Het Rusland van de dooi lekker en gezond Politierechter HET CONCILIE op vacantie DE HANDEN van de huisvrouw VRIJDAG 15 NOVEMBER 1963 No. 46 VIER EN TACHTIGSTE JAARGANG ^PEEL EN MAASÜ1 DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCRHOF N V. VENRAÏ WRPKRT 1H VOHP VPNPAV T71M fTMQTPPIfpIVJ ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. per mm.lten Venray t 1.75) GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 1050652 GGIVDLHU Y UUlV V GilI\A I Crlv UMiJ 1 IXLrlVLilN PRIJS PER KWARTAAL 1 1.50 (bu ABONNEMENTS- GLUREN DOOR HET IJZEREN GORDIJN ANGSTAANJAGENDE BEZIGHEID Ruim 10 jaar geleden is het al weer, dat Josef Stalins dood openbaar ge maakt werd. Er was rouw in Rus land op die dag in maart 1953. Meer dan 750 militaire muzikanten speel den de treursmars van Chopin, toen het lichaam van de grote meester, die dertig jaar lang over leven en dood van een miljoenenvolk had be schikt, naar zijn laatste rustplaats werd gedragen. Zijn laatste rust plaats? Naast het gebalsemde stof felijk overschot van de grondlegger van de Russische Sovjetstaat, Lenin, kreeg Stalin een plaats in het mau soleum op het Rode Plein. Zeven jaar slechts heeft hij er gelegen. Vandaag de dag staan nog vrijwel ieder uur van het etmaal kilometers lange rijen Sovjetburgers te vrach ten tot ze dit heilige der heiligen mogen betreden. Langs de Kremlin- muren stellen zij zich op, ze vor men een enorme slang, die zich over het Rode Plein kronkelt en dan langs de stram op wacht staande soldaten het rood marmeren mauso leum binnengaat. Trapje af, bocht om, weer trapje af en dan.... het is een vreemde gewaarwording, want in het melkwitte schijnsel van de schijnwerper ligt daar Lenin. De man, die de revolutie predikte, die als een Godheid wordt vereerd door alle Russen; het middelpunt van een cultus. Officier op wacht bij de baar Ze schuifelen voorbij, de duizenden. Aan drie zijden passeren ze het dode lichaam om dan de trapjes te bestij gen, terug naar hetzelfde Rode Plein. Vreemd okergeel lijken die muren van het Kremlin, als je het mauso leum verlaat. Vreemd, okergeel met die prachtige coniferen ervoor. Geen Stalin meer aan de zijde van Lenin. De plaats, die hij zichzelf had toegedacht is leeg nu. Maar verdwe nen is Stalin niet. Dat is het merk waardige, de tweeslachtigheid van deze rode stad. Hoe erg ook de be schuldigingen zijn, die latere macht hebbers hebben geuit over hun voorganger, hoe vertoornd Croestsjef ook sprak over de bloedterreur van Stalin zomin als hij die dertig bloe dende jaarbladzijden uit het Russi sche geschiedenisboek kan scheuren, zomin heeft hij Stalins stoffelijk overschot kunnen laten verdwijnen. Wie achter het mausoleum het Kremlin binnengaat, belandt op de begraafplaats van alle verdienstelij ke Russen uit het Sovjetrijk. Beken de namen komt men er tegen. Ze zijn er begraven, of hun as is ge metseld in de muur. Namen van. kunstenaars, staatslieden en geleer den. Op de grafstenen staan borst beelden. Behalve op die van Stalin. Daar wijst slechts een simpele zerk met eenvoudige uitgebeitelde letters de plaats, waar de staatsman zijn werkelijk laatste rustplaats vond. Waarom geen borstbeeld? Onze gids haalt de schouders op. Nog niet klaar zeker, luidt het commentaar. Maar hij is er dan toch nog maar, die vader des vaderlands voor de een, die beul voor de ander Wie het avontuur beleeft om door Rusland te zwerven ,om door het Gum-warenhuis te wandelen en een ijsje te kopen of limonade te drin ken in de Gorkistraat; hij zal tel kens weer stuiten op zulke vreemde ervaringen. Op van die merkwaar dige tegenstrijdigheden. De objectie ve waarnemer voelt zich heen en weer geslingerd tussen uitersten. Hij heeft zich voorgenomen, alle westerse ballast van vooroordelen overboord te gooien. En kijk, daar ontdekt hij ,dat niemand hem lastig valt. Dat hij vrij mag ronddwalen door de tuinen van het Kremlin. Dat hij net zo laat in de Moskouse nacht mag rondzwalken als het hem be lieft; dat hij niet geschaduwd wordt, Het zijn slechts oude mensen of vrouwen, die men uit een kerk ziet komen. dat nergens deuren voor hem dicht gaan Maar dan probeert hij in kontakt te komen met de bevolking. Niet met die officiële Rus, die hem in In- tourist ten alle tijde ter zijde staat, maar met de gewone man uit de straat. Hij knoopt ergens een praat je aan. Hij wil iets verder vragen. Maar daar komt de ontgoocheling. Geen kontakt. Geen pogingen om te nauw in gesprek te komen met stu denten ,met kunstenaars. Geen be zoeken thuis. Ze zijn er om het maar gewoon te zeggen als de dood voor, die Russen. Neen, die vrijheid van de toerist is maar betrekkelijk. Vele jaren van propaganda hebben de doorsnee Rus wantrouwend gemaakt. Hij be schouwt ieder buitenlander priorie als een mogelijke spion. Natuurlijk, hij mag fotograferen. Graag zelfs; de nieuwe woonwijken, het Krem lin, nog meer? Het prachtige nieuwe congresgebouw, schouwburg, stand beelden en theater? Goed, goed, goed. Maar de markt? Gewone men sen in de straat. Waag het niet. De bevolking zelf zal U tot de orde roepen .Omdat het in ieder fototoe stel een bedreiging van zijn eigen waarde ziet. Die westerse kerels zul len er wel iets slechts mee voor hebben.. En hij krijgt gewoon geen kans. Vluchtige indrukken uit het Rus land van vandaag zijn moeilijk te geven. Tal van aspecten vechten om de voorrang. Het economisch sys teem, dat bij nadere beschouwing tal van allerinteressantste aspecten blijkt te bieden, niet in de laatste plaats omdat de produktiviteit zo tegenvalt en de bureaucratie zulk een bedreiging is geworden, dat voor de lichtste vergrijpen tegen de eco nomische orde de zwaarste straffen Wandelen op het Rode Plein is voor de Rus zondags een evenement. worden gegeven. En toch proberen tientallen jonge Russen iedere vreemdeling te betrekken in hun zwarte handeltjes.... De vraagstukken van de lonen en prijzen, die toch wel een tikkeltje ingewikelder liggen dan bij ons. Omdat het gemiddelde loon van de Rus niet ver van de honderd a honderdtwintig roebel in de maand ligt, terwijl hij voor zo'n roebel niet zo heel veel meer koopt dan de Ne derlander voor zijn guldentje. Dat schept conflicten. Problemen, die de vreemdeling bij blijven als een vreemde druk. Want de Rus mag er dan al flink van eten en niet minder drinken hij maakt toch geen welvarende en nog minder een vrolijke, zorgeloze indruk. Er ligt iets van een gelatenheid over hem, die de westerling als een benauwe nis blijft voelen zelfs als hij al lang weer thuis is. Diezelfde benauwenis krijgt hij als vraagstukken van de geestelijke vrij heid aan de orde komen .Van de kunst, die zich op gezette tijden automatisch ontworstelt aan de ke tenen van de bureaucratie daar is ze per slot van rekening kunst voor maar die dan toch even vaak weer in het keurslijf teruggedrongen wordt. Van de godsdienst vooral ook. Daar openbaart zich wellicht het duidelijkst de tweeslachtigheid van het Rusland van vandaag: vol gens de grondwet is er in Rusland vrijheid van godsdienst voor ieder een. Niemand wordt dan ook in de gevangenis gesmeten omdat hij een kerk bezoekt. Maar naast die vrij heid van godsdienst is er een ver bod om propaganda te maken, zen ding te bedrijven. En de houding van de officiële in stanties maakt het voor niemand aantrekkelijk, zich teveel met de „burgerlijke" moraal van de kerk bezig te houden. Wie regelmatig naar de kerk gaat, kan niet lid zijn of worden van de communistische par tij, waarmee het voor hem heel moeilijk is geworden, een carrière op te bouwen. Vandaar, dat men zo weinig jonge Russen in de kerken ziet. Voor zover aanwezig er zijn kerken, maar het aantal ervan is in verhouding tot overal elders ter we reld belachelijk laag zijn de gods huizen bevolkt met mensen van bo ven de vijftig. Vooral vrouwen, om dat die economisch toch niet zoveel meer te verwachten hebben van het regiem en dus minder kwetsbaar zijn. Dat is de indruk, die men van het Rusland van nu krijgt. Het Rusland van de dooi ,dat belangstelling heeft voor het westen, dat de westerling ogenschijnlijk vriendelijk ontvangt, maar dat desondanks zichzelf blijft, zichzelf de beperkingen opleggend, die wij met onze traditionele opvat tingen over vrijheid van de individu volslagen onaanvaardbaar achten. En die voor ons het gluren door het ijzeren gordijn tot een boeiende, maar ergens toch ook griezelige en zelfs angstaanjagende bezigheid maken. „Kom d'r in, Jacob", zei de deur waarder gemoedelijk. Aarzelend stelde de verdachte zich in de te genwoordigheid van het Recht. Het was een linkse jongeman van klein postuur, die er uitzag alsof hij bij voortduring door het Boze Leven in een hoek werd gezet; voor straf, omdat hij ook mee wilde doen. Zijn strak gespannen broekje ver toonde onder het zitvlak die dwars- streep, die humoristische tekenaars met zoveel effect weten te bezigen. Hij droeg de mond een weinig ge opend voor zich uit. En iedereen vroeg zich af, hoe zo iemand in 'shemelsnaam er toe kan komen om een inbraak te plegen. Het stond echter duidelijk in de dagvaardiging: gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd was Ja cob de bij zijn oom in gebruik zijnde woning binnengedrongen. De getui gen hadden hem gezien. Dat wil zeg gen, de buren zagen hem als een hinde door het nachtelijk duister dartelen toen ze, gealarmeerd door een brekende ruit, kwamen kijken wat er bij hen aan de hand was. „Die ruit", zei Jacob, „daar kan ik niks aan doen. Daar ben ik met mijn achterwerk doorheen geval len." „Maar je wist dat oom en tante uit waren, hè?" vroeg de rechter. Ja cob knikte; hij wist dat er niemand was. „Wat zocht je dan in dat huis, als je wist dat er niemand was?" „Ik zocht iets. Ik wou iemand zoe ken". Deze contradictie in terminus maakt het geval niet duidelijker en ieder spitste zich op de onthulling, die de rechter aan dit traag stuk benig mensenvlees moest ontfutse len. „Ja en toen brak die ruit, maar wie zocht je dan?" vroeg de officier nieuwsgierig. ..Daar ben ik doorge- vallen", verduidelijkte de verdach te. „Ja ja, dat weten we, maar wat zocht je daar in de huiskamer?" „Niet in de huiskamer, in de perde- stal." „Wat zocht je dan in de paardentsal?" Jacobs begon te transpireren. Om zijn mond verscheen die diepe groef, die mensen krijgen als stoom walsen over hun borst heen en weer beginnen te tuffen. Maar hij bleef onwillig zwijgen. Als een hond die een botje bewaakt maar weet, dat bij het straks toch af zal moeten geven. „Heb je soms een nichtje?" „Nee, die was mee uit". „Maar det wist je niet." Jawel, dat wist ik, d'r was geen mens." „Maar als er geen mens is, dan is er ook niemand om te zoeken." „Dat weet je soms niet", deed de verdachte Jacob slim, en daarmee ontblootte hij dat deel van zijn ziel, dat hij bedekt had willen houden. „O, had je met die iemand iets af gesproken?" Jacob knikte, met een blik naar de officier. Die met die zwarte jas, die wist wat er in het leven te koop is. Je kon zien, dat hij dacht. „Met een vriendinnetje of met dat nichtje?" ,,'t Is maar los- vast", legde de verdachte uit. „En die losvasts vriendin zou in de per- destal zitten?" ervolgde de officier het verhoor. „D'r was niks. Ze was niet gekomen", „Da's geen werk," vond de edelachtbare heer officier, „En is 't nou niet meer an?" ,,'t Is nog niet an geweest, 't Is ook niks geworden." „Dan ben je zeker de ware Jacob niet", zei de politierechter. „Dan kun je beter met een meisje naar de bioscoop gaan. Welk meisje komt er nou naar een paardenstal...." „Enfin, we weten omtrent de mo tieven van dit jonge mens genoeg", vond het Openbaar Ministerie. Ovei de kapotte ruit werd niet meer ge praat. Vijftien gulden of dne dagen luidde de eis. Daar had Jacob geen bezwaren tegen. Per slot van reke ning moet je in een loterij ook de nieten betalen. Het vonnis werd con form. „Wou je nog in hoger be roep?" vroeg de rechter. „Je hebt er veertien dagen de tijd voor." „Och nee", zei Jacob, ,,'t Is nou toch stuk!" En hij ging heeTr~aT5- iemand die gewend is de-slagen van het leven te incasseri De afgelopen week is een kleine vakantieweek geweest voor de con cilievaders. Omdat 't maandag her denking was van 't vierhonderd jarig bestaan van de seminaries en omdat het tevens nationale feestdag was in Italië hadden de Vaders vanaf Allerheiligen tot dinsdag geen vergadering. De bisschoppen hebben hun vrije tijd wel op verschillende wijzen doorgebracht. Zo hadden de bis schoppen van onze congregatie eenj uitstapje met een autobus naar het noorden; enkele anderen bleven lie ver hier om wat uit te rusten of om eens lekker te kunnen kaarten. Vijf tig concilievaders zijn naar Lourdes geweest om daar 't feest van Aller heiligen te gaan vieren. De bisschop van Lourdes, Mgr. Théaz, hield bij die gelegenheid 't mooi toespraakje, waarin hij 't verband legde tussen 't feest van Allerheiligen en 't con cilie. Deze feestdag vat als 't ware 't schema van de heiligheid samen, waar de Vaders de afgelopen dagen over gediscussieerd hadden, 't Is immers het feest van alle christenen die reeds heilig zijn en deze heilig heid in hun leven door woord en daad onderwezen hebben. Op dit feest komt ook de heiligheid van de hele kerk duidelijk naar voren, zo wel die van de priesters en religieu zen als die van de gelovigen. Maar deze heiligheid bleek op 't concilie zo'n moeilijke en theologische kwes tie te zijn, dat de meeste interven ties hierover zuiver theoretisch wa ren. 'n Uitzondering hierop vormde zeker die Vader, die zijn mede-broe ders in 't episcopaat aanspoorde tot echte beleefde armoede en even op merkte dat je de heiligen niet vond onder de bisschoppen, maar wel in de kloosters. Hierop antwoordde echter direct een abt van een van de oudste ordes van de Kerk, dat er. volgens een spreekwoord, niets ver- waanders bestond dan een monnik. STEMMINGEN Zeer belangrijk waren wel de stemmingen van de vorige week. Diezelfde avond vertelde een bis schop in onvervalst Limburgs, dat hij werkelijk moe was na zo'n stem mingen. De Vaders moesten die dag vijf vragen beantwoorden, waarvan er vier gingen over de verhouding Paus-Bisschoppen en een over 't diakonaat als zelfstandige staat, bui ten beschouwing gelaten of dit een gehuwde staat is of niet. Deze vra gen waren opgesteld door de vier kardinalen-moderatoren om de com missie 'n vaste richtlijn te geven bij 't opstellen van het definitieve schema. Dus deze stemmingen waren zeer belangrijk hoewel niet beslis send. De uitslag ervan is een richt lijn voor de -commissie om te weien in welke geest ze moeten werken om later bij de beslissende stemmingen de vereiste meerderheid te behalen. De uitslag van deze stemmingen was zeer positief en men schrijft zelfs dat 't concilie nu zijn beslissende rich ting gevonden heeft. De laatste stemmingen hierover zullen echter pas bij de volgende zitting plaats vinden. SEMINARIES Maandag werd ook op plechtige wijze 't feit herdacht dat het 400 jaar geleden was dat de seminaries zijn opgericht. Dit is een vrucht van het concilie van Trente waar men dus de opleiding van geestelijken had besproken. De universiteiten van de clerici in Rome hadden die dag vrij om 's mor gens met de H. Vader de Paus en de convilie-vaders een H. Mis uit dank baarheid te kunnen opdragen. De minder vromen onder hen kregen daardoor de kans om de grote para de te kunnen zien ter gelegenheid van de nationale feestdag! Als U weet dat er verschillende universiteiten zijn in Rome en dat een ervan b.v. 3000 studenten telt, dan zult U wel begrijpen, welke massa geestelijken deze plechtigheid op Italiaanse wijze luister bijzetten. Al was 't voor ons niet zo plezierig, omdat er heel wat volk was en weer weinig plaats, voor de H. Vader moet *t zien van zo'n grote groep geeste lijken toch wel een bijzondere blijd schap zijn geweest. Na 't evangelie sprak de Paus over de roeping lot het priesterschap in onze tijd. 't Is een teken dat je de zending van de kerk begrijpt als je antwoord geelt op deze verheven roeping. Maar om dat te kunnen doen moet je 't in nerlijke boven 't uiterlijke stellen. Na de plechtigheid werd Paus Pau- lus VI onthaald op een langdurig en enthousiast applaus, vooral van de zijde van de Italiaanse clerici. Ik vermoed dat de Zwitserse gar de 't zelden zo zwaar had als die voormiddag omdat veel studenten de weg in de St. Pieter even goed ken nen als zij en op eventuele opmer kingen meteen een raak antwoord weten in vloeiend Italiaans. Trou wens er komt ook een beetje eei ge voel bij kijken, want wie achter staat wordt door de anderen als on handig beschouwd. In de namiddag hield de kard. van Polen een toe spraak over de roeping tot het pries terschap. Op vier november vierde de kerk tevens het feest van de H. Carolus Borrcmeus en het was de verjaar dag van de kroning van Paus Joan nes Z.G. Carolus Borromeus was de grote man van het concilie van Trente door de besluiten van dit concilie in zijn bisdom door te voe ren. Dit is een van de oorzaken waarom hij altijd een grote plaais in de kerkgescn:edoms zal innemen. We kunnen niets beters wensen dan dat deze grote man in :1e kerk vele opvolgers zal hebben onder de te genwoordige concilie-vaders Wij vragen nog steeds PERSONEEL geschoold en ongeschoold Aanmelden dagelijks - ook na werktijd - aan de fabriek, bij de portiei N.V. INALFA VENRAY Het zal best waar zijn, dat er en kele vrouwen op maandagochtend hun volautomatische wasmachine in werking stellen, om daarna de klei ne in het wandelwagentje te zet ten, daar mee naar de markt te kuieren en boodschappen te doen. Als we de advertenties mogen ge loven, ligt de was keurig gestreken in de linnenkast als ze weer thuis komt. Er zijn ook dames met een elek trische automatische vaatafwasma- chine. Die behoeven ook gesn han den meer vuil te maken. Die kun nen dadelijk na het eten naar de televisie gaan kijken of samen (ja, gezellig) naar de film. Borden, kop jes, messen en lepels zijn de volgen de ochtend schoon en gebruiksklaar in het dressoir te vinden! MAAR AL DIE ANDEREN Niet alle huisvrouwen zijn deze zegening blijkbaar deelachtig. Op 't spreekuur van de dokter komen nog steeds veel dames met eczeem aan de handen; vanouds een soort be roepsziekte van de huisvrouw. Natuurlijk kan eczeem ook op an dere plaatsen van net lichaam voor komen. maar omdat vaak prikkelen de stoffen de oorzaak van eczeem zijn en omdat de handen van de huisvrouw daar doorgaans het meest mee in aanraking komen, wordt deze aandoening nogal eens aan vrouwenhanden waargenomen. DOOR DE LUIERWAS De afwijkingen, die zich bijvoor beeld bij veelvuldig contact met wasmiddelen in de huid voordoen, zijn te vergelijken met de struc tuurwijziging die wol en weefsels van wol ondergaan bij onderdompe ling in warm water met zeep: er treedt opzwelling en vervormbuar- heid op. Een huid die dergelijke verande ringen ondergi.it, wordt minder ste vig en wordt gemakkelijk bescha digd. Is ze weer droog geworden, dan ontstaan er kloven en barsten in. 'SI U0J0pftMJ9A 3; J00UI >{uX05{3feUI03 X0iu ;ep bdooqdo pnA ipiz uubbm. Wordt zulk een beschadiging tel kens weer herhaald, dan kan zich een hardnekkige, jarenlang blijven de uitslag aan de handrug en aan de bovenzijde van de vingers ont wikkelen. Een dergelijke vorm van eczeem vertoont zich nogal eens bij jonge moeders, die voor het eerst van haar leven dagelijks een luier- was te behandelen krijgen. SYNTHETISCHE AFWAS- MIDDELEN Maar ook zonder luiers spoelen kunnen dergelijke veranderingen aan de handen van de huisvrouw optreden. Vooral liet gebruik van moderne afwasraiddcR-n. die de huid sterk ontvetten, is de oor zaak van veel eczeem aan de han den. De dames zelf hebben hier ook vaak schuld: één van de meest gemaakte fouten is, dat cr

Peel en Maas | 1963 | | pagina 13