.
Met name noemde Ds Emmen hier
de christelijke verantwoordelijkheid
ten opzichte van de ontwikkelings
landen.
Wanneer wij de meningen van
deze vier deskundigen samenvatten,
zouden wij wel kunnen zeggen, dat
de oecumenische beweging in ons
land stevig wortel heeft geschoten.
Of deze plant zich gunstig zal ont
wikkelen en tot bloei zal komen,
hangt van ons allen af. Want uitein
delijk beslissen niet de kerkelijke
leiders over deze zaak. Dat doet
het Gods volk, of dit zich nu Rooms,
oud-katholiek of protestant noemt.
Op het Godsvolk rust de verant
woordelijkheid te werken aan de
vervulling van Christus' bede: Mo
gen allen één zijn, zoals Ik en U en
Gij in Mij."
NAAR EIND VAN DE
WONINGNOOD?
Minister Bogaers heeft bekend ge
maakt, dat er in 1964 meer dan
100.000 nieuwe woningen totstand
gekomen zijn en dat hij hoopt in
1965 hetzelfde resultaat te bereiken.
En dat hij nog veel meer hoopt in
1970 de woningnood te hebben over
wonnen. De gemeente Weert heeft
deze week al aangekondigd door de
nood heen te zijn.
Wij vinden dat geweldig en wij
geloven ook in de mogelijkheid van
succes. De minister verdient ons al
ler gelukwensen.
Maar een klein beetje reserve ten
aanzien van dit optimisme is toch
niet alleen mogelijk, doch ook ge
wenst. Want niemand kent de toe
komstige ontwikkeling van lonen en
arbeidspotentieel, van invoer van
materialen en grondstoffen.
Er hebben zich meer ministers van
bouwnijverheid aan prognoses over
het eind der woningnood vergalop
peerd. Van onmiddellijk na de oor
log tot op heden, dus twintig jaar
lang is geen bewindsman er in ge
slaagd volksvijand no. 1 de baas te
worden.
Venray. dat de laatste jaren bouwt
dat het een lieve lust is, ziet deson
danks zijn getal woningzoekenden
nauwelijks verminderen.
ASSURANTIE en FINANCIERINGSKANTOO'R
KRUIJSEN - MEESTERS
julianasingel 41 „ook goed en goedkoop
VENRAY Tel. 1061 (04780) voor autoverzekering"
l.-- muil aeamBaeeaeM—M——
Ook nu nog concuierende autopremies.
Vrijwel elk bedrag beschikbaar voor HYPOTHEEK, rente 572%
Mr. Ryssenbeek, de voorzitter van
de Kamer van Koophandel en Fa
brieken voor Noord-Limburg heeft
vrijdag j.l. in zijn nieuwjaarsrede op
verschillende knelpunten in het ge
bied van de Kamer gewezen.
UITGAANDE PENDEL
Volgens een onderzoek door Prof.
Thurlings, Oldendorff en Heere is
enige jaren geleden duidelijk geble
ken dat Noord-Limburg, gezien zijn
gunstige ligging tussen Duitsland, de
randstand Holland en België, kan
sen te over zou hebben voor een
verdere industriële vooruitgang.
Niet alleen in het oude industrie
gebied Venlo-Tegelen-Belfeld-Reu-
ver ,maar ook in de nieuwere t.w.
Gennep, Bergen, Venray en Helden.
De uittocht van vele arbeidskrach
ten naar Duitsland dreigt echter de
ze kansen teniet te doen, want de
enorme zuigkracht van het Duitse
industriegebied doet met name het
oudere Noord-Limburgse industrie
gebied tussen Venlo en Reuver zo
veel afbreuk, dat er kans is, dat in
dat gebied bedrijven gesloten moe
ten worden.
Van de 12.000 Limburgse pende
laars komen er 4000, dus 1/3 deel uit
Noord-Limburg, terwijl hierin toch
Voor alle reparaties
Schoolstraat 30 Tel. 2389
maar 1/5 deel van de Limburgse be
volking woont. Van deze 4000 zijn 40
procent bouwvakkers.
Mr. Rijssenbeek weet dit aan het
loon verschil tussen Nederland en
Duitsland, waar immers in Neder
land de lonen laag gehouden wor
den om onze export-positie in stand
te houden en daarmede de volledige
werkgelegenheid.
DE GEVOLGEN
Hiervan wordt Noord-Limburg
met name de dupe. Hierdoor worden
thans in de Noord-Limburgse indus
trieën grote verliezen geleden door
onderbezetting, hoge verlooppercen
tages, minder produktiviteit, duur
dere vreemde arbeiders en duurdere
inwerktijden van steeds maar nieu
we arbeiders. Van de andere kant
zal men zich in dit verband moeten
realiseren dat b.v. het aantrekken
van Belgische arbeidskrachten zal
verlopen, in verband met de groot
scheepse aanpak van de industriali
satie in Belgisch Limburg. En dat de
vraag naar Nederlandse arbeids
krachten in Duitsland mede een ge
volg is van de bevolkingspiramide
aldaar, die thans nog grote gaten
vertoont van de oorlog, die echter
langzaam maar zeker worden opge
vuld door de jongere Duitse genera
tie, wat tot gevolg heeft dat dan
Nederlandse arbeidskrachten zullen
worden afgestoten.
TWEEDE DELTAPLAN
Mr. Rijssenbeek was van mening
dat Nederland een tweede Delta
plan nodig heeft, namelijk een om
de zee te weren, een tweede om de
afvloeiing van Nederlandse arbeids
krachten tegen te gaan.
Dat kan bestaan uit:
a. meer aantrekken van buiten
landse arbeidskrachten, juist
naar de grensgebieden;
b. Venray en Helden uit te bou
wen tot behoorlijke industrie
kernen, zonder de beperkingen
die de nieuwe industrialisatie-
Juwelier Horloger - Opticien
Grotestr-16 Tel. 1261 Venray
nota deze gemeenten op wil
leggen;
c. 10 miljoen guldens beschikbaar
te stellen voor de bouw van een
viertal aan de streek aangepas
te wooncentra voor 1000 bui
tenlandse arbeidskrachten,
waarin de goede opvang en
verzorging kan worden ge
geven.
BELANGRIJKE FUNCTIE
De voorzitter van de Kamer
wees erop dat de Noord-Limburgse
bedrijven in de toekomst waar
schijnlijk een nog belangrijker func
tie krijgen ,dan ze thans reeds heb
ben bij de opvang van het arbeids
potentieel in deze streken, namelijk
doordat ze vele krachten, die thans
in de mijnbouw werkzaam zijn,
nieuwe werkmogelijkheid zullen
moeten geven.
ONTWIKELINGSORGAAN
NOORD-LIMBURG
Bijzonder goed was Mr. Rijssen
beek te spreken over de samenwer
king met het ontwikkelingsorgaan
Noord-Limburg, dat de Kamer be
langrijke steun gegeven heeft bij
haar acties voor de E 3-weg van
Eindhoven naar Venlo; bij de op
stelling van het nieuwe streekplan
voor Noord-Limburg; de vestiging
van een UTS in Venlo ea de boven
reeds gememoreerde bouw van vier
wooncentra voor vreemde arbeiders.
Dat de Staten van Limburg dit or
gaan gaat subsidiëren zal het vele
werk slechts ten goede komen. Zo
ook het feit dat genoemd orgaan nu
officiëel een Stichting gaat worden.
BETERE VERBINDINGEN
Na een ernstig pleidooi voor bete
re spoor- en wegverbindingen voor
Venlo met Duitsland en Nederland,
om zijn internationale verkeerstaak
én vervoerstaak naar behoren te
kunnen vervullen, kwam de Kamer
voorzitter te spreken over andere
verbindingen in Noord-Limburg. Hij
sprak er zijn misnoegen over uit
dat de spoorlijn Venlo-Nijmegen nog
steeds niet geëlectrificeerd is. Hij
drong verder aan op een vlottere
verbetering van de weg Venlo-Nij
megen, die nu eerst na 1970 is ge
pland, en op een nieuwe autostrada
vanuit Gelderland, via Brabant naar
Venlo. Dat daarbij de wegen van
Noord Limburg tijdig worden ge
richt en aangepast op zowel de E-3
weg ,als op deze nieuwe Noord-Zuid
verbinding, was de zoveelste wens
die de Voorzitter uitsprak. Dat hij
daarmede ook de brug in Well en
betere aansluitingen naar Duitsland
via Siebengewald en de Wellse Hut
voorstond, nemen we voetstoots aan,
zonder dat hij er uitdrukkelijk over
sprak.
BETERE ONTWIKKELING
EN VOORLICHTING
Andere wensen van de heer Rijs
senbeek waren de oprichting van 'n
Hogere School voor kooplieden, een
fUTS voor Nrd. Limburg en een
vormingsschool voor de Detailhan
del, daar z.i. het huidige Midden
standsdiploma nodig herzien moet
worden. Voor het midden- en ook
kleinbedrijf in deze streek was hij
voorstander van ruime crediet-mo-
gelijkheden, alsmede betere voor
lichting.
STAR EN FORMALISTISCH
noemde hij het vergimningsbeleid
buiten de woningbouwsector in het
bouwbedrijf. Een van de oorzaken
dat zovele bouwvakkers gaan pen
delen zag hij in het feit dat kleinere
aannemers - die niet gespecialiseerd
zijn in de woningbouw, maar overi
gens beslist hun mannetje staan in
de bouwwereld - niet genoeg aan
hun trekken komen, reden waarom
hun personeel naar elders gaat.
THANS GEVESTIGD: