DE LES VAN 18 JAAR Overpeinzingen Politierechter Uit Peel en Haas HET CONCILIE in een impasse? VRIJDAG 8 NOVEMBER 1963 No. 45 VIER EN TACHTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY WFFKRï AH VOOR VFNRAY FN OM^TR FK"FN ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. per nuniten Venray 1.75) GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRÜ 1050652 ÜUlVDLHU V UVJI\ V UllAH I VJIVIO 1 IxDIVCjil PRIJS PER KWARTAAL 1.50 (bu ABONNEMENTS- Wie na de oorlog uit de evacuatie thuiskwam dat is nu bijna 18 jaren geleden stond voor puin en viezigheid. Op de velden lag het kapotte vee van een verregende winter en stond het on kruid dik. In de straten lag het puin en menigeen begon met te kamperen in de kelder. Nu zijn we 18 jaren later en we verbazen ons als we een professor Thysse een boekje open horen doen over het jaar 2000, waar we nog geen 37 jaren vanaf zqn. WAT DE PROF. ZEI Wij kunnen in het jaar 2000 meer dan 20 miljoen inwoners hebben. In West-Nederland zouden er dan 1200 inwoners per km2 wonen. We zitten daar dan nog erger op elkaar ge pakt dan nu de mensen in het Ruhr- gebied. Met stijgende welvaart zou den er dan 200 auto's per km2 kun nen rijden. Dat zijn er evenveel als nu in de drukste steden van de V.S.! Heel Nederland zou dan een wirwar kunnen zijn van boven en onder el kaar lopende wegen met een doohof van rotonden en viaducten. De arbeidsproduktie van onze mensen zou 3Va maal zo groot zijn dan thans en zij zouden er ook naar verdienen. Een salaris van t 15.000,- per jaar voor een vakarbeider zal dan maar „gewoontjes" genoemd worden en niemand zal bereid zijn om langer dan 35 uur per week te werken. Dan is er niemand meer die karweitjes opknapt. Huishoudelijke hulp wordt een antiek verschijnsel en kleding zal nooit meer hersteld worden maar altijd worden wegge gooid. Iedereen zal bezig zijn met stude ren volgens de helderziende profes soren en niemand zal meer een over all willen dragen. Er zal alleen gro te stabiliteit te vinden zijn in onze belastingheffing ,zo heeft de direc teur van het Centraal Planbureau, prof. Wolff, als aanvulling gezegd. De onderontwikkelde gebieden moe ten dan nog evenzeer met goede ga ven in leven worden gehouden. Men kan hier over lachen al is de professor zeer ernstig. En men be hoeft niet te geloven dat tegen die tijd Venray en Horst zijn samenge groeid tot een grote stad, maar mis schien is het goed even een tijdvak dat de helft van die jaren bedraagt, even in herinnering terug te roepen. CIJFERS Als ons toen iemand verteld zou hebben, toen we koud en schuiverig terug uit de evacuatietijd kwamen, dat we 18 jaren nadien alleen al bij na 2 miljoen guldens uitgegeven zouden hebben voor herstel en nieuwbouw van kerken; dat herstel en uitbreiding van kloosters en in stellingen in die tijd bijna 10 mil joen guldens zou vragen; dat voor 15 miljoen aan scholen gespendeerd zou zijn; dat de landbouwcoöperaties alleen al bijna 1 miljoen vroegen voor uitbreiding van bestaande ma gazijnen en dat we voor 8 miljoen aan industriegebouwen neergezet zouden hebben, dan bekijken we de zaak toch wel ietsjes anders. We realiseren ons waarschijnlijk niet dat we net zoveel huizen na de oorlog hebben bijgebouwd als we voor de oorlog in de gehele ge meente hadden en dat het fraaie plan wat we voor de wederopbouw van de kom hebben opgezet nu al feitelijk te eng en te bekrompen is, ondanks dat het toen vergruisd werd om de stadsallures die het had Dat zijn dan de materiële dingen, die we zo in al die jaren als vanzelf sprekend zijn gaan beschouwen, evenals we het vanzelfsprekend zien, dat we AOW hebben, dat andere so ciale voorzieningen ruimer en groot ser zijn geworden. Alleen betekent het wel dat we toen wij 6 miljoen inwoners in ons land hadden, we minder welvarend waren en meer ellende hadden dan nu we er 12 mil joen hebben. DE TOEKOMST Men kan lachen om voorspellingen als die van profesor Thijsse, maar een terugblik over de afgelopen 18 jaren toont wel duidelijk aan, dat we andere maatstaven aan moeten leggen dan vooroorlogse, dat we rus tig wat ruimer mogen kijken en denken. Zeker als we voor de toe komst gaan plannen, als we onze plaats en onze gemeente gaan uit bouwen, zodanig dat ook de mens van het jaar 2000 er in leven kan. Nu is er niemand, die zeggen kan, hoe de wereld er dan uit zal zien, wat er intussen allemaal gebeuren kan ,maar vast staat, dat ook onze gemeente groeien zal in het tempo van de laatste 18 jaren, zo niet har der (bv. door aantrekken van gun stige en goede industrieën). Daar voor moet plaats en ruimte zijn, daarvoor moeten ontspanningsmoge lijkheden en woonruimten zijn. De afgelopen jaren hebben bewe zen dat we niet gauw te grootse plannen maken. Het komplan van 1948 blijkt 15 jaren daarna al een revisie nodig te hebben in dier ma te, dat zelfs een conserveringsver- ordening nodig is, die de bouwakti- viteit in die kom drastisch inperkt. In nog geen twee jaren tijds is het gehele Desselke volgebouwd en plan West 1, waar we twee jaren geleden nog rustig wat denneboomp- jes plantten voor tegen de tijd, dat er onteigend zou worden, ziet de dennebomen verdwijnen en huizen er voor in de plaats komen. Met de ze feiten voor ogen doen we er goed aan onze nieuwe plannen te bekij ken en in plaats van terug te zien, naar wat geweest is, vooruit te zien. Ook eens wat meer durf te hebben en eens wat ruimte te reserveren, die de leefbaarheid van een bepaal de nieuwe wijk alleen maar ten goe de kan komen, rekening te houden WAT GAAT DE NEDERLANDSE REGERING VOOR DE MIJNEN DOEN? De kolenproduktie in het Zuid- Limburgse kolenbekken heeft enke le jaren geleden een stijging ver toond. Sinds 1962 is echter een ver ontrustende daling te constateren, die in 1962 al 8,3 pet. bedroeg. Be langrijk bij deze teruggang is het groeiend tekort aan arbeidskrach ten. Het natuurlijk verloop onder de werknemers wordt al enige jaren niet meer op normale wijze aange vuld. Veel arbeiders vinden de oelo- ning voor het zware werk in de mij nen te laag. Bovendien raden zij hun kinderen af in de mijn te gaan werken omdat er vrees bestaat voor onvoldoende bestaanszekerheid in de toekomst. De aardolieafzet in Nederland be gint groter te worden. En wat zal in de toekomst het aardgas voor be tekenis voor de mijnindustrie heb ben? Voor een redelijke concurrentie, al is het alleen maar met het buiten land, heeft de mijnindustrie in het verleden reeds steun gevraagd aan de Nederlandse regering. Het is im mers bekend dat Duitsland en Frankrijk hun mijnindustrie ruim steunen om een gunstige exportpo sitie te verkrijgen. Wordt het geen tijd dat de regering structurele wij zigingen brengt in het industrie- en werkgelegenheidspatroon in Zuid- Limburg? Of moeten vele indus trieën, die zich wel in Limburg zou den willen vestigen door tegenwer king van de overheid maar naar België en Duitsland gaan en zo een groot verloop onder de Limburgse beroepsbevolking veroorzaken? MOEDER, HET HUISSLOOFJE? In menig artikeltje in damesbla den, in de vrouwenrubriek van dag en weekbladen horen wij in toene mende mate het medelijden door klinken met de huisvrouw, die elke dag weer opnieuw haar geestedoden- de saaie werk moet doen van afstof fen ,van stofzuigen, van koken, bed den opmaken en snottebellen van verkouden kinderen afvegen. Deze ontwikkeling is een zij-ef fect van de vrouwenemancipatie, die ongetwijfeld grote verdiensten heeft, maar die nu eenmaal de plank mis slaat zo gauw zij het over de huis vrouw heeft. Het is namelijk hele maal niet moeilijk om saaie dingen in het beroepsleven te ontdekken Zelfs het leven van ontdekkingsrei zigers en van journalisten, dat naar de mening van het publiek zoveel interessante afwisseling oplevert, kan men zonder veel moeite be schrijven alsof dat leven het meest geestdodende is van wat er bestaat. Elk leven heeft zijn percentage van doodgewoon hard werken en die paar procenten bevrediging over het bereikte. Men kan met veel meer recht zeg gen, dat geen enkel werk saai is. En dat geldt zeker voor de huisvrouw, de kleine zelfstandige, die voor haar eigen dingen zorgt en wat nog beter is, voor haar eigen kinderen. (BETREKKELIJK) AKKOORD TUSSEN WERKGEVERS EN WERKNEMERS De reeds gevreesde breuk in de Stichting van de Arbeid, een door menig land benijd instituut, is uit gebleven. Werkgevers en werkne mers zijn vrij dicht bij elkaar ge komen, doordat beide water in de wijn hebben gedaan .De resultaten van het overleg zijn bekend: twee maal 5 pet. loonsverhoging, althans de mogelijkheid daartoe en bij huur verhoging alsnog een compensatie van 1 pet. Van de ander overeenkomsten, die onder meer op sociaal terrein en de met meer verkeer, dan we tot he den doen. Zijn we nu wel eens niet te zuinig, omdat de grond immers zo kostbaar is, maar vergeten we niet dat we nu grond langs de Beek- weg gaan verkopen van f 45,ter wijl we nog niet zo lang geleden 5,per m2 aan de Julianasin- gel „hardstikken" duur vonden en de mensen, die deze grond durfden kopen, als een nieuw soort kapita listen bekeken. Het is wel een goed dat prof. Thijsse ons met de neus op de fei ten duwt en ons even waarschuwt: mensen, we bouwen op de eerste plaats voor deze tijd, maar zorgt dat ook de toekomst aansluiting vindt. Als we de les van de afgelopen 18 jaren goed begrepen hebben, dan zal ons deze aansluiting niet moeilijk vallen uitbreiding van de vrijheid in de loonvorming betrekking hebben, noemen wij nog het minimumloon van 100,per week. Deze overeenkomst, zo vertelde men, was het uiterste wat bereik baar is. Maar of de uitvoering ook het uiterste zal zijn, wagen wij te betwijfelen. Wij denken b.v. aan kleine bedrijven, vooral midden- standsbedrijven en aan de boeren, die vaak hun produktiemaximum hebben bereikt en die niet vanuit produktieverhoging de verhoogde loonkosten zullen kunnen compen seren. Het resultaat ervan kan slechts zijn een vlucht der werkne mers uit die bedrijven naar de an dere, welke meer uitloopmcgelijk- heid bezitten. Een negatief effect zou de concern-vorming kunnen zijn, een positief effect een verder doorgevoerde samenwerking der middenstanders en boeren. Een an der effect ,die de loonsvernoging te niet zal doen is ongetwijfeld de ver hoging der prijzen. In 't parlement is er al op gewezen dat er heel wat prijsstijgingen waar te nemen zijn die erop wijzen, dat het bedrijfsleven alvast een voor schot neemt op mogelijke verhogin gen in de komende lconronde. De verzekering van prof. Andriessen, minister van Economische Zaken, dat hij de regels voor het prijsbeleid strikt zal handhaven, moge dan ge ruststellend kWnken, geruststellen doet zij niet. Iedere huisvrouw blijkt steeds meer huishoudgeld nodig te hebben voor de eerste levensbehoeften voor haar gezin. ,»We wilden er eerst niets van maken, van die koperen bruiloft, edelachtbare", zei getuige L. „Maar Mien vond, dat ze die en die toch wel moesten uitnodigen, en toen vond ik er ook nog paar, voor wie wij het niet verzwijgen konden en zo werd het toch nog een gezellig onderonsje." „Aanvankelijk gezellig misschien", zei de politierechter, „maar naar mate de stemming steeg en het peil in de flessen daalde waren er, die het toch maar niet zc bijster von den." Hij bladerde in de stukken voor zich op de tafel en toon hoor den we de naam K. Dat is de re gisseur van de toneelvereniging in het dorp en die zei volgens getuige dat alles een bepaalde stijl dient te hebben. „En misschien heeft hij nog wel gelijk ook. Enfin, c-m kort te gaan ,toen de stemming juist het hoogtepunt had bereikt en het on gelooflijk lollig was geworden omdat de een de kleren van de ander aan trok en iedereen tegen iedereen ra re gezichten zat te trekken, haalde de heer K. met de culturele neigin gen een pocketboek voor de dag, ging op zijn stoel staan en begon Vondel te declameren". Het werd er een ogenblik stil van; niet zozeer om de hoge vlucht der gedachten van vader Vondel, als wel van schrik, want dit had niemand verwacht. Galmend en zalvend droeg K. uit zijn smaldeel de regelen voor van de oprechte trou zonder w en de zielen, gloeiende aaneengesmeed. Tussen Lief en Leed laste hij achter Lief een indrukwekkende pauze in, waarbij hij op zijn polshorloge keek om heti juiste aantal seconden te bepalen. Want als K. aan de cultuur begint dan doet hij het goed ook. Toen het afgelopen was, barstte er een luid gehuil los. Men sloeg el kaar op de schouders, zette mut sen van krantenpapier op en ging een rondedans maken. En K. zette zich ontroerd neer om aan zijn buur man te vertellen dat de cultuur het toch altijd maar weer wint en dat de verzen van Vader Vondel eeuwig en zonder devaluatie zijn. Inmiddels echter had de lange Jan zich meester gemaakt van Vondel's tekst. En hij ging dat op zijn beurt voordragen, maar nu in tomeloze twiststijl. Te oordelen naar hetgeen tijdens deze rechtszitting bleek, moet de zanger hees zijn en buiten adem voordat hij aan een twist begint. Hij dient met de rechtervoet te slinge ren als een slingeraap, terwijl hij met de linker een sigaret uitwalst, zijn armen kronkelen ais regenwor men ,zijn ruggegraat wordt omge klapt en zijn strottenhoofd op de maat van de muziek in verticale richting op en neer danst. In tegen stelling daarmee moeten de ogen langzaam ronddraaien in de kassen, gelijk de sterren. Op ontroerende momenten legt de zanger behoed zaam een knoop in zichzelf. Het ge heel schijnt de indruk te maken van een gebochelde inktvis in de dood strijd. Men beweert, dat de kunst een mens tot een zekere geëxalteerdheid kan brengen. Iets dergelijks ge schiedde thans met K. van de cul tuur. Hij stond op van zijn stoel met de gebaren van iemand die onder hypnose is. Daarna stapte hij op lange Jan af als een zilversmid, die eens even een mesthoop onderste boven zal zetten. Getuige Herman L. sprong er tus sen ,maar de koperen bruidegom kreeg een linkse op zijn oog, die hem nog lang zal heugen. Onder het uit spreken van een citaat, dat ons he laas is ontschoten, drong de regis seur op naar het heiligschennende toneel. Maar de uitvoerende kunste naars grepen hem vast en gooiden hem al twistende de deur uit, na dat L. nog een paar maal vergeefs had gezegd dat hij uit eigen bewe ging moest gaan. Huisvredebreuk en mishandeling werd dat ,twee bonnetjes in een keer. De politierechter werkte het vlot af: vijf en twintig gulden of da gen. „Ik had een boreltje op", zo verontschuldigde K. van de cultuur zich. En ook daar zit iets in, nu de Kunst zich uitput in het afbeelden van geestrijke dranken, wellicht om dat zij zelf de geest mist. van zaterdag 15 november 1913 Woensdag bracht de Commis saris der Koningin van Limburg een administratief bezoek aan onze gemeente. Na afloop werd een be zoek gebracht aan de verschillende inrichtingen van onderwijs. De Fan fare Euterpe bracht een serenade. Het circus Lasson, dat hier een viertal dagen voorstellingen gaf, mocht zich in een druk bezoek ver heugen. Het circus is naar Heerlen vertrokken. Bij de deze week gehouden Landweer-inspectie werden eenige Landweermannen met provoost en politiekamer gestraft, wegens het niet in orde hebben van hunne mili taire uitrusting. Bij de Dinsdag te Venlo gehou den rijks najaarskeuring van heng sten werd goedgekeurd: Togo d'Elè- ne van J. Rambags uit Castenray; Hardi Dender van A. van Haeff, Meerlo. Afwezig was Brillant van J. Rambags, Castenray. Zondagavond had te Leunen in café Martens de opening plaats van een Rijkscursus in pluimveeteelt. 39 kippenhouders zullen aan deze cur sus deelnemen. Door de gemeentepolitie wer den 3 jongens van omstreeks 14 jaar aangehouden, afkomstig uit Wezel (D.), die waarschijnlijk zonder mede weten der ouders op reis zijn ge gaan. Ze hadden met hun drieën nog geen 90 penning op zak. Motortram of paardentram. Naar aanleiding der benoeming eener commissie, inzake aanleg van een motortram, werden in een inge zonden stuk de volgende aanmerkin gen naar voren gebracht: Voor de aanschaffing van twee locomotieven is uitgetrokken 13450,-. Maar is 2 locomotieven voldoende voor een geregelden dienst? Immers beslist neen, want bij de geringste stoornis zit men vast. terwijl de lo comotieven toch ook van tijd tot tijd dienen te worden gereinigd en zoo noodig hersteld. Aanschaffing eener derde locomotief is dus een besliste eisch en dient alzoo het aanschaf fingsmateriaal met 7000 te worden verhoogd. Ten tweede is er loon uitgetrok ken voor 2 machinisten. Moeten die menschen dan dag in, dag uit, jaar in, jaar uit dienst doen zonder een enkelen vrije dag? En hoe moet het bij ziekte of afwezigheid van een der machinsten gaan? Het trambe drijf gedeeltelijk stopzetten? Ook is dus de aanstelling van derden ma chinist bankwerker ,die alle voorko mende reparatie aan materialen enz. verricht, dus geen overbodige weel de. Wanneer men eens de kranten doorleest aangaande hun nieuwsge- ving over het concilie, en wanneer men hier en daar zijn oor te luiste ren legt hier in Rome, dan zou men wel eens de indruk krijgen, dat er geen schot en vaart meer zit in het concilie: de vorige zittingsperiode leek toch veel heftiger .beloofde toch veel meer een geestelijke hervor ming. Dit is allemaal waar, maar ook onwaar. SCHIJN EN WERKELIJKHEID Op de eerste plaots: vruchtbaar heid van het concilie hangt niet af van de heftigheid der debatten. Bo vendien ,men heeft elkaar beter le ren kennen èn begrijpen en vooral de progressieve richting heeft veel meer aan invloed gewonnen, zodat deze haar stellingen niet meer zo sterk en nadrukkelijk hoeft te ver dedigen (dit verklaart m.i. ook mede waarom kardinaal Alfrink niet meer zo opvallend naar voren treedt). Op de tweede plaats is de voor lichting over het concilie nu veel beter georganiseerd: er worden re gelmatig bulletins uitgegeven met tamelijk gedetailleerde inlichtingen, zodat voor de fantasie der journalis ten niet meer zo heel veel over blijft. Het spelen op sensatie is daarom een stuk moeilijker gewor den. Toch lijkt het van de andere kant niet zo vlot te verlopen. Inderdaad is de schijn tegen. Men dient echter goed voor ogen te houden, dat de Vaders als het ware op twee fron ten strijden. Enerzijds stemmen zij regelmatig over het schema van de liturgie, dat de vorige zittingsperio de is behandeld en waarvan de wij zigingen nu moeten goedgekeurd worden; anderzijds zijn de Vaders bezig met het grote en belangrijke schema over de Kerk, d.w.z. over de verhouding Paus-Bisschoppen, over het volk van God en de leken, over de roeping tot heiligheid. Omdat nu de Vaders twee uiteenlopende pro blemen behandelen, lijkt er weinig vooruitgang te zijn. Toch is dit niet zo vlotten niet alleen maar schijn: inderdaad zijn de debatten over de verhouding PausBisschoppen een beetje overvloedig geweest; zo ook over het herstel van het diakonaat. De Vaders herhalen elkaar, de uit eenlopende positie zijn meestal wel zo snel bekend, dat verdere bespre kingen tamelijk zinloos schijnen. Nochtans moet men goed voor ogen houden dat het Concilie niet zo maar een vergadering is als van een voet balclub. Het Concilie is een zo ern stige goddelijk-menselijke aangele genheid ,dat men wel langzaam móet gaan en dat men aan iedereen zo veel mogelijk de kans moeten la ten tot een positieve en vruchtbare inbreng. Bezien we nu wat konkreter de werkzaamheden van de voorbije week, dan valt het toch wel op hoe in het bijzonder het Moderamen van vier „schot" probeert te krijgen in de gang van zaken. Vrijdag is het debat over het volk van Gcd geslo ten; de kommissies moeten nu de wijzingen die door de Vaders zijn voorgesteld in het schema verwer ken. Ongetwijfeld zal nu de werke lijke en goddelijke tak van de leek binnen de Kerk beter naar voren komen, zodat dit Concilie ook spe ciaal voor de leken en het volk van God een vernieuwende stimulans zal zijn. Na de sluiting van dit der de schema is men overgegaan tot de behandeling van het (voorlopige) vierde schema nl. de roeping tot hei ligheid in de Kerk. Hier komen o.a. de kwesties naar voren over de kloosterlingen. Wat is precies de plaats en taak der kloosterlingen binnen de Kerk? Staan zij daar heel Wij vragen nog steeds PERSONEEL geschoold en ongeschoold Aanmelden dagelijks - ook na werktijd - aan de fabriek, bij de portier N.V. INALFA VENRAY Ten derde staat er nergens ver meld wat er met de 26000 schuld, die nog op den paardentram rust, gebeurt. Deze zal toch ook wel ren te moeten opbrengen en afgelost worden. Bij een globaal overzicht krijgt men dus een motortram van bij de 50.000 zegge en schrijve 50 duizend gulden, met een exploitatie kosten vanzeker niet beneden de 5000. Zou "net niet beter zijn in plaats van de gemeente op kosten te drijven en nog niets goeds tot stand te brengen, eerst te beginnen met de lijn in orde te brengen, en dan jaarlijks een post uit te irekken tot vernieuwing van het rollend ma terieel? Met een goeden paardentram kan Venray best volstaan. Dit ter overweging én aan commissie én aan den Raad. Observator. apart, juridisch apart, of heel nauw verweven met deze Kerk. En: hoe moet hij dan binnen de Kerk staan nu, mede ook tegenover de veran derde omstandigheden en de belang rijke plaats der leken. Intussen stemden de Vaders nog over een gedeelte van het schema der liturgie, het goddelijk officie (het brevier). Het is opvallend met. welk een meerderheid de aange brachte veranderingen werden aan genomen, nl. 1638 vóór, 505 vóór met wijzigingen en 43 tegenstemmers. Dit staaft hetgeen ik in het begin zei: men heeft elkaar beter leren kennen en begrijpen. Ook bij de stemming over het diakonaat bleek dit op een verrassende wijze. Het schema over de liturgie is nu bijna afgehandeld, rest nog de stemmingen over de kerkelijke kunst. Men fluis tert hier in Rome dat het de bedoe ling van de paus zou zijn cm nog deze zittingsperiode het schema over de liturgie plechtig af te kondigen. Dit zou werkelijk te hopen zijn, niet alleen om verwarringen te voorko men ,maar ook om heel de wereld nog intenser met het Concilie te doen meeleven. MARIA Naast deze goedkeuringen spraken er nog twee Vaders over het op han den zijnde schema over Maria. Zij spraken namens twee groeperingen aangaande de plaats van dit sche ma. Mgr. König, aartsbisschop van Wenen (zijn adviseur is de bekende theoloog Karl Rahner) wenste Ma ria te zien binnen het schema van de Kerk. De andere groepering wensste een apart schema ,mede om de hoge verhevenheid van Maria beter te doen uitkomen. Mij per soonlijk lijkt de mening van mgr. König veel verkieslijker, zeker voor deze tijd. Inmiddels wil ik nog opmerken dat dit eigenlijk voor de eerste keer is, dat er op een Concilie uitdrukke lijk over Maria gesproken gaat wor den. Immers het Concilie van Tren- te noemde Maria slechts in het voorbijgaan bij gelegenheid van de kwestie over de erfzonde en het Concilie van Ephese (431) waar het goddelijk moederschap van Maria als te geloven openbaringswaarheid werd voorgehouden, sprak eigenlijk ook slechts terloops over Maria. Uit deze summiere behandeling van de aktiviteiten van de afgelopen week kunt U toch al gerust beslui ten, dat men hier niet heeft stil ge zeten en dat nen de soms taaie be sprekingen probeert af te remmen door algemene stemmingen en door het overgaan tot een nieuw onder werp. Maar dit is nog niet alles aangaande deze vorige week Het is hier hoe langer hoe meer duide lijk geworden dat het Cuncil-e zich niet alleen afspeelt tijdens de be sprekingen en stemmingen in de St. Pieter (zo maar een tip voor toe komstige Rome-reizigers: zorg voor een verrekijker ook voor de St. Pieter!). Niet dat er ook buiten de vergaderingen gestemd wordt, dodi tijdens sommige pl chtigheden wor den er een bfeer en een mentaliteit gekweekt ,die van nk-t te oveiziene betekenis zijn later tijdens de wer kelijke zittingen. Hetis alsof de Va ders dan op een speciale wijze de H. Geest opdoen. Dit hebben de Con- cilie-vaders wel nodig, want het is niet alleen een grote eer en uitver kiezing als Vader op het Concilie aanwezig te zijn ,mnar uck een ver moeiende verantwooi «lelijkheid. Zo spraken v/> gisteren nog met een Concilie-vader, een missie-bis schop met echte baard en zo. Hij zat achter zijn bureau, dat vol lag met documenten over het Concilie (dit was echt geen pose». Neen. bij had nog niet zo geweldig veel van Rome gezien: de kwesties die op 't Concilie te behandelen waren verg den veel voorbereiding en gebed. Deze Vaders hebben een aparte in- jektie van de H. Geest wel nodig. Daarom zijn aan cok dc gebeurte nissen buiten het eigenlijke Concili van zo'n uitzonderlijk belang. Deze- week was er weer zo een, en wel van zo'n gehalte dat een Frans weekblad schreef: een van de grote momenten van deze zittingsperiode. Wat was dit dan? HERDENKING Het was een plechtig opnieuw naar voren brengen van de onver getelijke figuur van Joannes XXIII. omdat het 5 jaren geleden was dat hij tot Paus werd gekozen. Dit her denken op zich is al iets uitzonder lijks, zoals trouwens heel het pon- tifikaat van Joannes uitzonderlijk was en uniek. Ja, de hele wereld hield van hem, omdat iedereen wist dat hij van hem hield. We herinne ren ons nog zo goed hoe de hele wereld en ook de reporter verbaasd uitriep: het is Roncalli! Maar wie hij werkelijk was, dat heeft men tot zijn grote vreugde in een paar jaren kunnen merken. Hij was de oprech te en ongekunstelde liefde. En kent onze wereld deze werkelijkheid nog? Paus Paulus VI, wiens ernstige en

Peel en Maas | 1963 | | pagina 9