Overpeinzingen
Veilig Verkeer...
Wat verwacht
men van de <o.
Zingende mensen in koor
Jaarvergadering K.A.B.0.
Politierechter
Filmnieuws
WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN
Montfortaanse
Lourdes-bedevaart
VRIJDAG 6 MAART 1964 No. 10
VIJF EN TACHTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY
GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 1.05.06.52
ADVERTENTIEPRIJS 8>/« ct. p. mm ABONNEMENTS
PRIJS PER KWARTAAL 1.50 (buiten Venray 1.75
De droevige taferelen bij eieren
en aardappelen gedurende de laatste
weken hebben velen de vraag doen
stellen of dergelijke rampen in de
toekomst in d e E.E.G. vermeden
kunnen worden. Aangezien bij bei
de produkten de bepalingen van de
E.E.G een grote rol spelen, is het
van belang, na te gaan wat het di
rectoraat-generaal voor de land
bouw ervan zegt. Het heeft zojuist
een rapport uitgegeven over „De
gemeenschappelijke markt voor
landbouwprodukten toekomstver
wachtingen 1970". Nu is 1970 nog
een eind weg, maar het gaat om
ontwikkelingen ,die nu reeds aan de
gang zijn. Dat geldt voor alle land
en tuinbouwprodukten. Laten wij
eens zien wat wij, op grond van dit
taaie, maar degelijke, rapport zoal
kunnen verwachten.
Men gaat natuurlijk uit van de
bevolking en haar groei. Welnu, in
1970 zullen er zeker 184 miljoen
E.E.G.'ers zijn en de bevolking zal
elk jaar met 1,25 miljoen zielen toe
nemen. Voor boer en tuinder, die
het nu eenmaal van veel inwoners
moeten hebben, is dat prettig. Trou
wens, het huidige Euromarktgebied
in zijn geheel kan men echt niet
overbevolkt noemen.
FRANKRIJK VOERT DE
BOVENTOON
Wij zullen cijferreeksen zoveel
mogelijk vermijden, maar het valt
onmiddellijk op, dat Frankrijk in
agrarisch opzicht de boventoon
voert. Dat komt doordat het land zo
groot is en zoveel cultuurgrond be
zit of kan ontginnen. Zo verwacht
men dan, dat zelfs indien overal de
bebouwde oppervlakte gelijk blijft,
toch 42 pet. van de tussen 1958 en
1970 verwachte stijging van de
graanproduktie uit Frankrijk komt
Dat jaar 1958 heeft men als basis
jaar gekozen, d.w.z. dat men rekent
vanuit de over dat jaar bekende ge
gevens. Die zijn al weer ten dele
achterhaald, zodat het rapport wel
gezien moet worden door de bril
van 1964. En dan blijkt, dat Frank
rijk wèl van plan is gronden te gaan
ontginnen en zijn graanproduktie op
te voeren. Maar tevens weten wij,
dat het desondanks geen bedreiging
behoeft te vormen voor onze eigen
bouwboeren.
Wat de andere landbouwsectoren
betreft: afgezien van vervoerskosten
zal er, misschien zelfs wel dit jaar
nog, toch één graanprijs voor de ge
hele E.E.G. komen. Ook andere pro-
duktiekosten zullen gelijk getrokken
worden, zodat het velen, met name
zij die rundvee, pluimvee of varkens
houden weinig zal kunnen schelen
waar het voedergraan verbouwd
wordt. Voor hen zijn de verwachte
consumptiecijfers van belang.
MEN GAAT MEER VLEES ETEN
Een sterke stijging van het ver
bruik verwacht men bijkip (98
pet.), rundvlees (41 pet.), eieren (39
pet.), kaas 26 pet., verse groenten
(29 pet.) en vers fruit (37 pet.).
Een matige stijging valt te ver
wachten bij varkensvlees (22 pet.),
boter (17 pet.) en suiker (23 pet.).
Een geringe stijging of zelfs een da
ling van het verbruik verwacht men
bij verse melk, granen, aardappelen
en vetten (met uitzondering van bo
ter, zoals vanzelf spreekt).
Voor alle vleessoorten ligt een
stijging van meer dan 40 pet. in de
lijn en dan nog het meest in Duits
land ,doch gelijkelijk verdeeld over
kip, rund- en varkensvlees.
Voorts zijn er heel wat cijfers over
het komende verbruik in de afzon
derlijke lidstaten, doch wat dat be
treft zullen wij ons zeer beperken,
aangezien men uitgaat van een ge
meenschappelijke markt. In Neder
land zou het melkverbruik met de
helft kunnen toenemen, in Italië met
40 pet., in Duitsland 20 pet. Op dit
punt begint men echter wel een
paar vraagtekens te plaatsen.
DUURDER EN BETER ETEN
Men verwacht dus, dat de EEG-
ers steeds meer hoogwaardige voe
dingsmiddelen zullen gaan kopen
(vlees, kip, eieren, melk, kaas, bo
ter enz.) evenals groenten en fruit
en steeds minder zetmeelrijke, zoals
granen en aardappelen.
Wij moeten goed bedenken, dat
een rapport als dit is opgesteld door
statistici mensen die met cijfers
kunnen omgaan. Voedingsdeskundi
gen zullen onmiddellijk opmerken,
dat een mens ,om gezond te blijven,
niet onbeperkt eiwitrijk voedsel kan
opnemen; daar moet nu eenmaal
een portie zetmeelrijke produkten
tegenover staan. Ruwvezel leveren
de greenten wel. Daarom dient men
al deze gegevens met een behoor
lijk korreltje zout te nemen.
Als wij de bril van 1964 opzetten
blijkt dat al nodig, want in tegen
stelling tot dit rapport loopt b.v. het
verbruik van eieren overal, en dat
van melk op vele plaatsen, terug.
Niemand gelooft in ernst, dat ons
volk in 1970 50 pet. melk méér zal
drinken dan in 1958, tenzij men we
gen en middelen vindt om melk in
andere vormen (milkshakes enz.)
aan te bieden. Al te veel eieren eten
is niet gezond en wij geloven, dat
wij al heel blij moeten zijn, wan
neer het verbruik na de opleving
van thans die slechts tijdelijk is,
niet verder daalt. Men kan nu een
maal niet alles eten wat voedzaam
en lekker is, zonder zich beperkin
gen op te leggen. Er komt nog iets
bij.
ALS ALLES GOED GAAT
Het spreekt vanzelf, dat een ver
hoogde consumptie van dure voe
dingsmiddelen alleen plaats zal
hebben als de welvaart verder stijgt.
Zoals men ziin maag maar tot een
bepaald volume kan vullen, zo kan
men zijn uitgaven ook maar tot een
bepaalde hoogte handhaven of uit
breiden zonder ernstige gevolgen.
Maar komaan, laten wij optimis
tisch zijn en aannemen, dat alles
goed blijft gaan. Dan komt er inder
daad wel iets van het rapport te
recht en gaat het om de voortbren
ging van hoogwaardige produkten,
met name van eiwitrijke. Omdat die
eiwitrijke produkten echter slechts
voortgebracht kunnen worden op
basis van lager staande produkten
(voedergranen, aardappelen, gras
enz.) komt dat dan tóch weer de ge
hele landbouw ten goede.
De belangrijke vraag is echter,
welk deel de boer en de tuinder
zullen ontvangen van de prijs die
de consument genegen is voor het
voedsel te betalen. Hiermede komen
wij op het gebeid van marktbeheer
sing en afzetgebied. Op dit terrein
zijn de industrieën en de grootwin
kelbedrijven echter ook zeer actief.
EIGEN PRODUKTIE
Zo heeft Albert Heijn, samen met
G. Lukken n.v. Oostzaan en Beek-
man's Broederij n.v. in Uddel, in
laatstgenoemde plaats het Pluimvee-
bedrijf Uddel n.v. opgericht met een
beginkapitaal van één miljoen. Het
bedrijf zal kip en eieren voortbren
gen. Een regelmatige aanvoer van
constant hoge kwaliteit zou de wens
zijn, die hier achter school. Dat zal
wel, maar men zal er toch ook nog
wel enig voordeel in hebben gezien.
Precies zoals Homburg n.v. in Cuyck
het voordelige vindt zélf varkens
voor zijn vleeswarenfabriek te fok
ken en te mesten.
Het antwoord op zulke ontwikke
lingen kan alleen gelegen zijn in
het verder bundelen van eigen
krachten, met name waar het de af
zet betreft. De E.E.G. kan weldra
bijna alles zelf voortbrengen wat zij
opeet en van vele produkten zelfs
méér dan dat. Dat is geen bezwaar,
want tal van landen associëren zich
met de E.E.G. en daaruit kunnen
weer tal van nieuwe afzetmogelijk
heden voortvloeien. Echter, ook in
dat geval zal bundeling van krach
ten bij de afzet nodig zijn. De boer
als eenling is van geen betekenis
meer. Men kan het betreuren dat
het zo ver komt of reeds gekomen
is, maar het feit ligt er.
Of Brussel ook nog kans zal zien
vóór 1970 prcduktieregelend op te
treden is een andere vraag. Velen
verwachten echter, dat men in het
agrarische vlak bijzonder veel aan
de wet van vraag en aanbod zal
overlaten. Vandaar de strijd om de
markt. Vandaar ook de noodzaak
van samenbundeling van krachten
bij de afzet.
Een der grootste afdelingen van
de Venray se KAB ,de georganiseer-
den in overheidsdienst, hield in zaal
Manders haar jaarvergadering, wel
ke door een groot aantal getrouwen
ook door wethouder Schols, verte
genwoordigers van KAB en Cen
trale, door KAV en door vertegen
woordigers van Sales Informorum
werd bezocht.
Voorzitter M. Peeters gaf een
resumé van de voornaamste aktivi-
teiten in het afgelopen jaar. O.a.
memoreerde hij de herziening der
salarisregeling en het verlaten der
prestatiebeloning. Hij gaf tekst en
uitleg hoe met de pensioenregeling
een ander koers werd ingeslagen en
konstateerde dat er desondanks on
rust, onverschilligheid en onbehagen
te bespeuren viel. Jammer, aldus de
voorzitter, dat men de oorzaken
hiervan meende te moeten zoeken
bij de organisatie. Hij drong aan dat
de leden zich zouden ontwikkelen in
de sociale school.
Vast staat dat er nog veel werk
zal moeten worden verzet, eer ieder
Bent U zich bewust, dat wij op
weg zijn, dat iedere mens een reizi
ger is ,dat U, lezer, eigenlijk maar
op doortocht bent. Op weg zijn: op
reis naar een doel! Op weg: waar
naar toe?
Het is de moeite waard om er
over na te denken. Vooral als het
onszelf betreft, onze persoon, ons
leven, ons levensgeluk. Het is een
dynamische gedachte die tegenwoor
dig de Kerk in al haar geledingen
inspireert. Wij, christenen, wij zijn
„het Godsvolk op weg". Voor de
mens is de aarde maar een door
gangsplaats; wij zijn trekkers naar
een vaderland, dat buiten de wereld
ligt.
Dit is ook sinds jaren de inspire
rende gedachte geweest van de Pa
ters Montfortanen bij hun Bede
vaarten naar Lourdes. Vele mensen
hebben er dieper soms verrassend
scherp, weer hun levensopgave ont
dekt: van ons leven een goede reis
maken. Dat is een ervaring die ge
lukkig maakt. Duizenden oud-bede
vaarders kunnen dit U vertellen.
Als U graag iets meer weet over
onze Lourdesbedevaarten. vraagt U
dan eens inlichtingen op prospectus
bij de Montfortaanse Werken, Berg
en Dal teL 08805-1900 of bij Mej.
L. Arts p.a. Fam. Schwachöfer, Pr.
Bemhardstraat 35, Venray.
We gaan dit jaar van 12 t.m. 20
mei; van 23 t.m. 31 juli en van 2 t.m.
11 september.
een menswaardig bestaan zal heb
ben.
Penningmeester van Kessel tover
de als vanouds weer met de vele
cijfers, welke een afspiegeling zijn
van de vele aktiviteiten. Er was nog
een behoorlijk batig saldo van
2113,—.
283 leden hebben zich onder de
vaan van de KABO geplaatst. Daad
werkelijke medewerking werden
verleend aan: Priesterstudiefonds,
Herwonnen Levenskracht, aktie Wij
en Zij ,aan Sociale School. Charita
tief Centrum en aan de St. Nicolaas-
aktie. De KABO was de enigste vak
bond, welke ook de bejaarden met
een gift vereerde.
Districtsbestuurder Pouw behan
delde nog eens de salarisonderhan
delingen voor lagere en middelbare
ambtenaren en beantwoordde enige
vragenstellers naar genoegen Kapl.
Bors gaf de op hem eigen wijze eni
ge geestelijke raadgevingen.
De tombola gaf voor ieder een
prijs, wat wel in de smaak viel. Het
was een vruchtbare en dankbare
vergadering, waar de aftredende be
stuursleden werden herkozen en het
bedanken van de heer Teeuwen
werd aangevuld door een kracht
van het Mobilisatiecomplex, de heer
Marcellis.
VERLICHTING.
Deze week heeft men de Stations
weg van Servatius tot aan de over
weg in Oostrum voorzien van een
pracht stel natrium-lampen, zodat
deze entree van Venray beslist een
heel stuk verbeterd is.
Trouwens zo hard men vroeger
geklaagd heeft over Venray's ver
lichting, zo hard moet men ze thans
prijzen, want overal zijn voldoende
lichtpunten, zelfs zo, dat de paartjes
die vroeger de omgeving van het
St. Oda-kapelletje prefereerden nu
klagen over al het licht.
Maar we blijven toch de klacht
benadrukken van de Schoolstraat-
en Emdstraat-bewoners, die de ver
lichting in deze straten toch wel
„karig" af vinden steken tegen b.v.
een verlichting als die in het Bie-
zenvenneke.
Deze verlichting in de hoofdstra
ten van het centrum is minimaal,
hoe blij men dan voor 10 jaren was,
dat ze er eindelijk kwam.
Zingende mensen vindt men over
al. Op een pleintje in Rome, in een
bootje in Venetië ,op de hoek van
de straat in Amsterdam. U vindt ze
in de kerken en zalen, U vindt ze
voor een venster, bij een piano, op
de fiets, op de bouwstelling, in het
bad. Maar U vindt ze vooral in
zangkoren verenigd: alleen in Ne
derland zijn meer dan 3000 koren.
OOK NEDERLANDERS ZIJN
ZINGENDE MENSEN
Er is wel gezegd: de Nederlander
zingt niet. Maar dit gaat niet op.
Hoogstens zingt de Nederlander
minder dan de Wener en Napolitaan.
Misschien zingt hij alleen maar an
ders, omdat hij minder snel tot zin
gen komt. Maar hij bezit vrijwel al
tijd een goede stem en een onbe
twistbaar muzikaal gevoel. Muziek
is de moedertaal van het hart, zei
Ernst Hohenemser. Dat betekent,
dat de mens met muziek geboren is.
En de mens, dat is: iedereen.
HET IS GEEN MAN DIE NIET
ZINGEN KAN
Wat voor iedereen geldt, geldt ook
voor mannen. Het mannenkoor is in
Nederland een hecht wortelende
traditie. Het mag gezegd dat de tra
ditie der mannenzangverenigingen
tot bewonderenswaardige resultaten
heeft geleid. Door her-oriëntatie en
verjonging zijn resultaten voor de
nabij toekomst bovendien reeds
voorbereid en dit is ook nodig in een
veranderende wereld. Reeds doet de
nieuwe generatie zijn intrede in de
talloze koren, die Nederland rijk is.
Zo moet het gaan, wanneer een tra
ditie jong en lenig wil blijven. Zo
moet het gaan, want zonder een
grote toeloop van jonge mannen,
mannen, van twintig, dertig jaar
heeft de toekomst niet dat stralende
sukses, waar een uniek verleden
recht op heeft. Vandaar deze woor
den: Wij zouden graag willen, dat
ook U als adspirant-zanger van een
mannenkoor eens met aandacht de
voordelen van het lid zijn van een
mannenkoor bestudeerde.
Het stemmenmateriaal is geen
punt van al te grote betekenis. Wat
U met betrekking tot het gebruik
van uw stem moet weten wordt U
in het koor bijgebracht. Het noten
schrift is zeer snel te leren. Muzi
kaal gehoor bij het zingen wat men
bij voorbaat moet bezitten. Er is al
gezegd, dat de mens van nature ge
voel voor muziek heeft. In de ge
jaagdheid van deze tijd vergeet hij
jammer genoeg te dikwijls zich dit
te realiseren.
JONGE MENSEN IN EEN
VERJONGD KOOR
En nu wordt dit artikeltje uiterst
plezierig van toon. Want wij willen
de voordelen opsommen, die een
man in een mannenkoor ten deel
vallen. Men vindt er snel vrienden,
want de gemeenschappelijke basis is
er al: de gezamenlijke beleving van
het verrukkelijke ideaal der muziek.
Wie lid wordt van een mannenkoor
onttrekt zich bovendien aan een fa
tum van deze tijd: de ziekte van het
niet mede beleven van een bepaalde
vorm van culturele zelfontwikkeling.
Aktieve beleving schenkt meer
vreugde dan elke passieve onthou
ding. Wie tot een mannenkoor toe
treedt, wordt tevens lid van een
uitermate aktieve organisatie, die
de koren stimuleert en die met gulle
hand de mogelijkheden ter beschik
king stelt. Mogelijkheden van uit
voeringen, concoursen, zangersda-
gen, internationale festivals, koor-
cursus etc. Uitwisselingen van ko
ren zijn zo langzamerhand aan de
orde van de dag. Talrijke koren con
certeren jaarlijks in het buitenland
en ook b.v. ons Venray's Mannen
koor heeft voor het komende seizoen
een dergelijk vererende uitnodiging
ontvangen. Aan deze uitnodiging
kan voldaan worden als vele man
nen zich bij dit koor als lid aan
melden. Bij al deze genoemde moge
lijkheden doet U steeds weer nieu
we ervaringen op. Men vernieuwt
door een plezierige hobby zichzelf
voortdurend, ook en allereerst op 'n
doodnormale door-de-weekse repeti
tie-avond. Er wordt in de Neder
landse koren in twaalf talen gezon
gen.
Ongemerkt krijgt men enige fee
ling van talen, wordt de talenkennis
weer levend. De man, die in een
koor zingt, werkt aan zichzelf. Mu
zikaal in de eerste plaats. Maar be
halve de muzikale ontwikkeling is
er nog zoveel meer. En dat alles in
een gemeenschap van mensen, die
elkaar nu ook eens anders ontmoe
ten dan in de jachtige wereld van
alle dag. Iedereen zingt hier met en
naast iedereen, hier is de mens altijd
anders en altijd meer. In het koor
ontdekt men de oude waarheid. En
dit alles door de muziek, de grote
vredestichter, die mensen en volke
ren tot elkaar brengt. Zo is het ge
weest, zo is het nu, zo blijft het in
de sfeer van verjonging der Neder
landse koorzang.
Voor wat het Venray's Mannen
koor betreft daar is nog plaats ge
noeg. Ook voor U. Iedere woensdag
avond repetitie van 810 uur. U
kunt zich steeds iedere woensdag-
j avond opgeven als lid in Café „In
d'n Engel", Grotestraat 33 of bij een
der bestuursleden of leden.
Gun de Parel der Peel een Man
nenkoor van karakter.
TUSSEN BORRELEN EN
STUREN
We mogen aannemen, dat iedereen
de betekenis kent van de leuze
„geen alcohol gebruiken vóór of tij
dens deelneming aan het verkeer".
Wat er met „tijdens" wordt be
doeld, is wel duidelijk. Het begrip
„vóór deelneming aan het verkeer'
is echter nogal rekbaar. Hoe lang
is „vóór"? Wanneer we een borrel
tje hebben gedronken, moeten we
dan één uur, twee uur of een halve
dag wachten alvorens achter het
stuur te gaan zitten?
Bij het beantwoorden van deze
vraag moeten we uitgaan van de
wetenschap, dat alcohol in het men
selijk lichaam een constante ver
bindingssnelheid heeft. Praktisch
gesproken is het verbrandingsproces
niet te versnellen.
Per uur vermindert het bloed
alcolholgehalte met 0,15 promille.
Derhalve hangt de hoevéélheid alco
hol ,die per tijdseenheid in het li
chaam verbrandt, af van het ge
wicht aan lichaamsvochten, c.q. van
het lichaamsgewicht.
Het gewicht van de lichaamsvoch
ten bedraagt ongeveer twee derden
van het totale lichaamsgewicht.
Weegt iemand 75 kilogram, dan be
schikt hij dus over 50 kilogram li
chaamsvochten. Een dergelijk per
soon verbrandt per uur 50 x 0,15
7,5 gram alcohol. Dit komt overeen
met ongeveer 9,5 cc.
Bij een lichaamsgewicht van 75
kilogram „verwerkt" men per uur
dus 9,5 cc van de alcohol, die zich
in de bloedstroom bevindt. Weegt
men meer, dan verbrandt men meer;
weegt men minder dan verbrandt
men minder alcohol per uur.
Weten we nu, dat een glaasje
sherry (gemiddelde inhoud 50 cc)
9 cc alcohol (dus van 100% sterkte)
bevat, dan kunnen we aan de hand
van het bovenstaande nagaan, dat
na ongeveer één uur alle alcohol uit
het bloed is verdwenen.
Van invloed is natuurlijk, de snel
heid waarmee wordt gedronken. Zit
ten we een uur lang met één glaas
je voor ons en nemen we zo nu en
dan een slokje, dan zal de verbran
ding de toevoer van alcohol kunnen
„bijhouden". Bij een hoog drinktem-
po loopt het bloedalcoholgehalte
echter snel op. Wanneer we twee
glaasjes sherry vlug achter elkaar
leegdrinken, zal het ongeveer twee
uur duren voor de opgenomen alco
hol weer uit ons bloed is verdwenen.
Op deze wijze is het dus vrij een
voudig om na te gaan hoe lang we
na het gebruik van een drankje
moeten wachten, om weer op ver
antwoorde wijze aan het verkeer te
kunnen deelnemen.
Alleen bij het gebruik van grotere
hoeveelheden alcohol ligt het even
anders. Hierbij speelt de „kater" nog
een rol. Naar de mening van het
Verbond voor Veilig Verkeer doet
iemand, die 's ochtends de onaan
gename gevolgen ondervindt van de
een avond tevoren rijkelijk genoten
alcohol, er niet verstandig aan in
een dergelijke toestand het stuur in
handen te nemen.
Aan de hand van het bovenstaan
de en met behulp van de volgende
gegevens kan men in grote lijnen
zelf uitmaken, na hoeveel tijd de
opgenomen alcohol uit de bloedbaan
is verdwenen.
Eén glas extra zwaar bier (6,5 pet.)
bevat 16,25 cc absolute alcohol.
Cognac/oude jenever 38 pet. 13,3 cc
Zwaar bier (pils) 5 pet. 12,5 cc
Jenever/brandewijn 35 pet. 12,25 cc
Bordeaux 12 pet. 12 cc
Champagne 11 pet. 11 cc
Likeur/citroenjen. 30 pet. 10,5 cc
Rijnwijn 10 pet. 10 cc
Portwijn 19 pet. 9,5 cc
Madeira/sherry 18 pet. 9 cc
Lager bier 3,5 pet. 8,75 cc
Vermouth 16 pet. 8 cc
Samos 14,5 pet. 7,25 cc
Bessenjenever 20 pet. 7 cc
Een glas van een bepaalde drank
bevat de voor die drank per glas ge
bruikelijke hoeveelheid.
Wij vragen nog steeds
PERSONEEL
geschoold en
ongeschoold
Aanmelden dagelijks -
ook na werktijd - aan
de fabriek, bij de portier
N.V. INALFA VENRAY
De aanleg van het elektriciteitsnet
ging met een soort van revolutie in
de buurt gepaard en daarom mag
het geen verwondering baren dat de
rechter er aan te pas moest komen.
Het was een mishandelingszaak en
de man van de elektriciteitsmaat
schappij kreeg een rijksdaalder boe
te. „Gezien de omstandigheden", zei
de rechter.
De hele winter was er al over ver
gaderd en heel wat commissies wa
ren er nodig om alles te regelen: de
subsidies, het aandeel dat elke be
langhebbende zou moeten betalen,
het bepraten van onwilligen wier
vader en grootvader het ook zonder
stroom hadden gedaan enz. Maar
eindelijk kwam het zo ver dat de
palen langs de wegen kwamen te
liggen en van die dag af maakte zich
een soort van zenuwachtigheid van
de anders zo rustige buurtbewoners
meester.
De electriciteitsmannen zijn dat
gewend en die maakten zich er niet
druk over. Zij liepen rond met map
pen vol papier, er werd links en
rechts gemeten dat het een aard had
en zelfs werd hier en daar een gat
gegraven. Op dat tijdstip heeft de
botsing plaats gehad die de rechter
op een rijksdaalder heeft begroot.
De boer, die er toch al zo tegen
was, trof op zekere morgen in zijn
wei een manspersoon aan, die daar
met grote stappen rondwandelde,
kennelijk om de zaak op te nemen,
zoals dat in vakterm wordt ge
noemd. De boer ging ook grote stap
pen nemen en begaf zich naar de
man om bars te vragen, wat die in
zijn weiland moest. De elektriciteits
man die de vorige avond ook laat
naar bed was geweest, gaf aanvan
kelijk hoegenaamd geen antwoord.
Maar toen de boer bleef aandringen,
beweerde hij recht te hebben om
in die wei te stappen. Het werd een
hele heibel. „Ik heb toch mijn pa
pieren!" riep de man tenslotte, „als
ik je die laat zien, heb je me ver
der met rust te laten, zonder meer."
De boer toonde verder geen be
langstelling voor de papieren, maar
beende naar huis terug, allerlei on-
heilswensen uitend aan het adres
van degenen die hem elektriciteit
hadden aangepraat. Op de deel ont
moette hij zijn knecht. „Maak de
stier los en breng hem naar de wei",
gelastte hij.
Nu dient hier eerlijkheidshalve te
worden gezegd dat dit een prima
stier was, het sieraad van alle stie
renkeuringen in de streek, een toon
beeld van primitieve schoonheid en
oerkracht. Maar vriendelijk was het
beest niet. Het was geen allemans
vriend. Toen het dan ook in de wei
de man van de elektriciteit ont
waarde, stiet het een gorgelend ge
luid uit, als iemand die keelpijn met
zout water probeert weg te spoelen.
Verzonken in zijn wetenschappe
lijke arbeid, bemerkte de man het
dier aanvankelijk niet. Maar plotse
ling hoorde hij achter zich een ge
luid als van een aanstormende trein
op vierkante wielen. Hij zag om,
ontwaarde de kluiten modder en
gras, die het dier met de achterpo
ten omhoog wierp, zag de dreigen
de laag gehouden kop, de loerende
ogen en de hoorns van vooroorlogse
kwaliteit, bedacht zich verder niet,
doch stelde zich in grote haast over
de afrastering in veiligheid, waar
hij hijgend nevens de boer belandde.
,Wat heb je toch een haast?" in
formeerde die met valse vriendelijk
heid.
Die stier.... die stierstot
terde de stroom-man.
„Die stier?" deed de boer ver
baasd", maar heb je hem dan niet
je papieren laten zien? Je hebt toch
je papieren? Dan heeft toch ieder
een je met rust te laten, zonder
meer?"
De klap, die voor de stier bestemd
was, kwam nu op het hoofd van de
boer.
„Een rijksdaalder", zei de rechter,
gezien de omstandigheden."
VOOR ALLE RIJBEWIJZEN NAAR
autorijschool. Jansen
Langstraat 33 - Overloonseweg 18
Venray - Telefoon 04780-1351
Voor de derde maal kan men deze
week in Venray de beroemde film
DE KANONNEN VAN NAVARONE
zien. Deze film behoeft geen enkele
aanbeveling meer, want wie heeft
deze film nu nog niet gezien? Deze
film kan men meermalen zien en
toch blijft men geboeid, daarom
gaan de vertoningen in Venray nu
weer verder.
Een tweede film die de aandacht
verdient is DE VOGELS van Alfred
Htichcock. Van Hitchcock mag men
het ongewone verwachten en dat
krijgt U dan ook weer te zien. De
film is gebaseerd op een roman van
Dauphne du Marier. Filmisch is 't
allemaal uiterst knap en verzorgd.