Vernieling van de toren
Jerusalem in brand geschoten
Loobeek wordt bloedbeek
en.... de bevrijding
Minder belangstelling
VRIJDAG 16 OKTOBER 1964 No. 42
VIJF EN TACHTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.v. VENRAY WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN ^iunBOv™TTS75
GROTE STRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 1.05.06.52
VOOR 20 JAREN
De strijd om Venray, nu 20 jaren geleden, heeft er zjjn bijzon
dere data. De dag van het bombardement op St. Anna, de dag
van de eerste granaten, de dag van het bombardement van de
kom, maar ook de dag van de beschieting van de Petrus Banden
toren, zaterdag 14 oktober 1964.
Terwijl de Engelsen Overloon ver
overd hadden en zich voorbereidden
op de aanval op Venray, bleek de
toren van Venray's Grote Kerk een
onverwachte hindernis. Hier hadden
zich de Duitsers in genesteld, die
met hun grote schaarkijkers een
pracht uitzicht hadden over het ge
bied tot Overloon. Waar zich daar
maar een Engelsman liet zien, waar
zich daar maar een Engelse tank
vertoonde, men kon er staat op ma
ken, dat even daarna de Duitse gra
naten angstig dicht in de buurt sloe
gen, dank zij de perfekte vuurlei
ding uit Venray's Grote Kerk. De
Engelse kanonniers hadden al en
kele dagen opdracht om deze uit
kijkpost uit te schakelen maar de
dikke muren van deze stenen kolos
gaven geen krimp en boden een
prima dekking aan de Duitse solda
ten.
De Venrayse mensen, die ook deze
nacht weer weinig hadden kunnen
slapen door het steeds weer duren
de storingsvuur, werden zaterdag
morgen klaar wakker geschud door
een kanonvuur, dat steeds intensie
ver en steeds dreigender werd. Het
ontbijt liepen velen mis, omdat er
geen mogelijkheid was om gauw
even tussen door wat koffie te ma
ken of wat melk te warmen, 't Was
beter in de kelder te blijven, als
men dat geknetter buiten hoorde.
Dan duiken de mensen nog meer
in elkaar ,daar onder de grond,
want weer hoort men vliegtuigen.
Vliegtuigen, die reeds eerder dood
en ellende brachten.
RAKETTEN
Nu zijn het de gevreesde Ty
phoons, die Generaal Whistier inzet
tegen Venrays toren, die sta-in-de-
weg voor zijn opmars naar Venray.
Ze draaiden een keer over de kom
heen en dan gaat de hel los. Gie
rend duikend schieten zij hun ra-
ketbommen af op de grote gigant, in
de ene duikvlucht na de andere. In
de Eindstraat verpulveren de hui
zen onder het krakend geweld van
het inslaande ontuig, de pastorie
wordt vernield, het kerkhof omge
ploegd. En de toren siddert als de
eerste bom tegen zijn zware muren
klapt met duivels geweld. Ondertus
sen blijven de granaten vallen, het
is alsof de hel is losgebroken. De
hemel kleurt rood van stof en vuur,
maar pal staat Venray's toren.
Weer komen de Typhoons, opnieuw
en weer opnieuw. De kerk wordt
vernield, het prachtige oude orgel
van zijn plaats gerukt, de glas-in-
lood-ramen knappen, het koor stort
in, een zij-torentje wordt finaal van
de toren afgerukt, de Hofstraat
wordt een puinhoop
En steeds maar door gieren de
granaten, donderen de vliegtugien. In
de straten over het puin, opgejaagd
als wild, mensen. Mensen door dit
hels geweld uit hun kelders en J
schuilplaatsen verdreven, op zoek i
naar veiligheid. En boven hen jagen
de vliegtuigen op de Petrus-Banden
toren, die temidden van puin, stof
en rook gehavend, maar fier nog
steeds het kruis de lucht in steekt.
BLOEDBEEK
I
Terwijl de Typhoons doken en
hun razende aanvallen op deze
kerktoren bleven voortzetten, zon
der overigens dat succes wat men
er van verwachtte, begon tussen1
Overloon en Venray de grote slag
om de Loobeek, of Molenbeek, die
even over de grens tussen Overloon
en Venray stroomt.
De brug was opgeblezen en de
Britse tanks konden er niet over.
Achter de beek, tegen de rand van
Venray, stonden de zware Tiger-
tanks, ondersteunend door geschut
ten oosten van de kom. Het gehele
terrein rond de beek en zelfs in de
beek was zwaar ondermijnd. En te
gen dit alles moest de Britse infan-
terie-soldaat de weg naar Venray
nemen, moegestreden nog in die
soms man-tegen-man gevechten in
de Overloonse bossen, waar de ba
jonet zo dikwijls gebruikt had moe
ten worden. Onder voortdurend vij
andelijk vuur, moesten ze nu op
trekken midden door dit mijnenge-
bied juist door de flessenhals van
de opgeblazen brug, daarbij gesteund
door de Britse tanks, die echter
voor de beek vastliepen. Vast liep
ook de mijnenveeg-tank, die men
speciaal hiervoor had aangetrokken,
vast liep ook de tank, die voor een
noodbrug zou zorgen. En tot over
maat van ramp kantelde een tank
juist op de plek waar men het ma
teriaal het snelst over de beek dacht
te kunnen brengen. Soldatenlevens
eindigden voor en in de beek. De
booby-traps en hoe het verraderlij
ke mijnentuig heten mag, vermink
ten velen voor hun leven. De Loo
beek werd bloedbeek, het water
roodgekleurd van het bloed van de
mannen ,die daar vielen, verminkt
en gewond werden. Ook hier weer
het schieten over en weer, het doffe
knallen van de pantsergranaten, het
huilend gieren van de nevelwerpers,
het stacato van de mitrailleurs. En
boven deze strijdende mannen vlo
gen de Typhoons af en aan om de
toren van Venray verder te „be
werken" uit te schakelen op het
moment, dat de strijd om Venray in
volle gang wasHet heeft lang,
bitter lang geduurd voordat de oude
weg van Overloon naar Venray ge
bruikt kon worden. Zelfs bedstuk-
ken en kapokzakken gebruikte men
over de vernielde en in het water
gestorte tanks heen om een weg te
banen
JERUSALEM BRANDT....
Terwijl infanterie en tanks een
van de zwaarste gevechten leveren
aan de grens van Venray, gaat de
strijd in de kom ook door. Het werk
van de Typhoons laat puin en ver
nieling achter en de aftakeling van
het kerkschip steekt vreemd af in
de stoflucht, die blijft hangen rond
dit zo zwaar geteisterde rtuk van
Venray's centrum. Steeds opnieuw
vallen de Engelse vliegtuigen aan,
die er uiteindelijk wel in slagen de
Duitsers uit de toren te verdrijven,
bang geworden als ze zijn door dit
geweld. Maar de toren staat nog
steeds, hoewel zwaar gehavend.
Weer opnieuw wordt hij door de
vliegtuigen onder vuur genomen,
weer opnieuw vallen de bommen in
de streek rond de kerk. Dan opeens
lekken vuurtongen langs de hemel.
Jerusalem is in brand geschoten. Je
rusalem, waar zovele evacuee's een
veilig onderkomen dachten te vin
den, waar zovele doden naar toe
zijn gebracht ,die onder het puin
van huizen en gebouwen gevonden
zijn. Het machtige Jerusalem wordt
een grote puinhoop en zijn bewo
ners vluchtten, terwijl het granaat-
vuur nog gierend oversuist de don
kere avond in, dei roodgekleurd is
door de brandende gebouwen.
Het lykt of dit het definitieve
einde is van Venray. Een kapot-
gebeukte, brandende plaats, waar
niets is dan puin, dood en ellen
de. Midden in de Grotestraat staat
op al dat puin een koe te loeien
tegen het geweld van het granaat-
vuur in. Ze is losgebroken uit de
weiden tussen Venray en Over
loon. Zelfs het stomme dier werd
door de oorlog verdreven.
Angstige uitgeputte mensen zoe
ken, steeds op dekking bedacht,
nieuwe onderkomens. Men zoekt fa-
mliieleden, die verdwenen zijn en
roept bang hun namenZouden
zeMaar men moet weg en
Huize Servatius zet zijn kelders ver
open voor al deze ongelukkigen, die
deze dag een hel op aarde hebben
gehad
En hoe het mogelijk is, snapt geen
mens.Bij Jerusalem is men
onder het granaatvuur nog aan
het blussen. Met wat kleine emmers
tegen dit brandend geweld, dat de
hele hemel boven Venray een rede
gloed geeftDe mens geeft zich
niet gewonnen
TERUG.
Die avond en nacht gebeurt er
nog iets anders. De grote nieuwe
Tigertanks der Duitsers, ingezet in
de strijd tegen de Britten in Over
loon en de bikelharde tegenstanders
van de Engelse tanks trekken zich
terug van dit strijdtoneel. Ze geven
het gevecht op ,nu de Engelsen over
de Loobeek gekomen zijn, ondanks
geweldige verliezen en nu uitzwaaien
in een halve cirkel langs de west
grens van Venray. Ze geven de
strijd op nu er geen leiding meer
aan hun vuur gegeven wordt van
uit de toren en ze de vijand niet
meer onverhoeds kunnen aanvallen,
maar nu zelf aangevallen worden
door de oprukkende BrittenEn
zo wordt in die nacht Venray nie
mandsland
ZONDAG 15 OKTOBER
Een Engelse krant schrijft van die
dag dat de Engelsen voor Venray
gelegen de wonden „lekken", opge
lopen in de strijd om Overloon en
Venray. De Britten zijn uitgeput en
nemen geen risico's meer. Men doet
kalm aan en laat eerst de artillerie
het voorbereidend werk doen. Maar
daar de Duitsers zich intussen her
groeperen is het betrekkelijk stil op
deze dag. Er kan puin geruimd wor
den, er kunnen doden geborgen
worden. Het regent en het miezelt
wat en het dorp biedt een nog troos-
telozer aanblik in deze herfst-zon-
dag, waarin slechts zo nu en dan
een granaat dof-ploffend in 't puin
explodeert.
Op het kerkhof wordt tussen het
puin van de vernielde kruisen en
de brokken van de toren en kerk
een nieuw massagraf gegraven; bij
de Paters worden de doden begra
ven, die men na dagenlang zoeken
gevonden heeft onder het puin van
huizen in de Patersstraat. Er hangt
een vreemde rust en de regen sijpelt
neer. Tegen de avond bonkt het ka
nonvuur weer heftiger op en ook de
Duisters geven weer antwoord met
hun nevelwerpers. Akelig gierend ko
men de granaten van dit vreselijk
oorlogstuig weer over het dorp vlie
gen en in de kelders vragen de
mensen zich moedeloos af: hoe lang
nog. Het antwoord wordt 's maan
dagsmorgens gegeven als de Engel
sen een moordadig artillerievuur
leggen op St. Anna en omgeving. De
ene slag op de andere volgt, als het
zekerste teken dat de oprukkende
Britten deze inrichting naderen.
Wat er geleden is in de kelders
van deze inrichting, volgepropt met
zieke mensen, is onbeschrijfbaar, zo
als al het leed van deze donkere ok
toberdagen niet te beschrijven is,
omdat ieder zijn eigen leed te dra
gen had
Als 's avonds de eerste Engelsen
de inrichting binnendringen en deze
ellende zien, worden zelfs deze
harde kerels stil. Ook zij weten
geen antwoord op de vraag: waarom
en waartoe. Zij moeten voort, want
buiten de inrichting liggen de Duit
sers. De nacht valt en men kan aan
de lichtbundels, waarmede de En
gelsen 's snachts het strijdtoneel
verlichten, zien dat ze een heel eind^
op Venray aangeschoven zijn. Hef is
betrekkelijk stil die nacht. En men
vraagt zich af of de sluipende voet
stappen die men door de straten
hoort gaan van Duitsers-of van En
gelsen zullen zijn. Maar niemand
waagt het te gaan kijken, zeker nu
zo nu en dan duidelijk mitrailleur-
vuur hoorbaar is. Een nieuw, maar
ook weer angstaanjagend geluid
Zal dat de bevrijding inluiden?
VERNIELING VAN DE TOREN
Men is voordien nog opgeschrok
ken door een machtige knal, die
doordreunde in alle kelders. Wie
zich net buiten waagde keek in een
hem vreemde hemel, waarin de to
ren ontbrak. De terugtrekkende
Duitsers hadden hun laatste vernie
lingswerk verricht. De toren, die
zelfs de steeds maar voortdurende
Typhoon aanvallen had doorstaan,
bliezen ze op met een macht van dy
namiet. Hij zou de Engelsen van
geen nut meer zijn.... Het zoveel
ste teken aan de wand, dat ze Ven
ray moesten verlaten
In die nacht werd men op de Sta-
tionweg verrast door de eerste En
gelsen ,die voortsluipend langs de
huizen, zo nu en dan een kelder bin
nengingen en mensen dodelijk de
den schrikken door hun vreemde
uniformen, door hun zwart bestre
ken gezichten.
Ze informeerden naar de vijand,
waar niemand iets van wist, ze ga
ven een sigaret weg, een stuk cho
colade en verdwenen weer in de
duistere nacht. Was dat de bevrij
ding
Maar nog geen uur daarna klon
ken de laarzen der Duitsers weer.
BEVRIJDING
St. AnnaSt. Servaas, langs die
lijn trokken de Engelsen van het
noorden af Venray binnen. Tegen
een sterke weerstand van de Duit
sers, die hun scherpschutters inzet
ten tegen de opdringende Britten.
Er werd fel gevochten. Het geweer
vuur bleef swiepen en de mitrail
leurs ratelden. De doffe ploffen ble
ken afkomstig van handgranaten,
die vriend en vijand gebruikten om
plaats te maken. Die woensdag bleef
het granaatvuur uit. Er deden de
wildste geruchten de ronde. De En
gelsen kwamen van de richting
Deurne, neen, van Merselo, neen
van Oostrum. Maar velen interes
seerde dat maar weinig. Hoofdzaak
was dat het die dag wat rustig bleef,
dat de artillerie hun doelen elders
koos en men niet meer telkens op
nieuw werd opgeschrikt door gie
rende granaten. Men wachtte af,
wat moedeloos, want hoe dikwijls
waren we al niet bevrijdEn zo
kwam dan de donderdagmorgen van
de 18e oktober 1944. Een daverend
artillerievuur deed de kelders weer
schudden sloeg weer gaten in hui
zen en gebouwen, deed het puin op
dwarrelen in de straten. En dan
wordt het stil. Vreemd stil in een
verlaten dorp, waar de mensen in
de kelders wanhopig zich afvragen
wat er nu weer gebeuren gaat
Zo nu en dan klinkt een geweer
schot ratelt een mitrailleur.
Dan opeens ziet een waaghals,
die de kelder uitgaat, vlak langs
de muren van de vernielde hui
zen een vreemde rij soldaten
voetje-voor-voetje aankomen. De
voorste zwaait met zijn hand, dat
hü weg moet gaan en inderdaad
wordt er nog geschoten. De don
kere rü stopt even, hurkt neer, om
dna weer verder te gaan. voet
voor voet. Het geweer in de aan-
slag, de zwiepende antenne van de
draagbare radio op hun rug
Ja, ze zijn het ,de Engelsen..
Ze lijken klein in hun vreemde uni
formen, met die rare helm. Ze
schieten de zijpaden en poortwegen
in. Ze wachten in portieken. Ze
hebben ternauwernood oog voor de
verbaasde en soms verbijsterende
gezichten van de mensen, die op 't
geroep de kelders uitkomen.
ZE ZIJN ER, DE ENGELSEN
Ze zwaaien met hun hand, dat de
mensen de kelders in moeten en er
gens wordt er al weer geschoten. In
een portiek staat een Tommy met
microfoon en spreekt kalm en rus
tig met de achterhoede. Ze gaan
verder tot het Henseniusplein, gaan
de Paterstraat in en steeds langer
wordt de bruine rij langs de huizen,
over het puin. Dan kruipt een car
rier naar voren en komt een eerste
tank met de bekende ster naar vo
renDe kom is bevrijdEn in
de kelders wordt er gelachen, ge
schreid, gebeden en gehoestDat
laatste van de onverwacht pittige
Engelse sigaretten.
Wij zijn vrij. Maar over ons heen
huilt de nevelwerper, gieren de gra
naten. De strijd gaat voort
(Wordt vervolgd)
ONNODIG LINKS RIJDEN
Geïrriteerd in het verkeer kan
leiden tot ondoordachte gevaarlijke
handelingen. Op de autosnelweg kan
die geïrriteerdheid gemakkelijk ont
staan, wanneer een automobilist
links blijft rijden, terwijl de rech
ter rijstrook volkomen vrij is.
Iemand ,die harder rijdt en deze
linksrijder voorbij wil, ziet geen
kans tot passeren. Hij windt zich op
en misschien laat hij zich verleiden
om dan maar rechts in te halen,
hoewel dat een gevaarlijke en uiter
aard verboden manoeuvre is. In hun
Aktie Zwarte Zes wijzen Rijkspolitie
en Verbond voor Veilig Vorkeer er
op, dat de linkerrijstrook bedoeld
is als inhaalstrook. Na het inhalen
dient men dus naar de rechterzijde
van de weg terug te keren. Ook
wanneer men, na een of meerdere
auto's te hebben gepasseerd, een
auto in de verte ziet en deze denkt
te gaan inhalen, moet men weer
naar rechts gaan en niet „voor het
gemak" links blijven rijden.
Onnodig links rijden vermindert
de wegcapaciteit, kweekt files en
vergroot het risico van ongelukken.
DE DERDE ZITTINGSPERIODE VAN 'T CONCILIE
Het ligt voor de hand dat de ge
wone man in Italië niet uitgepraat
raakt over de prachtige auto-strada
van Milaan tot Napels. Het is wer
kelijk ook een genot om 't stuk
RomeNapels te zien; een autoweg
die zich door de bergen slingert en
waarop men ook nog prachtige ver
gezichten heeft en met die schoon
heid kan een verbluffende snelheid
gepaard gaan zodat zelfs een kleine
Fiat 500 in twee en een half uur
van Rome naar Napels rijdt, het
geen toch nog altijd een afstand is
van tweehonderd kilometer. Deze
prestatie is natuurlijk het grote on
derwerp voor een gesprek en in
verhouding daarmee praat men
maar weinig of niet over 't conci
lie. Soms begint er inderdaad
iemand een gesprek over een of an
der concilie-punt, maar meestal is
dit slechts een aanloop voor 't vol
gende onderwerp, dat politiek of
sport is. Het concilie duurt ook zo
lang, zal men zeggen, dat de aktua-
liteit ervan af is en dat daardoor
bij velen ook de interesse verdwenen
is. Hierbij komt nog dat de behan
delde onderwerpen van de laatste
tijd moeilijk, tot zeer moeilijk zijn
en dat vaak alleen maar de ingewij
den de discussies kunnen volgen. Dit
alles tezamen genomen, heeft de be
langstelling voor het concilie een
flinke duw omlaag gegeven, hoewel
juist in deze laatste weken zeer be
langrijke beslissingen genomen zijn.
SNELHEID
Typerend voor het conciliewerk
van de laatste weken was de opmer
king van een franse secretaris, die
als taak heeft mee te helpen tijdens
de stemmingen. Gedurende de vo
rige zittingen had hij het heerlijk
rustig gehad, maar nu was 't juist
omgekeerd. Hij vertelde over al 't
werk dat hij moest doen tijdens de
stemmingen en hoe vermoeiend het
wel niet was voor een man op leef
tijd om iedere dag de trappen op en
af te moeten lopen om de bisschop
pen in de gelegenheid te stellen hun
stem uit te brengen. En als je inder
daad ook nagaat waarover de Va
ders in deze derde zittingsperiode
reeds gestemd hebben, dan kom je
wel tot de overtuiging dat er hard
gewerkt wordt op het concilie. Zo is
erin de maand september al ge
stemd over het schema, dat ook de
verhouding van de bisschoppen met
de Paus behandelt. Misschien kunt
U, na lang nadenken, zich weer iets
herinneren van de vorige zittings
periode en dat er toen hevig gedis
cussieerd is over de collegialiteit
van de bisschoppen en over hun
verhouding met de H. Vader.
GROEI VAN BINNENUIT
Dit hoofdstuk over de bisschoppen
is een onderdeel van het schema
over de Kerk, waarin verder ge
sproken wordt over 't mysterie van
de kerk, over 't volk Gods, over; de
leken, over de roeping tot heilig
heid en over de H. Maagd Maria.
Dit hele schema is nu door de Va
ders aanvaard. Op te merken valt
dat het hoofdstuk over de H. Maagd
is opgenomen in 't grote geheel van
de Kerk. Hoe het college van bis
schoppen in werkelijkheid gereali
seerd zal worden staat natuurlijk
nog niet vast, maar de grote Franse
theoloog, P. Daniélou, geeft uitdruk
kelijk als zijn mening te kennen dat
dit van binnenuit zal komen, d.w.z.
een langzame ontwikkeling uit de
congregaties, zoals die nu in de Cu
rie bestaan.
DIAKONAAT
De laatste weken is die secretaris
nog verschillende andere keren de
trappen opgelopen om de bisschop
pen de gelegenheid te geven hun
stem uit te brengen. Zo b.v. toen er
beslist werd over het diakonaat. Ook
hier hadden de Vaders reeds in de
tweede zittingsperiode over gedis
cussieerd. Toen was het vooral een
wens van de missie-bisschoppen ge
weest om het diakonaat weer in te
stellen en de diaken een echte taak
in het leven van de kerk te geven.
In de eerste eeuwen van 't christen
dom kende de Kerk het ambt van
de diaken en was het een persoon,
die in dienst stond van de bisschop
en priester. Duidelijk staat dit opge
tekend in het boek van de handelin
gen der apostelen. In de loop der
eeuwen was de diaken-wijding een
laatste stap voor het priesterschap
geworden, zodat in werkelijkheid
bijna iedereen, die diaken gewijd
werd, na verloop van tijd, de heili
ge priesterwijding ontving. Nu is de
wijding van 't diakonaat weer tot
zijn oorspronkelijke vorm terugge
bracht zodat het een persoon in 't
leven van de Kerk wordt, die de
priester kan helpen.
Daarvoor heeft de diaken de
macht gekregen om b.v. de heilige
communie uit te reiken, het Evan
gelie te verklaren en om in ster
vensgevaar de ziekencommunie naar
de zieke te brengen. Het spreekt
vanzelf dat dit zeer welkom is in de
missie, waar men maar al te vaak
met een priestertekort zit. De bis
schopsconferenties hebben de be
voegdheid om over de noodzakelijk
heid hiervan te oordelen, maar zij
moeten de goedkeuring van Rome
aanvragen. Ook over het gehuwd of
niet-gehuwd zijn hebben de Vaders
zich uitgesproken in deze zin, dat
iemand, die reeds gehuwd is. dia
ken kan worden gewijd, terwijl
iemand ,die reeds de diaken-wijding
ontvangen heeft, niet meer kan hu
wen.
OECUMENISME
Een ander schema, dat in deze
derde zittingsperiode besproken is,
is het schema over 't oecumenisme,
waarin gesproken werd over de ge
loofsvrijheid en ook over de Joden.
De geloofsvrijheid berust wezenlijk
op de natuur en de waardigheid van
de menselijke persoon; een gemeen
schap kan niet de vrije uitoefening
van een godsdienst beperken, mits
zij tegen de waardigheid van de
menselijke persoon zou ingaan en
tegen het recht van de anderen. De
Vaders hebben zeer goed naar vo
ren gebracht dat ieder mens vrij
God moet kunnen dienen. In dit ver
band komen natuurlijk de grote we
reld-godsdiensten ter spraken, zoals
het Hindoeisme of de Isdam. En de
Vaders, die veel met deze godsdiens
ten in kontakt hebben gestaan, heb
ben telkens gewezen op hun mooie
en waardevolle elementen. Zo neemt
iedere Islamiet of Mohammedaan
toch ook Abraham aan als eerste
uitverkorene en spreken zij over Je
zus als een grote profeet, die gebo
ren is uit Maria. En het is opval
lend dat ook de Islamieten een
bedevaart kennen naar Ephese, om
daar Maria te vereren in het huis
waar zij met de heilige Johannes
zou hebben gewoond.
JODEN
Een ander punt in het schema
over het oecumenisme is het hoofd
stuk over de Joden. Misschien hebt
U zich tijdens of na de oorlog ook
wel eens afgevraagd hoe het toch
mogelijk is dat de Joden altijd ver
volgd worden en dat er een soort
gemeenschappelijke afkeer of haat
bestond ten opzichte van de Joden.
Zelfs in de liturgie van de Kerk op
Goede Vrijdag bad men lange tijd
voor de ontrouwe Joden, en de ver
houding van de katholieke kerk met
de Joden was zeker niet totaal
vlekkeloos.
Tussen ons geloof en het geloof
van de Joden bestaat een zeer enge
band en zelfs om ons evangelie goed
te begrijpen moet men als 't ware
indringen in de joodse mentaliteit,
omdat vele beelden komen uit het
joodse leven. En zonder twijfel her
innert u zich de wreedheden van de
laatste wereldoorlog ten opzichte
van de joden en dat er een waar
anti-semitisme heerste in bepaalde
kringen.
Het concilie heeft onze verhou
ding als katholiek emt de joden
weer willen herstellen of verbete
ren en daarom heeft het onze ban
den met het jodendom weer eens
opnieuw belicht. Een bisschop, die
zelf van joodse afkomst is, zegt zeer
duidelijk dat dit schema slechts een
beginpunt is in onze verhouding met
de joden en dat 't geen eindpunt kan
zijn. De grote waarde van dit sche
ma, zegt die bisschop, is het feit
dat het er is, dus dat men er vol
doende aandacht aan besteed heeft.
Dit ging echter niet zonder moei
lijkheden, omdat vooral de Vaders
uit de Oosterse landen het tijdstip
niet geschitk of oppertuun vonden
dat men nu juist deze verklaring af
legde. Zij vreesden grote moeilijk
heden voor hun kerken met de re
geringen als die hoorden dat de Ka
tholieke Kerk zo'n welwillende hou
ding aannam ten opzichte van de
joden. De Vaders uit het westen
daarentegen, legden er steeds de na
druk op dat dit totaal niets met po
litiek te maken had, maar dat het
enkel gezien moest worden vanuit
religieus oogpunt.
Dat juist dit schema aanleiding
geworden is tussen een openlijke
controverse tussen vooral de noor
delijke kardinalen (de progressieven)
en de curie, is nieuws van de laatste
dagen.
De Paus zelf is om tussenkomst
verzocht nu gebleken is dat deze
curie kardinalen niet van zins zijn
de door de vader genomen besluiten
te eerbiedigen.
GROTE VOORUITGANG
Dit zijn slechts de voornaamste
feiten uit 't begin van deze zittings
periode. Op het ogenblik discus
sieert men zeer heftig over de bron
nen van de Openbaring. Als men de
resultaten van deze zittings-periode
overziet, dan moet men toch wel
toegeven dat het Concilie enkele
zeer belangrijke beslissingen geno
men heeft en dat deze beslissingen
voor 't concilie als zeer gewenst
werden beschouwd.
Toen sprak men er zelfs over dat
het concilie volledig zou geslaagd
zijn, als het de toekomende plaats
zou geven aan de bisschoppen naast
de Paus en ook als het Concilie zich
zou uitspreken over de kwestie van
de godsdienst-vrijheid. Deze twee
wensen zijn door de Vaders toch
zeer positief opgelost.
H. JANSSEN, Montfortaan, Rome.