DE LES VAN 18 JAAR
Overpeinzingen
Politierechter
Uit Peel en Haas
HET CONCILIE
in een impasse?
VRIJDAG 8 NOVEMBER 1963 No. 45
VIER EN TACHTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY WFFKRï AH VOOR VFNRAY FN OM^TR FK"FN ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. per nuniten Venray 1.75)
GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRÜ 1050652 ÜUlVDLHU V UVJI\ V UllAH I VJIVIO 1 IxDIVCjil PRIJS PER KWARTAAL 1.50 (bu ABONNEMENTS-
Wie na de oorlog uit de evacuatie thuiskwam dat is nu bijna
18 jaren geleden stond voor puin en viezigheid. Op de velden
lag het kapotte vee van een verregende winter en stond het on
kruid dik. In de straten lag het puin en menigeen begon met te
kamperen in de kelder. Nu zijn we 18 jaren later en we verbazen
ons als we een professor Thysse een boekje open horen doen
over het jaar 2000, waar we nog geen 37 jaren vanaf zqn.
WAT DE PROF. ZEI
Wij kunnen in het jaar 2000 meer
dan 20 miljoen inwoners hebben. In
West-Nederland zouden er dan 1200
inwoners per km2 wonen. We zitten
daar dan nog erger op elkaar ge
pakt dan nu de mensen in het Ruhr-
gebied. Met stijgende welvaart zou
den er dan 200 auto's per km2 kun
nen rijden. Dat zijn er evenveel als
nu in de drukste steden van de V.S.!
Heel Nederland zou dan een wirwar
kunnen zijn van boven en onder el
kaar lopende wegen met een doohof
van rotonden en viaducten.
De arbeidsproduktie van onze
mensen zou 3Va maal zo groot zijn
dan thans en zij zouden er ook naar
verdienen. Een salaris van t 15.000,-
per jaar voor een vakarbeider zal
dan maar „gewoontjes" genoemd
worden en niemand zal bereid zijn
om langer dan 35 uur per week te
werken. Dan is er niemand meer die
karweitjes opknapt. Huishoudelijke
hulp wordt een antiek verschijnsel
en kleding zal nooit meer hersteld
worden maar altijd worden wegge
gooid.
Iedereen zal bezig zijn met stude
ren volgens de helderziende profes
soren en niemand zal meer een over
all willen dragen. Er zal alleen gro
te stabiliteit te vinden zijn in onze
belastingheffing ,zo heeft de direc
teur van het Centraal Planbureau,
prof. Wolff, als aanvulling gezegd.
De onderontwikkelde gebieden moe
ten dan nog evenzeer met goede ga
ven in leven worden gehouden.
Men kan hier over lachen al is de
professor zeer ernstig. En men be
hoeft niet te geloven dat tegen die
tijd Venray en Horst zijn samenge
groeid tot een grote stad, maar mis
schien is het goed even een tijdvak
dat de helft van die jaren bedraagt,
even in herinnering terug te roepen.
CIJFERS
Als ons toen iemand verteld zou
hebben, toen we koud en schuiverig
terug uit de evacuatietijd kwamen,
dat we 18 jaren nadien alleen al bij
na 2 miljoen guldens uitgegeven
zouden hebben voor herstel en
nieuwbouw van kerken; dat herstel
en uitbreiding van kloosters en in
stellingen in die tijd bijna 10 mil
joen guldens zou vragen; dat voor
15 miljoen aan scholen gespendeerd
zou zijn; dat de landbouwcoöperaties
alleen al bijna 1 miljoen vroegen
voor uitbreiding van bestaande ma
gazijnen en dat we voor 8 miljoen
aan industriegebouwen neergezet
zouden hebben, dan bekijken we de
zaak toch wel ietsjes anders.
We realiseren ons waarschijnlijk
niet dat we net zoveel huizen na
de oorlog hebben bijgebouwd als
we voor de oorlog in de gehele ge
meente hadden en dat het fraaie
plan wat we voor de wederopbouw
van de kom hebben opgezet nu al
feitelijk te eng en te bekrompen is,
ondanks dat het toen vergruisd
werd om de stadsallures die het
had
Dat zijn dan de materiële dingen,
die we zo in al die jaren als vanzelf
sprekend zijn gaan beschouwen,
evenals we het vanzelfsprekend zien,
dat we AOW hebben, dat andere so
ciale voorzieningen ruimer en groot
ser zijn geworden. Alleen betekent
het wel dat we toen wij 6 miljoen
inwoners in ons land hadden, we
minder welvarend waren en meer
ellende hadden dan nu we er 12 mil
joen hebben.
DE TOEKOMST
Men kan lachen om voorspellingen
als die van profesor Thijsse, maar
een terugblik over de afgelopen 18
jaren toont wel duidelijk aan, dat
we andere maatstaven aan moeten
leggen dan vooroorlogse, dat we rus
tig wat ruimer mogen kijken en
denken. Zeker als we voor de toe
komst gaan plannen, als we onze
plaats en onze gemeente gaan uit
bouwen, zodanig dat ook de mens
van het jaar 2000 er in leven kan.
Nu is er niemand, die zeggen kan,
hoe de wereld er dan uit zal zien,
wat er intussen allemaal gebeuren
kan ,maar vast staat, dat ook onze
gemeente groeien zal in het tempo
van de laatste 18 jaren, zo niet har
der (bv. door aantrekken van gun
stige en goede industrieën). Daar
voor moet plaats en ruimte zijn,
daarvoor moeten ontspanningsmoge
lijkheden en woonruimten zijn.
De afgelopen jaren hebben bewe
zen dat we niet gauw te grootse
plannen maken. Het komplan van
1948 blijkt 15 jaren daarna al een
revisie nodig te hebben in dier ma
te, dat zelfs een conserveringsver-
ordening nodig is, die de bouwakti-
viteit in die kom drastisch inperkt.
In nog geen twee jaren tijds is
het gehele Desselke volgebouwd en
plan West 1, waar we twee jaren
geleden nog rustig wat denneboomp-
jes plantten voor tegen de tijd, dat
er onteigend zou worden, ziet de
dennebomen verdwijnen en huizen
er voor in de plaats komen. Met de
ze feiten voor ogen doen we er goed
aan onze nieuwe plannen te bekij
ken en in plaats van terug te zien,
naar wat geweest is, vooruit te zien.
Ook eens wat meer durf te hebben
en eens wat ruimte te reserveren,
die de leefbaarheid van een bepaal
de nieuwe wijk alleen maar ten goe
de kan komen, rekening te houden
WAT GAAT DE NEDERLANDSE
REGERING VOOR DE MIJNEN
DOEN?
De kolenproduktie in het Zuid-
Limburgse kolenbekken heeft enke
le jaren geleden een stijging ver
toond. Sinds 1962 is echter een ver
ontrustende daling te constateren,
die in 1962 al 8,3 pet. bedroeg. Be
langrijk bij deze teruggang is het
groeiend tekort aan arbeidskrach
ten. Het natuurlijk verloop onder de
werknemers wordt al enige jaren
niet meer op normale wijze aange
vuld. Veel arbeiders vinden de oelo-
ning voor het zware werk in de mij
nen te laag. Bovendien raden zij
hun kinderen af in de mijn te gaan
werken omdat er vrees bestaat voor
onvoldoende bestaanszekerheid in
de toekomst.
De aardolieafzet in Nederland be
gint groter te worden. En wat zal
in de toekomst het aardgas voor be
tekenis voor de mijnindustrie heb
ben?
Voor een redelijke concurrentie,
al is het alleen maar met het buiten
land, heeft de mijnindustrie in het
verleden reeds steun gevraagd aan
de Nederlandse regering. Het is im
mers bekend dat Duitsland en
Frankrijk hun mijnindustrie ruim
steunen om een gunstige exportpo
sitie te verkrijgen. Wordt het geen
tijd dat de regering structurele wij
zigingen brengt in het industrie- en
werkgelegenheidspatroon in Zuid-
Limburg? Of moeten vele indus
trieën, die zich wel in Limburg zou
den willen vestigen door tegenwer
king van de overheid maar naar
België en Duitsland gaan en zo een
groot verloop onder de Limburgse
beroepsbevolking veroorzaken?
MOEDER, HET HUISSLOOFJE?
In menig artikeltje in damesbla
den, in de vrouwenrubriek van dag
en weekbladen horen wij in toene
mende mate het medelijden door
klinken met de huisvrouw, die elke
dag weer opnieuw haar geestedoden-
de saaie werk moet doen van afstof
fen ,van stofzuigen, van koken, bed
den opmaken en snottebellen van
verkouden kinderen afvegen.
Deze ontwikkeling is een zij-ef
fect van de vrouwenemancipatie, die
ongetwijfeld grote verdiensten heeft,
maar die nu eenmaal de plank mis
slaat zo gauw zij het over de huis
vrouw heeft. Het is namelijk hele
maal niet moeilijk om saaie dingen
in het beroepsleven te ontdekken
Zelfs het leven van ontdekkingsrei
zigers en van journalisten, dat naar
de mening van het publiek zoveel
interessante afwisseling oplevert,
kan men zonder veel moeite be
schrijven alsof dat leven het meest
geestdodende is van wat er bestaat.
Elk leven heeft zijn percentage
van doodgewoon hard werken en die
paar procenten bevrediging over het
bereikte.
Men kan met veel meer recht zeg
gen, dat geen enkel werk saai is. En
dat geldt zeker voor de huisvrouw,
de kleine zelfstandige, die voor haar
eigen dingen zorgt en wat nog beter
is, voor haar eigen kinderen.
(BETREKKELIJK) AKKOORD
TUSSEN WERKGEVERS EN
WERKNEMERS
De reeds gevreesde breuk in de
Stichting van de Arbeid, een door
menig land benijd instituut, is uit
gebleven. Werkgevers en werkne
mers zijn vrij dicht bij elkaar ge
komen, doordat beide water in de
wijn hebben gedaan .De resultaten
van het overleg zijn bekend: twee
maal 5 pet. loonsverhoging, althans
de mogelijkheid daartoe en bij huur
verhoging alsnog een compensatie
van 1 pet.
Van de ander overeenkomsten, die
onder meer op sociaal terrein en de
met meer verkeer, dan we tot he
den doen. Zijn we nu wel eens niet
te zuinig, omdat de grond immers
zo kostbaar is, maar vergeten we
niet dat we nu grond langs de Beek-
weg gaan verkopen van f 45,ter
wijl we nog niet zo lang geleden
5,per m2 aan de Julianasin-
gel „hardstikken" duur vonden en
de mensen, die deze grond durfden
kopen, als een nieuw soort kapita
listen bekeken.
Het is wel een goed dat prof.
Thijsse ons met de neus op de fei
ten duwt en ons even waarschuwt:
mensen, we bouwen op de eerste
plaats voor deze tijd, maar zorgt dat
ook de toekomst aansluiting vindt.
Als we de les van de afgelopen 18
jaren goed begrepen hebben, dan zal
ons deze aansluiting niet moeilijk
vallen
uitbreiding van de vrijheid in de
loonvorming betrekking hebben,
noemen wij nog het minimumloon
van 100,per week.
Deze overeenkomst, zo vertelde
men, was het uiterste wat bereik
baar is. Maar of de uitvoering ook
het uiterste zal zijn, wagen wij te
betwijfelen. Wij denken b.v. aan
kleine bedrijven, vooral midden-
standsbedrijven en aan de boeren,
die vaak hun produktiemaximum
hebben bereikt en die niet vanuit
produktieverhoging de verhoogde
loonkosten zullen kunnen compen
seren. Het resultaat ervan kan
slechts zijn een vlucht der werkne
mers uit die bedrijven naar de an
dere, welke meer uitloopmcgelijk-
heid bezitten. Een negatief effect
zou de concern-vorming kunnen
zijn, een positief effect een verder
doorgevoerde samenwerking der
middenstanders en boeren. Een an
der effect ,die de loonsvernoging te
niet zal doen is ongetwijfeld de ver
hoging der prijzen.
In 't parlement is er al op gewezen
dat er heel wat prijsstijgingen waar
te nemen zijn die erop wijzen, dat
het bedrijfsleven alvast een voor
schot neemt op mogelijke verhogin
gen in de komende lconronde. De
verzekering van prof. Andriessen,
minister van Economische Zaken,
dat hij de regels voor het prijsbeleid
strikt zal handhaven, moge dan ge
ruststellend kWnken, geruststellen
doet zij niet.
Iedere huisvrouw blijkt steeds
meer huishoudgeld nodig te hebben
voor de eerste levensbehoeften voor
haar gezin.
,»We wilden er eerst niets van
maken, van die koperen bruiloft,
edelachtbare", zei getuige L. „Maar
Mien vond, dat ze die en die toch
wel moesten uitnodigen, en toen
vond ik er ook nog paar, voor wie
wij het niet verzwijgen konden en
zo werd het toch nog een gezellig
onderonsje."
„Aanvankelijk gezellig misschien",
zei de politierechter, „maar naar
mate de stemming steeg en het peil
in de flessen daalde waren er, die
het toch maar niet zc bijster von
den." Hij bladerde in de stukken
voor zich op de tafel en toon hoor
den we de naam K. Dat is de re
gisseur van de toneelvereniging in
het dorp en die zei volgens getuige
dat alles een bepaalde stijl dient te
hebben. „En misschien heeft hij nog
wel gelijk ook. Enfin, c-m kort te
gaan ,toen de stemming juist het
hoogtepunt had bereikt en het on
gelooflijk lollig was geworden omdat
de een de kleren van de ander aan
trok en iedereen tegen iedereen ra
re gezichten zat te trekken, haalde
de heer K. met de culturele neigin
gen een pocketboek voor de dag,
ging op zijn stoel staan en begon
Vondel te declameren".
Het werd er een ogenblik stil van;
niet zozeer om de hoge vlucht der
gedachten van vader Vondel, als wel
van schrik, want dit had niemand
verwacht. Galmend en zalvend droeg
K. uit zijn smaldeel de regelen voor
van de oprechte trou zonder w en
de zielen, gloeiende aaneengesmeed.
Tussen Lief en Leed laste hij achter
Lief een indrukwekkende pauze in,
waarbij hij op zijn polshorloge keek
om heti juiste aantal seconden te
bepalen. Want als K. aan de cultuur
begint dan doet hij het goed ook.
Toen het afgelopen was, barstte
er een luid gehuil los. Men sloeg el
kaar op de schouders, zette mut
sen van krantenpapier op en ging
een rondedans maken. En K. zette
zich ontroerd neer om aan zijn buur
man te vertellen dat de cultuur het
toch altijd maar weer wint en dat
de verzen van Vader Vondel eeuwig
en zonder devaluatie zijn.
Inmiddels echter had de lange Jan
zich meester gemaakt van Vondel's
tekst. En hij ging dat op zijn beurt
voordragen, maar nu in tomeloze
twiststijl. Te oordelen naar hetgeen
tijdens deze rechtszitting bleek, moet
de zanger hees zijn en buiten adem
voordat hij aan een twist begint. Hij
dient met de rechtervoet te slinge
ren als een slingeraap, terwijl hij
met de linker een sigaret uitwalst,
zijn armen kronkelen ais regenwor
men ,zijn ruggegraat wordt omge
klapt en zijn strottenhoofd op de
maat van de muziek in verticale
richting op en neer danst. In tegen
stelling daarmee moeten de ogen
langzaam ronddraaien in de kassen,
gelijk de sterren. Op ontroerende
momenten legt de zanger behoed
zaam een knoop in zichzelf. Het ge
heel schijnt de indruk te maken van
een gebochelde inktvis in de dood
strijd.
Men beweert, dat de kunst een
mens tot een zekere geëxalteerdheid
kan brengen. Iets dergelijks ge
schiedde thans met K. van de cul
tuur. Hij stond op van zijn stoel met
de gebaren van iemand die onder
hypnose is. Daarna stapte hij op
lange Jan af als een zilversmid, die
eens even een mesthoop onderste
boven zal zetten.
Getuige Herman L. sprong er tus
sen ,maar de koperen bruidegom
kreeg een linkse op zijn oog, die hem
nog lang zal heugen. Onder het uit
spreken van een citaat, dat ons he
laas is ontschoten, drong de regis
seur op naar het heiligschennende
toneel. Maar de uitvoerende kunste
naars grepen hem vast en gooiden
hem al twistende de deur uit, na
dat L. nog een paar maal vergeefs
had gezegd dat hij uit eigen bewe
ging moest gaan.
Huisvredebreuk en mishandeling
werd dat ,twee bonnetjes in een
keer. De politierechter werkte het
vlot af: vijf en twintig gulden of da
gen. „Ik had een boreltje op", zo
verontschuldigde K. van de cultuur
zich. En ook daar zit iets in, nu de
Kunst zich uitput in het afbeelden
van geestrijke dranken, wellicht om
dat zij zelf de geest mist.
van zaterdag 15 november 1913
Woensdag bracht de Commis
saris der Koningin van Limburg
een administratief bezoek aan onze
gemeente. Na afloop werd een be
zoek gebracht aan de verschillende
inrichtingen van onderwijs. De Fan
fare Euterpe bracht een serenade.
Het circus Lasson, dat hier een
viertal dagen voorstellingen gaf,
mocht zich in een druk bezoek ver
heugen. Het circus is naar Heerlen
vertrokken.
Bij de deze week gehouden
Landweer-inspectie werden eenige
Landweermannen met provoost en
politiekamer gestraft, wegens het
niet in orde hebben van hunne mili
taire uitrusting.
Bij de Dinsdag te Venlo gehou
den rijks najaarskeuring van heng
sten werd goedgekeurd: Togo d'Elè-
ne van J. Rambags uit Castenray;
Hardi Dender van A. van Haeff,
Meerlo. Afwezig was Brillant van
J. Rambags, Castenray.
Zondagavond had te Leunen in
café Martens de opening plaats van
een Rijkscursus in pluimveeteelt. 39
kippenhouders zullen aan deze cur
sus deelnemen.
Door de gemeentepolitie wer
den 3 jongens van omstreeks 14 jaar
aangehouden, afkomstig uit Wezel
(D.), die waarschijnlijk zonder mede
weten der ouders op reis zijn ge
gaan. Ze hadden met hun drieën nog
geen 90 penning op zak.
Motortram of paardentram.
Naar aanleiding der benoeming
eener commissie, inzake aanleg van
een motortram, werden in een inge
zonden stuk de volgende aanmerkin
gen naar voren gebracht:
Voor de aanschaffing van twee
locomotieven is uitgetrokken 13450,-.
Maar is 2 locomotieven voldoende
voor een geregelden dienst? Immers
beslist neen, want bij de geringste
stoornis zit men vast. terwijl de lo
comotieven toch ook van tijd tot tijd
dienen te worden gereinigd en zoo
noodig hersteld. Aanschaffing eener
derde locomotief is dus een besliste
eisch en dient alzoo het aanschaf
fingsmateriaal met 7000 te worden
verhoogd.
Ten tweede is er loon uitgetrok
ken voor 2 machinisten. Moeten die
menschen dan dag in, dag uit, jaar
in, jaar uit dienst doen zonder een
enkelen vrije dag? En hoe moet het
bij ziekte of afwezigheid van een
der machinsten gaan? Het trambe
drijf gedeeltelijk stopzetten? Ook is
dus de aanstelling van derden ma
chinist bankwerker ,die alle voorko
mende reparatie aan materialen enz.
verricht, dus geen overbodige weel
de.
Wanneer men eens de kranten
doorleest aangaande hun nieuwsge-
ving over het concilie, en wanneer
men hier en daar zijn oor te luiste
ren legt hier in Rome, dan zou men
wel eens de indruk krijgen, dat er
geen schot en vaart meer zit in het
concilie: de vorige zittingsperiode
leek toch veel heftiger .beloofde toch
veel meer een geestelijke hervor
ming. Dit is allemaal waar, maar
ook onwaar.
SCHIJN EN WERKELIJKHEID
Op de eerste plaots: vruchtbaar
heid van het concilie hangt niet af
van de heftigheid der debatten. Bo
vendien ,men heeft elkaar beter le
ren kennen èn begrijpen en vooral
de progressieve richting heeft veel
meer aan invloed gewonnen, zodat
deze haar stellingen niet meer zo
sterk en nadrukkelijk hoeft te ver
dedigen (dit verklaart m.i. ook mede
waarom kardinaal Alfrink niet meer
zo opvallend naar voren treedt).
Op de tweede plaats is de voor
lichting over het concilie nu veel
beter georganiseerd: er worden re
gelmatig bulletins uitgegeven met
tamelijk gedetailleerde inlichtingen,
zodat voor de fantasie der journalis
ten niet meer zo heel veel over
blijft. Het spelen op sensatie is
daarom een stuk moeilijker gewor
den.
Toch lijkt het van de andere kant
niet zo vlot te verlopen. Inderdaad
is de schijn tegen. Men dient echter
goed voor ogen te houden, dat de
Vaders als het ware op twee fron
ten strijden. Enerzijds stemmen zij
regelmatig over het schema van de
liturgie, dat de vorige zittingsperio
de is behandeld en waarvan de wij
zigingen nu moeten goedgekeurd
worden; anderzijds zijn de Vaders
bezig met het grote en belangrijke
schema over de Kerk, d.w.z. over de
verhouding Paus-Bisschoppen, over
het volk van God en de leken, over
de roeping tot heiligheid. Omdat nu
de Vaders twee uiteenlopende pro
blemen behandelen, lijkt er weinig
vooruitgang te zijn. Toch is dit niet
zo vlotten niet alleen maar schijn:
inderdaad zijn de debatten over de
verhouding PausBisschoppen een
beetje overvloedig geweest; zo ook
over het herstel van het diakonaat.
De Vaders herhalen elkaar, de uit
eenlopende positie zijn meestal wel
zo snel bekend, dat verdere bespre
kingen tamelijk zinloos schijnen.
Nochtans moet men goed voor ogen
houden dat het Concilie niet zo maar
een vergadering is als van een voet
balclub. Het Concilie is een zo ern
stige goddelijk-menselijke aangele
genheid ,dat men wel langzaam
móet gaan en dat men aan iedereen
zo veel mogelijk de kans moeten la
ten tot een positieve en vruchtbare
inbreng.
Bezien we nu wat konkreter de
werkzaamheden van de voorbije
week, dan valt het toch wel op hoe
in het bijzonder het Moderamen van
vier „schot" probeert te krijgen in
de gang van zaken. Vrijdag is het
debat over het volk van Gcd geslo
ten; de kommissies moeten nu de
wijzingen die door de Vaders zijn
voorgesteld in het schema verwer
ken. Ongetwijfeld zal nu de werke
lijke en goddelijke tak van de leek
binnen de Kerk beter naar voren
komen, zodat dit Concilie ook spe
ciaal voor de leken en het volk van
God een vernieuwende stimulans
zal zijn. Na de sluiting van dit der
de schema is men overgegaan tot de
behandeling van het (voorlopige)
vierde schema nl. de roeping tot hei
ligheid in de Kerk. Hier komen o.a.
de kwesties naar voren over de
kloosterlingen. Wat is precies de
plaats en taak der kloosterlingen
binnen de Kerk? Staan zij daar heel
Wij vragen nog steeds
PERSONEEL
geschoold en
ongeschoold
Aanmelden dagelijks -
ook na werktijd - aan
de fabriek, bij de portier
N.V. INALFA VENRAY
Ten derde staat er nergens ver
meld wat er met de 26000 schuld,
die nog op den paardentram rust,
gebeurt. Deze zal toch ook wel ren
te moeten opbrengen en afgelost
worden. Bij een globaal overzicht
krijgt men dus een motortram van
bij de 50.000 zegge en schrijve 50
duizend gulden, met een exploitatie
kosten vanzeker niet beneden
de 5000. Zou "net niet beter zijn in
plaats van de gemeente op kosten
te drijven en nog niets goeds tot
stand te brengen, eerst te beginnen
met de lijn in orde te brengen, en
dan jaarlijks een post uit te irekken
tot vernieuwing van het rollend ma
terieel? Met een goeden paardentram
kan Venray best volstaan. Dit ter
overweging én aan commissie én
aan den Raad.
Observator.
apart, juridisch apart, of heel nauw
verweven met deze Kerk. En: hoe
moet hij dan binnen de Kerk staan
nu, mede ook tegenover de veran
derde omstandigheden en de belang
rijke plaats der leken.
Intussen stemden de Vaders nog
over een gedeelte van het schema
der liturgie, het goddelijk officie
(het brevier). Het is opvallend met.
welk een meerderheid de aange
brachte veranderingen werden aan
genomen, nl. 1638 vóór, 505 vóór met
wijzigingen en 43 tegenstemmers.
Dit staaft hetgeen ik in het begin
zei: men heeft elkaar beter leren
kennen en begrijpen. Ook bij de
stemming over het diakonaat bleek
dit op een verrassende wijze. Het
schema over de liturgie is nu bijna
afgehandeld, rest nog de stemmingen
over de kerkelijke kunst. Men fluis
tert hier in Rome dat het de bedoe
ling van de paus zou zijn cm nog
deze zittingsperiode het schema over
de liturgie plechtig af te kondigen.
Dit zou werkelijk te hopen zijn, niet
alleen om verwarringen te voorko
men ,maar ook om heel de wereld
nog intenser met het Concilie te
doen meeleven.
MARIA
Naast deze goedkeuringen spraken
er nog twee Vaders over het op han
den zijnde schema over Maria. Zij
spraken namens twee groeperingen
aangaande de plaats van dit sche
ma. Mgr. König, aartsbisschop van
Wenen (zijn adviseur is de bekende
theoloog Karl Rahner) wenste Ma
ria te zien binnen het schema van
de Kerk. De andere groepering
wensste een apart schema ,mede om
de hoge verhevenheid van Maria
beter te doen uitkomen. Mij per
soonlijk lijkt de mening van mgr.
König veel verkieslijker, zeker voor
deze tijd.
Inmiddels wil ik nog opmerken
dat dit eigenlijk voor de eerste keer
is, dat er op een Concilie uitdrukke
lijk over Maria gesproken gaat wor
den. Immers het Concilie van Tren-
te noemde Maria slechts in het
voorbijgaan bij gelegenheid van de
kwestie over de erfzonde en het
Concilie van Ephese (431) waar het
goddelijk moederschap van Maria
als te geloven openbaringswaarheid
werd voorgehouden, sprak eigenlijk
ook slechts terloops over Maria.
Uit deze summiere behandeling
van de aktiviteiten van de afgelopen
week kunt U toch al gerust beslui
ten, dat men hier niet heeft stil ge
zeten en dat nen de soms taaie be
sprekingen probeert af te remmen
door algemene stemmingen en door
het overgaan tot een nieuw onder
werp. Maar dit is nog niet alles
aangaande deze vorige week Het
is hier hoe langer hoe meer duide
lijk geworden dat het Cuncil-e zich
niet alleen afspeelt tijdens de be
sprekingen en stemmingen in de St.
Pieter (zo maar een tip voor toe
komstige Rome-reizigers: zorg voor
een verrekijker ook voor de St.
Pieter!). Niet dat er ook buiten de
vergaderingen gestemd wordt, dodi
tijdens sommige pl chtigheden wor
den er een bfeer en een mentaliteit
gekweekt ,die van nk-t te oveiziene
betekenis zijn later tijdens de wer
kelijke zittingen. Hetis alsof de Va
ders dan op een speciale wijze de
H. Geest opdoen. Dit hebben de Con-
cilie-vaders wel nodig, want het is
niet alleen een grote eer en uitver
kiezing als Vader op het Concilie
aanwezig te zijn ,mnar uck een ver
moeiende verantwooi «lelijkheid.
Zo spraken v/> gisteren nog met
een Concilie-vader, een missie-bis
schop met echte baard en zo. Hij
zat achter zijn bureau, dat vol lag
met documenten over het Concilie
(dit was echt geen pose». Neen. bij
had nog niet zo geweldig veel van
Rome gezien: de kwesties die op 't
Concilie te behandelen waren verg
den veel voorbereiding en gebed.
Deze Vaders hebben een aparte in-
jektie van de H. Geest wel nodig.
Daarom zijn aan cok dc gebeurte
nissen buiten het eigenlijke Concili
van zo'n uitzonderlijk belang. Deze-
week was er weer zo een, en wel
van zo'n gehalte dat een Frans
weekblad schreef: een van de grote
momenten van deze zittingsperiode.
Wat was dit dan?
HERDENKING
Het was een plechtig opnieuw
naar voren brengen van de onver
getelijke figuur van Joannes XXIII.
omdat het 5 jaren geleden was dat
hij tot Paus werd gekozen. Dit her
denken op zich is al iets uitzonder
lijks, zoals trouwens heel het pon-
tifikaat van Joannes uitzonderlijk
was en uniek. Ja, de hele wereld
hield van hem, omdat iedereen wist
dat hij van hem hield. We herinne
ren ons nog zo goed hoe de hele
wereld en ook de reporter verbaasd
uitriep: het is Roncalli! Maar wie
hij werkelijk was, dat heeft men tot
zijn grote vreugde in een paar jaren
kunnen merken. Hij was de oprech
te en ongekunstelde liefde. En kent
onze wereld deze werkelijkheid nog?
Paus Paulus VI, wiens ernstige en